‘Creatief taalonderwijs’ is uit

Publicatie datum: 1973-01-01
Auteur: Kees Bolle
Collectie: 04
Volume: 04
Nummer: 4
Pagina’s: 99-102

Documenten

creatief taalonderwijs is ui t kees bolle eigenlijk had het allang bij u op de schrijftafel moeten liggen het resultaat van intensief konfereren studeren schrijven en op scholen proberen van al datgene wat paul dijkstra in eerste instantie met spelen met de pen had geintroduceerd en wat nu uitgebouwd en omgewerkt is tot een werkelijke longitudinaal informatie en werkboekl om even te citeren 1 naar een longitudinaal leerpla n pubers zijn toch geen kleuters en leraren bij het voortgezet onderwijs werken toch met heel andere leerstof dan kleuterleidsters is er dan geen fundamenteel onderscheid tussen wat taalonderwijs heet in de kleuter school en het werk van de leraar nederlands bij het voortgezet onderwijs liggen de doelstellingen bij die verschillende onderwijsniveaus niet hemelsbreed uiteen som migen vinden dat de kleuterschool zich bij het onderdeel taal moet houden aan die zaken waardoor het taalonderwijs op de lagere school vergemakkelijkt wordt en het taalonderwijs waarop men zich dan richt is voornamelijk het leren lezen en schrijven wil de taalontwikkeling van het kind werkelijk een vloeiend doorlopend geheel wor den vinden we dat er geen breuken dienen te zijn in de begeleiding van de taalgroei van onze leerlingen dan zal er een globale doelstelling voor het taalonderwijs moeten zijn dan zal op elke leeftijd naar eigen mogelijkheden gewerkt moeten worden in overleg met de onderwijsvormen voor andere leeftijdscategorieen het werkplan voor het taalonderwijs kan dan het resultaat zijn van het overleg tussen de verschillende schooltypen dat alles met het oog op een doelstelling voor het moedertaalonderricht binnen de scholen is er dan steeds sprake van voorbereiding en voortzetting van de begeleiding van het kind op dit moment beschikken we nog niet over een longitudinaal taalplan welke gege vens hebben we daarvoor al beschikbaar en met name voor wat betreft het aspect van creatief taalgebruik het op een rijtje zetten van het beschikbare materiaal dat is allereerst onze bedoeling zo ontstaat een eerste overzicht van de mogelijkheden van creatief taalonderwijs in kleuter basis en voortgezet onderwijs zo staat het in het eerste theoretische deel van het boek creatief taalonderwijs het is de eerste pijler van het boek de longitudinaliteit de tweede is de toepassing van de theorie van het creatieve proces in de inleiding wordt daarover het volgende gezegd 99 4 h e t creatieve proce s misschien is iedere creatieve daad naar zijn unieke aard nooit volledig achterhaalbaar maar wel is het mogelijk een grootste gemene deler te vinden van handelingen en denkvormen die zich voordoen bij wetenschappers hiusmoeders politici zakenlieden en kunstenaars wanneer zij bezig zijn een creatieve daad te stellen uit deze grootste gemene deler aan gedrags en denkvormen kunnen we een model afleiden dat het creatieve proces zodanig weergeeft dat we met zo n model kunnen werken we kunnen daarmee het inzicht in het creatieve proces verhogen en het bij onszelf of bij anderen op gang brengen er zijn van het creatieve proces verscheidene modellen ontworpen modellen die elkaar niet zo veel ontlopen een van de makkelijst hanteerbare eentje waarin het creatieve proces tot zijn kernstructuur is teruggebracht is dat van jerome s bruner 1 acquisition 2 transformation 3 evaluation anders gezegd 1 het verwerven van informatie 2 het veranderen naar een ander niveau brengen van de informatie het vormen van nieuwe ideeen erover 3 het uitwerken vastleggen overbrengen bruikbaar maken van het zich verworvene b runer wijst erop dat de middelste trap het bewerken van de verkregen informatie het hergroeperen van de gegevens het meest verwaarloosde element is in het gewone onderwijs als men daar al niet blijft steken in de fase van informatieverwerving dan vraagt m en i n het b es te geval al onmidd e llijk naar ee n nieuw re sultaat wil men b v bij projectonderwijs wat een nieuwe en creatieve werkvorm kan zijn niet telkens weer teleurgesteld worden in het resultaat dan zal men juist erop moeten toezien dat men de tweede fase niet overslaat of er te weinig aandacht aan geeft met de omschrijving van sidney j pa rn es voor creatief gedrag het ontwikkelen en gebruiken van ideeen die tegelijkertijd nieuw en waardevol zijn voor de gebruiker hebben we de grondtrekken gegeven voor wat we hier willen bereiken als uitvloeisel daa rv an moeten we leerlingen in hun mondelinge en schriftelijke expressie tot een vorm van creatief gedrag brengen door in hen het creatieve proces op gang te brengen tussen al die theo ri e door kunt u zich verlustigen in de lotgevallen van juffie bulthuis want om aan de gewenste divergentie tegemoet te komen is tussen de tekst door een roman in delen opgenomen dit is hoofdstuk 2 2 drs david glodemaker de druide was binnengekomen hij was rector van een grote scholengemeenschap en desondanks geheel opgeslokt door maatschappij kri tische groepe ringen bakkie keek hem lang en recht en longitudinaal in de ogen hij praatte 100 slechts nu en dan aarzelend en zoekend naar het juiste woord soms vloeiend en vlot formulerend maar het leidt natuurlijk allemaal naar het grootste deel van het boek de uitgewerkte lesvoorbeelden in een omvangrijk praktisch deel van het boek worden zowel voor kleuterleidsters als voor leraren bij het voortgezet onderwijs tal van suggesties aan de hand gedaan voor het werk in eigen onderwijssituatie doel is telkens verhoging van de taalprestatie die tegelijk denk en leefprestatie is uit het gedeelte voor kleuterschool en aanvankelijk basisonderwijs hier een voorbeeld het is les 5 daaruit rijmklanken rijmpje s introduktie de kinderen zitten in de kring en luisteren naar enkele gedichtjes die door de leidster worden gezegd beter is een bandopname te gebruiken van gedichtjes gesproken door verschi ll ende mensen en kinderen hierbij kunnen de verschillen tussen de stemmen van de leidster een man en een schoolkind worden betrokken in de obse rvatie zeg bij de gedichtjes ook een onzinrijmpje spreekopdrachten kies een woord uit het eerste gedicht de bandopname van het eerste gedichtje nog eens herhalen bedenk een aantal woorden die hierop rijmen welk woord uit dit eerste gedichtje vind je het mooiste bedenk eens een woord dat hier goed bij past probeer eens een grappig woord te bedenken dat niets betekent maak nu eens een ander woord dat op het eerste rijmt de leidster zegt een woord van een lettergreep bijv aap een kind uit de kring zegt een woord dat met de laatste letter van dat woord begint bijv paal het kind dat daa rnaast zit neemt weer de laatste klank over en bedenk t een woord dat met deze letter begint bijv laars probeer steeds dezelfde klinker in het woord te gebruiken spelopdrachten beeld eens uit dit doen enkele kinderen wat er in het gedichtje staat probeer di t nog eens maar nu zonder te spreken laat duidelijk aan je gezicht zien of je boos bent of blij of verdrietig luister goed naar een geluid dat de leidster maakt zij spreekt een klinker of medeklinker uit op een zachte lieve of scherpe toon probeer eens met je lichaam te laten zien wat zij zegt probeer het nu eens alleen met je gezicht te laten zien alleen met je handen de leidster zegt het onzinrijmpje enkele kleuters mogen uitbeelden wat zij denken dat de betekenis is van dit rijmpje de andere kleuters mogen hiernaar raden hun keuze moet zoveel mogelijk gemotiveerd worden een kind mag het onzinrijmpje opzeggen op een toon alsof het erg boos is ee n 101 ander kin d alsof het hee l blij is ook andere stemmingen kunnen gebruikt worden een kin d kiest een woord uit het onzinrijmpje d aarna mag het in de klas gaan zoeken naar een voorwerp dat bij dit woord past een ander kind kiest een rijmend woor d erbij en zoekt hiervoor ook een voorwerp ook het kiezen van een kl eur die bij dat woord past is mogelijk werkopdrachten de leidster herhaalt een van de gedichtjes dat uit vier regels bestaat de kindere n mogen het gedichtje d m v expressiemateriaal in beeld brengen later schrijft de leidster op aanwijzingen van de kinderen op het teken en verfwerk welk deel van het gedicht in beeld is gebracht de kinderen tekenen een aantal rijmwoorden en kleuren de woorden met hetzelfde klankrijm met dezelfde kleur de kinderen bedenken een zinnetje dat rijmt en beelden dit uit d m v teken verf boetseer of knipwerk de leidster herhaalt een regel uit het onzinrijmpje en vraagt de kinderen dit uit te beelden d m v afvalmateriaal eierrekjes boterdoosjes papiertjes van snoepjes repen bakjes enz dit kan ook gedaan worden met een woord uit het onzinrijmp je het omgekeerde is ook mogelijk de kinderen hebben een tekenblaadje dat zij in twee helften vouwen op de ene helft wordt een tekening gemaakt van iets grappigs en daarvoor bedenkt het kind een grappige naam daarna komt op de andere helft van het blad eveneens een grappige tekening waarvoor een rijmende naam wordt bedacht evaluatie welke woorden zijn bedacht passen ze bij de plaatjes wat is het gekste woord dat bedacht is welke woordding is het grappigst noot 1 creatief taalonderwijs is tot stand gekomen onder aus picien van de wetenschap pelijke ad vies r aa d war van d e vo n en is uitgegeven bij muusses p urmeren d 10 2