Leraar Nederlands, lees jeugdliteratuur! Een pleidooi voor enthousiast literatuuronderwijs in de onderbouw.

Publicatie datum: 1994-01-01
Auteur: Max Verbeek
Collectie: 25
Volume: 25
Nummer: 2
Pagina’s: 79-80

Documenten

forum ratuur deden en wat zij ervan wisten die en quete bevestigde bovengeschetst beeld op de bewuste studiedag herhaalde ik de uitkomsten en stelde het daar aanwezige publiek bij wijze max verbeek van teaser een van die enquetevragen ik noemde tien titels van jeugdboeken die de af leraar nederlands lees gelopen 2o jaar een gouden griffel hebben ge kregen en vroeg naar de juiste titel want die jeugdliteratuur had ik enigszins gewijzigd en de auteur de titels varieerden van keizer van katoren tot een pleidooi voor enthousiast kleine wapper en lange sofie niet zo moei lijk denkt u misschien dat viel weer tegen literatuuronderwijs in de ook helge bonset moest het antwoord schuldig blijven onderbou w waarom vind jij jeugdliteratuur nog steeds belangrijk vroeg gert rijlaarsdam niet om flauwe kwisvragen te kunnen beantwoorden ik heb in mijn inleiding geprobeerd duidelijk toen gert rijlaarsdam mij vroeg een inlei te maken dat kennis van de jeugdliteratuur je ding te houden op de vdn spl studiedag als leraar in staat stelt bij te dragen aan de vor over fictie onderwijs vroeg ik hem waarover ming van de literaire smaak van de leerling en ik het dan moest hebben nou eh waarom jij waar mogelijk aan hinauflesen dat wil zeg als een van de weinige leraren nederlands gen leerlingen die daaraan toe zijn attenderen jeugdliteratuur nog steeds zo belangrijk vindt op boeken die net iets moeilijker en interes is dat zo vroeg ik gert dat was zijn stel santer zijn dan het boek dat ze net uit hebben lige indruk dat die indruk juist is blijkt mij zorgen dat ze niet van engelandvaarders van eens te meer nu ik een cursus jeugdliteratuur k norel naar de aanslag van harry mulisch geef aan zo n 25 docenten nederlands in zee hoeven te springen of in alister maclean blij land in het kader van het sirene project ven steken maar daartussenin respectievelijk ik denk dat leraren nederlands jeugdlitera in plaats daarvan bijvoorbeeld oorlogskind tuur wel belangrijk vinden maar veel minder van rudolf herfurtner of alan en naomi van belangrijk dan literatuur voor volwassenen de myron levoy lezen oorlogsboeken die het lijst literatuur het bijhouden van die litera veel minder moeten hebben van actie en hel tuur kost ze overbezet als ze zijn al de grootste dendom die veel meer psychologische diep moeite aan recent verschenen jeugdliteratuur gang en authenticiteit te bieden hebben komen ze doorgaans niet toe mijn ervaring is zoiets lukt natuurlijk alleen een leraar die dat ze daar dan ook weinig meer van weten jeugdliteratuur leest al was het maar om de dan dat wat ze vroeger zelf gelezen hebben armzalige reden dat hij zo kan voorkomen dat aangevuld met de fragmenten die de methode zijn leerlingen handig gebruik maken van zijn afdrukt en waarschijnlijk al die samenvattingen onwetendheid het heeft immers weinig zin in de leesverslagen die hun onderbouwleerlin om leerlingen die in groep 7 of 8 van de basis gen jaarlijks ter correctie inleveren en mis school ook al de boeken van terlouw hart schien met dat twee of drietal pas verschenen man en beckman voor een spreekbeurt of jeugdboeken waar zij per jaar de tijd voor leesverslag hebben gelezen daarover in klas i kunnen vinden niet bijster veel als je rekent of 2 van het voortgezet onderwijs nog eens dat er voor deze leeftijdgroep jaarlijks onge een kans op een herhalingsoefening te bie veer honderd nieuwe titels verschijnen den of is het de taak van het jeugdlitera dat leraren nederlands de jeugdliteratuur tuuronderwijs om leerlingen op het niveau niet bijhouden weet ik en u denk ik ook al van thea beckman k norel en hotze de jaren in 1 98 7 hield ik voor het tijdschrift roos te laten hangen het heeft wel zin in leesgoed een telefonische enquete onder 20 klas i te achterhalen met welke literaire bagage leraren nederlands over wat zij aan jeugdlite de leerlingen de brugklas zijn binnengekomen 1994 2 moer 79 zodat de leraar nederlands daarop kan aanslui hij vrijdag te bekeren van zijn barbaarse ge ten of moet de leraar nederlands doen alsof woonten en daarom leest hij hem voor uit de de kameleonserie en kruistocht in spijker bijbel als die bekering lukt vervult hem dat broek zojuist verschenen zijn en de hoogte met triomf in mijn inleiding bekende ik met punten van de jeugdliteratuur zijn hebben enige schroom het geluksgevoel dat mij over imme dros hans hagen willem van toorn valt als ik met een prachtig boek in mijn tas aidan chambers cynthia voigt halley irwin naar school ga om aan mijn leerlingen uit voor barbara willard en al die anderen de laatste te lezen welbewust confronteer ik ze met jaren voor niets al die prachtige boeken ge boeken waarvan ik hoop dat ze er zo al niet schreven het heeft ook zin om met leerlin betere mensen dan toch zeker betere lezers gen zeker als die zo mondig zijn als de athe van worden dat doe ik enthousiast en zeker neumleerlinge die ik volgens helge bonset en niet zo nuchter als helge bonset dat wil dat is inge piena geindoctrineerd zou hebben in ook het antwoord op de vraag van gert rij discussie te gaan over de goede maar ook de laarsdam daarom besteed ik nog steeds zo slechte kanten aan het werk van beckman veel aandacht aan jeugdliteratuur het maakt overigens moest het meisje in kwestie er har dat ik als veertiger nog steeds plezier heb in telijk om lachen toen ik haar hun teksten liet mijn werk voor de klas lezen hoe moet zij anders twee jaar later lite gelukkig heb ik te maken met intelligente en ratuurtentamen doen over voor volwassenen weerbare kinderen en niet met een analfabeet bedoelde boeken daar met verstand en inzicht als vrijdag die zijn leven aan mij te danken over praten en daarbij ook nog eens beargu heeften gelukkig ben ik het met de uitgangs menteren wat zij er goed en slecht aan vindt punten voor literatuuronderwijs van helge pas wanneer de leraar het door de leerling bonset volledig eens zodat er weinig reden is besproken boek ook zelf gelezen heeft zodat voor vrees voor zendingsdrift waar het mij hij met de leerling daarover van gedachten kan in mijn inleiding echter om ging het gebrek wisselen pas dan kan er volgens mij sprake zijn aan belangstelling voor en kennis van de van zinvol onderwijs jeugdliteratuur onder mijn collega s dat laten ik pleit voor jeugdliteratuuronderwijs dat af inge piena en helge bonset onbesproken en gestemd is op de interesse en het niveau van zonder kennis van wat je leerlingen hebben elke afzonderlijke leerling dat zal lang niet al gelezen nu lezen of nu zouden kunnen lezen tijd klassikaal plaatsvinden vaak in pauzes en als ze van het bestaan ervan op de hoogte zou leswisselingen in ieder geval tussen een leraar den zijn gebracht door bijvoorbeeld hun leraar en een leerling die minstens een ding gemeen nederlands zijn al die zo fraai door helge hebben belangstelling en hart voor jeugdboe bonset verwoorde taken van literatuuronder ken hoe verschillend hun smaak en manier wijs onuitvoerbaar en voorzover toch uitge van lezen en beoordelen ook moge zijn en ik voerd van weinig of geen waarde zou helge zie niet in wat ertegen is een leerling van wie bonset die taken voor het literatuuronderwijs je merkt dat het een kritische lezer is met een net zo formuleren als hij het niet over jeugdli behoorlijk ontwikkelde literaire smaak en een teratuur voor de onderbouw maar over de meer dan gemiddeld taalgevoel te wijzen op lijst literatuur van de bovenbouw had ik de literaire verteltechnische en stilistische on mag aannemen dat hij het vanzelfsprekend volkomenheden van een boek en die leerling vindt dat leraren het werk van harry mulisch vervolgens te suggereren eens een boek te le margriet de moor of a f th van der heijden zen dat net een of desnoods twee niveaus ho gelezen horen te hebben als zij dat in hun les ger ligt kortom helpen hinauflesen zie ik als sen en tijdens literatuurtentamens laten be een legitieme doelstelling bij literatuuronder spreken geldt diezelfde voorwaarde niet als wijs en ik heb in mijn inleiding daar een voor het gaat om schrijvers van jeugdliteratuur beeld van gegeven als je jeugdliteratuuronderwijs wilt geven ik vrees dat mijn vrijdaggevoel de suggestie zul je moeten beginnen met zelf jeugdboeken van indoctrinatie heeft gewekt en dat was al te lezen dat klinkt als een open deur maar lerminst mijn bedoeling crusoe wil vrijdag wordt toch in het door helge bonset genoem herscheppen tot zijn beeld en gelijkenis ge de fictie in de basisvorming nog steeds niet heel volgens de christelijke gewoonte probeert als randvoorwaarde genoemd 1994 2 m o er 8o