Kenschetsing van het begin van romans 2

Publicatie datum: 1996-01-01
Auteur: Jean Verrier
Collectie: 06
Volume: 06
Nummer: ?
Pagina’s: 86-97

Documenten

jean verrier kenschetsing van het begin van romans 2 vanaf tsjip 4 3 a plaatsten wij de eerste hoofdstukken van de studie les debuts de roman van jean verrier deze betroffen de zogenaamde paratekst alles watje over een boek hoort vermoedt of weet voor je het werk opendoet de eerste bladzijden van het voorwerk en de personages in deze aflevering leest u het tweede deel van verriers schets van de geschiedenis van de roman verrier analyseert voor uopde inmiddels bekende wijze het begin van enkele beroemde romans uit de franse literatuur hij gaat in op het bijzondere karak ter van de briefroman waarin niet zelden een spel gespeeld wordt met fictie en realiteit vervolgens bekijkt hij hoe verschillende auteurs hun werken veran keren in de reele tijd de vertaling is wederom van henriette lieber bossi nade en veronique driedonks dees maas nam de tekstbewerking voor haar rekening de briefroman i n de achttiende eeuw eerder hebben we de roman vergeleken met een brief een brief die op een bepaalde dag en een bepaalde plaats geschreven is door de ondertekenaar die hem stuurt aan de geadresseerde wiens naam op de envelop geschreven staat en eventueel rechts bovenaan op de eerste bladzijde waar wanneer aan wie van wie de antwoorden op deze vragen zijn in het algemeen duidelijk bij een brief bij een roman is dit minder het geval er bestaan briefromans waarvan de beginregels mogelijkheden te over bieden om het bijzondere karakter van dit genre bij lezers te introduceren de briefroman was in de 18e eeuw een veel beoefend genre bijna alle schrij vers onderhielden in die tijd een speciale correspondentie we kennen de brie ven van voltaire aan catharina ii van rusland en aan frederik van pruissen die van diderot aan sophie volland enz zelfs filosofische uiteenzettinge n werden soms teneinde ze leesbaarder te maken via een fictievecorresponden tie weergegeven zoals bijvoorbeeld de perzische brieven van montesquieu een van de eerste vragen die men zich stelt bij het lezen van briefromans uit de 17e en 18e eeuw is die naar de identiteit van de auteur is er sprake van een echte correspondentie geschreven met regelmaat en vervolgens gebundeld en gepubliceerd o f gaa t het om fictie i n briefvorm waarbi j data plaatsen en auteur in een woord de vor m van formulering geheel e n al verzonne n zijn dat is ee n vraag die de gemoederen van het lezerspubliek lange tij d bezig kan houden bijvoorbeeld aan de in het frans vertaalde portugese brieven gepubliceerd in 1669 ging een kort woord vooraf waarin de lezer verteld werd dat hier sprake was van een correcte copie die na veel moeite gevonden was zoals we dat in de middeleeuwen of in de tijd van rabelais zagen nadat de lezers zich eerst 86 jean verrier kenschetsing van het begin van romans eerst lange tijd het hoofd hadden gebroken over de identiteit van de geadres seerde verondersteld e men in de 19e eeuw dat de auteur van de brieven een portugese non was mariana alcoforado drie eeuwen zouden er nodig zijn om de echte auteur te identificeren de fransman de guilleragues een parle mentslid uit bordeaux de paratekst in de briefroman is dus een zeer bijzondere strategisch e maar ook een verdachte plaats er wordt daar een soort leescontract afgesloten met degene die het boek de bundel of de roman opent we zullen drie voorbeelden van briefromans uit de 18e eeuw behandelen de pocketuitgave gf flammarion van de portugese brieven en andere romans over liefde biedt een chronologische volgorde van 76 titels waaronder 23 uit de 18e eeuw i la nouvelle heloise 1761 de volledige tite l van rousseau s bekende werk luidt julie of la nouvelle helo ise brief van twee minnaars uit een klein stadje aan de voet van de al pen gebundeld en gepubliceerd door jean jacques rousseau hierna volgt een citaat in het italiaans ondertekend met petrarca en een voorwoord van anderhalve pagina wat kan men zoal aan informatie uit deze titel halen julie een titel die zoals die van de geschiedenis van de ridder van de grieux en van manon lescaut van prevost door de eeuwen heen is afgezwakt en zelfs omgedraaid de ondertitel la nouvelle helo ise is de titel geworden de genre aanduidin g di e bi j vee l ander e roman s al s tite l heef t gedien d portugese brieven brieven van een peruaanse liefdesbrieven is vandaag de dag in de vergetelheid geraakt la nouvelle heloise er is een deel bewaard gebleven van de echte corres pondentie tussen heloise en abelard die historische personages waren gebundeld en gepubliceerd rousseau ontkent deze brieven te hebben ge schreven tegenwoordig verzamelt men aan de hand van informateurs ver halen die mondeling zij n overgeleverd me n zet ze op papier en vertaalt ze eventueel twee minnaars uit een klein stadje aan de voet van de alpen hiermee wor den de zogenaamde briefschrijvers e n de zogenaamde plaats van hun corres pondentie aangeduid de brieven zijn niet gedateerd noch gelocaliseerd in de bundel de enige plaatsaanduidingen bevinden zich in de brieven zoek ze op de plaats die de lezer in de brieven tegenkomt komt overeen met het itali aanse karakter van het citaat dat na de titel volgt het is een plaats die bekend is bij de auteur en bij de lezers hieronder volgt een stukje uit het voorwoord ook al draag ik hier slechts de titelvanuitgever toch heb ik zelf aan dit boek ge werkt en ik maak er geen geheim van heb ik alles gedaan en is de hele briefwis seling een fictie mensen wat kan het u schelen het is zeker een fictievooru 87 jean verrier kenschetsing van het begin van romans ieder beschaafd man moet de boeken die hij publiceert als de zijne erkennen ik vermeld mijn naam dus aan het hoofd van deze bundel niet om mij de bundel toe te eigenen maar om hieraan te voldoen een slimme wirwar waarin de fictie geruild wordt tegen de werkelijkheid in een stroom van betwisting over de echtheid van het stuk terwijl i n andere romans het gedeelte waarin de personages aan het woord zijn ondergeschikt is aan het gedeelte waarin de auteur het woord voert en hij de conversatie van de personages omkleedt is in de briefroman juist het om gekeerde het geval omdat het voorwoord zoals bij la nouvelle heloise veel en vee l korte r is da n alle brieven bij elkaar hoe kun je he t talent va n de schrijver herkennen als deze slechts twee pagina s schrijft en pretendeert men sen aan het woord te laten die geen schrijver zijn daarmee komen we bij een belangrijk aspect van de briefroman namelijk die van de taal van de persona ges rousseau bijvoorbeeld distantieer t zich van de stijl va n zijn amateur brievenschrijvers ieder die besluit deze brieven te lezen moet geduld opbrengen voor de taalfouten voor de emfatische en banale stijl en de in bombastische termen weergegeven vulgaire opvattingen reeds tevoren moet men zich inprenten dat degenen die schrijven geen fransen zijn geen snobs geen academici geen filosofen het zijn provincialen buitenlanders kluizenaars jonge mensen bijna nog kinderen die in hun romantische verbeelding hun beschaafde geestesverwarringen tot filosofie verheffen en hiermee kome n w e to e aa n de parado x va n d e briefroman rousseau plaatst onderaan de bladzijde kanttekeningen bij de taalfouten van de persona ges wier brieven hijzelf verzonnen heeft in zijn kanttekeningen schrijft rousseau over de nietigheid van zijn correc ties kanttekeningen bij brief 19 men zal me zeggen dat het de taak van een uitgever is de taalfouten te corrigeren maar wat zouden we er mee opschieten als een zwitser als academicus zou pra ten door deze paradox zien we dat het begin van de roman het voorwoord een vervolg krijgt in de kanttekeningen onderaan de bladzijden rousseau houdt dit tot aan het einde van het boek vol daar vinden we in een appendix zelfs in d e gangbare pocketuitgaven zoals bijvoorbeeld gf een tweede voor woord dat veel langer is en pas gepubliceerd werd in de tweede uitgave die van de eerste uitgave slechts een beknopte weergave zou maken dit tweede voorwoord van julie begint met de vraag is deze correspondentie nu werke lijkheid of fictie 88 jean verrier kenschetsing van het begin van romans veel lezers uit die tijd waren door julie gegrepen en hebben nooit een onder scheid kunnen of wille n maken waarom zouden zelfs vandaa g de dag nog bepaalde lezers niet hetzelfde doen ii les liaisons dangereuses 1782 choderlos de laclos ontleent het citaat voorin zijn roman aan het voorwoord van la nouvelle heloise ik heb de zeden van mijn tijd gezien en ik heb deze brieven uitgegeven jean jacques rousseau het is jammer dat de uitgave van livre de poche nagelaten heeft het voorwoord opnieuw t e publiceren want zo wordt de aaneenschakeling die laclos voor ogen had en die in deze vorm door de lezers van de tweeduizend exemplaren van de eerste uitgave werd ontvangen tenietgedaan de titel van de originele uitgave chez durand li braire luidt als volgt les liasons dangereuses of brieven ontvangen in een societeit en gepubliceerd om als handleiding voor anderen te dienen l door m c de l hierna volgt ee n woord vooraf van de uitgever hierme e bedoelt me n d e boekhandelaar die zich bezighoudt met de druk en de verkoop van het boek een woord vooraf dat het voorwoord van de redacteur tegenspreekt de laatste die teken t met m c de l zegt in dit voorwoord zij n werk beperkt t e hebben tot het kiezen van een klein aantal brieven uit een veel uitgebreidere correspon dentie het weglaten van wat hem onnodig leek brieven of gedeeltes van brieven het herzien van de volgorde verschillend van de ene uitgave ten opzichte van de andere opgemerkt dient te worden dat de brieven gedateerd zijn op de zoveelste dag van de maand met aanduiding van de maand en met de eerste twee cijfers van het jaar 17 het veranderen van de namen van de personages ook laat de redacteur weten dat hij de dictie of de stijl waarvan de zuiverheid volgens hem bezoedeld is met vele foutenniet heeft kunnen corrigeren de uitgever op zijn beurt deelt het publiek mee dat hij de authenticiteit van deze bundel niet garandeert en dat hij sterke argumenten heeft om te menen dat het slechts een roman is wat de bundel in zijn ogen verdacht maakt is de nauwe verwantschap van tijd en plaats kortom het feit dat het zou gaan om een moderne en franse correspondentie want de zeden die in het boek wor den beschreven zijn volgens hem zo slecht dat het onmogelijk is te veron derstellen dat zij d e personages in onze eeuw zouden hebben geleefd het morele argument is tevens een argument ten aanzien van de gestelde verwach tingen van de literatuur 89 jean verrier kenschetsing va n het begin van romans verwerkingsopdracht vergelijk de door rousseau aangevoerde argumenten in het voorwoord van la nouvelle heloise met die van de uitgever en van de redacteur van les li aisons dangereuses een verschil de personages uit la nouvelle heloise worden als buitenlanders gezien in de gemeenschap van de redacteur en van de lezers zijn er ved lezers misleid door dit woord vooraf en dit voorwoord als we de correspondentie van grimm van april 1782 de eerste maand na de eerste edi tie lezen zouden we het niet denken de lezers hebben blijkbaar met name geprobeerd de echte namen van de personages te vinden want sleutelromans waren nog altijd populair aan het dnde van de 18e eeuw en heeft men het woord vooraf werkelijk toegeschreven aan de uitgever la ter vond men het verlopen contract tussen de laclos en de boekhandelaar du rand zijn uitgever de truc van de dispositie van de paratekst bestaat erin dat wanneer men het woord vooraf van de fictieve uitgever ter harte neemt men de bundel aanziet voor wat bij ook werkelijk is een roman verwerkingsopdracht verifieer aan de hand van reacties van huidige lezers het effect dat het woord vooraf van uitgevers heeft iii la religieuse 1760 deze tekst van diderot is niet echt een briefroman maar is wel het resultaat van een correspondentie waarin op een nog veel verwarrender manier dan de twee voorgaande werken werkelijkheid en fictie door elkaar lopen het is een roman die expliciet geen begin heeft hieronder volgt de beginregel het antwoord van markies van croismare als hij me al een antwoord geeft zal mij de eerste regels van dit begin geven hierna volgt de sociale en fysieke persoonsbeschrijving van deze markies die de vriend was van diderot de positie van de auteur van deze tweehonderd pa gina s tdlende memoires geschreven zonder talent en zonder bekwaamheid cf de voorwoorden van la nouvelle heloise en van les liaisons dangereu ses wordt pas bekend gemaakt op de tweede pagina geliefd teer bemind vereerd geexcuseerd de auteur richt zich tot de markies van croismare om hem om hulp te vragen dit lijkt dus op een brief deze functie va n de tekst wordt herhaald op de allerlaatste pagina heer haast u zich om mij te helpen het postscriptum dat hierop volgt is vreemd genoeg niet meer gericht aan de markies en gaat over in een monoloog 90 verwerkingsopdracht vergelijk het begin en het einde van dit type romans dat de indruk wekt zich te richtentot een geadresseerde ontvanger met bijvoorbeeld la religieuse le lys dans la vallee balzac of met l immoraliste gide aangezien het boek la religieuse een begin noch eind heeft zullen we die buiten de tekst moeten zoeken om preciezer te zijn we zullen die in een an dere tekst moeten zoeken en wel in de correspondance litteraire van grimm uit 1770 een soort literaire krant gericht aan enkele rijkebuitenlandse abon nees het werk dat vaak wordt gebruikt als een bijgevoegd voorwoord van la religieuse hierin vindt men een andere briefroman samengesteld uit echte brieven die geschreven zijn door de markies van croismare in antwoord op de fictieve brieven die zijn olijke vriend diderot hem schrijft en ondertekent met de naam suzanne dimonin een uit het klooste r ontsnapt e non of me t d e naam madame madin haar zogenaamde gouvernante een zeer reeel personage dat bij diderot in dienst was de correspondentie stopt met het bericht van de dood van de non waarover verteld wordt in een brief van madame moreau madin van mei 1760 in zij n kran t vermeld t grim m zee r gedetailleer d di t valse berich t waa r croismare ach t jaar lang d e dupe va n was na gehoord t e hebbe n va n d e vlucht van deze non suzanne simonin hadden diderot en enkele va n zijn vrienden het idee gekregen om croismare te schrijven die parijs had moeten verlaten en naar caen was vertrokken om hem te vragen haar bescherming te bieden omdat zij in de illegaliteit moest leven en moest onderduiken op een dag stelt diderot een veel te lange brief op in de vorm van memoires die hij nooit naar croismare zal sturen dit wordt de roman la religieuse die dide rot pas in 1870 aan de correspondance litteraire van grimm zal schenken en waarvan l institut de france in 17 een duplicaat zal vinden dankzij grimm weten we dat het merendeel van de brieven jonger is dan de roman het bijge voegde voorwoord van la religieuse verdient een studie apart deze is te vin den in de uitgave van la pleiade en in de garnier uitgave van de complete werken van diderot wanneer balzac in 1840 op zijn beurt een briefroman schrijft nl memoires van twee jong gehuwden voelt bij niet de behoefte om een woord vooraf of een voorwoord te gebruiken om de lezer in het spel van werkelijkheid en fic tie te betrekken zie ook de rol van de brief aan het begin van de twee andere romans van balzac le lys dans la vallee en les paysans toch blijft de zorg om de lezer ongemerkt in de wereld van de romantische fictie binnen te lei den groot in de 19e eeuw een eeuw waarin de roman triomfeert we hebben dit al eerder gezien bij de beginregels van het werk les rougon macquart van zola 91 la pea u d e chagri n 1831 wanneer u een speelhuis binnengaat ook hier wordt de lezer bij de hand ge nomen he t motief va n deze entree vinden we terug aan het begin van la peau de chagrin 1831 tegen het einde van de maand oktober betrad een jongeman het palais royal op het moment dat de speelhuizen hun deuren openden wanneer u een speelhuis binnengaat neemt het gezag u al meteen uw hoed af de verteller doet hier een beroep op de wijsheid van degene tot wie hij zich richt d w z de lezer om hem uit te nodigen om samen met de jongeman het speelhuis e n dus oo k d e roma n binnen t e gaan e n het persoonlijk voor naamwoord u wordt steed s veelvuldige r gebruik t persoonlij k voornaam woord voornaamwoord en bijvoeglijk gebruikt bezittelijk voornaamwoord we vinden er niet minder dan 29 in de derde paragraaf die elkaar in een steeds sneller tempo opvolgen maar bent u er wel van bewust dat wanneer u nog maar nauwelijks een stap op het groene tapijt hebt gezet uw hoed u al niet meer toebehoort zoals u uzelf al niet meer toebehoort u speelt mee u zelf uw vermogen uw hoed uw wandelstok en uw mantel wanneer u naar buiten gaat zal het spel u erop wijzen via een vre selijk hekeldicht dat het nog iets zelf laat houden namelijk uw bagage als u desalniettemin een nieuw hoofddeksel heeft zult u door schade en schande wijs worden en zult u begrijpen dat u zich een spelerskostuum moet laten aanmeten de functie die ij hier als aanspreektitel vervult doet denken aan de affiches waarop men een aan de voorbijganger gerichte index vindt met twee wijd ge opende ogen die hem aanstaren het is de lezer die op deze opdringerige ob sederende en bezwerende manier wordt aangewezen bent het en wat gebeurt er met degene die op deze manier dat speelhuis binnengaat hij geeft zijn hoed af waarin zijn naam staat geschreven hij is er niet zeker van of hij hem bij het naar buiten gaan nog zal vinden en hij weet ook nog niet of hij geruineerd zal zijn hij weet nog niet of hij zijn naam zijn identi teit terug zal vinden de met u aangesproken persoon loopt het gevaar o m zijn identiteit te verliezen wanneer hij het speelhms de roman binnengaat door zich te identificeren met de ik van de personages loopt u het risico u zelf nie t meer te zijn tegen het einde van de roman u speelt mee u de taalkundigen formuleren het mooi de ik is degene die ik zegt en die u kan worden en omgekeerd onze ervaring als lezer leert ons dat wij na het lezen van een roman niet meer dezelfde zijn omdat wij in de roman zijn binnenge gaan en daar gegrepen en geboeid zijn door het verhaal laten we het begin van de derde paragraaf nog eens lezen wanneer u een speelhuis binnengaat neemt het gezag u al meteen uw hoed af is dit een evangelische of een providentiele parabel is het niet eerder een manier om een duivels contract met u af te sluiten door u ik weet niet wat voor inzet te laten doen 92 is dit niet het duivelse of providentiele contract dat gegraveerd staat in de ta lisman titel van het eerste deel van de roman in de peau de chagrin een u die zich inleeft in de ik een u tegenover een ik en omgekeerd en als deze metamorfose in het bijzonder past bij een op verbeelding berustende roman waarin werkelijkheid en verbeelding een worden en wel zodanig dat men het ene niet meer van het andere vreest te kunnen onderscheiden dan is deze me tamorfose in elke roman aanwezig en zij geef t e r de charme aan in voor spoed en in tegenspoed de verandering dit verschijnsel waarbi j de lezer zich identificeert met het personage is in een systeem ondergebracht door michel butor in zijn werk la modification synoniem voor metamorfose dat veel opzien baarde bij de verschijning in 1957 door zijn radicale vernieuwing hieronder volgen de beginregels u hebt uw linkervoet op de koperen sponning gezet en met uw rechterschouder probeert u tevergeefa een beetje harder tegen de schuifwand te duwen u verschaft u zelf toegang door de nauwe opening door u langs de zijkanten te wurmen verwerkingsopdracht laat enkele woorde n ui t d e teks t van balzac weg o m hem mee r t e doe n lijken op die van butor probeer het omgekeerde te doen door met de tekst van butor te beginnen het duivelse contract de verandering van de metamorfose komen ook voor in het begin van het beroemde boek a la recherche du temps perdu van mar cel proust en wel juist in het stuk tekst waar gesproken wordt over het le zen van het werk alsof de gewaarwording van de lezer wordt beschreven die hij voelt wanneer hij een boek leest ik wilde het boek dat ik nog in mijn handen dacht te hebben neerleggen en mijn kaars uitblazen in mijn slaap had ik aldoor na liggen denken over hetgeen ik zojuist had gelezen maar deze overpeinzingen hadden een enigszins vreemde wending genomen het leek alsof ik zelf alles was waar het boek over sprak een kerk een strijkkwartet de rivaliteit van frans i en van karel v de opeenvolgende verbanden die hier gelegd zijn en die in aantal toenemen naarmate onze vluchtige uiteenzetting de 20e eeuw nadert hebben ons verwij derd van balzac en van het motief voor het begin van een roman hij geeft de structuur van het begin van een andere roman die enkele maanden voor la peau de chagrin is verschenen we hebben het hier over de roman van stend hal le rouge et le noir le rouge et le noir 1830 paratekst van le rouge et le noir hierin vinden we het hulpmiddel terug dat door laclos in les liaisons dangereuses werd gebruikt een fictief conflic t 93 tussen een pseudo uitgever en de auteur deze laatste heeft zijn roman de on dertitel kroniek van 1830 gegeven kroniek daarin proefje ee n drang naar historische objectiviteit naar waarheid een revolutionaire waarheid als we rekening houden met de auteur van het citaat de waarheid de bittere waar heid danton 1830 het jaar van de drie gelukzaligen en van de juli monar chie maar in het woord vooraf van de uitgever lezen we dit boek lag klaar om op de markt te verschijnen op het moment waarop de grote onrust van juli er de oorzaak van was dat de verbeelding bijna niemand meer echt aansprak wij hebben alle reden om aan te nemen dat de volgende vellen werden geschreven in 1827 zie de ondertitel va n armance de eerste roman van stendhal di e in 1827 verscheen enkele scenes over een parijse salon in 1827 de inzet is hier als volgt is de roman voor of na de revolutie van juli 1830 geschreven een opmerking dien t no g gemaak t te worden over het citaat in he t eerste hoofdstuk wi e van de middelbare scholieren kent de engelse filosoof hob bes hobbes de mens is een wolf voor de mens rousseau de mens is van nature goed e n wie zijn de happy few di e het citaat van hobbes zoude n kunnen vertalen een citaat dat wellicht door stendhal verzonnen is we zou den ook de titel van de roman nog van commentaar kunnen voorzien maar dat hebben we elders al ten overvloede gedaan plaats het verhaal dat verteld wordt in le rouge et le noir ligt sterk verankerd i n een geografische plaats laten we zeer kort de toponiemen ui t het eerste hoofdstuk opnoemen verrieres en niet flixecourt arlac of hassans fran che comte de doubs verrieres de jura verra verrieres rijmt met verra de doubs mulhouse i n het noorden verrieres frankrijk helvetie ee n verouderd toponiem verrieres verrieres de doubs verrieres bourgondie in het westen verrieres verrieres de doubs frankrijk duitsland leip sick verouderd toponiem tegenwoordig schrijft men leipzig frankfurt nurnberg in het oosten franche comte de doubs verrieres parijs de bron van protectie van de burgemeester de doubs verrieres italie in het zuiden de jura parijs in het westen franche comte parijs steeds vaker vernoemd frankrijk verenigde staten van amerika dit is het laatste woord van dit korte hoofdstuk me t de titel ee n klein stadje ee n hele lijst ee n heuse opening in totaal tellen we 40 toponiemen 10 per pagina welk an der begin van een roman telt er evenveel tijd welke tijdsaanduidingen vinden we aan het begin van de roman einde van paragraaf 1 vroeger door de spanjaarden gebouwde vestingwerken einde van paragraaf 2 sinds de val van napoleon heeft men de gevels van de huizen van verrieres weer opgebouwd en daarom zijn deze wit 94 einde van paragraaf 7 zijn familie is naar men zegt spaans zeer oud en naar men meent reeds ver voor de verovering door lodewijk xiv gevestigd in het land 1678 verovering van franche comte dat tot dat moment spaans was geweest paragraaf 8 sinds 1815 het jaar 1815 had hem burgemeester van ver rieres gemaakt vgl paragraaf 2 paragraaf 11 vier jaardaarvan verwijderd we naderen 1826 de tegenwoordige tijd waarin de beginregel is geschreven het kleine stadje verrieres kan zo doorgaan voor een van de mooiste stadjes van de franche comte is de onwerkelijke tegenwoordige tijd die men ook wel in toeristische gidsen vindt deze wordt doorgetrokken in het hele eerste hoofdstuk dat steeds meer precieze tijdsaanduidingen vermeldt zoals we hierboven hebben gezien vanaf het einde van de eerste paragraaf wordt deze tijdsvorm geconfronteerd met het vroeger1 van de spaanse vestingwerken en het nu van hun ruines persoon we gaan nu terug naar het beeld van de beginregels men is nog maar nauwelijks het stadje binnengekomen de reiziger die voor de eerste keer de bergen intrekt als de reiziger bij zijn aankomst in verrieres vraagt paragraaf 3 eerst zien we het gebruik van men vervolgens van de reiziger en iets ver derop paragraaf 5 de reiziger uit parijs en tenslotte paragraaf 9 u verwacht u geenszins te vinden bijvoorbeeld deze houtzaag waarvan de eigenaardige ligging op de oever van de doubs u is opgevallen toen u verrieres binnenkwam en waarop u in reusachtige letters de naam sorel heeft zien staan paragraaf 9 verwerkingsopdracht vergelijk deze tekst met het begin van la peau de chagrin en van la modifi cation vergelijk ook deze beginregels over een reiziger uit parijs die in een plattelandsstadje aankomt met het begin van de laatste roman van stendhal lamiel verankeringen in de tijd de val van napoleon in 1815 wordt twee maal vermeld als tijdsaanduiding in he t begi n va n le rouge et le noir en met napoleon s verschijnin g i n milaan in 1796 toen hij nog generaal bonaparte was opent stendhal zijn andere grote roman la chartreuse de parme 1839 laten we nog even terugkomen op de romans van balzac die in dezelfde tijd zijn verschenen als die van stendhal de verankeringen in de tijd in de begin regels met elkaar te vergelijken 95 eugenie grandet aan het begin va n het boek eugenie grandet 1833 bevinden w e ons in 1819 maar dat weten we niet direct na de lezer eerst tot huize grandet te hebben meegenomen kondigt de verteller pas op de vierde pagina aan dat hij een biografie va n dit personage moet maken hij gaat vervolgens terug in de tijd tot het jaar 7789 eenjaar dat letterlijk genoemd wordt waarin grandet veertig jaar oud is hij beschrijft zij n huis en vertelt over het leven van na non die sinds vijfendertig jaar du s vanaf 1784 in dienst is va n de familie grandet deze beschrijvingen beslaan een vijftiental pagina s daarna lezen we de volgende zin die veel wegheef t va n de beginregels va n verschillend e romans van balzac in 1819 bij het vallen van de avond middenin de maand november stak nation het haardvuur voor de eerste keer aan het is de verjaardag van eugenie grandet zij wordt drieentwintig jaar van daag roept haar vader vrolijk eugenie is dus geboren in 1796 zo legt gran det zijn verhaal vast zowel het verhaal van het personage als dat van zijn ro man le pere goriot welke tijdsaanduidingen vinden we aan het begin van een andere roman van balzac le pere goriot 1835 madame vauquer geboren als confions is een oude vrouw die al veertig jaar lang een deftig pension runt in de rue neuve sainte genevieve in parijs tussen het quartier latin en de wijk saint merceau dertig jaar lang had zich er nooit een jong persoon laten zien niettemin in 1819 eenjaar waarin het drama begint de beschrijving en de geschiedenis van het pension en van zijn bewoners be slaat ongeveer vijfentwintig pagina s waarna we weer terug zijn bij de datum die op de eerste pagina staat geschreven zo was het algemene beeld van het def tige pension tegen het einde van de maand november 1819 de uiteenzetting in de beginregels speelt in dezelfde tijd als het verhaal dat verderop in het boek verteld wordt tegenwoordig is deze zin niet echt juist meer hij krijgt pas betekenis door de datum die tussen haakjes aan het einde van de roman wordt vermeld sache september 1834 de geschiedenis va n madame vauquer die verweven is met de geschiedenis van haar pension is dus veertig jaar voor 1834 begonnen in 1794 dus de rode terreur is voor bij en een nieuw bewin d komt aan de macht het wegblijven van et jonge mensen uit het pension dateert van dertig jaar voo r 1819 dus van 1789 in deze twee romans van balzac verwijst deze tijdsaanduiding naar de franse re volutie van 1789 en naar het einde van het ancien regime even alles op een rijtje de vertellers van de roman van tristan en isolde lieten hun verhaal spelen in lang vervlogen lijden in een legendarische tijd waarin koning mare regeerde over cornwall en waarin de reuzen van rabelais afstammelingen ware n van 96 een soort bijbelse stamboom waardoor hun geschiedenis overlie p in de ge schiedenis van de mensheid hoewel madame de la fayette het verhaal van la princesse de cleves verankert in de historie begint en eindigt deze geschie denis meer dan een eeuw daarvoor geen van deze verhalen begint in medias res middenin de actie in bijna al hun romans vertellen balzac en stendhal maar ook op enkele uit zonderingen na zola en flaubert rechtstreeks het verhaal van hun tijdgeno ten maar voor de monarchist balzac lijkt dit verhaal t e beginnen met het einde van het ancien regime terwijl het verhaal voor stendhal begint met de val van het empire ook al ontvangt de hoofdpersoon van la chartreuse de parme fabrice del dongo de vuurdoop in waterloo toch wordt er in het be gin va n de roman verteld hoe zijn vader een jonge luitenant in het leger van bonaparte zijn moeder heeft ontmoet op het moment dat de fransen milaan binnenvielen in 1796 l espoir de romanschrijvers van de 20e eeuw zoals malraux vertellen de directe ge schiedenis in medias res zonder de behoefte te gevoelen het verhaal te veran keren in een meer of minder ver verleden het gebulder van vrachtwagens volgeladen met geweren klonk door de straten van madrid onder de zomernacht sinds enkele dagen nu was morocco be ie t om een uur s nachts om drie uur maar de dialoog kreeg een andere wen ding hallo huesca met wie spreek ik we gaan niet weer zo beginnen als in 1934 l espoir 1937 zou er enige invloed zijn van de amerikaanse romans een greep uit het le ven dat in een heel nieuw verhaal wordt gegoten verwerkingsopdracht vergelijk d e beginverhalen van het boek voor wie luidt de doodsklok van hemingway met het boek le bruit et la fureur van faulkner 97