De leesbril veranderen

Publicatie datum: 1987-01-01
Collectie: 17
Volume: 17
Nummer: 1
Pagina’s: 24-35

Documenten

de leesbril veranderen orientatie ten behoeve van dc lezer dit artikel is een fragment uit een proefschrift 1985 dat ik heb gemaakt voor het hoger instituut voor opvoed kunde st thomas brussel vanuit mijn onvrede met het traditionele leesonderwijs dat nagenoeg geen vruchten scheen af te werpen ben ik gaan zoeken naar een alternatieve aanpak aan de hand van achtergrondliteratuur en met de steun van enkele hivo docenten 1 ben ik gekomen tot een voorlopig leesdidac tisch model de hiernavolgende uitgewerkte lessen proberen een beeld te geven van wat ik in de vijfde klas heb geprobeerd het feit dat ze hier worden uitgeschreven betekent aller minst dat ze als volkomen afgewerkte produkten moeten worden beschouwd het zijn slechts moeizame pogingen die hoofdzakelijk als doel hebben je mee te voeren in het proces dat ik heb doorgemaakt en nog doormaak de beginsituatie in de klas was dusdanig dat de kinderen begrijpend lezen kenden als neem uw boek lees stil verklaar zoek op moeilijke woorden los vragen en opdrachten op laten we nu verbeteren bespreken zonder duidelijk doel bij mezelf wat ik precies zou moeten bespreken om tot leesverbetering te komen voor deze lessenreeks begon hadden de kinderen al wat weg afgelegd i v m leren leren een visueel kennisbestand spin opbouwen was niet nieuw alhoewel helemaal niet verworven een voorlopig leesdidacusch model i orientatie op de aangeboden tekst bekijk de uiterlijke structuur lettertype visuele indeling lay out de titel de illustraties lees lukraak hier en daar enkele woorden ii hypothesevorming waarover kan het gaan wat is het mogelijke doel van de auteur vonk 1987 17de jg nr 1 24 iii informatie cognitieve schema s oproepen verbaal of in een geheugenstructuur uitgeschreven iv lezen van een deel heel de tekst v toetsen van de hypothese na een en of meerdere tekstdelen gaat het over wat we veronderstelden ja dan lezen we verder neen dan moeten we onze veronderstelling herzien eventuele andere kennisschema s oproepen vi bespreking past de tekst in het vooropgestelde cognitieve schema vult deze tekst mijn schema aan waarmee waar is het doel van de auteur voor mij duidelijk wat is dat doel heeft hij zijn doel bereikt was de manier van schrijven passend voor het doel werd een goede vorm gebruikt vii evaluatie van het gevolgde leesproces viii belevingsactiviteit doet die tekst mij wat wil ik met die tekst iets doen einde de eerste leestekst die ik in mijn klas uitgewerkt heb volgens het nieuwe stramien was ironisch nogal einde van simon carmiggelt cf tekst in bijlage 1 ik was al voldoende doordrongen van het feit dat alle leesteksten waarover ik beschikte en waarmee ik werkte heel erg oppervlakkig en saai waren einde was feitelijk de allereerste tekst die ik onder ogen kreeg die voor de kinderen niet zo was ik vond hem allerminst eenvoudig voor een vijfde klas maar toch haal baar ik voelde mij er bovendien wel veilig mee deze tekst hadden we in de cursus hivo reeds gedeeltelijk behan deld en binnen de intervisiegroep nogal uitvoerig bespro ken lesdoelen een tekst globaal kunnen waarnemen en zich een idee vormen waarover deze zou kunnen handelen een gestelde hypothese over de inhoud van de tekst toet sen aan de inhoud zelf tijdens het lezen ervan de tekst inpassen in de bestaande kennisschema s een tekst vertalen naverwerken via een belevingsuiting refereer doelen nr 1 2 3 5 en 8 25 lesgang 2 iiy cognitieve schema s oproepen het bestaande kennisschema spin omtrent de titel oproepen een neerslag ervan geven op bord i orientatie waarneming van de aangeboden tekst de kinderen kregen als opdracht bekijk de tekst in zijn geheel lees hem vooral niet bekijk de titel de naam van de schrijver overloop lees hier en daar een flard ii hypothesevorming hier kwam een vrij korte bespreking draai het blad om zo dat je de tekst niet meer ziet we gaan nog even na wat het woord einde bij jullie heeft opgeroepen als steun werd daarvoor teruggegrepen naar de spin op het bord opgebouwd in i sport vakantie i toneel 1 wedstrijd klas strip eindstreep i w ck film einde begin star wereld geboorte oorlog gedicht gestopt leven afgelopen eeuw di old gedaan dag ziekte slot probeer bij jezelf uit te maken waar deze tekst over gaat enkele kinderen vertelden wat zij zelf dachten iv lezen van een deel we lezen het stukje nu stil maar niet verder dan lijn 10 draai het blad dan weer om 26 v toetsen van de gestelde hypothese weer volgde een bespreking gaat het over wat jij had gedacht wie verandert van mening waarom wat denk je nu wie blijft bij zijn mening hernemen iv en v tot lijn 25 tot lijn 34 tot einde vi de tekst inpassen in het kennisschema zouden we dit geschreven verhaal nu we het helemaal gelezen hebben kunnen inpassen in de spin bespreking ik ging ervan uit dat de oplossing hiervoor niet be stond elk kind zou hetgeen hij of zij gelezen had inpas sen op zijn of haar manier naargelang van de eigen kennis van de wereld de eigen achtergronden de eigen denkmanieren belangrijk leek mij of de kinderen hun mening konden verantwoorden de opdracht werd dus iets scherper geformuleerd bij welk woord of welke groepen woorden denk jij dat dit verhaal past en waarom denk jij dat heel erg verkort geef ik hieronder enkele meningen in passingen weer bij start er starten nieuwe jaren voor het kind geboorte het is de geboorte van het grote jongens leven slot het slot van zijn kleutertijd afgelopen t is geen klein kind meer begin het begin van een ander leven leven een nieuw leven beginnen uit de ballon vloog weg hij had geen ballon meer vii de tekst evalueren op een klein gestencild blaadje kruisten de leerlingen aan hoe zij deze tekst beoordeelden ik leer iets bij ik vond het plezierig dit verhaal te lezen deze tekst is saai zo n verhaal interesseert mij niet ik vind het verhaal knap geschreven deze tekst is voor mij moeilijk te begrijpen wie iets meer of iets anders wou beoordelen kon dat op de open lijnen erbij schrijven na dit moment werd er klassikaal kort van gedachte gewis seld over hun evaluatie 27 viii belevingsactiviteit als belevingsactiviteit maakten we over deze tekst een stripverhaal het voorstel vanuit de leerlingen zelf laten komen zag ik alsnog zo niet zitten dus bepaalde ikzelf de aard van deze activiteit ter illustratie voeg ik er een werkje aan toe op de strip zelf is duidelijk te merken in hoeverre de tekst persoon lijk werd verwerkt zie bijlage 2 evaluatie door mezelf voor mezelf 1 deze les viel veel te lang uit 1 en 3 4 lesuur 2 ik had verzuimd het proces bij het lezen met de kinderen te bespreken en dit duidelijk te stellen 3 de belevingsactiviteit kwam er toch maar wringerig achteraan het leek mij erg artificieel helemaal niet zoals ik het mij had voorgesteld die tekst doet mij wat ik wil met die tekst iets doen de kinderen moesten het maar doen willen of niet 4 ik voelde mij eveneens gewrongen zitten met de manier van teksten evalueren is dit het wel naar mijn gevoel hadden de leerlingen er niet veel mee opgestoken hoe zoiets nu beter zou kunnen zag ik voorlopig niet zitten 5 het oproepen van een kennisschema spin vooraleer de tekst te lezen bleek niet alleen een prettig maar eveneens een adequaat middel te zijn om het gelezene beter te begrijpen 6 globaal gezien bleek mijn vooropgezet leesdidactisch model goed hanteerbaar 7 over het hele verloop bekeken toch een prettige les met heel wat wisseling van activiteiten voor de kin deren tienjarige 9 kinderen voor 1900 cf tekst in bijlage 3 reeds geruime tijd waren we in de klas actief bezig met het onderwerp leren leren persoonlijk ben ik ervan overtuigd dat het de taak is van de lagere school daar een ernstige aanzet voor te geven in zoverre ik weet wordt daar in de meeste omliggende middelbare scholen helemaal niets aan gedaan voor een leerkracht is het enorm eenvoudig een kind te vertellen dat het beter zijn les moet leren het kind echter blijft meestal met de vraag in de maag zitten hoe samen met de kinderen les leren in de klas hen een systeem aan de hand doen hen begeleiden zodat ze ontdekken wat voor hen een effi ciente manier is om te leren blijft m i een grote op dracht voor een klastitularis l o ik leer ze dus een systeem tot beter leren of dit nu het systeem hoeft te zijn helemaal niet 28 voor de kinderen stel ik dan ook duidelijk dat het slechts een systeem is indien het binnen hun eigenheid past is dat goed zoniet gaan we op zoek naar andere methodes die meer bij hun persoonlijkheid aansluiten les leren gaat altijd met referentiele teksten in elk modern handboek handleiding van een of andere taalmethode vindt men dan ook het leesonderdeel studerend lezen terug nu had ik het gevoel dat studerend lezen bij de kinderen werd ervaren als dat is lezen en mijn lessen leren is iets anders ik bedacht dat dit wel eens zijn oorzaak kon vinden in het feit dat studerend lezen zoals het in de gebruikte handboeken staat niet wordt geleerd met teksten die ge leerd moeten worden vandaar dat ik het plan opvatte de les begrijpend lezen te koppelen aan een lesopgave geschiedenis de hiernavolgende les is echter een fragmentopname uit het grote lange en moeizame proces dat leidt naar hoe leer ik 3 het volstaat denk ik de beginsituatie voor de les kort weer te geven de kinderen konden uit een tekst de kapstokwoorden halen min of meer een kennisbestand geordend neerschrijven bij voegen voor hen belangrijke gegevens in een tekst onderstrepen lesdoelen u uit e een referentiele tekst die informatie kunnen halen a en die relevant is voor het thema dezeegevens g kunnen samenbrengen in een e 9 samenhangend end cognitief g bestand ervaren dat teksten ons iets kunnen n leren p o vullen van slots lesgang 1 inleiden op de voorgrond plaatsen deze les gaan we lezen in verband met geschiedenis 2 de thema s die bij geschiedenis aan bod kwamen duidelijk stellen kinderleven en onderwijs wonen 29 3 persoonlijk opstellen van een kennisbestand maak een spin met alle gegevens die je nog weet uit vorige geschiedenisles gebruik vormen kleuren koppel de gegevens aan elkaar gebruik wel als centraal deel de titel kind voor 1900 4 de tekst lezen 5 korte bespreking staat alles in je spin wat deze tekst vertelt zie je zo reeds dingen die ontbreken merk je fouten 6 het cognitief bestand aanvullen herschrijven gebruik makend van de tekst zie bijlage 4 7 bespreken binnen de groepen de kinderen zitten in blokken van 4 vertel bondig waarom jij je spin zo hebt opgebouwd vergelijk met je eerste spin vertel wat je met deze tekst hebt bijgeleerd 8 de inhoud van de leestekst verwoorden m b v het eigen bestand twee kinderen vrijwilligers kwamen met hun schema de tekst navertellen 9 klassikaal besluiten hier werd het werkproces terug overlopen wat wisten we van het onderwerp daarover lezen herlezen en aanvullen vergelijken wat wist ik wat weet ik nu meer de nieuwe geleerde gegevens een plaats geven helaas had ik verzuimd enkele cognitieve bestanden uit lesdeel 3 op te vragen het verschil met de eindprodukten is dus hier niet toonbaar toch heb ik hier een eindprodukt opgenomen het is boeiend deze spin eens aan een nader onderzoek te onderwerpen wat haalden ze uit deze tekst wat vond elk kind belangrijk hoe werden de gegevens bij hen ingepast welke kapstokken werden gebruikt om de gegevens in ver band te brengen te plaatsen r toepassingen verdere e vooral bij de vakken wereldorientatie werd deze werkwijze verder in de klas toegepast 30 ook referentiele teksten uit het gebruikte taalhandboek werden op deze manier met enige variaties behandeld willy delcart g eisenhouwerlei 10 2200 borgerhout noten 1 met dank voor deeboden g hulpp aan mark stevens wilfried lu ten luyten jo de smet 2 de nummers tussen ronde haken verwijzen verwijzen naar het voorlopig l p9 lees didactisch model 3 in deriode tussen het schrijven pe schrijven van het proefschrift p en het verschijnen 3 van dit artikel werd leren lezen in de klas intensief verder uitgebouwd wanneer ik de les nu herlees dan huiver ik een beetje om ze te latenubliceren p ik meen dat ze nog9het meest valabel is met het oog9op p het laatste lesdoel ervan als voorbeeld mijn van hoe leer ik mijn les kan ze nog moeilijk g moeilijstandhouden ze dus best niet op a die manier gelezen g worden 31 bijlage i einde 1 met mijn 1 zoontje 1 zou ik in de stad een broekje 1 en een overhemdje j 9 gaan koen p goed toegerust 9 met koekjes koekje en voor onderweg 9 gingen 9 9e p we opstap sta de d conversatie licht en feestelijk j 5 zag9j je dat kleine hondjej of die meneer lacht zo hoh hoh hoh bij 7 het spui p stond een zwijgende j9 man met luchtballonnen hetoe toepaps eenroene 9 dan hi1 keek er even later zo stralend 10 naar op p dat ik geen 9ej spijt had van mijn centen in de winkel was het druk maar toen we eindelijk 1 aan de beurt kwamen liet hij 1 zich door het gedrang 9 9 achter zijn j ru91 e niet haasten bij1 zijn j keuze tussen drie acceptabele p broekjes 9 915 de bediendein al eens op p zijn1andere been staan toen hi1 eindelijk 1 besliste die een zwarte van ribfluweel natuurli k j moest de broek meteen aan en het nieuwe hemdje j ook 20 er hoort eigenlijk een riem op zei de bediende fijntjes en toen duurde het niet langg of ik was bezweken voor zo n brede lederen corset ter bijeenhouding 1 9 van padvinders p en woudlopers p nu nu bennj je een 9 grotejongen zei ik ik toen hij hi geheel vernieuwd naast mijging 19 9 aan zijn manier ie van lopen p kon j je zien dat hij 1mij j 9 gelijk jk 9 af hij bewoog geheelanders voort dan zoeven heel onverschilliger ge hoekiger 9 en met grote9 passen pa p s zei hij j opeens ik wil de luchtballon niet meer waarom niet vroeg9ik v erbaa 30 waarom verbaasd en je j vond hem zo mooi ni keek weifelend hij eend i naar het blij jdansend speeltuig zozo kinderachtig sp rak hij toen toen t is niet voor grote jongens 1 9 en hij 1 haalde zijn 1 broek zin r eens op p want die wilde aldoor1 aan zijn nieuwe riem ontsnappen p 3 35 zullen we m loslaten hij j knikte zo kwam het dat een jongetje 9 een ballon aan de wind p prijs js gaf af zonder te huilen om het verlies hi7 keek m wel lang 9 na 40 net waren zijnleuter kleuterjare ar en die daar gingen g ge hoger 9e 9en hoger j niets meer zag 9 simon ca rmi 99e l t 32 bijlage 2 lu papa tmtjil i j s pis iv nf 33 bijlage 3 tien ari9e kinderen voor 1900 aanvankeli j k hielden vooral oude dames zich bezig met het onderwij s aan kinderen vaak woonden ze in een snoep winkel t1 e daar leerden ze kinderen lezen en schri ven te9en het betalen van een bord e1 vandaar de naam oord esschool 1 de leerlip 9 n brachten zelf hun zitbank e mee het was een houten bak e dat ook als boekentas diende terwi l de dames kousen stoten p of kleren verstelden werden de 9e beden de vra en g en de antwoorden van de catechismus op9e dreund vaak was dit het eni handboek voor de leerli p en men 9e 9 bruikte om te leren tellen o m krieke itten 9 e p en aardekastanjes p later kwamp o het do rp een school met een meester hi was ook or9 anist en voorzan 9 er in de kerk hi woonde niet ver van de p astorie en het emeentehuis g hi 1 re9e lde het hele schoolleven besliste over het be gin en het einde van de lessen over vakantie da9en over wat diende 9e leerd te worden en over de middelen om de tucht te handhaven belonin9e n1waren vri wel onbekend met straffen was men vri j g 9 evi zelfs li 1 fstraffen en op sl ui tin9 in een donker hok werden 9 da j eli ks toe 9 past o p het latteland p mochten de kinderen enkel naar school als er thuis en werk was veelal moesten zi vee hoeden hout 9e j sp rokkelen in het bos of help enpo het veld de ki n v n dere an de ri ken j werden pge o leid in dure rivescholen p meestal kostscholen of ensionaten p zi kwamen j alleen met de vakantie naar huis in die scholen was frans de onderwi j staal ook de meis1 es moesten de 9e woonden van de burgerij leren om zich later in het huis van hun ri ke echtg enoot als ronkstuk p te kunnen 9 edra 9en in de stad werkten ook kinderen in9rote onverwarmde en on9 ezod n e werp k laatsen o m in de vlaamse textielindustrie inwaals e koi enmi nen 1 werden ze vanaf hun zesde aar tewerk9 esteld de kleinsten moesten de karret1 es met kolen vullen in 1 8 74 wer kten b v meer dan 11 000 kinderen jon 1 ger dan 15 jaar in de bel g ische kolenmijnen 1 in 1889wrd e in ons land de kinderarbeid door een wet verboden geluk ki 9 want in feite hadden de kinderen g een ti d j om te spe lep zelfs on vol doende ti d om te sl a en p sl a pen 1 in wa t voor omstandi 9 heden 9ebeurde dit in de achterbuurt en van sommi ge steden kan men no9 de la ge bak stenen hul c1 es z i w en a a rin de werkmensen van de 19e eeuw woonden net z2 n nu krotwonsn j f tot zes mensen woonden soms in een 9 en vi kamer daarsn wer ekookt geg eten 9 ewerkt en esla d g 9 pen water diende men te halen aan de eni ge po mo van het beluik ai de bewoners van d e b uurt bruikten ge een zelfde toilet de rl 1ken woonden in herenhuizen het personeel verbleef in de kelderverdiepin9 door een bellet e werd het dienstmeis 1 e naar boven9eroep en ook bezoekers moesten doorethepsoneelr aan ediend g worden uit het leerboek tijdsbeeld deel sa wo2kerentijd 34 bijlage 4 i f i zl 35