Publicatie datum: 1994-09-01
Auteur: Herman Verstraeten
Collectie: 24
Volume: 24
Nummer: 1
Pagina’s: 43-51
Documenten
controlevragen als hulp middelen voor tekstrevisie herman verstraeten uit onderzoek naar de gele tterdheid van achttienjarigen blijkt overduidelijk dat het vaardigheidsonderwijs bijstu ri ng behoeft de gea ttesteerde tekortkomingen hebben betrekking op v rijwel elke stap in de mondelinge of sch riftelijke tekstproduktie doel en doelgroepspecificering inhoudsvinding structurering argumentatieve onder bouwing samenhang formulering revisie activiteiten er is dus een behoe fte aan een gestructureerde leerlijn in het vaardigheidsonderwijs evenzeer is er een behoefte aan hulpmiddelen voor revisie activ it eiten tijdens de totstandkoming van een tekst ik heb geprobeerd om bruikbare controlevragen 1 te ontwerpen bij elke stap in de constructie van een mondelinge en of sch riftelijke tekst in de zakelijke sfeer van het macroniveau de analyse van de communicatiesituatie tot het microniveau de con structie van zinnen opdat de strekking van de controlevragen duidelijk zou zijn was het nodig om bij elke stap een summiere theoretische toelichting te geven e controlevragen kunnen zowel de communicatiesituatie voor de leerling als voor de leerkracht dienstig zijn door de analyseren vragen te leren hanteren zal de leerling aan een eigen cognitief als je een spreek of schrijfopdracht moet arsenaal werken waarmee hij opdrach uitvoeren ga je planmatig te werk eerst ten buiten de schoolsfeer efficient en effec maak je een expliciete analyse van de situ tief kan uitvoeren omdat die vragen een atie waarin je boodschap tot stand moet zeker houvast bieden zal de leerling ver komen je probeert dus een duidelijk moedelijk ook een positieve a ttitude tegen inzicht te krijgen in het doel van je bood over communicatie opdrachten ontwikke schap je doelgroep het meest geschikte len kanaal en de randvoorwaarden van je de leerkracht kan er zijn beoordeling van opdracht een spreek of schrijfprodukt mee rationali seren en zijn leerlingen gedetailleerd en ad communicatiestoring of ruis komt meestal rem op ontsporingen wijzen voort uit een ge brek aan planning de zen der gaat aan de slag voor hij zich een dui delijk beeld hee ft gevormd van de situatie waarin de communicatie zich zal afspelen hij is te snel en te onzorgvuldig heengegaan sept okt 1994 nummer 1 24e jaargang nm over essentiele vragen rond de vier aspec door de volgende controlevragen langs te ten van de communicatiesituatie doel lopen kun je een duidelijk zicht krijgen op doelgroep kanaal en medium randvoor de parameters van de spreek of schrijfop waarden dracht controlevragen bij de analyse van de communicatiesituatie a wat wi ik bereiken ga na of je een enkel doel nastreeft of meer doelstellingen en beantwoord dan de rele vante vragen 1 ik wil vooral kennis overbrengen wat precies moet mijn doelgroep na mijn boodschap weten 2 lk wil vooral overtuigen wat moet mijn doelgroep na mijn boodschap geloven inzien willen 3 ik wil vooral overhalen wat moet mijn doelgroep na mijn boodschap doen of nalaten 4 ik wil vooral onderrichten wat moet mijn doelgroep na mijn boodschap kunnen 5 lk wil vooral ontroeren wat moet mijn doelgroep na mijn boodschap voelen b voor wie is mijn boodschap bedoeld 1 doelgebonden vragen welke voorkennis hebben ze al van het onderwerp welke vaardigheid hebben ze al met betrekking tot het onderwerp welke gevoelens hebben ze al met betrekking tot het onderwerp welke mening vooroordelen hebben ze al over het onderwerp welke voornemens hebben ze al met betrekking tot het onderwerp 2 persoonsgebonden vragen wat is hun gemiddelde leeftijd wat is het percentage mannen en vrouwen welke functie bekleden ze welke opleiding hebben ze genoten wat is het niveau van hun taalbeheersing w at i va 24e jaargang nummer 1 sept okt 1994 c welk kanaal en welk medium kies ik voor mijn boodschap 1 kanaal kan ik uit de opdrachtomschrijving opmaken of het gaat om een mondelin ge of schri ftelijke boodschap kan ik uit de doelgroepspecifcering opmaken of mondelinge of schriftelijke communicatie geschikt is is het wenselijk om voor de mondelinge uiteenze tting schriftelijke informatie te bezorgen is het wenselijk om na de mondelinge uiteenze tting een schriftelijke neerslag van een en ander te bezorgen 2 medium als ik mondeling communiceer kies ik dan voor een persoonlijk gesprek een telefonisch contact een mededeling via de intercom een radiobericht enz als ik schri ftelijk communiceer kies ik dan voor een brief een folder een memo een rapport een affiche een artikel enz d met welke randvoorwaarden moet ik rekening houden 1 bij mondelinge communicatie over hoeveel ontwikkelingstijd beschik ik over hoeveel spreektijd beschik ik over welk lokaal beschik ik hoe is de inrichting van het lokaal welke visuele hulpmiddelen heb ik nodig 2 bij schriftelijke communicatie over hoeveel ontwikkelingstijd beschik ik over welke tekstruimte beschik ik welke redactionele ondersteuning is er ter beschikking teksten ontwerpen informatieschema s ontwerpen nu je een duidelijke kijk hebt op de commu elke mondelinge of schriftelijke tekst kun je nicatiesituatie komt het erop aan de inhoud beschouwen als een geheel van antwoor en de structuur van de tekst vast te leggen den op vragen je moet er dus van uitgaan we beperken ons hierbij tot twee soorten dat de ontvanger zich een aantal vragen zal teksten informatieve teksten waarin je de stellen wanneer hij verneemt wat het onder ontvanger over iets informeert en argumen werp van je tekst is in een informatieve tatieve teksten waarin je een bepaald tekst is dat een tekstthema het is dus zaak standpunt meedeelt en argumenteert om over je onderwerp voldoende vragen te sept okt 1994 nummer 1 24e jaargang vit inventariseren als je ontvanger met enkele gend en geordend geheel zijn van antwoor vragen blij ft zitten die je over het hoofd hebt den op vragen gezien zal je tekst weinig effect hebben om de inhoud en de structuur van een alle vragen samen vormen het bouwplan informatieve tekst te beoordelen kun je de van je tekst het tekstschema voor fre volgende vier criteria toepassen quent voorkomende tekstthema s bijvoor beeld een nieuwe regeling of een maatre 1 volledigheid je gaat na of alle belangrij gel heeft de tekstkunde standaardbouw ke informatie is aangeboden plannen ontwikkeld die werk je verder uit 2 relevantie je gaat na of de aangeboden voor unieke tekstthema s bijvoorbeeld een informatie betrekking heeft op het tekst open brief of een voorstel moet je ze lf een thema en geen irrelevante uitweidingen bouwplan opstellen bevat 3 waarachtigheid je gaat na of de feiten als je voldoende hoofdvragen en aanvullen waarop je tekst steunt betrouwbaar de vragen hebt geformuleerd en beant zijn woord moet je al die informatie onderdelen 4 aanvaardbaarheid van de schikking je op een verantwoorde manier achter elkaar gaat na of de presentatievolgorde van de schikken dan zal je tekst een samenhan informatieonderdelen aanvaardbaar is controlevragen bij de constructie van informatieve teksten volledigheid 1 zijn alle te verwachten hoofd vragen geinventariseerd 2 zjn alle vragen voldoende beantwoord relevantie 3 hebben alle tekstonderdelen betrekking op het tekstthema 4 is de aangeboden informatie relevant waarachtigheid 5 zijn de vermelde feiten echt feiten 6 zijn de vermelde feiten verifieerbaar schikking 7 is de presentatievolgorde van de tekstonderdelen logisch argumentatieschema s een aantal vragen stellen wanneer hij ver ontwerpen neemt wat het onderwerp van je mondelin ge of schri ftelijke tekst is in een argumenta argumenteren is een veelvoorkomend ver tieve tekst is dat een standpunt het is dus schijnsel zowel in mondeling taalgebruik belangrijk om voldoende vragen te inventari debatten vergaderingen als in schriftelijk seren waarmee je het bouwplan kunt taalgebruik boekrecensies open brieven opstellen net zoals een informatieve tekst is ook een argumentatieve tekst een geheel van ant in een argumentatieve tekst wil je de ont woorden op vragen de ontvanger zal zich vanger van iets overtuigen je vraagt je nnis 24e jaargang nummer 1 sept okt 1994 daarbij af hoe kan ik mijn standpunt onder de subargumenten wat zijn de concessies bouwen welke tegenargumenten kunnen wat zijn de voorbehouden hoe aannemelijk daarbij rijzen en hoe weerleg ik die welk is de rechtvaardiging voorbehoud moet ik eventueel maken is de stap van argument naar standpunt te met al deze gegevens contrueer je een rechtvaardigen anders gezegd wat is het bouwplan je kunt dat doen aan de hand standpunt wat zijn de hoofdargumenten en van het volgende stappenplan stappenplan construeer de argumentatieve kern 1 inventariseer de nodige argumenten 2 onderbouw de argumenten 3 formuleer de concessies 4 schik de argumenten strategisch construe er de inleiding 5 wijs op het belang van het standpunt 6 geef een feitenoverzicht als kader 7 deel het standpunt mee 8 vermeld kort de belangrijkste argumenten construe er de afsluiting 9 herhaal standpunt en argumenten 10 gebruik psychologische overtuigingsmiddelen 11 kondig gewenste actie aan bij het kritisch nalezen van de inhoudson ledig overtuigend betoog wel bieden de derdelen kun je gebruik maken van de con vragen een houvast als je systematisch de trolevragen die hieronder volgen de lijst onderdelen langs loopt met het oog op een biedt natuurlijk geen garantie voor een vol eventuele revisie controlevragen bij de constructie van argumentatieve teksten 1 is mijn standpunt voldoende precies geformuleerd 2 is elk argument voldoende onderbouwd 3 heb ik met tegenargumenten rekening gehouden 4 zijn de argumenten strategisch geordend 5 heb ik een verantwoord beroep gedaan op psychologische overtuigingsmidde len 6 is het feitenoverzicht als kader voor mijn standpunt relevant 7 bevat de samenvatting de b el angrijkste argumenten en het standpunt 8 is het standpunt in de afsluiting hetzelfde als dat in de inleiding 9 is de gewenste actie aangegeven 10 heb ik voldoende wegwijzers voorzien sept okt 1994 nummer 1 24e jaargang alinea s bouwen bevraging van die thema s hee ft een aantal nieuwe thema s subthema s opgeleverd je beschikt nu over een gedetailleerd je kunt de thema s beschouwen als even bouwplan dat de geleding van de nog te zovele stappen in de ontwikkeling van de schrijven tekst aangee ft nu moet je de gedachtengang en de subthema s als de beschikbare informatie in samenhangende uitwerking ervan de teksteenheid waarin je teksteenheden afbakenen die afbakening de diverse stappen behandelt is de alinea zichtbaar maken de informatie binnen elke als thematische eenheid snijdt ze een nieuw teksteenheid oordeelkundig schikken weg aspect van het tekstthema aan wijzers voor de lezer voorzien alinea s bouw je met zinnen daarom bekij het is nutt ig om in een vrij lange tekst een ken we ook de opbouw van de kleinste aantal aparte alinea s op te nemen die de tekstgeleding de zin tekstopbouw toelichten zulke wegwijzers dragen geen thema gebonden informatie aan zoals thema alinea s doen ze tracte het bouwplan in alinea s indelen ren alleen een leesspoor en beva tt en een vooruitblik een terugblik of een overgang we hebben gezien dat elke hoofdvraag in de volgende vragen zullen je helpen om de het bouwplan een eigen thema hee ft de alinea indeling te reviseren controlevragen bij de indeling van het bouwplan in alinea s 1 begint het antwoord op elke hoofdvraag met een nieuwe alinea 2 zijn de grenzen van de alinea s op de juiste plaats aangebracht 3 zijn leesondersteunende alinea s wenselijk 4 rondt de laatste alinea de tekstlijn goed af 5 is de alinea indeling gemarkeerd thema alinea s construeren de t zin vervult twee functies 1 hij bakent de alinea af hoe wordt de informatie in een thema ali hij vermeldt het thema en doet er een nea opgebouwd uitspraak over die uitspraak moet een we hebben gezien dat de alinea een the generaliserend karakter hebben en matische eenheid is binnen de tekst wat moet een aanknopingspunt bieden voor binnen die alinea staat moet over een en verdere uitwerking daarom bevat een hetzelfde thema gaan het is dus belangrijk geschikte generalisering meestal een dat je duidelijk maakt wat het thema van de oordeel of een bewering de uitvoering alinea is liep op heel wat punten fout daarvoor gebruik je een kernzin de topi 2 hij gee ft het verband met de rest van de sche zin vanaf nu t zin hij gee ft beknopt tekst aan de essentie weer van de topos het ant hij geeft aan welke plaats de alinea woord op de topische vraag de overige inneemt ten opzichte van de andere ali alineazinnen zijn de uitwerking van de t zin nea s hij fungeert dus als een wegwij het zijn uitwerkingszinnen zer die het verloop van de gedachten gang onzichtelijk maakt dat verband mkt 24e jaargang nummer 1 sept okt 1994 kan uitgedrukt worden met signaal o a zijn een uitleg een argument een voor woorden of met verwijswoorden die beeld of een citaat krijgen de eerste positie in de t zin de uitwerking moet uit meer dan een zin ten slotte belichten we de gevolgen bestaan als je slechts een uitwerkingszin van de getroffen maatregel kunt bedenken bij een t zin dan heb je waarschijnlijk een verkeerd thema gekozen als t zinnen zo zijn geconstrueerd dan ga dan na in je bouwplan waar je dat thema moet uit hun opeenvolging de tekstlijn dui als een subthema onder kunt brengen delijk naar voren komen de voorkeurs te lange alinea s kunnen betekenen dat je plaats van de t zin is vooraan in de alinea meer dan een thema ontwikkeld hebt of daar verwacht de lezer immers de belang dat je te veel bijzaken en details als uitwer rijkste informatie king gebruikt hebt de uitwerkingszinnen gaan gedetailleerd in om de constructie van een alinea te evalu op het thema en de uitspraak die in de t eren kun je de volgende vragen hanteren zin zijn geformuleerd die uitwerking kan controlevragen bij de constructie van alinea s topische zin 1 gee ft de t zin duidelijk het thema van de alinea aan 2 is de tekstlijn uit de opeenvolging van de t zinnen af te lezen 3 bevatten de generaliseringen een oordeel of een bewering 4 zijn de uitspraken niet te specifiek of te ruim 5 zijn de aanknopingspunten duidelijk aanwijsbaar 6 staan de verbandwoorden vooraan in de zinnen 7 is de plaats van de t zin in elke alinea verantwoord uitwerking 1 zip de uitspraken voldoende uitgewerkt 2 is alle toelichting relevant zinnen construeren matiewaarde van de woorden vertrouwde informatie staat vooraan nieuwe informatie we hebben nu de inhoud van de alinea s staat achteraan het minder belangrijke afgebakend we weten welk thema in elke staat links van datgene wat informatief een alinea behandeld zal worden welke infor grotere waarde heeft daarom noemt men matie we over dat thema in de t zin en in dit verschijnsel het links rechts principe de uitwerkingszinnen zullen meedelen nu grafisch voorgesteld moeten we nagaan hoe we de informatie opbouwen in de kleinste teksteenheid de zin in een nederlandse mededelende zin wordt de woordvolgorde gestuurd door de infor sept okt 1994 nummer 1 24e jaargang links rechts principe links rechts vertrekpunt focuspunt vertrouwde informatie nieuwe informatie lage nieuwswaarde hoge nieuwswaarde informatief minder belangrijk is datgene wat altijd gepoogd moet worden om door de schrijver als gespreksonderwerp als besprekingen een bevredigend compro vertrekpunt voorstelt dat gespreksonder mis te bereiken werp is niet per se hetzelfde als het gram de cao die gisteren via besprekingen in maticaal onderwerp van de zin het vormt de metaalsector is gesloten is daar een het uitgangspunt waar de rest van de zin mooi voorbeeld van iets zinvols iets nieuws over meedeelt het fungeert als kader waarbinnen de rest van 2 de auteurs pleiten voor het harmonie de informatie wordt gepresenteerd model daarmee bedoelen ze dat er altijd gepoogd moet worden om door voorbeeld van de volgende drie dieptezin besprekingen een compromis te berei nen maken we door de toepassing van het ken een mooi voorbeeld daarvan is de links rechts principe een vlotlopende cao die gisteren in de metaalsector is mededeling de startzin is gisteren ging ik gesloten naar brussel in het fragment 1 is er een breuk in de dieptezinnen samenhang de minder gelukkige struc 1 ijk kwam in brussel mijn neef tegen tuur van de boodschap is grafisch voorge 2 mijn neef had een kunstboek gekocht steld 3 mijn neef wilde het kunstboek aan oma geven a b b c d c oppervlaktezinnen gisteren ging ik naar brussel daar kwam ik mijn neef tegen di had een kunstboek gekocht dat hij aan oma wilde geven breuk deze tekst loopt soepel omdat de ver bandwoorden in elke zin vooraan komen te om de schikking van de informatie in zin staan als het links rechts principe wordt nen na te gaan kunnen de volgende vragen doorbroken ontstaat er een breuk in de nutt ig zijn samenhang de lezer heeft dan een langere verwerkingstijd nodig vergelijk de volgende twee tekstfragmenten 1 de auteurs pleiten voor het harmonie model ze bedoelen daarmee dat er v 24e jaargang nummer 1 sept okt 1994 i i pf a s n