Publicatie datum: 1996-03-01
Auteur: Jozien Moerbeek
Collectie: 25
Volume: 25
Nummer: 4
Pagina’s: 42-50
Documenten
canons in context tekstkeuzes in het literatuuronderwijs jouen moerbeek in de literatuurdidactische discussie is alom de tendens aanwezig om canon als synoniem te gebruiken voor leeslijst literatuurleerplan of lesontwerp was vroeger de canon een autoritair concept tegenwoordig lijkt er alleen nog een canon als didactisch instrument te bestaan met andere woorden het onderwijs orienteert zich niet meer op een naar ideele opvattingen voorgeschreven canon maar canon wordt datgene genoemd dat naar eigen inzicht en behoeften in de les behandeld wordt het moge duidelijk zijn dat een dergelijk canonbegrip geen prescriptief karakter kan hebben e discussie met betrekking tot het bineerd kan worden met aandacht voor de literatuuronderwijs laat golfbewe belevingswereld van de leerlingen eind gingen door de tijd heen zien jaren tachtig begin jaren negentig komt afwisselend worden er afwegingen dan ook een nieuwe doelstelling op voor gemaakt tussen stofgericht versus het literatuuronderwijs literaire competen leerlinggericht onderwijs tussen historise tie die een brug lijkt te moeten slaan tus ring gericht op kennis van de context van sen de functies die tot dan toe steeds weer het verleden versus actualisering gericht als belangrijkste elementen in de discussie op de betekenis die oudere teksten nu nog terugkeren leesplezier en cultuurover voor de lezer kunnen hebben met name in dracht de jaren tachtig lijkt het pleit gewonnen door de leerlinggerichte benadering het geen gevolgen heeft gehad voor de wijze de schoolcanon waarop de literatuur in de klas werd aange boden behalve veranderingen in opvattingen ten aanzien van het doel van het literatuuron toch valt er de laatste jaren een verlegging derwijs hebben zich in de loop der jaren van aandachtspunten te signaleren lang eveneens wijzigingen voorgedaan in de zaamaan wordt het didactische probleem canonopvattingen een ontwikkeling die betreffende de werkvormen hoe moeten gelijke tred houdt met de theorievorming in wij literatuur onderwijzen weer verlegd de literatuurwetenschap tegenover het tra naar de lesstof zelf wat moeten wij onder ditionele begrip van een prescriptieve canon wijzen een belangrijke vraag hierbij is hoe is een meer pluralistisch concept geintrodu respect voor het literaire kunstwerk gecom ceerd dat literaire canons verbindt aan nra 25e jaargang nummer 4 maart april 1996 sociale groepen het wordt inmiddels ook ratuurlessen ongetwijfeld zijn zich buiten door theoretici erkend dat aanname van de tekst bevindende factoren medebepa een universeel normen en waardenstelsel lend voor de greep die uit de keur aan berust op een illusie elke canon heeft beschikbare titels gedaan wordt zo kan andere kwaliteiten en een andere functie canonvariatie onder meer op grond van de canon bestaat dus niet veeleer een internationale of regionale onderscheiden aantal naast elkaar bestaande afzonderlijke tot stand komen noordduitse leerplannen canons zullen bepaalde schrijvers eerder opnemen dan zuidduitse en andersom een canon vanuit verschillende groepsbelangen wordt van engelse literatuur zal niet dezelfde zijn aangedrongen op canonaanpassing bijvoor als die van de ierse amerikaanse of austra beeld door middel van het opnemen van lische terwijl de literatuur toch in dezelfde meer vrouwelijke auteurs en jongere schrij taal geschreven is een onderzoek naar vers daarnaast vraagt men zich af het niet schoolcanons voor het literatuuronderwijs eens tijd wordt voor een multicultureel in nederlands in twee landen die tot hetzelfde ieder geval een meer europees georienteerd taalgebied behoren nederland en vlaan literatuuronderwijs bovendien is men van deren kan uitwijzen of deze stelling houd mening dat in het secundair onderwijs ook baar is ruimte geboden moet worden voor teksten die duidelijker aansluiten bij de ervaringswe door middel van een enquete onder leer reld van jongeren een gevolg hiervan is dat krachten nederlands die lesgeven aan de voor de verschillende niveaus en richtingen hoogste drie klassen van het van onderwijs allerlei canons naast en door voortgezet secundair onderwijs in neder elkaar kunnen gaan functioneren land en vlaanderen zijn gegevens verza meld omtrent het gebruik van schoolboe willen we de verschillen en overeenkom ken en tekstkeuzes in de lespraktijk 278 sten tussen de canons van de drie groepen respondenten 138 nederlandse en 141 die bij het literatuuronderwijs betrokken zijn vlaamse hebben deelgenomen aan deze leraren leerlingen en schoolboeksamen enquete teneinde inzicht te krijgen in de stellers blootleggen dan zullen we de vigerende canon voor de doelgroep van dit diverse onderdelen afzonderlijk moeten onderzoek is uitgegaan van de onderwijs bestuderen op grond van het voorafgaan praktijk in het schooljaar 1992 1993 wat de kunnen we een schoolcanon beschrijven waren op dat moment de meest gebruikte als een verzameling teksten en auteurs die schoolboeken welke tekstkeuzes zijn toen een belangrijke rol spelen in het literatuur gemaakt en hoe hangt die keuze samen onderwijs de kern van dit bestand wordt met het schoolboek gevormd door die auteurs en werken die niet alleen door leraren vaak en grondig behandeld worden maar die ook door leer het gebruik van school lingen in het kader van de schoollectuur zeer veel gelezen worden en die in de boeken en tekstkeuzes in de meerderheid van de schoolboeken aan lespraktijk dacht krijgen de vaste punten die in ieder literatuurboek terugkeren allereerst dient bepaald te worden welke plaats het schoolboek inneemt in het huidige men mag veronderstellen dat niet alleen literatuuronderwijs in nederland en vlaande literaire aspecten in het geding zijn bij het ren wordt in vlaanderen naast of misschien beoordelen of een auteur of werk al dan zelfs in plaats van het schoolboek meer dan niet geschikt is voor behandeling in de lite in nederland gewerkt met zelf samengesteld maart april 1996 nummer 4 25 jaargang vie materiaal maken de leerkrachten over het denten hadden hierbij de keuze tussen de algemeen gebruik van een schoolboek of volgende mogelijkheden gebruiken ze meerdere boeken naast elkaar blijven schoolboeken in vlaanderen langer in 1 uitsluitend zelf samengesteld materiaal gebruik dan in nederland worden in vlaan 2 uitsluitend een leerboek deren nederlandse schoolboeken gebruikt en 3 uitsluitend meer leerboeken andersom 4 een combinatie van een leerboek en zelf samengesteld materiaal de eerste vraag betreft het soort lesmateri 5 een combinatie van meer leerboeken aal dat in de les gebruikt wordt de respon en zelf samengesteld materiaal grafiek 1 aard van het gebruikte lesmateriaal uit het overzicht in grafiek 1 blijkt dat zowel wat de tweede vraag over de gebruiksduur in nederland als in vlaanderen het school van een schoolboek betreft kan gesteld boek nog een actieve rol speelt in beide worden dat in vlaanderen over het alge landen wordt het meest gebruik gemaakt meen een eenmaal gekozen schoolboek van een combinatie van een leerboek en langer in gebruik blijft dan in nederland zelf samengesteld materiaal 3 nederland alhoewel niet precies valt aan te geven hoe scoort hierbij hoger dan vlaanderen de veel langer de antwoordmogelijkheden op combinatie van meer leerboeken en zelf deze vraag waren immers beperkt de samengesteld materiaal staat in beide ian respondenten konden kiezen voor 1 2 jaar den op de tweede plaats terwijl in vlaande 3 5 jaar en meer dan 5 jaar in nederland ren bijna driemaal zo vaak als in nederland koos 54 voor deze laatste mogelijkheid voor deze mogelijkheid gekozen wordt het en in vlaanderen zelfs 7190 door een toe minst wordt in beide landen gekozen voor lichting van een aantal respondenten wordt optie 3 uitsluitend meer leerboeken de duidelijk dat sommige schoolboeken soms percentages zijn nagenoeg gelijk opvallend wel 20 jaar gebruikt zijn zoals de ring is dat in vlaanderen beduidend minder dan vlaanderen een verklaring voor het feit dat in nederland gewerkt wordt met uitsluitend schoolboeken in vlaanderen langer in een leerboek het gebruik van uitsluitend gebruik blijven dan in nederland kan zijn dat eigen materiaal ligt in beide landen procen er gewerkt wordt met totaalmethoden die tueel gezien dicht bij elkaar in vlaanderen bestaan uit zes delen voor ieder jaar een komt deze optie op de derde en in neder het ligt voor de hand dat een eenmaal land op de vierde plaats gekozen methode niet zo snel vervangen ai 25e jaargang nummer 4 maart april 1996 wordt wellicht hangt met dit gegeven in nederland ontkennend toch wil de samen dat vlaamse leerkrachten meer dan meerderheid van de respondenten wel een hun nederlandse collega s met zelf samen schoolboek blijven gebruiken circa 22 in gesteld materiaal naast de bestaande vlaanderen en slechts 9 in nederland methode werken zegt expliciet liever niet met een schoolboek te willen werken het schoolboek heeft nog met betrekking tot het gebruik van neder niet afgedaan hetgeen moge blijken uit het landse schoolboeken in vlaanderen en gegeven dat maar liefst 237 van de 278 omgekeerd kunnen we vaststellen dat in respondenten al dan niet naar tevreden nederland in het schooljaar 1992 93 niet heid gebruik maakt van tenminste een gewerkt is met vlaamse boeken ook schoolboek 79 respondenten werken met vlaanderen richt zich grotendeels op mate twee 43 met drie en 21 met vier boeken riaal van eigen bodem als meest gebruikte schoolboeken in het op de vraag of het optimale schoolboek schooljaar 1992 93 uitgesplitst naar oplei reeds op de markt gebracht is antwoordt dingsniveau kwamen in vlaanderen naar ruim 80 van de respondenten de uit voren in volgorde van frequentie komst in vlaanderen is vrijwel gelijk aan die vierde klas vijfde klas zesde klas taalmozaiek dubbelfluit taalmozaiek gediff nederlands melopee wereld in teksten nederlands verrijk je taal taalgroei taalmozaiek gediff nederlands wild van de inkt dubbelfluit nederlands gediff nederlands facetten nederlands wild van de inkt tabel 1 meest gebruikte schoolboeken schooljaar 92 93 blijkens de enquete speelt het schoolboek woordden de repondenten in beide landen zowel in nederland als in vlaanderen nog nagenoeg gelijk op een enkele uitzondering een rol van betekenis bij de keuze van hun na meer dan hun vlaamse collega s stelden teksten lieten leerkrachten zich het meest de nederlandse leerkrachten eisen aan het leiden door ervaring vanuit voorgaande aantal vertalingen en de spreiding over de jaren en het schoolboek de invloed van verschillende periodes dit stemt overeen zelfgenoten onderwijs is in nederland het met de daadwerkelijke verdeling van de laagst en in vlaanderen is het minst geko meest gelezen teksten over de verschillen zen voor overleg met de leerlingen navol de periodes en het percentage buitenland ging van het leerplan is voor de vlaamse se literatuur inderdaad laat het overzicht respondenten veel belangrijker dan voor van meest gelezen teksten in nederland hun nederlandse collega s een grotere spreiding over de verschillende periodes zien dan in vlaanderen en het op de vraag of leerkrachten eisen stellen percentage vertalingen is in vlaanderen aan de door de leerlingen te lezen teksten 14 maar in nederland nihil het meeste in het kader van de zelfstandige lectuur ant belang werd in beide landen gehecht aan maart april 1996 nummer 4 25 jaargang fi het soort teksten bijvoorbeeld uitsluitend meestal komt de keuze voor de teksten tot literaire werken en de spreiding over stand in samenspraak met leerkracht en auteurs iets meer dan in vlaanderen letten leerling dit gebeurt over het algemeen in docenten in nederland op het literaire de vorm van door de leerkracht samenge gehalte van de door de leerlingen te lezen stelde lijsten waaruit de leerlingen een teksten ook dit komt overeen met het keuze kunnen maken er wordt hierbij wel overzicht van het soort teksten dat in de ruimte geboden voor suggesties van de praktijk gelezen is werd er in vlaanderen leerlingen maar de beslissing ligt uiteindelijk nog ruimte geboden aan jeugd en ont bij de leerkracht in vlaanderen is de invloed spanningsliteratuur in nederland lazen de van de leerkracht beduidend hoger dan in leerlingen uitsluitend literatuur voor volwas nederland zoals het overzicht van ant senen woorden in grafiek 2 laat zien 60 nederland 50 vlaanderen 40 ae 30 n ar n 20 10 te or 0 vo or sch rift eigen keuze leerkracht leerlingen anders niet ingevuld grafiek 2 keuze van zelfstandige lectuur door de leerlingen in nederland is meer dan in vlaanderen en welke vijf teksten en auteurs het meest gekozen voor optie 2 eigen keuze van leer gelezen zijn door hun leerlingen in het kader lingen veelal met de restrictie dat de leer van de zelfstandige lectuur om de vraag te kracht zijn haar goedkeuring moet geven beantwoorden hoe het vlaamse literaire cir de derde optie anders interpreteerden alle cuit zich verhoudt tot het nederlandse kun leerkrachten als een gecombineerde keuze nen we aan de hand van de enquetegege in samenspraak met leerling en leerkracht vens nagaan hoeveel aandacht er in het nederlandse onderwijs besteed is aan vlaamse en nederlandse teksten en auteurs de regionale gebondenheid en hoeveel in het vlaamse onderwijs van tekstkeuzes van de 252 genoemde titels die de neder landse leerkrachten het grondigst behan aan de leerkrachten is gevraagd welke vijf deld hebben zijn er 20 vlaams ongeveer teksten en auteurs zij in het schooljaar 8 het gaat hierbij om werk van een tien 1992 93 het grondigst behandeld hebben tal schrijvers nm 25 jaargang nummer 4 maart april 1996 hugo claus 5 titels ren vrijwel geen van de titels die alleen willem elsschot 3 titels genoemd zijn door de nederlandse respon paul van ostayen 3 titels denten is van vlaamse oorsprong met uit jos vandeloo 2 titels zondering van drie teksten van hugo claus johan daisne 1 titel twee teksten van paul van ostayen en een guido gezelle 1 titel tekst van jos vandeloo deze schrijvers zijn rose gronon 1 titel echter in vlaanderen in ruime mate verte kristien hemmerechts 1 titel genwoordigd met ander werk het grootste hubert lampo 1 titel deel van de teksten die alleen in vlaanderen hugo raes 1 titel genoemd zijn is van vlaamse origine des ward ruyslinck 1 titel alniettemin is het aantal nederlandse tek sten genoemd in vlaanderen groter dan het in vlaanderen zijn 104 van de 322 genoem aantal vlaamse teksten genoemd in neder de titels van nederlandse afkomst circa land 32 vlaamse leerkrachten staan duidelijk meer open voor de nederlandse literatuur wanneer we de titels die meer dan 5x dan nederlandse leerkrachten voor de genoemd zijn bij elkaar zetten in tabel 2 vlaamse zonder overigens hun eigen cul kunnen we zien dat niet alle werken een tuur uit het oog te verliezen het percentage zelfde positie innemen in de afzonderlijke genoemde vlaamse titels is altijd nog hoger hierarchieen de frequentie van van den dan het percentage nederlandse teksten vos reynaerde max havelaar en mari ken van niemeghen bijvoorbeeld ligt in de tekstkeuze van de leerlingen laat een vlaanderen beduidend hoger dan in neder zelfde beeld zien al lijkt de regionale land daarnaast staat een aantal veelge gebondenheid in vlaanderen hier iets groter noemde titels in nederland veel lager in de d an in het vorige geval 55 van de meest vlaamse hierarchie en andersom ook zijn gelezen teksten is van vlaamse en 30 van er werken in het ene land hoogfrequent nederlandse afkomst van de volgende terwijl ze in het andere land helemaal niet vlaamse auteurs hebben de nederlandse genoemd werden respondenten teksten genoemd er blijft slechts een klein kernbestand over willem elsschot 3 titels van titels die zowel in nederland als in ward ruyslinck 3 titels vlaanderen een hoge positie in de hierar jos vandeloo 2 titels chie innemen te weten karel ende ele hugo claus 1 titel gast van den vos reynaerde max hendrik conscience 1 titel havelaar op een gedeelde tweede plaats hubert lampo 1 titel beatrijs mariken van niemeghen en de leo pleysier 1 titel aanslag van mulisch als we de teksten die leerkrachten het het kernbestand van de door de leerlingen grondigst behandeld hebben uitsplitsen meest gelezen teksten ziet er iets anders naar land dan kunnen we een aantal wer uit alleen de aanslag van mulisch en wie ken aanwijzen die in beide landen genoemd rook en tranen van ruyslinck staan in zijn maar ook een hoeveelheid teksten die beide landen hooggeplaatst in de hierar alleen in het nederlandse of alleen in het chie al dient te worden vermeld dat de fre vlaamse literatuuronderwijs aandacht quentie van de aanslag in nederland ruim gekregen hebben slechts 58 titels zijn in driemaal zo hoog is als in vlaanderen in beide landen genoemd 183 titels alleen in tabel 3 zijn alle titels met een frequentie van nederland en 214 titels alleen in vlaande 5 of meer bijeengezet maart april 1996 nummer 4 25 jaargang nrx nederland vlaanderen karel ende elegast 18 willem van den vos reynaerde 37 mu ltatuli max havelaar 17 multatuli max havelaar 32 willem van den vos reynaerde 17 mariken van niemeghen 16 beatrijs 13 mulisch de aanslag 11 vondel gijsbrecht van remstel 11 gezelle gedichten 11 bordewijk bint 10 beatrijs 10 m v st aldegonde wilhelmus 10 karel ende elegast 10 couperus de binocle 9 elsschot het dwaallicht 9 mulisch de aanslag 9 elsschot kaas 8 lanceloet van denemarken 9 van ostayen verzamelde gedichten 8 mariken van niemeghen 9 buysse het gezin van paemel 7 nijhoff het uur u 8 van hoeck voorlopig vonnis 7 hermans de donkere kamer van d 7 michiels het boek alpha 7 brouwers bezonken rood 6 vondel lucifer 7 hermans het behouden huis 5 van den broeck groenten uit balen 5 nescio de uitvreter 5 elckerlyc 5 paaftjens snikken en grimlachjes 5 bredero de spaanschen brabander 5 hoo ft poezie 5 tabel 2 kernbestand van teksten die de leerkrachten het grondigst behandeld hebben nederland vlaanderen mulisch de aanslag 5 lanoye kartonnen dozen 19 hermans de donkere kamer 20 mulisch de aanslag 16 bernlef hersenschimmen 16 ruyslinck wierook en tranen 13 brouwers bezonken rood 15 vandeloo het gevaar 9 krabbe het gouden ei 13 suskind het pa rfum 8 minco het bitt ere kruid 10 geeraerts double face 6 ruyslinck wierook en tranen 8 hemmerechts brede heupen 6 t hart de kroongetuige 7 elsschot het dwaallicht 5 t hart een vlucht regenwulpen 6 lampo de komst van joachim stiller 5 koolhaas vanwege een tere huid 6 marain rosalie niemand 5 meysing robinson 6 townsend het geheime dagboek v am 5 bordewijk bint 5 seynhaeve een wolk als afscheid 5 koolman montijn 5 minco de val 5 mulisch twee vrouwen 5 reve de avonden 5 wolkers turks fruit 5 tabel 3 kernbestand van teksten die de leerlingen het meest gelezen hebben zelfstandige lectuur np ni 25 jaargang nummer 4 maart april 1996 ai snel wordt duidelijk dat er ook wat de den in ieder tijdvak andere eisen aan litera meest gelezen teksten betre ft verschuivin tuur gesteld waarbij niet zelden de beoor gen in de hierarchie plaatsvinden drie in delingscriteria op zich veranderen ander nederland hoog frequente titels bezonken zijds moet een canon de contemporaine rood bint en montijn doen helemaal niet literaire produktie te allen tijde kunnen mee in vlaanderen de overige titels staan selecteren en integreren veel lager in de vlaamse hierarchie dan in de nederlandse en van de vlaamse hoog steeds vaker worden vraagtekens gesteld frequenten zijn er slechts twee titels die bij de prescriptiviteit van de canon onder enige rol spelen in het nederlandse litera invloed van het groeiend inzicht dat canon tuuronderwijs het gevaar en de komst vorming contextgebonden is het resultaat van joachim stiller acht titels werden van menselijk handelen gebaseerd op zelfs niet eens genoemd in nederland selecties die afhankelijk zijn van tijd plaats en doel de normen die aan deze keuze ten opvallend is dat er geen enkele vlaamse grondslag liggen blijven veelal impliciet auteur alleen in nederland is genoemd een wat het literatuuronderwijs betre ft zullen aantal nederlandse auteurs daarentegen is van de kant van de leraren en de samen wel alleen in vlaanderen genoemd zonder stellers van schoolboe ken opvattingen ten uitzondering hebben de vlaamse auteurs aanzien van literatuur en opvattingen ten die in nederland genoemd zijn gepubli aanzien van het literatuuronderwijs een ceerd bij nederlandse uitgevers van de belangrijke rol spelen evenals didactisch vlaamse auteurs die wel in vlaanderen pedagogische overwegingen daarnaast maar niet in nederland genoemd zijn is kunnen ook historische geografische of slechts 109 o alleen bij een vlaamse uitgever confessionele aspecten bepalend zijn voor uitgekomen de overigen functioneren dus de tekstkeuzes het hernieuwde canoncon wat de distributie betre ft op enigerlei wijze cept hee ft als gevolg dat een schoolcanon in het nederlandse literaire circuit binnen ten behoeve van het secundair onderwijs het literatuuronderwijs daarentegen blijven niet noodzakelijk gelijk hoe ft te zijn aan een de circuits nog gescheiden academische canon het is zelfs zo dat bin nen een type onderwijs verschillende canons kunnen voorkomen canons in het conclusie vlaamse literatuuronderwijs zullen op som mige punten afwijken van die in het neder landse onderwijs en een katholieke canon de laatste jaren is er een duidelijke tendens zal niet volledig overeenstemmen met een om canonvorming te beschouwen vanuit gereformeerde bijvoorbeeld een communicatief standpunt en niet langer als veroorzaakt door intrinsieke kwaliteiten door het begrip canon op te vatten als van het literaire werk uitgaande van een relatief meetresultaat valt het kwaliteitspro consensus die op een zeker moment bin bleem grotendeels weg en krijgen we een nen een sociale groepering bestaat worden concept dat vergelijkingen mogelijk maakt bepaalde teksten gewaardeerd en in een het onderzoek kan zich dan richten op de canon geplaatst een concreet werk kan mechanismen van reputatieverwerving daarbij in verschillende canons of door ver welke boeken worden door welk publiek schillende tijden heen verschillende posities gewaardeerd of gelezen in hoeverre wijken innemen van een dominante positie kan de keuzes van de diverse literaire circuits het werk opschuiven naar de periferie en van elkaar af misschien kunnen we dan andersom geen enkele canon zal over lan uiteindelijk aan de hand van een reeks syn gere tijd onveranderd blijven enerzijds wor chrone en diachrone beschrijvingen inzicht maart april 1996 nummer 4 25 jaargang mn krijgen in de vraag hoe canons zich in de woorden hoe canon en context zich tot loop der tijd gewijzigd hebben met andere elkaar verhouden jouen moerbeek nassaulaan 9 nl 3761 bs soest noten 1 het onderzoek waarover gerapporteerd wordt is uitgevoerd aan het onderzoeksin stituut voor geschiedenis en cultuur van de universiteit utrecht in nauwe samen werking met het departement literatuurwetenschappen van de ku leuven pro f dr dirk de geest jozien moerbeek canons in context het gebruik van school boeken en tekstkeuzes in de lespraktrijk in het voortgezet secundair onder wijs in nederland en vlaanderen doctorale dissertatie in voorbereiding 2 de vlaamse respondenten zijn gelijkmatig verdeeld over de vijf provincies en de drie onderwijsnetten 3 waaruit dat zelf samengesteld materiaal bestaat is helaas niet bekend aangezien hier niet naar gevraagd is 4 onder frequentie wordt verstaan het aantal keren dat een titel genoemd is 5 hoogfrequent wil zeggen dat een titel 5x of meer genoemd is tussendoor stelling een leerkracht mag slechts een schoolboek gebruiken als hij zij compleet begrijpt wat erin staat en als hij zij inziet welke aanpak erachter zit af te meten aan de helderheid en volledigheid waarmee sommige materiaalontwikke laars hun aanpak uit de doeken doen in hun handleiding betekent deze stelling zoveel en zo weinig als een doodvonnis aan het adres van het gemiddelde schoolboek kris van den branden onderzoeker 25 jaargang nummer 4 maart april 1996