Dichter voor velen, voorbeeldig leraar dichtkunst. Ter herinnering aan Herman de Coninck (1945-1997).

Publicatie datum: 1997-01-01
Auteur: Wam de Moor
Collectie: 07
Volume: 07
Nummer: 2
Pagina’s: 3-6

Documenten

dichter voor velen voorbeeldig leraar dichtkunst ter herinnering aan herman de coninck 1945 1997 herman de coninck geboren te mechelen in het laatste jaar van de oorlog een dichter voor wie de poezie alles bete kende die zich met al zijn energie stortte op wat het leven in zijn volheid te bieden heeft wie hem iets heerlijks verrukke lijks lustgevends aanbood hoefde niet op een nee vandaag krant volgt weet hoe vreemd deze iranier in amsterdam aankeek tegen niet1 te rekenen de coninck leefde dat kun je evenzeer juist dit dominante aspect in de zien aan zijn poeziekronieken als aan zijn eigen fraaie conincks gedichten althans uit juist deze eerste tijd waarin hij onbekom beheerst romantische gedichten op 22 mei 1997 zakte hij merd de mate van klaarkomen maak op het plaveisel van lissabon ineen en de meest gevierde te tot toetssteen van de genegenheid dat kon zelfs wat melig overkomen dichter van vlaanderen was dood gestorven op dezelfde leeftijd als ooit zijn beide ouders het was een prachtidee van haar ouders melinda te verwekken aanvankelijk wam de moor de dichter wou onbegonnen werk de verzamelbundel ze dan ook zichzelf gaan studeren uit 1984 die de conincks gedichten uit psychologe noemt men die wetenschap de periode 1964 1982 bevat laat zijn geloof ik maar al gauw vond ze er ontwikkeling uitstekend zien ze be niks anders op zitten dan mooi te wezen staat uit vier bundels en de eerste en mij te ontmoeten daarvan de lenige liefde 1969 bevat de gedichten uit de eerste zes jaar van kijk eens wat ik hier heb zegt ze de conincks dichterschap van zijn en brengt me voor het raam allemaal negentiende tot zijn vijfentwintigste om naar te kijken jaar student germaanse filologie in en kijk eens wat ik nog heb zegt ze leuven in het lexicon van literaire wer en wijst op zichzelf het kan zoenen ken aflevering 5 februari 1990 vindt voegt ze er op hoge benen aan toe men een analyse van deze bundel door terwijl ik mijn happy end voel groeien hugo brems deze is voor de docent nederlands de moeite van het lezen dat is uit de titelserie van de lenige waard omdat de lenige liefde bij uitstek liefde de conincks extraverte ant herman de coninck geschikt is om ook aan leerlingen te woord op lodeizens introverte buig laten lezen en dan mag je wel wat ach zaamheid van het verdriet smakelijke tergrondinformatie hebben niet voor gedichten voor wie in de leeftijd ver niets werd deze debuutbundel keer op keert waarin alles wat boeiend is bij keer herdrukt de afdelingen met de voorkeur naar seks verwijst vedel en de lenige liefde gaan over probleemloze en optimistische helder liefde en erotiek en wie kader heid schrijft brems met als aanvul abdolah rubriek myrza in de volks lende motieven de poezie zelf en een tsjlp letteren 7 2 vorm van esthetisch manierisme liefdesgedichten geschreven heb met zo n fragment is terug te voeren op een heel aardig voorbeeld van zo n flarden autobiografie en dialoog en wat de coninck als jonge dichter amalgaam van motieven vind ik het grappen ik wil hier graag even de ge wilde eenvoudig schrijven het roman negende gedicht uit de melinda reeks voelige lezer choqueren door te stellen tische niet schuwen maar wel dicht bij dat zulks allemaal maakwerk en effect de aarde blijven wat ik wou doen zoekerij en berekening is geweest ik was dat hollandse nieuw realisme je truitjes en je witte en rode heb nooit in hotel eden gelogeerd zo sleutelaar verhagen vaandrager sjaals en je kousen en je slipjes als een gedicht suggereert maar in wdm nemen en dat inenten met wat met liefde gemaakt zei de reclame een tentje in verjaardagsvers staan een het tekort had met een vlaamser ste en je brassieres er steekt poezie in paar regels die ik tien jaar eerder voor viger soort gevoeligheid met enige die dingen vooral als jij ze draagt een heel ander liefhad bedacht geen alleralgemeenste expressie van enige ze slingeren rond in dit gedicht enkele van de geschreven dialogen is allerbegrijpelijkste emotie als op je kamer ooit door mij gezegd geen enkel grapje kom er maar in lezer maak het je ooit gemaakt de kritiek op de conincks debuut gemakkelijk struikel niet over de de coninck had het graag over poezie varieerde van groot enthousiasme bij zinsbouw en over de uitgeschopte wat ze is hoe men ze maakt tegen het verschijnen van de eerste druk schoenen lionel deflo zei hij eens ik schrijf stilistisch virtuoos prachtige eenvoud gaat u zitten poezie omdat dit bij uitstek het genre originele benadering tot in latere is waarin men een taaifragment door recensies met name naar aanleiding intussen zoenen wij even in deze vormelijke isolatie een bijna levens van onbegonnen werk met oppervlak zin tussen haakjes zo ziet de lezer vreemde schittering kan geven hoe kigheid en soms te goedkope effecten ons niet hoe vindt u het dicht het leven er ook in benaderd naar de vaststelling van brems dit is een raam om naar de werkelijk wordt dit is in de grond een zuiver hoewel de coninck bij het schrijven heid esthetisch standpunt maar ik tracht zijn gedichten uitging van zijn zuiver te kijken alles wat u daar ziet de voordelen van de esthetische esthetisch standpunt zal de lezer die bestaat is het niet helemaal poezie te verbinden met de voordelen hem volgt in zijn gedichten ook zien als in een gedicht van het nieuw realisme dus zonder hoe na de hofmakerij uit de eerste ge te vervallen in hermetisme enerzijds dichten de vaste relatie zich ontwikkelt en zonder toe te geven aan een bijna het huwelijk en de kinderen een bron magnifiek gedicht om van te genieten niets meer zeggende alledaagsheid van veel inspiratie vormen zeer teder om de humor om de verrassing van de anderzijds als het om een kleintje gaat en met de dubbele werkelijkheid om de perfecte ook in zijn gedichten en in tegenstel eb en vloed van een blijvende relatie formulering en de eenvoud en om een ling tot bijvoorbeeld kouwenaar niet die toch weer stuk loopt en de wee inhoud die iedereen aan kan spreken heel ernstig maar lichtvoetig al zou ik moed om het verleden die het hele het gedicht roept een werkelijkheid op kouwenaar tekort doen wanneer ik heden doortrekt dat is iets heel moois die vervolgens in realiteit beleefd zou hem niet in staat achtte minstens zo in het hele oeuvre van de coninck kunnen worden maar de dichter waar geestig woord en vlees met elkaar te vanuit zulke ervaringen heeft hij het schuwt bijvoorbeeld in een opstel dat verbinden als de coninck in zijn kop toch weer over poezie te vinden is in de essaybundel marieke peling van letterlijke en figuurlijke van de bakker dat we de ene werkelijk betekenis in bijvoorbeeld het volgende heid niet moeten verwarren met de niet zijn beste fragment andere poezie die niet met het oog op publiek is geschreven is geen poezie is een emotioneel boodschappenlijstje je borsten waren zachte voor mijn vrouw is een grapje waar kolf es naar mijn hand niemand anders wat aan heeft omdat twee afgeronde verhalen ook niemand anders onze geheimtaal met een pointe waar ik erg was kent of een privezinspeling begrijpt op gesteld ik weet dat zo goed omdat ik nogal wat n 7 2 figuren die deze gedichten als het ware zo n gedicht scheurt je in tweeen zo dragen is het de man die in gedachten raak zo algemeen geldend onderweg de af of aanwezige geliefde van thans sluit de bundel af en geeft wat de tus of vroeger aanspreekt niet altijd maar sentitel zegt gedichten die kennelijk wel heel vaak van meligheid is geen op vreemde plaatsen zijn genoteerd of sprake meer en hier en daar zijn de daarnaar verwijzen en weer eindigt gedichten wat moeilijker geworden een bundel met het tweevoud van maar nog steeds zijn eenvoud en samenleven en leven in poezie helderheid de kenmerken van de conincks poezie ik denk dat geen hedendaags dichter cinder zo ontroerend wist te schrijven over het vaderschap als herman de ik zoek een dorp coninck over zijn eigen ouders in wie en daarin een huis en daarin een hij zich in hun rol weet te verplaatsen kamer waarin een bed waarin een over de scheuren in ouderlijke samen vrouw hang samengevat in de deeltitel het en in die vrouw een schoot meervoud van geluk zoals over een driejarige dochter in ik hou van jou buiten maakt de rivier zich breed zei je tussen twee monden vol wafel om ver te gaan de zilvergeschubde en ze heeft alles om te zoenen twee vissenhebbende botendragende armen voor rond mijn hals wie wil zeezoekende hierblijvende lezen wat een vader voelt die door de herman de coninck tekening dirk wiarda scheiding zijn dochter ten dele kwijt is zo zoekt een vergelijking leze het volgende een gedicht voor de nacht een man een vrouw poezie een leeslint een vouw zes jaar heeft ze geleerd wat blijven was nacht klapt het boek dicht zoals je tegen een ziek dochtertje zegt wat ouders deden en wat alles dus ging mijn miniatuurmensje mijn zelf doen gemaakt een tafel hij een stoel nu hij toen wat herman de coninck achterlaat als verdrietje en het helpt niet het meervoud van geluk was wij dichter is een klein oeuvre dat zich zal zoals je een hand op haar hete handhaven in onze literatuur omdat voorhoofdje sindsdien heeft ze geleerd wat het zo helder en schoon is geschreven legt zo dun als sneeuw gaat liggen enkelvoud is zo dicht op de huid zit van wie leven en en het helpt niet zij nu weer half van jou morgen lezen kan zich zo zonder pretentie half van mij heeft aangeboden en voor mijn gevoel zo helpt poezie bijna direct aansluit op het ghequetst toen ze acht was was ze tien ben ick van binnen doorwont mijn een helft van haar gezicht lief hert zoozeer dat is uit de derde bundel met een de ander liever bang om te kiezen klank van hoho herman de coninck tussen verliezen en verliezen de poeziedocent en criticus was toen ook al in nederland een be hoe de coninck dacht over poezie kende dichter geworden en naar uit vandaag is ze gewoon twaalf onderwijs laat zich afleiden uit de geverij van oorschot verhuisd ik moet vier ouders twee echt twee stief tsjip waarmee wij dit nummer van veel laten liggen maar in 1991 ver slapen gaan moet met eindeloos gezoen tsjip letteren hebben geopend wie scheen bij de arbeiderspers zijn bun ze wint altijd ze heeft geleerd wat zich een beeld wil vormen van de aard del enkelvoud en nog steeds zijn een blijven is van de conincks poeziekritiek leze een mannelijk ik en een vrouwelijk jij de wat ouders niet en kinderen wel doen of meer van de volgende vier bundels tsjip letteren 7 2 5 over de troost van pessimisme 1983 is tenminste leren niet te lezen wat er ik wens u geen geluk was mij on marieke van de bakker 1987 intimiteit niet staat omdat je al last genoeg hebt bekend en sonnet 16 uit andreus onder de melkweg 1994 en de vliegende met wat er wel staat de huiver voor de sonnetten van de kleine waanzin ik feeeper 1995 trefzekere interpretatie deed de heb je lief men kan het niet nooit hel de laatste titel geeft aan hoe hij zelf coninck op toen zijn leraar duits hem pen dat met veel van diens gedichten zijn werk als poeziecriticus zag elke als zestienjarige het gedicht die staat te verschralen op de plank kreeg poeziecriticus is in zijn krant een flamingos van rilke voorlegde van de coninck een nieuwe samen beetje een vliegende keeper omdat hij hang meestal de enige is als er al een is en deze lezer van poezie was geboeid omdat hij onmogelijk alles kan cove in spiegelbildern wie von fragonard door de varianten van alles van humor ren terwijl dat toch van hem verwacht ist doch von ihrem weiss und ihrer rote bijvoorbeeld die hij in gedichten aan wordt er is in elk geval bij de meeste nicht mehr gegeben als dir einer bote trof in allerlei soorten waarvan hij dan poeziecritici die ik ken nou ja bij alle wenn er von seiner freundin sagt de exempels uit zijn mouw leek te vier het voortdurende schuldbewust sie war schudden hij vond humor een werk zijn van als ik er niet over schrijf zame norm om dichters mee te beoor wordt er niet over geschreven en daar noch sanft von schlaf delen zoals hij ze vond in poezie van door een voortdurende onrust om op van nijlen kemp schierbeek luce alle plaatsen tegelijk te willen zijn om bert gils hanlo judith herzberg gaten te dichten tegen die aandrang het subtielste wat met taal mogelijk is der mouw vroman reve en ouwens verzette de coninck zich hij wilde vond de coninck dit het lichtste ook en absoluut niet bij a roland holst niet volledig zijn ofschoon je maar de de subtiliteit van fragonards schilder prive vol ironische opmerkingen maar kronieken in deze vier bundels hoeft wijze gecombineerd met een beeld als als dichter van loodgewicht te lezen om overtuigd te zijn van zijn ze was nog zacht van slaap het son bevat marieke van de bakker een men enorme kennis van zaken net als geheel gaf de jonge scholier het geling aan essays sommige over poe hij wilde wel alles openhouden een inzicht dat de eigen onzekerheden en zie andere over onderwijs in vlaan systeemloze liefde voor zoveel moge voorzichtige aftasterijen waardevoller deren in intimiteit onder de melkweg lijk soorten poezie tegelijkertijd blij zijn dan elke overtuiging keren thema s die ik hierboven heb ven koesteren alles van hans het voordeel van dit vroeg verworven aangeduid het meest nadrukkelijk faverey schreef hij maar ook dat ene inzicht is dat de coninck als criticus terug en wel in de bewonderende stuk geslaagde gedicht van een zondags geen vooroordelen kende geen princi ken over eva gerlach toon teilegen dichteres en ook tk heb geen defini pieel onderscheid maakte tussen grote willem van toorn rutger kopland tie van de poezie ik heb er een twintig en kleine namen van dichters en zich zeer favoriet maar met kritische aan tal en hoop dat ze elkaar tegenspreken steeds opnieuw bepaalde tot het ge dacht gevolgd zeker nadat hij leek te en aan de praat houden dicht zelf en zo kuiert hij in zijn essay schwarmen met de kouwenaar adep neem het titelessay van over de troost over de troost van pessimisme op zijn ten andere dichters die aandacht krij van pessimisme de nutteloosheid van gemak door de poezie van ongelijke gen jean pierre rawie maar ook poezie is een protest tegen al wat in grootheden als judith herzberg rilke heel fraai hans faverey om diens deze wereld aan de orde is verzuchtte ten harmsen van der beek a roland schitterendste regels ellen warmond de coninck dit is een maatschappij holst du perron de merode kloos en leonard nolens zeer verscheiden van hebben poezie hoort tot het rijk van nijlen andreus kopland weru allemaal maar steeds is de criticus op van het zijn tegen zijn leerlingen meus buning dickinson en auden zoek naar de heldere zegging het te die hem vroegen moeten we dat ken daarbij niemand groter of kleiner begrijpene dat hart en oog bekoort mij nen voor het examen zei hij dat hij het makend dan hij is en laat de lezer zijn dunkt er zijn voor de literatuurdocent ze gaf voor het leven en dat hij het ze verrassingen hoe raak musee des slechtere gidsen denkbaar dan wat eigenlijk niet kon leren want dat poe beaux arts van a u d e n of too few t h e zeg ik er is eenvoudig geen betere zie op het eerste gezicht niet te begrij mornings be van dickinson is dat gids voorhanden dan de man die ons pen valt of anders begrepen dient te wist ik maar dat du perron ooit met dit alles nu dan heeft achtergelaten e worden dan je dacht leren lezen wat ppc zo n krachtig sonnet tegen wel er niet staat op het eerste gezicht dan lend sentiment schreef vaarwel clary n 7 2