Publicatie datum: 1995-03-01
Auteur: Koos Hawinkels
Collectie: 24
Volume: 24
Nummer: 4
Pagina’s: 39-48
Documenten
s t t o a j 4s 39 gedachten over didactieken voor inter cultureel literatuuronderwijs koos nawinkels tijdens de algemene conferentie van de nederlandse taalunie gehouden in tilburg in december 1994 hield koen jaspaert een vurig pleidooi voor het afschaf fen van de hokjesgeest in de taaldidactiek hij betoogde onder verwijzing naar de belgische volksarchitectuur dat iedere nieuwe behoe ft e in de didactiek leidt tot het bouwen van een nieuw kamertje aan het didactische huis zonder dat er voldoende werd nagedacht over de vraag of het oude arsenaal aan didactische mogelijkheden niet voldoende ruimte bood om de nieuw ervaren behoefte op te vangen 1 zijn har tekreet was velen van de aanwezigen uit het hart gegrepen al was lang niet ieder een het eens met de door hem voorgestelde oplossing het artikel dat u nu onder ogen hebt zou opgevat kunnen worden als een uiting van diezelfde hokjesgeest hopelijk bent u na lezing van het tegendeel overtuigd e situatie is namelijk deze er is ik ben daar nog steeds van overtuigd met de laatste decennia een aan dat niet bestaan bedoel ik dat er volgens zienlijk aantal allochtone leerlin mij geen enkel klemmend argument te gen in ons nederlandse en bedenken is voor een aparte didactiek voor vlaamse onderwijs verschenen intercultureel literatuuronderwijs 2 wat wel de overheid heeft verordonneerd dat kan is een selectie maken uit de voorhan alle leerlingen onderwijs dienen te krijgen den didactische handelwijzen die voor het dat hen ervan bewust maakt dat zij opgroei bereiken van andere doelstellingen binnen en in een multiculturele samenleving en dus het literatuuronderwijs en het geschiedenis wordt er mondjesmaat want niemand weet onderwijs geschikt zijn en die meer dan precies wat het is intercultureel onderwijs andere ook geschikt zijn voor ilo scherper ontwikkeld andere bijdragen in dit thema dan zo kan ik het niet formuleren de didac nummer laten zien dat de definiering van het tiek van ilo is namelijk niks nieuws in dit begrip niet eens eenvoudig is laat staan dus artikel zal ik mijn standpunt toelichten en de onderwijskundige invulling daarvan mij is uiteenzetten wat er volgens mij dan wel met gevraagd iets te schrijven over de didactiek ilo gedaan kan worden 3 van het intercultureel literatuuronderwijs nadat ik tijdens hsn 8 in oktober 94 in leuven had beweerd dat er volgens mij geen aparte didactiek voor intercultureel lite ratuuronderwijs verder ilo bestaat maart april 1995 nummer 4 24e jaargang nrtz wat is intercultureel aan overeenkomsten en verschillen tussen vlaanderen en nederland literatuuronderwijs daarnaast hoort er in een multiculturele omdat ik uit ervaring weet dat de definitie samenleving natuurlijk bij dat men kennis van ilo die ik hanteer vaak als afwijkend vergaart over de culturen van anderen wordt ervaren ga ik daar eerst kort op in zij waaronder in elk geval de in de eigen is niet door mij bedacht4 en tot nu toe nog omgeving woonachtige allochtonen en hun nergens openlijk bestreden nou weet ik wel nakomelingen 5 bij ilo gebeurt dat kennis dat zoiets ook uit beleefdheid nagelaten kan vergaren in elk geval met gebruikmaking worden maar vooralsnog ga ik er toch maar van literatuur maar zeker ook door middel vanuit dat zulks hier niet het geval is de van confrontatie van wat die literatuur biedt definitie die ik hanteer luidt als volgt met andere teksten en gegevens intercultureel literatuuronderwijs is literatuur tot intercultureel onderwijs hoort ook aan onderwijs dat jonge mensen dacht voor de historische ontwikkelingen 1 bewust maakt van hun eigen culturele van de eigen cultuur en van andere cultu waarden normen en aannames ren en daarmee voor hun niet statische 2 in staat stelt eigen culturele waarden karakter hun veranderbaarheid voor jonge normen en aannames te analyseren mensen die hun toekomst vorm moeten 3 in contact brengt met houdingen geven lijkt me dit van groot belang het zou waarden en instituties van andere cul wel eens een van de voor hen aantrekkelijk turen ste kanten van ilo kunnen zijn 4 in staat stelt hedendaagse waarden houdingen en instituties in verband te intercultureel literatuuronderwijs is een vorm brengen met hun historische ont van waardenonderwijs men doet daaraan staansgronden geen recht met het bieden van de mogelijk 5 bewust maakt van het niet statische heid om ook vertaalde literaire werken op karakter van culturen en van de moge de lijst te laten zetten of werken uit de her lijkheid tot verandering komstlanden van de allochtone leerlingen in plaats van de mogelijkheid te bieden zou vier van de vijf e le menten van deze definitie mijns inziens eerder de verplichting inge laten zien dat het een misverstand is als voerd moeten worden tot het kiezen van mensen denken dat intercultureel onderwijs literaire werken uit andere culturen en dan zoiets is als zorg voor migranten allochto niet alleen anders dan de nederlandse nen leraren die zeggen wij hoeven niet vlaamse maar anders dan zelfs de hele aan intercultureel onderwijs te doen want westerse noordwesteuropese en noord bij ons op school zi tten geen migrantenkin amerikaanse cultuur alleen zo zou aan de deren hebben er dus niets van begrepen basale voorwaarde voor kennisname vol wezenlijke onderdelen van ico zijn het zich daan zijn want ook aan waardenonderwijs bewust maken en het leren analyseren van ligt natuurlijk kennis van elementen van aspecten van de eigen cultuur in haar histo andere culturen ten grondslag je kunt rische context het reflecteren op vanzelf geen waarde toekennen aan iets wat je niet sprekendheden en op de interne verschillen kent 6 in wat als een cultuur wordt beschouwd denk maar aan de verschillen tussen maar omdat het waardenonderwijs is is het limburgers en groningers tussen gooise toch ook en vooral een kwestie van didac kakkers en amsterdamse volkskinderen tiek ik citeer de ad hoc subcommissie etc en binnen het nederlandse taalgebied nederlands vo ii bovenbouw van het n m 24e jaargang nummer 4 maart april 1995 z voortgezet onderwijs van de valo m 7 jaren nogal wat boekjes met beschouwin 9 onder het kopje welke didactische optie gen over onze eigen nederlandse vlaamse schrijft zij in haar advies waardenont cultuur en de onderlinge verschillen ver wikkeling vereist waardenuitwisseling en schenen bij voorbeeld impressies van bui discussie ook vanuit intercultureel perspec tenlanders over onze cultuur maar ook tief daartoe moet de docent beschikken uitingen van verbazing van direct betrokke over een arsenaal aan werkvormen en nen zoals van lstendael pleij of chartier 9 gesprekstechnieken die leerlingen stimule ren na te denken over hun waardering en voor de historische eigen letterkunde gel de oorsprong daarvan en bereidheid den de didactieken zoals ze bijvoorbeeld onderling dergelijke gedachten uit te wisse verzameld zijn in don cahier 18 spee e a len een catalogus van derge lijke werkvor 1986 niet een vorm van tekstbestudering men boekpromotietechnieken en ge die het accent legt op de tekst zelf min of sprekstechnieken lijkt heel wenselijk 8 meer tekstimmanent dus lijkt dan ade quaat maar veeleer een vergelijkende ik beschouw dit artikel als een poging om tekstbestudering gekoppeld met teksterva een begin te maken met het aanleggen van ring in hun inleiding schrijven spee die catalogus en hoop dat anderen vanuit zwitserlood dat een zinvolle en levensvat andere deeldisciplines van ons vak en met bare manier van omgaan met historische name vanuit de didactiek van het teksten naar voren komt wanneer niet de spreken luisteren ook hun bijdragen zullen bestudering van de tekst maar de ervaring willen leveren ook in dit opzicht speelt de die de leerling opdoet bij het lezen van een verkokering ons parten ik zal de didacti tekst centraal staat doel is niet het over sche ideeen van anderen overigens hier niet dragen van objectieve kennis over het lite overschrijven maar er alleen naar verwijzen raire werk en haar sic historische literaire ere wie ere toekomt context maar het creeren van de mogelijk held voor de leerling om vanuit de eigen biografie een subjectieve betekenis toe te kennen aan het literaire werk binnen een min of meer theoretisch dergelijke ervarende methode kunnen de doelstellingen voor het verwerken van histo zoals gezegd geen nieuwe of exclusieve rische teksten ook veel ruimer zijn dan didactieken voor ilo maar een poging om alleen literair historisch subjectieve beteke te inventariseren welke andere al bestaan nisgeving kan ook plaatsvinden om het his de didactische werkwijzen ook voor ilo torisch besef te vergroten om inzichten bruikbaar lijken het gaat bij ilo zoals over een thema te verdiepen voor persoon gezegd ook om kennis van eigen cultuur lijke verrijking en herkenning enz even ver en literatuur uit heden en verleden op de derop schrijven zij dat de bestudering van manieren om hedendaagse literatuur te sara burgerhart inzichten kan opleveren behandelen ga ik in dit stuk niet verder in over de opvattingen over het huwelijk over alleen is het misschien toch goed om te de rolverdeling tussen mannen en vrouwen vermelden dat het voor ilo nodig is om over de maatschappelijke hierarchie zoals zoveel mogelijk de nadruk te leggen op die rond 1780 bestonden inhoudsaspecten die iets van de typisch nederlandse vlaamse cultuur laten zien niet literair gesproken zou je dus ook kun per werk zal daarvoor wel een deelaspect nen zeggen onderzocht wordt door de te kiezen zijn lijkt me leerkracht en leerling leerlingen welke aspecten van een histo zijn tamelijk eenvoudig met die eigenaardig risch tijdvak perk door een literaire tekst heden te confronteren er zijn de laatste weerspiegeld worden en hoe dat verschijn maart april 1995 nummer 4 24e jaargang ni i sel in andere historische en latere teksten verstaan een attitude een houding die en of documenten tot uiting komt daarna ontstaan kan door historische kennis zelf wat er tussen toen en nu veranderd is en standig te verwerken p 129 tot deze daar weer na hoe de leerling tegenover houding zouden moeten leiden cognitieve zowel het oorspronkelijke als het tegen vaardigheden die geleerd zouden kunnen woordige verschijnsel en de opvattingen worden door kennis over al behandelde erover staat het gaat immers niet primair geschiedenis te gebruiken bij het analyse om de verschijnselen zelf maar om de rend en beredenerend verwerken van nieu opvatt ingen erover de interpretaties ervan we historische informatie maar het ont en nogmaals het onderwijs zal zich dus wikkelen van historisch besef is geen een vanzelfsprekend niet tot uitsluitend of zelfs voudige zaak niet duidelijk is hoe die rela in hoofdzaak literaire teksten kunnen tie tussen cognitief denken doen en affec beperken 10 de produktiefste werkwijze is tief bereid zijn tot tot stand moet komen waarschijnlijk naar analogie van die bij his het kan bevorderd worden maar niet torische letterkunde een combinatie van gegarandeerd p 129 wat daar de historisch sociologische en de actualiserende benadering heten zie geljon wie in deze omschrijvingen en overwegin 1994 p 59 60 gen de historische component vervangt door een culturele heeft basisbegrippen zoals hierboven al vermeld denk ik dat de voor een verstandig cultuurrelativisme1l didactiek van het geschiedenisonderwijs een van de belangrijkste opbrengsten van veel te bieden heeft voor de didactiek van ilo om langenbach paulussen 1986 ilo daarom ga ik daar nu wat nader op in nog eens te citeren ze de leerlingen kh ik baseer mij daarbij op de bijdrage van moeten weten dat opvattingen omgangs langenbach paulussen 1986 aan dcn vormen arbeidsvoorwaarden bestuursvor cahier 18 zij hanteren twee begrippen die men oorlog en vrede en wat niet al onher mij waardevol lijken voor de didactiek van roepelijk verbonden zijn met een bepaalde ilo standplaatsgebondenheid en histo tijd en een bepaalde plaats en met bepaal risch besef de groepen mensen en tegelijk weten dat er toch overeenkomsten zijn weten dat er onder het eerste verstaat men volgens toch mogelijkheden zijn om door respect langenbach paulussen 1986 de vol inlevend en afstandelijk en nadenkend invloed van plaats en tijd op de vorming van kennisnemen van die andere situaties wat het beeld van het verleden p 127 wijzer te worden over die tijd toen en over aangepast voor ilo zou het dan iets zijn onszelf tevens p 131 dit begrip is zon als de invloed van onze eigen plaats en tijd der veel aanpassingen bruikbaar voor ilo op de vorming van het beeld van een uiting wat anders moet is tijd 4 cultuur wat ik van een andere cultuur of hoe beinvloedt tussen vierkante haken aangeef in de vol onze eigen situatie de vorming van onze gende citaten ideeen over aspecten van andere culturen en net als bij het geschiedenisonderwijs langenbach paulussen 1986 vervolgen geldt voor ilo standplaatsgebondenheid deze opsomming is niet uitputtend het betekent kunnen omgaan met onzekerheid gaat erom duidelijk te maken wat voor het oog voor nuanceringen kunnen relative geschiedenisonderwijs ilo doorslagge ren p 128 vend is wil het zinnig zijn en dat is in de eerste plaats dat er veel kennis van het tweede begrip dat overigens onverbre geschiedenis 3 uitingen van die andere kelijk met het eerste samenhangt is histo cultuur nodig is voor je enig historisch risch besef daaronder wordt algemeen 3 intercultureel besef van betekenis kunt yx 24e jaargang nummer 4 maart april 1995 verwachten want al het weten dat hiervoor genoeg zal zijn om die vooroordelen aan als noodzakelijk genoemd is kan pas func te tasten bartie thijs heeft in een voor tioneren als er een reeks geschiedenissen dracht tijdens een van de eerste hsn con 3 uitingen van andere culturen bekend is ferenties eens verzucht dat leerlingen bij waaraan dergelijke inzichten opgehangen expliciete aankondiging van iets intercultu kunnen worden zijn die er niet dan is er reels wat toen dikwijls in het kader ging van ook geen historisch intercultureel besef anti racisme of anti discriminatie dicht van betekenis want alleen maar weten dat slaan leerlingen worden recalcitrant want er bij voorbeeld overeenkomsten zijn met ze zijn dat gezeur allang moe mensen van vroeger en elders maar geen idee hebben van wat voor overeenkomsten daartegenover vraagt marita de sterck in dat kunnen zijn is leeg loos zinloos weten leeswijzer 16 18 de sterck van bavel een holle frase dat weten moet verworven 1993 bij de introductie van een lessenreeks warden op zo n manier dat kennis beklijft over india naar associaties l bij het en op zo n manier dat die kennis gehan woord india en informatiebronnen waarop teerd kan worden dat impliceert vaardighe associaties gebaseerd zijn p 84 mogelijk den vooral vaardigheden die gericht zijn op zit het verschil in de entourage in het eer het zelfstandig opnemen en verwerken van ste geval een als moraliserend ervaren historische informatie p 131 thema discriminatie en met leerlingen van de onderbouw in het tweede een nuchtere werkwijzen die bedoeld zijn om historisch kennismaking met literatuur en zakelijke en besef te bevorderen zijn dus mijns inziens gekleurde informatie over een land voor ook geschikt voor ilo als stramien voor oudere leerlingen zowel de sterck als thijs het werken met interculturele teksten zou baseren zich op daadwerkelijke ervaring dan een summiere bewerking kunnen die wellicht is het zo dat leerlingen best iets nen van wat barend vos 1986 geven over een vreemde cultuur willen weten als voor het werken met historische teksten in er maar geen opgeheven vingertje bij hun methode literatuur komt 12 de inhoud van de tekst het verband tussen de tekst en zijn tijd misschien is wel verstandig om gewoon te en culturele ruimte of achtergrond beginnen met teksten te laten lezen en dan de relatie tussen de tekst met alles wat eerst vragen te laten beantwoorden in de hij representeert en lezers leerlingen uit trant van onze tijd en culturele ruimte of achter grond de mening van de individuele leerling en de groep over het gelezene en de daarin aan de orde komende onder werpen p 119 in het geschiedenisonderwijs maar ook bij het leesonderwijs is het gebruikelijk om bij de introductie van een nieuwe tekst de leer lingen te vragen zich op het onderwerp te orienteren door de voorkennis en de voor gevoelens wat vind je er tot nu toe van te activeren of dat voor ilo ook geldt vraag ik me af het risico bestaat zeker bij jonge leerlingen dat nieuwe informatie niet sterk maart april 1995 nummer 4 24e jaargang nriz r 72 f s i f s tif ns f s zijn er dingen in de teksten die je vreemd vindt of niet begrijpt heeft de lectuur je nieuwsgierig gemaakt naar deze aspecten noteer de vragen waarop je graag een antwoord zou willen hebben ben je nieuwsgierig naar de reacties van het oorspronkelijk beoogde lezerspu bliek wat denk je dat die van deze teksten gevonden hebben vervolgens kan iets preciezer op de teksten worden ingegaan met vragen als kun je in de teksten iets aanwijzen wat te maken heeft met opvattingen over de samenleving de verhouding vader zoon of man vrouw etc de waarde van religie van het gezin het individu etc zijn er elementen in de teksten aan te wijzen die je zou willen vergelijken met ele menten in onze tijd of in onze westerse nederlandse vlaamse samenleving vragen om de inleving te stimuleren zouden kunnen zijn als je met iemand uit het verhaal zou moeten of mogen ruilen met wie dan en met wie zeker niet waarom wat zou je in het beschrevene willen veranderen waarin en waarom als je een van de personages een brief zou kunnen sturen aan wie dan en wat zou je haar hem schrijven vooral praktisch zij gebruikt veel teksten waarbij inbegrepen video opnamen songteksten en muziek uit en over andere culturen de teneur van de in genoemde leeswijzer 16 18 de sterck van bavel 1993 geeft marita de sterck beschreven aanpak is als volgt een aantal suggesties voor lessenreeksen 1 introductie door middel van associaties flapteksten colofons inhoudsopgaven en dergelijke en individueel noteren wat men denkt dat aard en doel van de teksten zijn en welke daarmee samenhangende eisen je dus aan dat materiaal mag stellen 2 een fragment van zakelijke aard om de resultaten van 1 te toetsen 3 een fragment van literaire aard met vragen over stijl auteur verschil met zakelijk fragment en meest aansprekende zin 4 situering van het gelezen fragment binnen het verhaal en inventariseren van ver wachtingen ten aanzien van wat vooraf ging en wat volgt de leerkracht vult aan op grond van zijn eigen lectuur n m 24e jaargang nummer 4 maart april 1995 c 4 5 bespreking van onder andere de vragen die onder 3 gesteld zijn 6 het maken van een eigen flaptekst en het als huiswerk zoeken van een aanspre kend boek uit de derde wereld met toelichting op de keuze 7 de confrontatie van alle rl ei teksten van westerse origine zakelijke en commerciele maar ook stripfragmenten en stukken uit schoolboeken van geschiedenis met de kennis die de leerlingen tot nu toe hebben verzameld vooral gericht op achter gronden en waarheidsgehalte van die teksten 8 wanneer er videobanden beschikbaar zijn worden die ondervraagd op achtergronden en eraan te stellen c ri teria filmische aspecten en de uitwerking daarvan de boodschap een evaluatie van de beelden door de leerlingen in een andere reeks laat marita de sterck van belang en wel voornamelijk vanwege zien dat een vergelijkbare werkwijze moge haar ontleningen aan en verwijzing naar lijk is door uit te gaan van vooral songs en duff maley 1990 en thijs 1988 muziek met commentaar van zeer divers daardoor kan haar artikel voor menig leer karakter wat ik de grote verdienste vind kracht een startpunt zijn vooral voor die van de werkwijze van de sterck is dat zij mensen die niet te veel ineens overhoop bestudering en beleving van het materiaal willen halen zij laat zien dat je met gedich dooreenweeft en dat zij leerlingen gevoelig ten in een les intercultureel kunt werken en maakt voor de vertekening van de waarheid haar bibliografie gee ft onder andere bron die het gevolg is van verschillende belangen nen voor meer teksten en invalshoeken een werkwijze die de zaken naast en soms tegenover elkaar stelt de enige poging tot systemati sche aandacht maar zonder te moraliseren voor ons onderwerp in de laatste jaren is geweest jeugdliteratuur in intercultureel een heel andere benadering geeft perspectief door burghouts verdonk hooijberg 1994 dat komt vooral doordat 1991 het boek is bedoeld om in de haar doel niet is ilo te geven maar inter lerarenopleiding gebruikt te worden maar cultureel taalonderwijs zij spreekt dan ook het bevat ook voor een leerkracht in het over produktief taal gebruiken leren over voortgezet onderwijs veel br ui kbare ideeen zinsbouw grammaticale kennis gebruiken etc bijkomend binnen haar doelen is dat haar volwassen leerlingen met elkaar praten conclusie over opvattingen omtrent de dood een zaamheid hun houding ten opzichte van huisdieren etc in twee belangrijke opzich uit het bovenstaande zal duidelijk zijn dat de ten verschilt wat zij beschrij ft van wat ik theoretische contouren van ilo inmiddels beoog zij voegt niet systematisch schriftelij redelijk helder zijn aangegeven ook zijn er ke informatie van buiten de tekst toe en het voor de praktijk wel enkele bruikbare lessen gaat haar om taalvaardigheid en niet om de reeksen en ideeen voorhanden wat nog vraag hoe aspecten van het leven in een niet bestaat is een onderbouwde handlei andere cultuur hun weerslag vinden in lite ding voor die leerkrachten die de ideeen ratuur uit die andere cultuur en hoe dat ver ondersch rijven en in praktijk willen brengen schilt of overeenkomt met de nederlandse maar niet de tijd kunnen opbrengen of de vlaamse toch is haar publikatie voor ilo vindingrijkheid bezi tt en om een reeks lessen nw maart april 1995 nummer 4 24e jaargang op te zetten wat ook nog geheel ontbreekt en waar mijns inziens grote behoefte aan bibliografie bestaat is een verzameling van discussie technieken die bruikbaar zijn in meningsvor barend marijke jacques vos mende klasgesprekken en natuurlijk literatuur in spee e a 1986 nascholing navorming van leerkrachten in het hanteren ervan mijns inziens is het burghouts peter toos verdonk beste wat een leerkracht voorlopig kan jeugdliteratuur in intercultureel per doen in al zijn literatuurlessen aandacht spectief serie intercultureel onderwijs voor lerarenopleidingen educatief schenken aan het interculturele aspect denk maar aan standplaatsgebondenheid centrum noord 1991 en historisch besef zoals hierboven beschre duff a a maley literature oxford ven en zijn leerlingen stimuleren om boeken oxford university press 1990 van auteurs uit vreemde culturen te lezen geljon cor literatuur en leerling een praktische didactiek voor het litera ilo leeswijzer tuuronderwijs bussum coutinho 1994 ter ondersteuning van die leerkrachten die hooijberg liesbeth grenzeloos inter serieus met ilo aan de slag willen zal in cultureel taalonderwijs met fictionele tek het najaar van 95 een ilo leeswijzer op sten van elders in moer 1994 6 p de markt komen het boek is tot stand 248 254 gekomen op initiatief van de spl stichting langenbach m j paulussen promotie literatuuronderwijs en wordt geschiedenisonderwijs en historische door haar uitgebracht in samenwerking met teksten in spee e a 1986 p 125 142 het nblc en met steun van nog weer andere organisaties de sterck marita mark van bavel het hoofdbestanddeel zal zijn een uitgebrei red leeswijzer 16 18 jaar de geannoteerde keuzelijst van titels voor werkmodellen en keuzelijsten voor de ilo gemaakt door het nblc en bevatten derde graad bovenbouw van het de alle in nederland en vlaanderen beschik secundair onderwijs leuven bare titels niet alleen jeugdliteratuur maar davidsfonds infodok 1993 ook literatuur voor volwassenen die geschikt lijkt om gelezen te worden door spee w e a red historische tek adolescenten daarnaast achtergrondinfor sten in de klas dcn cahier 18 den matie over cultuur en literatuur in de her bosch 1986 komstlanden van nederlandse en vlaamse allochtonen afrika suriname de antillen thijs bartie niet westerse poezie in en aruba turkije en marokko bovendien intercultureel onderwijs in handboek een beschouwing over de auteurs uit de intercultureel onderwijs alphen a d tweede generatie migranten in frankrijk uit rijn samson 1988 de magreb landen die exemplarisch kunnen thijs bartie intercultureel onderwijs zijn voor de migrantenliteratuur het boek binnen het vak nederlands den zal worden besloten met lesmodellen en bosch lpc 1989 andere didactische aanwijzingen thijs bartie nederlands in koos hawinkels intercultureel onderwijs per vak beke taludweg 83 ken den bosch lpc slo 1990 nl 121 5 ac hilversum war vh 24e jaargang nummer 4 maart april 1995 2e noten 1 in tilburg stond de vraag centraal of het niet tijd werd om de verschi llende didacti sche aanpakken van het onderwijs in nederlands als eerste taal en die van het nt2 onderwijs overboord te zetten en over te gaan tot de erkenning van een didactiek voor iedereen die nederlands wilde of moest leren 2 ook het jongste literatuurdidactiekboek van cor ge jon 1994 geeft in zijn paragraaf i alleen maar suggesties voor inhouden een intercultureel literatuuronderwijs eigenl jk verhaal uit een nederlandse subcultuur uit de migrantenliteratuur uit de niet europese literatuur uit de derde wereld of in een thematische lesopzet een verge ljkend onderzoekje 1 naar een bepaald aspect van het thema in verhalen uit verschil lende culturen p 84 5 over wat de leerkracht vervolgens met deze stof moet laten doen en hoe hij dat aanpakt laat ge jon zich niet uit 3 wat er met ilo gedaan kan worden hangt natuurlijk samen met watje als leerkracht vindt waar literatuur voor is en wat er dus uberhaupt mee gedaan kan worden met andere woorden met de functies van het lezen van literatuur en met de doelstellingen van het literatuuronderw js als functies beschouw ik overgenomen uit barend vos 1986 p 115 1 lezen voor je plezier 2 lezen om jezelf te begrijpen a lezen om anderen te begrijpen 4 lezen om de maatschappij te begrijpen en eventueel te veranderen 5 lezen vanwege esthetische genoegens ilo in de klas richt zich primair op de functies 2 3 en 4 met wellicht als stille hoop dat 1 en 5 later of buiten de klas zullen volgen 4 deze definitie geldt eigenlijk voor alle intercultureel onderwijs ik beperk ha ar toepas sing hier echter tot ilo ik ben haar tegengekomen in een entalige publikatie waar van ik echter de gegevens heb vergeten te noteren ik hou me aanbevolen als iemand mij die kan verstrekken 5 het schijnt dat de derde generatie van wat eens immigranten waren zich geheel geassimileerd kan hebben dat dit geen natuurwet is laat ove rigens de situatie in de vs zien waar veel groepen immigranten juist weigeren te integreren omdat ze hun eigen identiteit willen bewaren dat d ie identiteit dan toch aanwijsbaar verschilt van die van het land van herkomst maakt de zaak alleen maar ingewikkelder veel joden in de diaspora bijvoorbeeld de diamantairs in antwerpen zijn ook voorbeelden van deze bewuste keuze voor niet integreren en tegelijk een eigen identiteit ontwikkelen 6 hoe moeizaam dergelijke veranderingen tot stand komen moge ook blijken uit het feit dat de didactische volksarchitectuur om jaspaerts vergelijking aan te passen een aparte vereniging heeft gebouwd voor de europese letteren vel naast de reeds bestaande stichting die probeert het literatuuronderwijs in zijn geheel te verbeteren en waar nodig te verdedigen tegen de oprukkende barbarij spl en wie in vlaanderen heeft weet van het bestaan van de in nederland gevestigde iaie international maart april 1995 nummer 4 24e jaargang nx association for intercultural education die het intercultureel onderwijs als geheel tot haar werkterrein rekent tussen de vel en de spl bestaan overigens wel goede con tacten en er wordt geregeld samengewerkt maar het blijft vreemd dat die twee clubs niet fuseren de iaie is er tot nu toe niet in geslaagd ook maar iets voor het ilo in nederland en vlaanderen te doen 7 deze niet voor iedereen doorzichtige benaming geldt voor een tijdelijke commissie van de valo m veld adviescommissie leerplanontwikkeling voor het moedertaalonderwijs een orgaan dat moest garanderen dat de slo instituut voor leerplanontwikkeling werkte in overeenstemming met de wensen van het veld wanneer de inmiddels opgeheven valo gespecialiseerd advies nodig had stelde zij vaker een ad hoc commissie in van deskundigen en veldvertegenwoordigers het citaat komt uit over leerplanontwikkeling voor nederlands in de tweede fase van het voortgezet onderwijs enschede 1992 p 16 8 alle cursiveringen in de citaten zijn van mijn hand 9 lk ken ze natuurlijk ook niet allemaal maar noem uit e igen boekenkast geert van lstendael het belgisch labyrint arbeiderspers 1989 herman pleij het nederlandse onbehagen prometheus 1991 christian chartier het verdriet van nederland een fransman stoeit met de hollandse ziel prometheus 1992 peter malenkov de man die niet meer in de rij wou staan querido 1992 10 het risico dat een literaire tekst als een historisch of sociologisch document wordt beschouwd moet ook hier onder ogen worden gezien in het algemeen zal gelden dat literaire teksten niet bruikbaar zijn als bron van zakelijke informatie over personen plaat sen of gebeurtenissen maar wel voor aspecten van mentaliteit en sociale en culturele omstandigheden ik laat dat aspect hier overigens buiten beschouwing 11 cultuurrelativisme niet in postmoderne betekenis van alle culturen zijn gelijk maar alle culturen zijn de resultante van min of meer toevallige historische gebeurtenissen denk maar aan de val van antwerpen daarzonder zou de noordnederlandse bescha ving er heel anders hebben uitgezien 12 lk ben niet de aangewezen persoon om over dit soort ervaringen een oordeel te geven ik geef geen les in het voortgezet onderwijs leraren in de praktijk zullen hiermee ervaringen moeten opdoen en daarover rapporteren nr 24e jaargang nummer 4 maart april 1995