De Tweede Fase voor literatuur bij de moderne vreemde talen

Publicatie datum: 1995-01-01
Auteur: Wam de Moor
Collectie: 05
Volume: 05
Nummer: ?
Pagina’s: 5-9

Documenten

wam de moor de tweed e fas e voo r literatuu r bi j d e moderne vreemde talen het advies examenprogramma s havo en vwo moderne vreemde talen ver schenen in den haag december 1995 plaatst de verschillende vreemde talen als volgt in het geheel van de tweede fase we beperken ons dan tot het al gemene deel voor alle leerlingen verplicht verdere informatie ontbreekt nog engels is met een studielas t va n 360 voor havo e n 400 voor vwo in zij n geheel voor alle leerlingen verplicht daarvoor is dan ook een domein litera tuur uitgezet waarover hierna meer leesvaardigheid frans en duits zijn wel verplicht o p het vwo 160 uur maar niet op het havo de vakontwikkel groep mvt heeft voorgestel d he t deelvak frans o duits dat voor havisten verplicht is t e laten bestaan uit spreken en luisteren 160 uur alleen voo r leerlingen die het profiel 1 cultuur en maatschappij volgen geschat wordt zo n 20 tot 25 van de leerlingen en waarschijnlijk mee r meisjes dan jon gens is er ruimte om met literatuur bezig te zijn op het vwo gaat het dan om 360 uur voor duits en frans bedoeld voor het pakket spreken luisteren schrijven en literatuur tezamen en de handen jeuken al natuurlijk om te kij ken of al dat spreken luisteren en schrijven geconcentreerd kunnen worde n rond de literatuur dan zou je aardig wat kunnen doen voor de havo gaat het om telkens 200 uur voor lezen schrijven en literatuur in aansluiting o p het gekozen deelvak spreken en luisteren voor de keuzevakken italiaans spaans russisch arabisch en turks worden voor havo 360 voor vwo 520 uur gereserveerd ho e dat wordt ingevuld i s ons niet bekend algemene doelstelling en domeinen voor havo en vwo is de algemene doelstelling voo r literatuur als volgt ge formuleerd de kandidaten hebben enige kennis van en inzicht in de vreemdtalige litera tuur met oog voor internationale verbanden en hebben een houding ontwik keld ten opzichte van het zelfstandig lezen van literair werk uit de doeltaal men spreekt van het domein literatuur daarbinnen worde n voor het havo drie subdomeinen genoemd 1 persoonlijke leessmaak 2 persoonsontwikkeling 3 algemene vaardigheid diezelfde subdomeinen zijn er ook voor het vwo maar daar komen dan bij 4 literatuurtheorie en 5 literatuurgeschiedenis om het verhaal niet al te lang te maken schrijven w e hier de verschillend e eindtermen voor havo en vwo in elkaar met vermelding van de uitzonderin gen 5 de tweede fase voor literatuur bij de moderne vreemde talen voor de ontwikkeling van de persoonlijke leessmaak stelt de adviesgroep de volgende eindtermen 1 de kandidaten hebben een aantal leerervaringen opgedaan met het lezen van een gevarieerd aanbod aan teksten zodat zij in aansluiting op persoonlijk e voorkeuren hun persoonlijke leessmaak kunnen ontwikkelen 2 de kandidaten hebben op grond van de leerervaringen genoemd in eindterm 1 en hun persoonlijke leeservaringen beargumenteerd verslag uitgebracht van een persoonlijke selectie van drie uit de werken die zij uit het betrokken taal gebied gelezen hebben voor de persoonsontwikkeling luiden de eindtermen 3 de kandidaten hebben aan de hand van literaire teksten een aantal leererva ringen opgedaa n ten aanzien van een aantal aspecten van de maatschappij op grond waarvan zij hun visie op de werkelijkheid en hun plaats daarin hebben ontwikkeld 4 de kandidaten hebben naar aanleiding van een aantal fragmenten uit lite raire werken volgens bepaalde criteria rond een bepaald thema aspect van de maatschappij verslag uitgebracht van hun ervaringen niet deze teksten de laatste eindterm is voor zowel havo als vwo concreet het gaat hierbij om de algemene vaardigheid d e kandidaten hebben van hun ervaringen met lite ratuur een leesdossier samengesteld voor de havo leerlingen is dit eindterm 5 voor de vwo ers eindterm 9 vier andere gaan eraan vooraf om recht te doen aan het extra van de vwo ers de subdomeinen literatuurtheorie en literatuurge schiedenis voor het toetsen van de literatuurtheoretische vorming luiden de eindtermen 5 de kandidaten kennen literaire tekstsoorten en weten waarin deze zich qua leesdoel en leeswijze onderscheiden van niet literaire en non fictionele tekst soorten verder zijn de kandidaten in staat gebruik te maken van het gangbare begrippenapparaat 6 de kandidaten kunnen met behulp van hun kennis van literaire begrippen genoemd in eindterm 5 fragmenten uit literair verhalend proza toneelstukken en gedichten analyseren interpreteren en waarderen voor de literatuurgeschiedenis worden als eindtermen genoemd 7 de kandidate n hebben naast kennis va n de eigentijdse proza literatuu r enige kennis van literair verhalend proza drama en poezie uit een langere aan eengesloten literair historische periode zij beschikken over daarvoor rele vante kennis van de in deze periode belangrijke literaire stromingen schrij vers hun leven hun werken en hun betekenis voor de ontwikkeling van onze hedendaagse cultuur 8 de kandidaten kunnen op grond van hun kennis van verhalend proza drama en poezie betreffende de betrokken aaneengesloten periode in een stuk verha lend proza toneelstuk of gedich t uit de betrokken periode kenmerken va n stromingen schrijvers en sub genres herkennen en benoemen 6 de tweede fase voor literatuur bij de moderne vreemde talen goed onderscheid havo vwo behalve dat dit elk voor zich duidelijke eindtermen zijn geven ze ook een goed inzicht in de bewuste keuzen die gedaan zijn langzamerhand wordt er kend dat havo en vwo heel verschillende opleidingen zijn en wie leerlingge richt denkt kan moeilijk anders dan uitkomen bij deze tweedeling voor de havo leerlingen ligt het accent duidelijk op de persoonlijke betrok kenheid bij wat ze lezen en langs die weg kan voor hen de literatuur bijdragen tot de vorming van hun persoonlijkheid terecht wordt gezien dat er voor vwo leerlingen meer moet zijn en dat de literaire theorie en de literatuurge schiedenis voor hen een kader kunnen scheppen die past bij hun voorbereiding op een eventueel wetenschappelijke vervolgstudie ik ontleen deze gegevens aan de invulling door de vakontwikkelgroep voor engels maar het ligt voor de hand te veronderstellen dat ze ook voor frans duits en andere vreemde talen een bruikbaar kader voor de literaire vorming kunnen scheppen de aard van de teksten opvallend is dat het advies het volgende zegt over de teksten het taalmateri aal die men als de lees en leerstof ziet bij wijze van kennismaking kunnen in principe alle verschijningsvormen van literatuur aan bod komen grote na druk op verhalend proza ligt voor de hand omdat verhalend proza relatief de meest actuele en de meest frequente verschijningsvorm van literatuur is duidelijk de vrucht van een leerlinggerichte didactische opvatting is de toe voeging de teksten liggen binnen het bereik van de kandidaten dat wil niet zeggen alleen jeugdliteratuur maar wel werken die herkenbaar zijn en de kan didaten iets te zeggen een leraar die in de literatuur gelooft zo goed als in de mogelijkheden van zijn leerlingen zal nu niet schuw shakespeare of haubert in de boekenkast naar achteren duwen maar hij zal wel bewuster bezig zijn met de wijze waarop hij de literatuur waarin hij gelooft geloofwaardig kan la ten zijn voor zijn leerlingen voorzichtig is de commissie evenwel met zijn advies over de vraag of leer lingen shakespeare in het engels moeten lezen of dat zij bijvoorbeeld ee n vertaling van bert voeten of gerrit komrij mogen gebruiken onder werken worden alle oorspronkelijke werken verstaan in voorkomende gevallen kan naast de oorspronkelijke tekst een vertaling worden gebruikt eerlijk gezegd vind ik dat in voorkomende gevallen de vaagste zinsnede uit het hele stuk en niet erg verstandig als ik met een latijnse leeskring hora tius en tacitus probeer te vertalen ben ik zielsblij met een goede vertaling daarnaast wat zijn voorkomende gevallen als het echt niet anders kan als er een goede vertaling is als mijn leerlingen er zonder vertaling echt niet uitkomen waarschijnlijk hebbe n we hier te maken met een richtingenstrijd binnen de commissie zoals die ook bij de docenten onderling wel voorkomt zie je literatuur lezen als een wezenlijke bijdrage tot de taalvaardigheid voor je vak dan eis je dat de oorspronkelijke teks t wordt gelezen ben je erva n overtuigd dat met het vertalen te veel van het origineel verloren gaat eis je hetzelfde meen je dat de meeste belangrijke teksten te moeilijk zijn om in de 7 de tweede fase voor literatuur bij de moderne vreemde talen beperkte tijd te lezen dan kun je nun of meer noodgedwongen tot het vrijge ven van de vertaling overgaan en stel je de inhoud van de grote meesters hun denkwereld hun cultuur voorop dan is er weinig tegen het gebruik van vertalingen vergelijk ons lezen van de grote russen en de klassieken omdat we geen russisch latijn of grieks kennen dat zal neem ik aan in elk ge val bij de literaire vorming in culturele en kunstzinnige vorming gebeuren wat specifiek he t vwo betreft d e teksten die voor de voorbereiding o p de eindtermen 7 en 8 worden gebruikt moeten de leerlingen ook inhoudelijk iets te zeggen hebben een verstandige kanttekening van de commissie waarmee dan twee vliegen in een klap worden geslagen veel accent op het leesdossier de toelichting bij de voorstellen legt het accent op de nieuwigheden vooral de plaats van het leesdossier en daarmee onderstreept de adviesgroep eens te meer hoe zij kennis heeft genomen van de literatuurdidactische opvattinge n die met name in dit tijdschrift de laatste vijfjaar zijn neergelegd voor de voorbereiding op de eindtermen bij de persoonlijke leessmaak al s eerste in het begin van de jaren 80 door martin thijssen gepropageerd voor duits en de persoonsontwikkeling bepleit de adviescommissie zogenaamd e educational encounters alweer een element dat nauwelijks is los te denken van cvk met zijn kunstmentor per leerling de docent organiseert die ont moetingen met kunst en betrekt daarbij uitdrukkelijk ook andere kunstuitin gen zoal s audiovisuel e produkten leerlinge n moeten oo k vri j zij n i n de keuze van de drie werken waarover zij hun eindverslag schrijven die moeten kunnen varieren van triviale tot hoog literaire drama en poezie naast de ro man zowel voor havo als vwo wordt het leesdossier ingevoerd he t documenteert de ontwikkeling van de lees en reflectievaardigheid van de kandidaten en geeft hen inzicht in hun eigen ontwikkeling dat is precies wat we er sinds jaar en dag 1982 198 3 mee bedoeld hebben toen er eerst in levende talen door mij wil va n der veur en joost thissen later in dit tijdschrif t doo r mar gitka van woerkom over geschreven werd het viel te verwachten dat juist dit leesdossier een bindend element wordt nu naast de beperktere literair e vorming bij de talen de literatuur een plaats krijgt naast de andere kunsten in het nieuwe vak culturele en kunstzinnige vorming de adviesgroep schrijf t voor engels het leesdossier wordt bij voorkeur in samenhang met het dos sier voor nederlands ckv en andere moderne vreemde talen samengesteld en wat verderop in het advies lezen we hoe dat in het bijzonder voor het vwo eruit gaan zien dat leesdossier kan uit drie onderdelen bestaan een handelingsdeel waarin de subdomeinen leessmaak en persoonsontwikkeling aa n de orde komen en een deel waarin de subdomeinen literatuurgeschiedenis en literatuurtheorie worden behandeld over de subdomeinen leessmaak en persoonsontwikkeling worden teksten en werken met de kandidaat besproken waarbij nagegaan wordt of er voldoende tijd is besteed er voldoende variatie aanwezig is de argumentatie klopt en er zorg is besteed aan het dossier er wordt geen oordeel geveld over 8 de tweede fase voor literatuur bij de moderne vreemde talen de leessmaak van de kandidaten de beoordeling mag niet gaan over de weer gegeven standpunten en meningen maar over de kwaliteit ervan als verslag uiteraard worden er daarnaast cijfers gegeven als het om literatuurgeschiedenis en literatuurtheorie gaat die zijn als vanouds schriftelijk o f mondelin g t e toetsen de bedoeling is wel dat er andere teksten voor worden gebruikt dan door de leerlingen zelf voor het bereiken van de eindtermen 1 en 2 zijn geko zen en dat lijkt me billijk z o wordt ook recht gedaan aan de literatuur zelf en kan de school een literaire standaard proberen te handhaven als meetlat als tijd voor het mondeling naar aanleiding va n het leesdossier word t voor het havo 15 minuten aangehouden maar er zijn ook andere vormen als groepsge sprekken of schriftelijk e beoordelingen mogelijk voo r het vwo wordt geen tentamenduur genoemd in het havo maakt literatuur deel uit van het handelingsgedeelte niet van het schoolexamen dat kent aan luistervaardigheid gespreksvaardigheid en schrijf vaardigheid ee n gelij k gewich t toe telkens 1 3 maar om misverstan d t e voorkomen elke leerling moet aan het handelingsgedeelte hebben voldaan in het vwo telt literatuur voor wat literatuurtheori e e n literatuurgeschiedeni s aangaat wel mee voor het schoolexamen naast genoemde drie onderdelen alle 1 4 deel uiteraard verdienen de voorstellen nadere overweging en commentaar maar we wilden ze u op de deadline in elk geval niet onthouden 9