De bijdragen van zinsopbouwonderwijs aan stelvaardigheid: analyse van een leergang

Publicatie datum: 1992-01-01
Collectie: 10
Volume: 10
Nummer: 2
Pagina’s: 13-25
jannemieke van de gein de bijdrage van zinsopbouwonderwijs aan stelvaardigheid analyse van een leergang 1 inleiding in dit artikel probeer ik aannemelijk te maken dat een zekere vorm van grammati ca onderwijs te weten zinsopbouwonderwijs een zeer bescheiden bijdrage kan leveren aan de stelvaardigheid dat is een hachelijke zaak hoe aanzienlijk ook de hoeveelheid degelijke empirische evidentie waarop ik mij baseer immers het grammatica onderwijs staat dan weliswaar terecht trouwens al heel lang niet meer in het brandpunt van de brede maatschappelijke onderwijskundige en taalkundige belangstelling toch is het nog altijd een onderwerp dat een scheidslijn trekt door bij benadering geheel nederland men is er hartstochtelijk voor of hartgrondig tegen goed beschouwd is er van een grammatica discussie dan ook nooit sprake geweest ook niet op wetenschappelijk niveau1 een verheffende voortzetting van de grammaticatwist ligt niet in het verschiet gebleken is immers dat de uitvoerders van het eerste nederlandse empirische onderzoek naar het effect van grammatica onderwijs op formuleervaardigheid het ook al niet eens eens kunnen worden met elkaar terwijl dirksen meent dat grammatica onderwijs wel aan formuleervaardigheid bijdraagt meent schuurs op overigens dezelfde goede gronden dat dat beslist niet zo is zie van de gein 1991b en dirksen 1990 p 229 e v de aanzienlijke hoeveelheid degelijke empirische evidentie waarop ik dit artikel baseer ontleen ik aan het onderzoek dat ik uitvoerde naar de effecten van grammatica onderwijs op aspecten van stelvaardigheid van basisschoolleerlingen2 en het moet gezegd de geloofwaardigheid van zo n grootschalig kwantitatief onderzoek laat hier en daar wel iets te wensen over op geen enkele wijze is bijvoorbeeld te achterhalen wat nu werkelijk de werkzame bestanddelen van de superieure leergang i c zinnen bouwen waren en wat de leerlingen ertoe bracht spontaan een beroep te doen op het zinsbesef dat deze cursus hun kennelijk en geheel volgens verwachting bijbracht de hele exercitie was bedoeld om de houd baarheid van een hypothese te toetsen er vindt transfer plaats van grammaticale kennis naar stelvaardigheid dat die hypothese niet verworpen hoefde te worden overtuigt waarschijnlijk alleen degenen die toch al overtuigd waren het zij zo voordat ik hierna meer in detail inga op de effecten van de experimentele leergang zinnen bouwen besteed ik in paragraaf 2 kort aandacht aan het theoretisch fundament en in paragraaf 3 aan opzet uitvoering en resultaten van mijn onderzoek in paragraaf 4 geef ik een globale beschrijving van kenmerken spiegel 10 1992 nr 2 13 25 van de drie in mijn onderzoek betrokken leergangen en in paragraaf 5 vergelijk ik inhoud en aanpak van de cursussen paragraaf 6 besluit het artikel 2 theoretisch fundament de studie naar het effect van grammatica onderwijs op stelvaardigheid van basis schoolleerlingen moet vanzelfsprekend geplaatst worden tegen de achtergrond van de grammaticatwist de studie wilde net zoals die van schuurs en dirksen schuurs 1990 dirksen o c een empirische duit in het zakje doen door te onderzoeken of er sprake was van een relatie tussen expliciete grammaticale kennis en stelvaardigheid anders dan het onderzoek van schuurs en dirksen dat wortelt in de cognitieve linguistiek wordt mijn onderzoek omkaderd door de theorie over stelvaardigheidsontwikkcling daarbinnen was mijn aandacht bijna uitsluitend gericht op de eng linguistische noem het desnoods de syntactische on tw ikkel ingsaspecten door het uitvoeren van experimenteel toetsingsonderzoek ben ik nagegaan of de stelling houdbaar was dal van expliciete grammaticale kennis alleen transfer naar stelvaardigheid plaatsvindt als die kennis betrekking heeft op uiteraard grammaticale problemen waar leerlingen tijdens het schrijven mee geconfronteerd worden de veronderstelling luidde dal een traditionele cursus schoolgrammatica in het experiment gestalte gegeven in zinnen en delen van zinnen dan weliswaar expliciete grammaticale kennis verschalic maar niet de kennis die leerlingen behoeven als zij schrijven van dergelijke kennis zou dan ook geen transfer plaats vinden en door de grammaticale aard van de kennis die leerlingen ontberen zou zo luidde voorts de veronderstelling ook de experimentele stelcursus werkboek stellen de stelvaardigheidsontwikkcling in engere zin geen soelaas bieden dat grammatica onderwijs aan de vaardigheid om de natuurlijke taal te gebruiken niets bijdraagt of kan bijdragen is elders op goede taaltheoretische gronden beargumenteerd onlangs bijvoorbeeld in dirksen o c en in frijn de haan 1990 cf ook wesdorp 1982 in tegenstelling tol de alledaagse gesproken taal die ook door onervaren schrijvertjes al volledig beheerst wordt is echter geschre ven taal geen natuurlijke taal net zo zijn de syntactisch semantische eenheden waaruit geschreven taal is opgebouwd geen natuurlijke eenheden anders gezegd de zinnen waaruit geschreven tekst is opgebouwd zijn eenheden waar taalgebrui kers niet als vanzelfsprekend intuities over hebben zie bijvoorbeeld chafe 1988 en nunberg 1990 zie voor een overzicht van de gein 1991a dat impliceert geenszins dat taalgebruikers ongeacht leeftijd er geheel geen vermoeden van zouden hebben dat er verschil is tussen schrijftaal en spreektaal echter meer dan een volkomen ongearticuleerd vermoeden is dit doorgaans niet en alleen als taalgebruikers buitengewoon vertrouwd zijn geraakt niet een schriftelijk tekstgenre een sprookje of een fantasieverhaal bijvoorbeeld verwerken ze de distinctieve kenmerken van het genre vrij moeiteloos in hun tekst als zodanig is zo n intuitie 14 eenmaal onderhevig is aan een zekere normativiteit die ook betrekking heeft op de notie complete zin die constatering reduceert het probleem echter allerminst hardnekkige interpunctieproblemen van leerlingen met uiteenlopende leeftijd en achtergrond illustreren dat zinsbesef niet uit de lucht komt vallen en dat als er in het onderwijs al aandacht aan besteed wordt dat onderwijs er niet steeds in slaagt leerlingen bij te brengen wat de zin voor construct is een grammatisch logisch samenhangend betekenisgeheel leerlingen behoeven dus zinsbesef kennis over de grammaticale structuur van de zin doordat het nu gangbare traditionele grammatica onderwijs zulke kennis niet verschaft is het niet het soort onderwijs dat een zinvolle bijdrage levert aan de stel vaardigheidsontwikkeling in engere zin grammatica onderwijs dat zich richt op het bijbrengen van zinsbesef zou dat wel zijn zinnen bouwen is een leergang waarin dat gebeurt de zin is de uiteindelijke belichaming van de inhoud van de geschreven tekst een verdergaande veronderstelling ontleend aan christensens generatieve retorica is dat de zin niet alleen de inhoud belichaamt maar ook eenmaal geformuleerd de aanzet kan geven tot meer inhoudsvinding tot precisering en nuancering van de inhoud formuleren en inhoud genereren gaan dan hand in hand voor zo n proces van zinsbouw zou zinsbesef voorwaardelijk kunnen zijn doordat het de schrijver bewust maakt van de mogelijkheden om inhoud vorm te geven en om andersom structuur meer inhoud te geven regulier stelonderwijs op de basis school houdt zich met het stimuleren van een dergelijk zinsbouwproces niet bezig de grammaticacursus zinnen bouwen wel in theorie is hel mogelijk dat dergelijk zinsbouwonderwijs door de oefening in het overwogen formuleren van overdachte inhoud uiteindelijk kwalitatief betere teksten oplevert3 een minder vergaande veronderstelling luidt dat dergelijk zinsbouwonderwijs leerlingen ertoe kan aanzetten informatie in syntactisch meer geintegreerde structuren te formuleren schriftelijk taalgebruik onderscheidt zich van alledaags taalgebruik onder meer door een veel hogere mate van syntactische integratie zie hiervoor onder meer chafe 1982 en biber 1988 die een zekere mate van doelgerichte manipulatie van informatie veronderstelt niet geintegreerde informa tie kan de lineariteit van tekst verstoren hortend en stotend proza is het gevolg cf taylor 1986 en purcell gates 1988 merk op dat hier verondersteld wordt dat zinsbesef in eerste instantie bedoeld ter ontwikkeling van de stelvaardigheid in engere zin buiten zijn enge kaders treedt en uitwaaiert naar iets veel minder engs dan zinnetjes schrijven 3 opzet uitvoering en resultaten van het onderzoek bij het effectonderzoek waren 165 negen en tienjarigen betrokken leerlingen van zesde groepen van zes basisscholen in het onderzoek waren de factoren conditie 15 en school niet gecontamineerd doordat de leerlingen per groep aselect toege wezen werden aan een van de experimentele condities te weten traditionele schoolgrammatica stelonderwijs en zinsopbouwonderwijs het onderwijs werd verzorgd door proefleiders door proefleiders systematisch in het experimenteel ontwerp te nesten raakten de factoren conditie en proefleider ook niet gecon tamineerd het experiment duurde dertien schoolweken elke weck kregen de leerlingen twee volle uren les hun prestaties zijn drie maal gemeten voorafgaand aan het experiment halverwege en na afloop de handelingen van de proefleiders waren per leergang van lesuur tot lesuur minutieus voorgeschreven de proefleiders werden aldus in hun handelen sterk gestuurd en controle op hun handelen door middel van audio opnamen wees uit dat zij zich ook lieten sturen alle lessen zijn gegeven zoals gewenst de reguliere groepsleerkrachten van de aan het onderzoek deelnemende scholen waren al net zo gezeglijk gebleken is dat zij zich strikt hebben gehouden aan het verbod om onderwijs te geven dat op enigerlei wijze interfereren kon met het experimentele onderwijs voorts hebben time on task observaties uitgewezen dat leerlingen in alle condities royaal tachtig procent van de lestijd met lesstof bezig waren uit de administratie van de vorderingen van de leerlingen tenslotte kwam naar voren dat de stof er ook goed in zat het belangrijkste resultaat van het onderzoek is dat leerlingen door de zinsop bouwcursus inderdaad zinsbesef verwerven en dat er van die expliciete gramma ticale kennis transfer plaatsvindt naar stelvaardigheid zinsopbouwleerlingen blijken in teksten meer grammaticaal correcte volledige zinnen te produceren en te markeren dan leerlingen in de andere twee condities bovendien zijn hun zinnen gemiddeld ook iets langer het verworven en toegepaste zinsbesef maakt dat de inhoud in teksten van zinsbouwleerlingen niet langer alleen maar opgesomd wordt opsommen blijft bij de andere leerlingen wel een favoriete schrijfstijl de en toen en toen en toen stijl een stijl die ik doordraven noem vrij naar de amerikaanse term run on sentences neemt bij deze leerlingen aanzienlijk toe in populariteit de zinsopbouwleerlingen draven ook nog wel door maar nog maar half zo vaak als ze bij aanvang van het onderwijs doen in vervolgonderzoek werd dit effect opnieuw geconstateerd overigens bleek uit dat vervolgonderzoek eveneens dat van zinsbesef nauwe lijks een spoortje rest als leerlingen geen zinsopbouwonderwijs meer krijgen het effect ebt weg de resultaten van het onderzoek hebben ook laten zien dat de nu gangbare versie van het traditioneel schoolse grammatica onderwijs er niet in lijkt te slagen leerlingen expliciete woordsoortenkennis bij te brengen het zinsopbouwonderwijs slaagt daar wel in zowel de stelcursus als de zinsopbouwcursus maken dat leerlingen veel infor matie bondig kunnen formuleren als ze daartoe in een testje gedwongen worden 16 ook hier laat de traditionele schoolgrammatica het afweten van geen der drie cursussen is ook maar enig differentieel effect uitgegaan op tekstkwaliteit 4 de experimentele leergangen een globale beschrijving in deze paragraaf geef ik een globale beschrijving van de drie in mijn onderzoek betrokken experimentele leergangen zinnen en delen van zinnen werkboek stellen en zinnen bouwen 4 1 traditionele schoolgrammatica zinnen en delen van zinnen zoals de leergang traditionele schoolgrammatica heet is samengesteld op basis van het zesde groepdeeltje van jouw taal mijn taal een synthetische taalmethode die al zeer lang vrij intensief gebruikt wordt aan grammatica onderwijs wordt in deze methode veel aandacht besteed leerlingen worden veel en in vergelijking met andere reguliere taalmethodes ook goed geoefend in woordbenoemen zinsontleden en herkennen van de zinskern de experimentele lessen beslaan uit alle jouw taal mijn taal leerstof die zinsstruc tuur en woordsoorten betreft ter extra oefening is daar meer van hetzelfde materiaal aan toegevoegd dat voortborduurt of preludeert op de stof de cursus bestaat uit veertien lessen waarvan de inhoud verspreid over zesentwintig lesuren aan bod komt alle lesuren verlopen volgens een min of meer vast patroon de proefleider leest bijvoorbeeld de leestekst voor aan het begin van een nieuwe les en bespreekt de inhoud van de tekst kort met de leerlingen met een zin uit de tekst als aanknopingspunt introduceert zij vervol gens een grammaticaal probleem dat klassikaal behandeld wordt na een kwar tiertje gaan de leerlingen zelfstandig aan het werk in hun werkboekjes als een opdracht problemen geeft voor de hele klas hervat de proefleider het klassikaal werken in de laatste tien a vijftien minuten wordt werk nagekeken of op nieuwe stof vooruit gelopen of wordt oude stof in een speelse oefening herhaald als het zo uitkomt leest de proefleider voor 4 2 schrijfonderwijs de inspiratiebron voor de experimentele leergang stellen was spelenderwijs stellen een kistje kaarten met losse stelopdrachten werkboek stellen is een selectie uit de 75 kaarten in deze stelkist die selectie bestaat uit opdrachten waarin leerlingschrijvers oefenen met technieken zoals in je eentje over een onderwerp brainstormen stukjes tekst inkorten van drie korte thematisch samenhangende stukjes tekst een grote tekst maken alinea s maken met zijn tweetjes of met zijn drietjes een tekst schrijven en directe rede in een tekst verwerken leerlingen leren deze technieken gebruiken in verschillende soorten teksten zoals verhalen toneelstukjes beschrijvingen brieven uiteenzettingen en korte informatieve notities 17 de stelcursus bestaat uit zes taken waarvan er drie enige thematische samenhang vertonen vijf taken bestaan elk uit vier een uit zes afgeronde op zichzelf staande stelopdrachten elk lesuur wordt bij benadering een stclopdracht uitge voerd aan het begin van een doorsnee les met werkboek stellen laat de proefleider een tekening zien of ze vertelt een verhaal daarover wordt vervolgens zo n vijf tot tien minuten door de hele groep gesproken dan wordt de stclopdracht die in het werkboek van de leerlingen staat doorgenomen ook dat vergt zo n vijf a tien minuten tijd proefleider en leerlingschrijvers wisselen met elkaar van gedachten over doel en publiekgerichtheid van de tekst nieuwe technieken of dingen waar de leerlingen aandacht aan moeten besteden bij het schrijven worden puntsgewijs op het bord genoteerd als de leerlingen geen vragen meer hebben over de schrijf opdracht gaan ze aan het werk ze schrijven een eerste versie een kladtekst zo n eerste versie wordt altijd besproken met de proefleider die de tekst stilleest met de schrijver of met de hele groep leerlingschrijvers die luistert naar de schrijver als deze de tekst voorleest na enkele globale loftuitingen over de tekst volgt altijd gedetailleerd commentaar zoals ik begrijp niet wat er precies aan de hand was kun je dat niet wat duidelijker vertellen of wat je hier schrijft daar ben ik wel benieuwd naar daar moet je wat meer over schrijven de eventuele aandachtspunten op het bord worden ook in dat commentaar betrokken de schrijvertjes leren ook elkaar advies geven het commentaar wordt na de be spreekronde in de kladtekst verwerkt wat uiteindelijk veranderd wordt en hoe wordt aan de schrijvers zelf overgelaten tenslotte wordt de tekst in het net in het werkboek overgenomen 4 3 zinsopbouwonderwijs het materiaal in de experimentele zinsbouwcursus zinnen bouwen is ontleend aan grammatica in balans een cursus traditionele grammatica voor de bovenbouw van de basisschool grammatica in balans wijkt in ten minste twee opzichten sterk af van de nu gangbare traditionele schoolgrammatica s opvallend is natuurlijk op de eerste plaats het kennelijke belang dat gehecht wordt aan grondige kennis van termen begrippen regelmatig en eigenaardigheden van de nederlandse grammatica die kennis is ook doel op zich en wordt uitentreuren geoefend afwijkend is ook de invalshoek die in grammatica in balans is gekozen om althans een deel van die grammatica te behandelen de methode is geschreven vanuit de den hertogiaanse opvatting dat inzicht in zinsstructuur het best verworven zal worden door leerlingen de principes van de zinsbouw bij te brengen om leerlingen met die principes vertrouwd te maken wordt in gramma tica in balans de notie zinspatroon geintroduceerd een zinspatroon karakteriseert zinnen tegelijkertijd semantisch en syntactisch door in termen van drie woordsoor ten te weten het zelfstandig naamwoord het bijvoeglijk naamwoord en het werkwoord een omschrijving van de elementaire zinsbetekenis te geven die betekenis kan verlevendigd of genuanceerd worden leerlingen leren dat te doen door nieuwe informatie in te bedden in de basisstructuur van de zin die vastge 18 legd is in het overigens onveranderlijke zinspatroon zo leren zij betekenis en structuur verfijnen voor het samenstellen van een experimentele leergang die zich exclusief richt op het aanbrengen van zinsbesef is stof gebruikt uit alle drie de deeltjes van grammatica in balans maar uiteraard uitsluitend die stof waarin het draait om de semantisch syntactische karakterisering van de zin vanzelfsprekend is in zinnen bouwen ook het materiaal opgenomen waarin leerlingen vertrouwd gemaakt worden met de grammaticale termen en begrippen die nodig zijn om zinspatronen te herkennen de schrijfactiviteiten van zinsbouwleerlingen beperken zich altijd tot het zinsniveau volledige teksten schrijven zij niet en aan relaties tussen zinnen anders dan met een nevenschikkend voegwoord wordt in deze leergang helemaal geen aandacht besteed zinnen bouwen heeft zesentwintig hoofdstukken in een lesuur wordt bij benade ring een hoofdstuk behandeld een doorsnee les met zinnen bouwen verloopt in principe precies zoals een les met zinnen en delen van zinnen na het voorlezen van een tekstje introduceert de proefleider een probleem dat aansluitend met de groep behandeld wordt de leerlingen gaan daarna zelfstandig aan de slag en alleen als zij en masse bij een opdracht stranden hervat de proefleider het klassikaal werken als er nog zo n tien a twintig minuten te gaan zijn neemt de proefleider enkele van de zelfstandig gemaakte opdrachten met de groep door als de tijd het toelaat wordt nieuwe stof geintroduceerd of wordt voorgelezen 5 de experimentele leergangen een discussie over inhoud en aanpak het belangrijkste resultaat van het onderzoek naar de effecten van grammatica onderwijs op aspecten van stelvaardigheid is de rechtvaardiging van de stelling dat basisschoolleerlingen door grammaticaal georienteerd zinsopbouwonderwijs i c de leergang zinnen bouwen zinsbesef verwerven en er spontaan een beroep op doen als zij schrijven voorlopig is niet aangetoond dat dat zinsbesef in teksten een grotere mate van syntactische integratie bewerkstelligde tekstkwaliteit profiteerde van de zinsbouwcursus net zo min als van de andere experimentele cursussen in deze paragraaf probeer ik duidelijk te maken waardoor zinsopbouwonder wijs deze weliswaar zeer bescheiden maar onmiskenbare bijdrage levert aan stelvaardigheid daartoe stel ik hier inhoud en aanpak van de drie experimentele leergangen ter discussie eerst vergelijk ik de twee grammaticale aanpakken dan bespreek ik de stelcursus 5 1 zinnen bouwen of zinnen delen hoewel de verschillen tussen zinnen en delen van zinnen en zinnen bouwen al bij nauwelijks meer dan oppervlakkige inspectie sterk in het oog springen vertonen 19 de leergangen ook belangrijke overeenkomsten beide zijn grammaticacursussen zonder gene ze wemelen dus van regeltjes en termen in beide treffen de leerlin gen rijtjes losse woorden aan in beide moeten leerlingen strepen zetten onder of lijnen trekken om delen van zinnen en in beide vertonen die zinnen genummerd onder elkaar niet de contextuele samenhang die je van thematisch samenhangende zinnen wel zou mogen verwachten de overeenkomst tussen beide wordt al iets minder als beschouwd wordt wat de invalshoek is van waaruit dit grammaticaal luilekkerland aan leerlingen wordt geopenbaard immers al voert het ontegenzeg gelijk te ver om te beweren dat in zinnen en delen van zinnen de semantiek ontbreekt de semantiek speelt bepaald niet de hoofdrol in de cursus dat is voor alle gemiddeld grammaticaal geschoolden eenvoudig te constateren in zinnen en delen van zinnen leren leerlingen zinnen ontleden en woorden benoemen geheel in de geest van de gangbare traditionele schoolgrammatica s worden zinsdelen en woordsoorten niet met elkaar in verband gebracht en wordt de traditionele terminologie niet of nauwelijks gehanteerd bij de behandeling van de woordsoorten is de invalshoek nu eens vooral semantisch getint dan weer eenzijdig formeel zo wordt bij het werkwoord vrij exclusief de nadruk gelegd op een semantisch kenmerk van de persoonsvorm terwijl de leerlingen het zelfstan dig naamwoord moeten leren identificeren door een de het of een voor te zetten bij de behandeling van de zinsontleding komt de semantiek er al even bekaaid vanaf weliswaar leren leerlingen dat aan zinskernen bijvoorbeeld hoe delen waar delen en wanneer delen toegevoegd kunnen worden en maken zij op een meer abstract niveau kennis met zinsbouw door ook naar betekenis gelijkgestruc tureerde zinnen te maken maar daar houdt de semantiek abrupt op door oefenin gen met zinnen knippen worden leerlingen naar de ontdekking geleid dat sommige zinsdelen zonder aanziens der betekenis uit de zin weggelaten kunnen worden omdat die er alleen informatie aan toevoegen dat geldt niet alleen voor de hier voor genoemde zinsdelen maar ook voor het wat deel het object van een transitief of pseudo transitief werkwoord terwijl andere woorden namelijk onderwerp en persoonsvorm beslist niet weggelaten kunnen worden in zinnen en delen van zinnen vormen die woorden de zinskern geheel tegengesteld aan wat in zinnen en delen van zinnen het geval is staat of valt in zinnen bouwen de behandeling van de zinsbouw met een semantische analyse het patroon en de betekenis van de zin zijn onlosmakelijk aan elkaar gekoppeld zo worden in zinnen bouwen de leerlingen eraan gewend zich bij de analyse van een zin af te vragen wat de precieze betekenis van de zin is zo n analyse begint dan ook strijk en zet met de vraag wat vertellen we in deze zin behalve analyseren en herkennen van zinspatronen leren leerlingen ook zinnen stap voor stap opbouwen en uitbreiden en zinnen en niet zinnen onderscheiden bij het bouwen en uitbreiden van zinnen bekijken leerlingen bijvoorbeeld een tekening in hun werkboek en schrijven dan in een kort zinnetje op wat ze zien dat er gebeurt of ze noemen met een zelfstandig naamwoord iets wat ze zien 20 stapsgewijs voegen ze daaraan informatie toe het eindresultaat is een volledige zin als zulk zinnen bouwen groepsgewijs gebeurt schrijft de proefleider een aantal alternatieven op het bord zodat vorm en inhoudsverschillen zichtbaar en bespreekbaar zijn bij het leren onderscheiden van zinnen en niet zinnen wordt de ene keer de nadruk gelegd op het verschil in vorm en betekenisstructuur van taalbouwsels de andere keer maken de leerlingen alsof ze aantekeningen uitwerken volledige zinnen van zelfstandig naamwoordgroepen valt dus in zinnen en delen van zinnen de nadruk voortdurend op de meer dan eens inhoudsloze zinskern die steeds weer langer gemaakt kan worden door er onverschillig wat voor zinsdelen in grote getale aan toe te voegen in zinnen bouwen betekent elk woord elk zinsdeel iets en hoewel het van sommige woorden of zinsdelen vaststaat dal ze uitsluitend extra informatie aan de zonder hen ook al complete want betekenisvolle zin toevoegen staat geen enkel woord geen enkel zinsdeel er voor niets leerlingen worden daardoor telkens weer gedwongen zich rekenschap te geven van hetgeen zij willen vertellen of vragen en in welke vorm zij dat doen als op basis van het bovenstaande geconcludeerd mag worden dat zinnen en delen van zinnen er niet in slaagt leerlingen zinsbesef bij te brengen en zinnen bouwen wel en als geconcludeerd mag worden dat zinnen en delen van zinnen stelselmatig het grammatisch principe dat aan de zin ten grondslag ligt veronacht zaamt en zinnen bouwen niet4 dan ligt maar een conclusie voor de hand het traditionele grammatica onderwijs leert leerlingen niet wat zinnen zijn 5 2 normativiteit en stelvaardigheid doordat werkboek stellen en zinnen bouwen eigenlijk weinig gemeenschappelijk hebben is het niet eenvoudig beide leergangen op een zinvolle wijze tegenover elkaar te stellen hiervoor is al uiteen gezet dat in zinnen bouwen alles draait om de zinsgrammatica in werkboek stellen zijn enkele van de ingredienten die mede borg staan voor de kwaliteitsverbetering van geschreven tekst prominent aanwe zig althans als we de resultaten van effectonderzoek en meta analyses mogen geloven inhoudsvinding ordening en uitbreiding staan in de stelcursus dan ook voorop aandacht voor formulering is er veel minder op formuleerfouten of vergissingen wordt door de proefleider of door medeleerlingen wel de aandacht gevestigd met opmerkingen als lees dit stukje eens hardop en zeg je dat zo en leerlingen worden ook aangezet tot het herformuleren van frases waar ze onzeker over zijn de proefleider spreekt echter nooit het verlossende woord de stelcursus belichaamt dus het gedachtengoed van de rabiate tegenstanders van grammatica onderwijs de idee dat het met de eventuele grammaticale onbehol penheid van leerlingteksten misschien niet altijd losloopt maar dan toch door gaans wel vanzelf weer goed komt dat klopt als tenminste normativiteit niet in de beoordeling van de leerlingtek sten betrokken wordt nu doet zich echter het merkwaardige fenomeen voor dat 21 normativiteit weinig aanbeden maar veelvuldig beleden wordt uit de mond van het internationale en bont gekleurde gezelschap der stelvaardigheidsonderzoekers wordt bijvoorbeeld altoos de zucht vernomen dat leerlingen niet kunnen inter pungeren hiervoor heb ik aannemelijk proberen maken dat ook bij zoiets schijnbaar vanzelfsprekends als de zin normativiteit een rol speelt veronachtza ming daarvan betekent dat leerlingen op eigen houtje het semantisch maar ook logisch gedefinieerde ordenende principe in een onnatuurlijke taal moeten recon strueren het is niet verbazingwekkend en ook geen nieuws dat dat het gros der leerlingen niet lukt 6 tot slot elk van de drie hiervoor beschreven experimentele leergangen is op te vatten als een exponent van opvattingen over taal of taalvaardigheidsonderwijs elk is dus gefundeerd op enkele min of meer theoretische grondslagen een en ander vindt zeer concreet zijn weerslag in hel leerlingmateriaal van en de handleidingen bij de drie cursussen een concrete vertaling van bepaalde opvattingen over grammatica onderwijs in de leergang traditionele schoolgrammatica is bijvoorbeeld de stapsgewijze training in het afbreken van zinnen om tenslotte de zinskem te herkennen een voorbeeld van de uitwerking in concreto van opvattingen over stelonderwijs in werkboek stellen is bijvoorbeeld het systematisch brainstormen met doorvragen voordat de leerlingen hun pen ter hand nemen en aan het werk gaan in de zinsopbouwcursus is de centrale rol van de betekenis van de zin een voorbeeld juist doordat de drie leergangen taaltheorie pretenderen te vertolken zijn er ook voorbeelden van handelingen die beslist ontoelaatbaar zijn zo mogen leerlingen die problemen hebben met de herkenning van het zelfstandig naam woord op grond van het criterium dat er de het of een voor kan staan in zinnen en delen vctn zinnen niet geholpen worden door een semantische karakterisering van de woordsoort nl een zelfstandig naamwoord is een woord dat een mens een dier of een ding noemt een door juf precies geformuleerde herschrijfop dracht is een voorbeeld van een proefleiderhandeling die in het werken met de stelcursus uitdrukkelijk ongewenst is aan het wezenlijke karakter van zinnen bouwen wordt afbreuk gedaan als leerlingen bij wijze van spreken woordbenoe mend het zinspatroon onder een zin zetten zonder eerst de betekenis van de zin te analyseren aan alle drie cursussen zijn dan ook uitvoerige proefleiderhandleidingen onlosmakelijk verbonden in deze handelingsvoorschriften is les voor les stap voor stap uitgeschreven hoe de stof gegeven moet worden en waarom in een vooronderzoek zijn zowel de drie leergangen inclusief deze draaiboeken als de proefleiders op hun bruikbaarheid getest dat maakte het mogelijk de onderwijs programma s verder te vervolmaken en van die gelegenheid is ook volop gebruik gemaakt cf van de gein 1989 en 1991a dat maakte het ook mogelijk de proef 22 leiders grondig te trainen dat maakte het tenslotte ook mogelijk in de handelings voorschriften te anticiperen op vragen en opmerkingen van leerlingen over de stof de handelingsvoorschriften zijn daardoor niet slechts schoolvoorbeelden gewor den maar actuele modellessen een ervaren leerkracht die van zinskernen woordenzonnen of zinspatronen nog nooit gehoord heeft geeft met een draaiboek in de hand een vlekkeloze taalles de vraag is natuurlijk waartoe deze secure een op een relatie tussen theorie en praktijk dient is het zachtjes uitgedrukt niet onbehoorlijk om leerlingen uit te leveren aan de waandenkbeelden van een willekeurige ontwikkelaar van het gangbare grammaticacurriculum en hem maar door te laten modderen met de het en een als door een niet zo fraai maar wel handig ezelsbruggetje t zijn woordjes die je pakken kunt de mystieke nevel over het zelfstandig naamwoord zich spontaan oplost als wij allen weten hoe een lezer ons uil locale tekstpenarie helpen kan door voor te schrijven hoe het beter kan waarom dan niet die supe rieure kennis in de strijd geworpen en een verward schrijvertje ingefluisterd hoe het wel moet het antwoord is natuurlijk dal er in effectonderzoek waarin een theorie op houdbaarheid wordt onderzocht weinig anders op zit in termen van deze studie het effect moet door de leergang niet door de leerkracht veroorzaakt worden zinnen en delen van zinnen de operationalisatie van traditionele schoolgrammati ca waarvoor ik gekozen heb is het beste onder het gangbare materiaal werkboek stellen is mits vergezeld van de handleiding een exuberante rekkelijke vertaling van de vigerende opvattingen over stelondcrwijs waar leerlingen en leerkrachten niet alleen veel wijzer van zeiden te worden maar ook veel plezier aan beleefden deze kanttekening bedoelt wellicht ten overvloede duidelijk te maken dat het maar zeer de vraag is of wie zinsopbouwonderwijs wil onderwijzen om zijn leer lingen zinsbesef bij te brengen er goed aan doet dat onderwijs willens en wetens uit de context van het schrijfonderwijs lichten zoals in dit experiment gebeurde het kan beslist geen kwaad dat is gebleken maar efficient is waarschijnlijk anders in dit artikel heb ik geprobeerd duidelijk te maken dat en ook waardoor zinsop bouwonderwijs een vorm van grammatica onderwijs is die een specifieke en bescheiden bijdrage levert aan stelvaardigheid gesteld dat de noodzaak van het verwerven van zinsbesef buiten kijf staat impliceert het resultaat van mijn studie dat met zulk onderwijs zinvol inhoud gegeven kan worden aan het grammatica onderwijs samengenomen met de resultaten van de schuurs dirksen studie zou het zelfs kunnen betekenen dat niet langer getwist hoeft te worden over het nut van zoiets vaags als grammatica onderwijs maar dat nu doel middel en effect welomschreven raken de inhoud van het grammatica onderwijs ter discussie gesteld kan worden een waarschuwend slotwoord lijkt hier op zijn plaats immers het risico is aanwezig dat zo n discussie verzandt wesdorp signaleerde in 1982 al dat particu 23 gesteld kan worden een waarschuwend slotwoord lijkt hier op zijn plaats immers het risico is aanwezig dat zo n discussie verzandt wesdorp signaleerde in 1982 al dat particu liere opvattingen over taalvaardigheid de afhankelijke variabele in veel onder wijsonderzoek theorie noch meningsvorming werkelijk vooruit hadden geholpen en het is wel denkbaar dat op vergelijkbare wijze particuliere operationalisaties van de onafhankelijke variabele opnieuw van elk onderzoek een eiland maken dat weinig connecties met de vele andere eilanden van de archipel onderhoudt wesdorp 1982 p 25 noten 1 toen wesdorp in 1982 dus meldde dat hij eigenlijk tegen beter weten in optimistisch was beter gezien zijn empirische opvattingen wel moest zijn over de mogelijkheid om effectonderzoek uit te voeren ten behoeve van het moedertaalonderwijs was hij waarschijnlijk ook erg optimistisch over de rationaliteit van de mens 2 het onderzoek werd financieel geheel gesteund door het instituut voor onder zoek van het onderwijs te s gravenhage svo project 7311 ook mindert eiting sco uva en gert rijlaarsdam ilo uva waren mij tot steun het laat zich raden dat zich in dit gezelschap cynici verbergen 3 onderzoeksresultaten uit de verenigde staten laten zien dat er ook in praktijk sprake kan zijn van kwaliteitsverbetering zie van de gein 1991a 4 voor de goede orde herinner ik er hier nog maar even aan dat alternatieve verklaringen voor gevonden effecten uitgesloten kunnen worden bibliografie biber d 1988 variation across speech and writing cambridge cup chafe w l 1982 integration and involvement in speaking writing and oral literature in tannen d ed spoken and written language exploring orality and literacy norwood n j ablex chafe w l 1988 punctuation and the prosody of written language written communication 5 396 426 dirksen a 1990 moniloring strategies in language production academisch proefschrift rijksuniversiteit utrecht frijn j de haan g 1990 het taallerend kind dordrecht foris publications gein j van de 1989 effecten van grammatica onderwijs op aspecten van stelvaardigheid van basisschoolleerlingen theorie onderwijsprogramma s en toetsen amsterdam sco sco rapport 200 24 gein j van de 1991a the sense of senlences academisch proefschrift rijks universiteit utrecht gein j van de 1991b over fouten vergissingen en grammatica onderwijs spiegel 9 2 77 86 grammatica in balans m k van dort slijper j van de gein m de vos gorinchem de ruiter 1988 jouw taal mijn taal n van berken e a baarn bekadidakt 1978 nunberg g 1990 the linguistics of punctuation stanford ca csli lecture notes 18 purcell gates v 1988 lexical and syntactic knowledge of written narrative held by well read to kindergartners and second graders research in the teaching of english 22 2 128 160 schuurs u 1990 leren schrijven voor lezers het effect van drie vormen van probleemgericht schrijfonderwijs op de zinsbouwvaardigheid enschede faculteit wijsbegeerte en maatschappijwetenschappen wmw publicatie 3 spelenderwijs stellen a n van der geest w swuste nijmegen malmberg 1974 taylor g 1986 the development of style in children s fictional narrative in wilkinson a ed the writing of writing milton keynes etc oup werkboek stellen j van de gein g rijlaarsdam 1988 wesdorp h 1982 over problemen bij toetsingsonderzoek op het gebied van het moedertaalonderwijs tijdschrift voor taalbeheersing 4 1 22 41 zinnen bouwen j van de gein 1988 zinnen en delen van zinnen j van de gein red 1988 manuscript aanvaard 25 maart 1992 25