Documenten
dees maas factie en fictie van een verloren paradij s bezonken rood en het oostindisch kampsyndroom in de vorig e tsjip merkte ik o p dat ik denk zoveel aan jullie va n hedda kablshoven brester geleze n kan worden als de factie variant van tessa de loo s fictie in de tweeling bezonken rood en het oostindisch kampsyn droom van respectievelijk jeroen brouwers en rudy kousbroek vormen ook zo n paar beide boeken houden zich bezig met de periode waarin nederlands indie werd bezet door de japanners daarmee was het verlies van de neder landse gordel van smaragd in gang gezet ook de politionele acties konden deze ontwikkelin g late r niet stopzetten maar in dit geval lig t tusse n deze twee werken tussen de grenzen van fictie en factie een niemandsland waar critici historici e n nabestaanden een felle strij d leverden om het gelijk van een van beide auteurs definitief vas t te stellen bij d e bespreking va n deze werken in de klas kan men mijns inziens niet aan de tegenstelling factie en fictie voorbijgaan de leesbaarheid bezonken rood van jeroen brouwers heeft zijn weg naar de lijst allan g ge vonden deze roman met een bescheiden aantal van 129 pagina s en zijn hel dere stijl laat zich gemakkelijk lezen maar weet door zijn inhoud vele ook jeugdige lezers te boeien de kamp ervaringen van de kleuter daantje en de gevolgen ervan in zijn latere leven bijvoorbeeld in de relatie tot zijn moeder zijn indrukwekkende ingredienten van deze roman het kan dan ook niet te veel gevraagd zijn om de leerlingen dit werk als basis voor lessen rond kous broek en brouwers te laten lezen ieder e docent za l voo r zijn eigen groe p kunnen uitmaken in hoeverre hij daarbij gebruik moe t make n van dwang en of ruilmiddelen je mag het op je lijst zetten lijkt me in sommige geval len een realistische zet met het oostindisch kampsyndroom is het heel anders gesteld terwijl be zonken rood ook toegankelijk is voor lezers die nauwelijks bekend zijn met het koloniale verleden van nederland eenvoudigweg vanwege de romanstruc tuur is lezing van het oostindisch kampsyndroom voor deze groep een zware opgave het boek is gepubliceerd als het zesde deel van kousbroeks anathe ma s net als multatuli s ideeen bestaat deze reeks uit een bundeling van faits divers waarin allerlei denkbeelden op verschillende wijzen verwoord worden en waari n wangedachte n aa n d e kaa k worde n gesteld het oostindisch kampsyndroom wordt vanwege zijn ongeordendheid en onafheid wel vergele ken met het pak van sjaalman het bestaat grotendeels uit krante artikelen die tussen 1969 en 1991 gepubliceerd zijn bier en daar door de auteur later aan gevuld met nieuwe informatie nieuwe inzichten of een literatuuropgave het gevolg is dat sommige onderwerpen daardoor meerdere malen aan bod komen en andere ontbreken het is veel meer dan een geschiedenis van het kampsyn droom het is ook het relaas van de laatste decennia van de koloniale tijd van 35 maas factie en fictie van een verloren paradijs wat kousbroek zic h daarva n herinnert en van d e onbenut gelate n verzoe ningsmogelijkheden een verzameling documenten dus die alle samenhangen met de verwerking van het verlies van nederlands indie en de beeldvorming daaromtrent maar waar geen coherent geheel van is gemaakt een verzame ling bovendien die 486 bladzijden beslaat het lijkt me dus redelijk wanneer een docent hieruit een keuze maakt die aansluit bij de thema s die brouwers in zijn roman naar voren brengt en die de problemen die kousbroek met diens werk heeft duidelijk in kaart brengen bijvoorbeeld artikelen als de plaatijze ren broek blz 25 t m 31 het kampsyndroom 364 t m 379 en het toma tenketchup tjideng van jeroen brouwers 445 t m 452 het eerste artikel is een goed voorbeeld van de objectieve wijze waarop kousbroek in zijn indie artikelen te werk gaat hij beschrijft verschillende gouverneurs generaals van nederlands indie naar aanleiding van wat boeken die hij daarover te pakken heeft gekregen het tweede maakt duidelijk hoe kousbroek staat tegenover weeklagende ex geinterneerden en tegenover de vergelijking tusse n de duitse concentratie kampen en de jappenkampen het lezen van een paar bladzijden in een boek als de negentien treinen naar sobibor va n dr e a cohen moet voldoend e zijn om in te zien dat de indische internering en de duitse vernietigingskam pen niet verschilden in graad maar in soort iets dergelijks hebben wij niet meegemaakt niet in de slechtste kampen ook niet in de krijgsgevangenen kampen die zelf al veel slechter waren dan de burgerkampen er is geen en kele overeenkomst en het is niet denkbaar dat iemand die in indie geinterneerd is geweest dat niet weet en in het laatste artikel reken t kousbroek op niet mis te verstane wijz e af met de leugens in bezonken roodvan jeroen brouwers van verkrachtingen in indische kampen mogen maar zeer weinig gevallen bekend zijn bij stap stap stap daantje vier jaren oud hij stond erbij en bij keek ernaar niet zo maar een verkrachting maar aan de lopende band hij zag er in verschillende varianten een andere ex geinterneerde uit tjideng fred lanzing de schrijver van een monografie ove r dit kamp tien jaar ouder en wonen d in dezelfd e straat heeft nooit gehoor d over verkrachtingen die trouwen s ook nie t ge noemd worden in de getuigenverklaringen van het proces dat na de oorlog is gevoerd tegen de kampcommandant sonei factie en fictie de volgende opdracht zou men kunnen gebruiken om de leerlingen vertrouwd te maken met de begrippen factie en fictie en daarmee de basis te leggen van waaruit ze de werkwijzen van kousbroek en brouwers kunnen begrijpen er wordt hen gevraagd twe e maa l hu n geboorte te beschrijven 1 a 4 voor de eerste versie moeten ze gebruik maken van bronnenmateriaal hier voor kunnen hun geboortekaartjes het trouwboekje van de ouders hun baby boeken en fotoalbums bijvoorbeeld gebruikt worden maar ook verhalen van vader moeder en andere familieleden bij de tweede versie vertellen ze hun geboorteverhaal vanuit de ogen van va der moeder of de baby zelf hieraan liggen enkele feiten uit de eerste versie 36 maas factie en fictie van een verloren paradijs ten grondslag de rest mogen ze verzinnen naar aanleiding van deze opdracht kan in de klas gesproken over het waar heidsgehalte van beide verbalen uiteindelijk zal men tot de conclusie komen dat het eerste verhaal aan de waarheid getoetst mag worden omdat geschreven is met de intentie van een objectieve weergave vervolgens da t het tweed e verhaal strijdig mag zijn met de waarheid omdat het fantasie fictie is wan neer enkele versies voorgelezen worden zal bovendien blijken dat de ene leer ling in zijn tweede versie meer van de werkelijkheid afwijkt dan de andere bezonken rood en het oostindisch kampsyndroom zo u je me t dez e twe e werkwijzen kunnen typeren kousbroek volgt de eerste methode hij neemt over het algemeen feite n to t uitgangspun t va n zij n indie bespiegelingen vrijwel onopgemerk t is vorig e week in den haag op tweeentachtig jarig e leeftijd chalid salim overleden in de meeste kranten heeft voor zover ik weet geen overlijdingsberich t va n he m gestaan zo begint bij ee n artikel ove r boven digoel een nederlands interneringskamp waar salim wegens nationa listische activiteiten vijftien jaar heeft doorgebracht hij vergelijkt de manier waarop indonesische geinterneerden over de nederlandse kampen hebben ge schreven en de manier waarop nederlandse geinterneerden dat over de jappen kampen deden bovendien staaf t kousbroe k i n het oostindisch kampsyn droom veel van zijn opvattingen met statistisch materiaal vergelijkingen van het aantal sterfgevallen in duitse en japanse kampen of authentieke bronnen zoals het dagboek van zekere mr dr l f jansen in het artikel een ziener in niemandsland brouwers volgt de tweede methode hij refereert weliswaar aan de werkelijk heid bijvoorbeeld door het beschreven kamp tjideng te noemen maar voegt daar zelf elementen aan toe op zich een legitieme manier om een roman te schrijven ware het niet dat brouwers in het boek zelf en later ook in een in terview mensen die niet van romans houden kunnen het als geschiedschrij ving lezen als documentaire hp 7 11 1981 een schijn van feitelijkheid op houdt achteraf is vast komen te staan dat het kamp tjideng geen wachtto rens had van waaruit japanners met machinegeweren op de geinterneerden let ten en evenmin droegen de japanners de door brouwers beschreven spijker laarzen de verschrikkelijke martelingen die hij vermeldde hebben niet op de door hem beschreven manier plaatsgevonden daarmee haalde brouwers zich onder meer het verwijt op de hals dat hij aan de duitse concentratiekampe n ontleende beelden projecteerde in de jappenkampen ik denk dat peter nijssen gelijk had toen hij in 1992 in het utrechts nieuwsblad schreef dat brouwers enkel ha d kunnen reageren met de opmerking dat hij een fictie geschreve n had maar dat deed hij niet brouwers hield vol dat zijn een boek een eminente documentaire waarde had en hoewel e r genoeg redenen zij n t e bedenken waarom hij gelijk had sprak hij daarmee zelf de vloek uit die zijn werk in de ogen van velen naar het niemandsland tussen fictie en factie zou verbannen maar ook kousbroek kwam onder vuur te liggen met het artikel de raaskal lende gelijkhebber1 in de tijd van 25 november 1988 beschreef brouwers met enkele voltreffers de zwakke kanten in kousbroeks verhaal jeroen brouwers onthoofdt rudy kousbroek kopt de tijd op de voorpagina zo dus kousbroek meent dat de wie de jappanners afschildert als sadisten 37 maas factie en fictie van een verloren paradijs moordenaars en oorlogsmisdadigers dit doet vanuit de pathologische instel ling van europeanen die zulke dingen verzinnen en willen lezen om er dan verontwaardigd over te zijn aanleiding voor brouwers om de lezers te trac teren op een lange lijst van misdaden door japanners moet ik nog vertellen over de burma siam spoorlijn van de 46 000 geallieerde krijgsgevangenen die bij de aanleg daarvan betrokken waren stierven er 16 000 hij weet zo aannemelijk te maken dat het gedrag van de jappanners wel is te vergelijken met dat van de nazi s iets wat kousbroek ten enen male ontkent da t is het eerste schot dat brouwers lost het volgende treft ook doel brouwers ontleedt keurig de door kousbroek gebruikte literatuur en kan vaststellen dat daarin de gruwelbeschrijvingen niet serieus genoeg worden genomen vervolgens he kelt brouwers d e opvattingen va n kousbroek omtren t het kampsyndroom het artikel wordt gaandeweg harder en richt zich steeds meer op de persoon kousbroek ook in dit artikel komt het probleem van factie en fictie duidelijk naar voren nog een truc van kousbroek is om in literaire werke n te onderzoekenof d e erin beschreven verhalen voldoen aan de historische waarbeid of werkelijk heid deze woorden gebruikt hij naar willekeur door elkaar heen roman schrijvers mogen niet liegen noch overdrijven vindt kousbroek en roman schrijvers mogen ook niets aan de feiten toevoegen doen romanschrijver s dit alles wel dan is hun werk onwaarachtig nog zo n woord dat zeer gemak kelijk uit de schrijfmachine van deze zeer integere en waarheidslievende es sayist tuimelt boeiend om te zien hoe hier de auteur die de meest objec tieve weg leek te bewandelen zijn feiten worden ontnomen kousbroe k en feiten is dat niet even ongerijmd als een kikker en een slurf deze discussie roept fundamentele vragen op naar de waarachtigheid van fei ten in het licht van de menselijke beleving tegen een lugubere achtergrond het verloren paradijs hoe deze boeken zich laten verbinden met het thema van een verloren para dijs laat zich makkelijk raden beide verhalen over de jammerlijke ondergang van de nederlanders in indie die daar eerder zelf de touwtjes in handen hadden gehad niet alleen werd hun eigen wereld volkomen omgedraaid waarbij de periode van voo r hun internering he n vanzelfspreken d paradijselij k voor kwam ook zou nederland werkelijk een door haar beheerst gebiedsdeel verlie zen toch sluit het oostindisch kampsyndroom meer bij deze thematiek aan dan bezonken rood het lezen van geschiedenisboeken wordt mij vaak bemoei lijkt door een eigenaardige bijkomstigheid nadat ik een poosje gelezen heb begint mijn fantasie te concurreren met de tekst niet de gebeurtenissen die in het boek worden beschreven houden mij meer bezig maar de varianten daarop die ontstaan in mijn verbeelding o m een voordehandliggend voorbeel d te noemen ik kan niet over napoleon lezen zonder dat ik koortsachtig manieren begin te verzinnen om de engelsen te verslaan zo luidden de eerste regels van het oostindisch kampsyndroom en gaandeweg het boek zal kousbroek meer dan eens laten zien dat deze zelfanalyse meer is dan een literaire vondst 38 maas factie en fictie van een verloren paradijs voortdurend is bij op zoek naar manieren waarop het beter had kunnen gaan waarom hebben de nederlanders niet voor beter onderwijs gezorgd vraagt bij zich bijvoorbeeld af ook in de manier waarop hij wantoestanden die onder nederlandse gezagsdragers voorkwamen aan de kaak stelt ligt besloten dat in die niet op deze manier verloren had mogen gaan wat hebben we verkeerd gedaan voor kousbroek heeft het indie van toen duidelijk ee n emotionele waarde en het verlies van iets wat nooit het paradijs werd dat het had kun nen zijn spreekt uit vele passages in het hier besproken werk van brouwers vinden we nauwelijks sporen van heimwee geen beschrijvingen van de overweldigende natuur geen herinne ringen aan het lopen op de hete spoorrails geen tranen bij het horen van de tune van het destijds populaire radioprogramma het arendsnest1 och zegt brouwers lk heb geen heimwee dat is iets van een oudere generatie die er haar jeugd heeft doorgebracht ik ben van de generatie die alleen maar in dat land geboren is en er niets mee heeft hp 16 1 1982 botsing der genera ties schemergebieden van fictie en factie auteurs die elkaar een onwaarach tig kampsyndroom toeschrijven een verloren paradijs genoeg ingredienten voor zinnige lessen rond deze twee romans literatuur jeroen brouwers bezonken rood amsterda m 1984 de arbeiderspers rudy kousbroek het oostindisch kampsyndroom amsterdam 1992 meu lenhoff 39