Publicatie datum: 1973-01-01
Auteurs: Willy Bosman, Hans van Dam, Jan Griffioen, Pieter, Lov Leenheer, Jan en Arie Sturm, Cees Tahey
Collectie: 04
Volume: 04
Nummer: 2
Pagina’s: 42-44
Documenten
b i jlage 7 verslag van een poging tot analyse van de verbale interaktie in een onderwijsleersituati e willy bosman hans van dam jan griffioen pieter en vov leenheer jan en arie sturen cees tahey since talk is such a eital part of teaching and since teacher s eerbal behavior directly influences pupils eerbal behavior it follows that teacher talk is tremendously important in education de tweede invalshoek van stroom 5 is in het informatiebulletin als volgt geformuleerd het praten en daarmee het denken en leren van de leerling is sterk afhankelijk van dat van de leraar terecht koppelen de organisatoren daaraan de doelstelling van stroom 5 de deelnemers e rvan bewust maken dat taalgedrag van leraren het praten denken en leren van leerlingen beinvloedt en hen in dit licht hun eigen taalgedrag kritis ch laten bezien het is natuurlijk een kunstgreep het taalgedrag van een docent los te maken uit het hele onderwijsleerproces los te maken bv van de gekozen didaktische werkvorm toch leek het nuttig en zinvol het onderwijsgedrag tot het verbale interaktiegebeuren te reduceren om zo het terrein van waarneming kunstmatig te verkleinen en beter de gestelde doelstelling te realiseren 2 bovendien is het niet helemaal ondenkbaar dat het mondelinge verbale gedrag van de docent en zijn leer lingen een adekwate representa tie is van het totale gedrag mommers 1971 218 in ieder geval biedt het een aanknopingspunt op dit kongres van moedertaaldocenten bood deze vereenvoudi ging het voordeel dat de diskussie over didaktische werkvormen niet op de eerste plaats kwam de aandacht richtte zich nu op de verbale komponenten in de onderwijsleersi tuatie op dit terrein kan een moedertaaldocent zich wat beter thuis voelen 3 in de wat geimproviseerde onderzoeksituatie bood van bergeijk een uitgangspunt we ontleenden aan hem de interaktie matrix volgens flanders van bergeijk 1971 143 4 we verdeelden een video tape van 7 minuten in tijdseenheden van 7×3 sekon den we scoorden per 3 sekonden na elke 7 scores overlegden we over de toekenning van de codecijfers aan de waargenomen statementsi 5 in het begin leverde dat veel stof tot diskussie meer dan eens moesten we de waargenomen sekwentie een of meer keren opnieuw bekijken niet altijd bereikten we overeenstemming de oorzaak hiervan moet men zoeken in wat we noemden de welw illendheid van de waarnemer we probeerden nl zo konsekwent mogelijk per 3 sekonden te scoren dit houdt echter in dat sommige verbale aktiviteiten niet gescoord worden sommigen van ons wil den dan liever de tussenliggende statement scoren als de statement die samenviel met de 3 sekonden grens achteraf bleek dat men over het algemeen elke verandering in het verbale gedra g 42 scoort onafhankelijk van het feit of die samenvalt met de drie sekondengrens of niet amidon hunter 1967 209 in de praktijk schijnen dan to ch zelden meer als 2 5 scores per minuut voor te komen hommers 1971 218 ook was voor ons de vulling van de verschillende kategorieen nog te weinig geoperationaliseerd dan dat we tot overeenstemming konden komen men krijgt dan gauw de neiging katego ri een toe te voegen wat de hantering van het systeem overigens bemoeilijktb de hele band leverde ons 140 scores op we verwerkten die volgens aanwijzingen van van bergeijk van bergeijk 1971 144 in een matrix aan de hand van de interpretatiegegevens van van bergeijk probeerden we enkele voorzichtige konklusies te trekken het heeft natuurlijk weinig zin de resultaten van deze eerste oefening hier weer te geven onze doelstelling oefening in het waarnemen van verbaal gedrag van een docent menen we bereikt te hebben het is wellicht nuttig een paar e rv aringsfeiten puntsgewijs weer te geven 1 met deze methode obse rveer je konkreet en niet intuitief het taalgedrag van een leraar zonder te verzeilen in een bespreking van de didaktische werkvorm 2 zelfs de betrekkelijk korte scoringsintervallen van 3 sekonden leiden ertoe dat bepaalde taalaktiviteiten van de leraar niet gescoord worden 3 de beperking tot zuivere taalaktiviteiten lijkt met het oog op het belang van de non verbale aktiviteiten te rigoureus aan de andere kant verzwaa rt een vergroting van het aantal kategorieen de snelle scoring 4 het systeem van flanders is te teacher centred met name ontbreken katego ri een voor verbale achtergrondaktiviteiten van de leerlingen ook zijn de kategorieen voor de leerlingenaktiviteiten te ongenuanceerd 9 ondanks de bezwaren leek het ons nuttig ons verder te bekwamen in het flanderen we hebben ons daarbij de volgende vragen te stellen 1 in hoeve rre wijkt het oordeel m b t het taalgedrag van een leraar aan de hand van een verbale interaktieanalyse a la flanders in belangrijke mate af van een intuitief o ordeel 2 kunnen gegevens uit zo n analyse therapeutisch gebruikt worden bij de begeleiding van leraren en a s leraren 3 welke verbeteringen kunnen we aanbrengen in het kategorieensysteem van flanders als we daarbij vooral rekening houden met gegevens uit de studie van de taalbeheersing en we de verbale interaktie dus allereerst opvatten als een taalgebeuren en pas in tweede instantie als een didaktisch gebeuren not e n 1 amidon h unte r 1967 3 2 h et motief om deze red uk tie tot stand te brengen kan bij onderscheid en observatoren overigens hee l verschillend zijn afhankelijk van d e doels t el ling van de waarnemer i n onze groep bleek in ie der geval een tweeta l opvatt ingen voor t e komen a het doel van de verbale interaktieanalyse is een les d idakt isch te analyseren d e intera ktieanalyse i c m b v h et flan derssysteem is daarbij midd el i n deze opvatting speelt n atu urlijk sterk de voorond erstell i ng mee dat het verbale ge drag het total e gedrag weers pi ege l t h o mm er s 1 971 2 1 8 b h et d oel van d e verbale interaktieanalyse is bepaalde verba le in t eraktiepatronen bloot te leggen 43 d ie te besch rijven en ze zod oende als vaard ig heid leerbaar te make n in dit geva l neemt men aan dat h et mogelij k is d at teach er s select their eer bal b eh avior so th at their pract ice win be more in fine with what they want it to be amidon hunter 1967 4 in he t eerste geval is h e t gerealisee rde verb a l e gedrag een pr o dukt van een gek ozen d id a ktische strateg ie in het tweede geval staat naas t d e gekozen d id a kt ische strategie d e gekozen ver bale strateg i e c fr v a n b e rge i j k 197 1 10 3 107 en de daar ge noemde litera tuu r 3 in d e hie rb oven geschetste eerste opvatting behoort de verbale intera k tieanalyse dui delijk tot de kom p e tent ie van d e did aktiekdocent in d e t weed e o pvatting is d e taalvaardighei dsd ocent d eskun dig 4 ter verduidelijking volg t hier de om schrijving van he t voorwerp van fland ers observatie en analysetec hniek zoals van bergeijk d ie geeft het zijn nu d e stateme n ts waarin het verbale gedr ag van de leraar gestalte k rijgt die het voorwerp van fl an der s observatie en analysetechniek vormen v a n be r ge ijk 1 97 1 1 31 5 we han dhaven voorlo pig d e t erm statemen t ter aan duiding van een b ep aalde leraars leerling ak tiviteit op een b epaal d m oment een nederla nd s woord als bewering is veel te eng in zijn betek e nis wellicht is uiting bruikbaar 6 vo lgens v an bergeijk ligt dit overigens niet zo zeer aan het fland erssysteem het is n l een zg low inferencesysteem d w z de in een d ergelij k sys t eem geh an teerde waarnemingskategorieen hebben be tre kking op specifieke welom schreven en in bet r ekkelijk grote mate van objektiviteit observeerb are gedragsvarianten zoals de leraar herhaal t de vraag van d e leerling de leraar stel t een evalu erend e vraag etc van b ergei jk 1971 1 1 9 onze moeilijkheden zullen dus wel voortgekomen zijn uit een onvoldoe nd e beh eersing van d e materie 7 h ier vo lgen de opm erkin gen die we gemaakt he b ben in een plenaire verga der ing van stroom 5 opgemer kt zij d at we d estijd s nog p raktisch niets aan e nige li t eratuurstu die hadd en ged aan daar door is de relevantie van de o pmerki ngen o i nu b elangr ijk minder 8 cfr ech ter momme r s 1 9 7 1 2 1 8 9 het v i c s amidon hunte r 1 967 21 1 bestee dt hieraan mee r aand ach t literatuur armdon edmund elizabeth hunter improving teaching the analysis of classroom eerbal interaction london 1967 bergeijk j van didactisch handelen een terreinverkenning in verband met de practi sche scholing van aanstaande leraren wageningen 1971 mommers m j c interactie analyse en de vorming van leerkrachten in ped st 48 1971 nr 5 216 228 44
Gerelateerd:
- Fictie in de basisvorming, een leerplan
- Een spiegelcurriculum voor communicatief taalonderwijs: een veldaanvraag nader beschouwd
- Verscheidenheid in eenheid en eenheid verscheidenheid. Twaalf docenten Nederlands over hun literatuuronderwijs in de bovenbouw van havo en vwo.
- Het afleiden van woordbetekenissen uit context: een poging deze vaardigheden te trainen.