Het wonder van de taal. Taalbeschouwing in de lagere school.

Publicatie datum: 1997-11-01
Collectie: 27
Volume: 27
Nummer: 2
Pagina’s: 18-34

Documenten

het wonder van de taal taalbeschouwing in de lagere school koen van gorp het grammatica onderwijs is dood leve het taalbeschouwingsonderwijs deze kreet zou niet onaardig geklonken hebben na het verschijnen van het nederlandse advies over het grammatica onderwijs in de lagere school in 1978 dit befaamde aclo m rapport bracht het advies uit om het op zichzelf staande systematische gebruikelijke grammatica onderwijs in de lagere school af te schaffen tevens werd er een pleidooi gehouden om het grammatica onderwijs ruimer op te zetten dan tot dan toe het geval was van grammatica naar taalbeschouwing dus elaas was de bovenstaande kreet ware vers van de pers en ook de hoge voorbarig en blijft hij nog altijd een scholen richten navorming in over dit onder vrome wens het resultaat van de dis werp bovendien brengen de meeste uitge cussie die op het aclo m rapport vers nieuwe taalmethodes op de markt of volgde was immers een beetje minder hebben ze dat net gedaan op bijscholin grammatica en een beetje meer ande gen waar leerkrachten begeleiders en re taalbeschouwing en hoewel het docenten samenzitten en actief werken meestal druppelt in brussel als het regent rond taalbeschouwing merk je trouwens in amsterdam bleef deze keer in brussel de een echte mentaliteitsverandering de deel zon hardnekkig schijnen het aantal uren nemers van dergelijke sessies komen tel grammatica onderwijs verminderde nauwe kens opnieuw uit bij een taalbeschou lijks de inhoud veranderde nog minder en wingsonderwijs dat in bijna geen enkele de kleine dosis taalbeschouwing die aan het methode teruggevonden wordt er worden curriculum werd toegevoegd was nauwe schitterende motiverende lessen gecon lijks van die aard om van echt taalbeschou strueerd waarin alle vaardigheden geinte wingsonderwijs te spreken onder taalbe greerd aan bod komen waarin van natuur schouwing versta ik reflectie op alle lijke taalgebruiksituaties vertrokken wordt aspecten van taal onder reflectie wordt een waarin kinderen zelf op zoek gaan naar de actief onderzoek van taalverschijnselen ver regelmatigheden achter taal en waarin voor staan alle aspecten van het taalsysteem en al ook weinig traditionele grammatica taalgebruik kunnen het onderwerp van een onderwerpen overheersen bijna het tegen dergelijk onderzoek vormen van gorp gestelde dus van de huidige klaspraktijk 1996 hoe komt dat toch vandaag de dag is taalbeschouwing in het antwoord op deze vraag heeft te maken vlaanderen een belangrijk aandachtspunt met het blijven vasthouden aan traditie wat de leerplannen taalbeschouwing zijn als het inhoud betreft onder meer omdat formele vit 27 jaargang nummer 2 nov dec 1997 y 5 511y h 5 5 l55 15 ti tt 51 y 1 y kenmerken van taal grijpbaarder zijn dan geval kan een effect verwacht worden op semantische of pragmatische aspecten het vooral schriftelijk taalgebruik van kin wat betre ft werkvormen omdat uitleg ge deren in formele situaties van de gein volgd door inoefening zo lekker controleer 1991 maar ook dat effect is niet om een baar en duidelijk is in tegenstelling tot het gat van in de lucht te springen bovendien zogenaamde inductieve werken dat alleen leidt taalkennis slechts onder bepaalde maar tijdrovend is en waarin de leerlingen voorwaarden tot een verhoogde taalvaar als een losgeslagen schip alle kanten kun digheid lee ft ijd scholingsniveau en taal nen uitzwalken en wat betreft doelstellingen vaardigheidsniveau zijn daarbij onder ande omdat kennis van allerlei talige regels nu re bepalende factoren appel vermeer eenmaal makkelijker is dan de leerlingen 1994 vatten het voor het tweedetaal inzicht in taal bij te brengen een inzicht dat verwervings proces als volgt samen bij trouwens veel leerkrachten zelf ontberen jonge kinderen is het geven van grammati en bovendien iets wat al altijd zo geweest ca regels zinloos ouderen kunnen er hou is kan toch niet slecht zijn vast aan hebben en hoger opgeleiden kun nen daarmee sneller het taalsysteem al deze aspecten hebben te maken met het doorgronden wat het waarom en het hoe van taal beschouwingsonderwijs het zou te ver lei taalbeschouwing kan echter ook een rol den om binnen het bestek van dit artikel op spelen in het opbouwen van de beschou al deze aspecten in te gaan ook het uitvoe wingsvaardigheid van de kinderen en die rig behandelen van de wat waarom en beschouwingsvaardigheid is van groot be hoe vraag zou te ver gaan voor de wat lang voor de slaagkansen van kinderen in vraag verwijs ik de lezer naar jacobs van het onderwijs de manier waarop de school gelderen 1997 in wat volgt wil ik kort stil de wereld benadert verschilt immers van staan bij de waarom vraag en dieper de wijze waarop een kind de wereld ervaart ingaan op de hoe vraag in vakken als geschiedenis en aardrijks kunde wordt er minder rekening gehouden met de ervaringen van de kinderen met de wereld dan met de systematiek die achter waarom die wereld schuilgaat de wereld zoals het kind die ziet bijvoorbeeld een mooie rivier taalbeschouwing moet plaats ruimen voor een meer objectie ve interpretatie van die werkelijkheid bij voorbeeld de schelde verbindt gent met het nut van taalbeschouwing wordt meest antwerpen en is een belangrijke verkeers al gekoppeld aan taalvaardigheid taalbe ader de zaakvakken leren de kinderen schouwing zou de taalvaardigheid van de voornamelijk achter de dingen te kijken de leerlingen ten goede komen over deze wereld op een abstracte wijze te bena relatie is al heel wat inkt gevloeid laat ik deren los van hun persoonlijke ervaringen volstaan met te zeggen dat deze relatie niet leerlingen moeten de gelegenheid krijgen onproblematisch is de idee dat taalkennis een dergelijke systematische visie op de zoals beoogd wordt in veel taalbeschou wereld te ontwikkelen ze moeten hun wingslessen rechtstreeks bijdraagt tot een beschouwingsvaardigheid ontwikkelen en groeiende taalvaardigheid mag ondertus dat is een taak van het onderwijs sen naar het rijk der fabelen verwezen wor den vrij algemeen wordt aangenomen dat taalbeschouwing hee ft daarin een belang er hoogstens een indirect verband tussen rijke rol te vervullen taal is een stukje van de twee bestaat ellis 1994 in het beste de wereld waar kinderen al van jongs af yr y5 nov dec 1997 nummer 2 27e jaargang 5 l sy ny l 1lti l l l4 ti1 l 1 5yl4 k 20 1 t y ti yy 1 y tik yr tii y r y y ji ti v x l l ti mee vertrouwd zijn het kijken naar wat er hoe werken allemaal achter taal te ontdekken valt levert aan taalbeschouwing een mooie aanzet om de leerlingen te leren omgaan met dat abstracte systeem van kennisverwerving taalbeschouwing hee ft deductief presentatie dan als doel de kinderen gelegenheden te en inoefening geven in het opbouwen van hun beschou wingsvaardigheid welke globale doelstellin de traditionele en nog altijd wijd verspreide gen gekozen worden maakt niet zoveel uit onderwijsvorm voor taalbeschouwing lijkt voor de wijze van aanpak het hoe van taal nog altijd de deductieve aanpak te zijn beschouwingsonderwijs blijft in feite hetzelf bekijk het onderstaande voorbeeld uit een de recente taalmethode2 is het zo of vindt men het zo a lees deze vier zinnen 1 ons land is verdeeld in tien provincies 2 francis vindt de limburgers de vriendelijkste mensen van vlaande ren 3 ik vind de belgische kust de leukste plaats om met vakantie te gaan 4 oostende ligt aan de belgische kust b zeg nu in welke zinnen iets staat dat echt zo is zeg ook eens een zin waarin je vertelt dat iets echt zo is een feit is iets dat je hoort of leest en dat je kan controleren of het waar is c kijk terug naar a welke zinnen vertellen dat iemand iets zo vindt zeg ook een zin waarin je iets vertelt hoe je iets vindt een mening is iets dat iemand beweert en dat je niet kan controleren of het echt waar is d zeg van elke zin of hierin een feit of een mening staat 1 brussel is de hoofdstad van belgie 2 in de ardennen kun jefijnfietsen 3 het gentse gravensteen is de mooiste burcht van vlaanderen l