Literaire competentie: de mazen van het net

Publicatie datum: 1998-03-01
Collectie: 27
Volume: 27
Nummer: 4
Pagina’s: 16-25

Documenten

4 ti i ti i 2 x ti f li 1 1 literaire competentie de mazen van het net johan van iseghem in de voorbereidende fase van deze studiedag besloten we met de stichting literaire vorming het vandaag vooral te hebben over grenscorrecties bij het begrip literaire competentie men vroeg me naar aanleiding van mijn zopas beeindigde functie als begeleider nederlands in de regio west vlaanderen dat ik op de eerste plaats gegevens zou aandragen vanuit zes jaren begeleidingspraktijk en klasobser vatie in het secundair onderwijs geen reflecties uit de boekenrekken dus maar bedenkingen die vorm kregen tussen de schoolbanken aanlokkelijk wellicht maar alvast minder eenvoudig dan het klinkt it vragen en aantekeningen die andere te maken hee ft met verschillende ik de laatste tijd verzamelde vormen van communicatie vooreerst ver heb ik meteen een paar centrale onderstelt het communicatie van de lezer aandachtspunten gekozen ze zijn met de literaire tekst maar in tweede zoals gevraagd op praktijkobserva instantie gaat het ook om de vaardigheid tie gebaseerd maar het dienblad van de individuele lezer om genuanceerd en waarmee ik ze u wil serveren zit in het kast met argumenten deel te nemen aan het je van mijn geheugen net een lade hoger literaire discours naar aanleiding van het opgeborgen praktijkervaringen zijn als ver literaire werk communicatie tussen lezers haal immers maar relevant als ze enige onderling dus als orgelpunt bij dit bijzonder onderbouw krijgen enkel dan ontstaat er boeiende en meteen ook concrete stand een denkkader waarbinnen ze eventueel punt hangen de auteurs een definitie op van hanteerbaar zijn wat volgens hen een literair competente lezer is de literair competente lezer is in staat met literaire competentie en over literatuur te communiceren de inhoud van deze communicatie kan zeer divers van aard zijn maar dient in elk geval over het begrip literaire competentie werd te voldoen aan de eis dat de lezer over het al vaker van gedachten gewisseld daarbij is vermogen beschikt samenhang aan te iedereen het er zo wat over eens dat we brengen zo n lezer benut deze samenhang onder die term hoe dan ook het doel van voor optimaal tekstbegrip kan verbanden het literatuuronderwijs verstaan met uitvoe en verschillen tussen teksten onderschei rige verwijzing naar allerlei achtergrondlitera den kan de relatie tussen de tekst en de tuur poneerden lily coenen en wam de hedendaagse vreemde of verleden werke moor in 1992 dat een goede invulling van lijkheid en tussen de tekst en de wereld van het begrip literaire competentie onder de auteur onder woorden brengen komt tot vt 27e jaargang nummer 4 maart april 1998 s5 5 h y hhh ti4 ti 5 5 1 4i y y y 1fk ssi k f jjl 1 yt ti tity ay tti v v 5iti een waardeoordeel over de tekst en of de de mul expliciteert een viertal opvattingen auteur en is bereid en in staat dit oordeel te over literatuur die in de loop van de wester toetsen aan dat van anderen zijn houding se cultuurgeschiedenis op bepaalde ogen tegenover literatuur kenmerkt zich door een blikken dominant zijn geweest hij vernoemt bereidheid zich als lezer in te spannen en de mimetische visie waarbij kunst wordt door openheid tegenover het onbekende gelezen als spiegel van de extra artistieke coenen de moor 1992 p 17 werkelijkheid in de expressieve opvatting wordt kunst beschouwd als een artistieke het citaat formuleert competentie vooral in emanatie van het leven de emoties de psy termen van vaardigheid en attitude alerte chologie of de opvattingen van haar maker lezers hoeven daarbij niet meteen de alarm de auteur de formalistische opvatting ziet klok te luiden want cognitieve elementen kunst dan weer als een boeiend en relatief worden duidelijk voorondersteld bij de ver tijdloos formeel spel van stijlen en structu dere concretisering van taken en werkvor ren terwijl bij de interpretatieve opvatting men duiken ze ook op met specifieke invul die we voor een deel ook wel als de appre lingen bijvoorbeeld waar de auteurs ingaan cierende opvatting zouden kunnen bestem op documentatie en zoekopdrachten voor pelen vooral de rol het oordeel en de leerlingen individueel of in groep in verband interpretatieprocessen van de lezer centraal met stijlfiguren literaire genres of gegevens komen te staan dit strak chronologisch van politieke socioculturele en biografische gaan toepassen op alle mogelijke literaire aard die met teksten verband kunnen hou productie uit het verleden moet in vele den gevallen ongetwijfeld leiden tot gewrongen interpretatieschema s maar in zijn grote lij met het oog op evaluatie of toetsen moet nen reikt de muls onderscheid zinvolle de leerling dus invalshoeken aan van waaruit teksten kun 1 teksten begrijpen nen worden belicht 2 kenmerken genrebepalingen eigen schappen typeringen herkennen michael parsons geciteerd in de mul 1996 3 achtergrondkennis kunnen verbinden ziet die vier benaderingen niet enkel als met vorm en inhoud van de tekst opeenvolgende fasen in onze culturele 4 een waardeoordeel of appreciatie geschiedenis maar beweert dat ze in onge kunnen uitspreken veer dezelfde volgorde ook voorkomen bij opgroeiende lezers voor de mul is dat een ik grijp bij wijze van start naar een ander voldoende praktische legitimering om ze alle artikel in dezelfde traditie namelijk de tekst vier in onderlinge aanvulling kansen en rech van jos de mul 1996 waarom estheti ten te geven bij de organisatie van het litera sche opvoeding waarom literatuuronder tuuronderwijs nauwkeurige analyse laat wijs het antwoord op de vraagstelling in overigens zien dat ze niet zo heel ver uit de de titel ligt op het eerste gezicht nogal voor buurt van de definitie van de moor de hand literatuuronderwijs is er natuurlijk coenen 1992 liggen net nodig om die zogenaamde literaire competentie te realiseren toch blijkt en daarmee kom ik meteen bij de kern van deze bijdrage dat zowel de klaspraktijk als schuivende functies de didactische literatuur in dat verband helemaal niet zo helder laat staan eenslui dend zijn als de consensus over de doel ik heb de indruk dat zelfs gemotiveerde stellingen misschien wil laten veronderstel leraren soms onvoldoende blijf weten met len de invalshoeken van deze begripsomschrij maart april 1998 nummer 4 27 8 jaargang 4 i i 44 4y ti j l i 1 i4 l f l 4 t t 14 iy 5f y i4 ving ze kennen die uiteraard en ongetwij een burgerdrama van pieter langendijk of feld combineren ze tekstanalyse met een een prozaschets van tony bergmann wilden apprecierend klassengesprek maar in hun in hoge mate de werkelijkheid tekenen de literatuuronderwijs komen ze soms juist die auteurs legden schrijvend zowat alle klem systematische lesorganisatie te kort die op tonen in het mimetische vlak dat belet niet doelgerichte en expliciete didactisering van dat onze leerlingen als lezers van vandaag genoemde inzichten berust overgaan van of wij als leraren bezig met de literaire ini intensieve lectuur naar een discussie over tiatie van jongeren ook andere benaderin literaire waarde bijvoorbeeld doe je dat gen op die sterk mimetisch georienteerde zomaar en wanneer doe je dat het best teksten toepassen met andere woorden of volstaat het dat de klas enthousiast met de vier invalshoeken vormen in hun totaliteit de tekst bezig blijft en kan het dan alle rich ongetwijfeld een knappe staalkaart van lite tingen uit in dat geval lijkt het er toch een raire competentie maar werken ermee is beetje op alsof het paard met de wagen op niet zonder meer vanzelfsprekend je stelt hol slaat literair wetenschappelijke bena soms vragen waar de maker nauwelijks deringswijzen moeten de ruggengraat vor rekening mee heeft gehouden dat span men van ons didactisch optreden wie ningsveld kan gethematiseerd worden bereid is om daarvan niet meteen een kari katuur te maken zal toegeven dat een vak het lijkt mij een van de boeiende mogelijk kundige leraar zich minstens moet kunnen heden van literatuurgeschiedenis of we realiseren op welk niveau het gesprek met oudere teksten dan wel of niet actualiseren de klas zich beweegt of vanuit welke invals is in dat licht een secundair probleem het is hoek bepaalde beweringen van leerlingen veel belangrijker dat we de invalshoek pro komen die leraar kan daar op cruciale blematiseren waarmee we teksten aanpak momenten lastechnisch gebruik van ken dat we de vanzelfsprekendheid ophef maken om het verloop in goede banen te fen waarmee we uitspraken doen over leiden andere mensen tijden of culturen niet alleen de tekst bekijken door onze eigen als je bijvoorbeeld zo expressief mogelijk ogen dus maar doorheen de tekst ook de een gedicht van kloos hebt voorgelezen en bril onderzoeken waarmee we onze neus na het veertiende vers zucht de hele klas versieren thematisering van invalshoeken jeezes begin je dan over het tijdskli op leerlingenmaat moet in a b en c rich maat van de tachtigers of zet je met de tingen daarom af en toe kunnen leerlingen een boompje op over hun spon confrontatie tussen functies van teksten tane afkeer terwijl ze de tekst nog niet tussen functies van leesgedrag en tussen bestudeerd hebben elke leraar kiest uiter beide samen creeert openheid voor iets aard iets maar we bezitten weinig of geen wat ooit totaal anders werkte in een tijd onderbouwde aanwijzingen over het effect toen mensen en schrijvers even normaal van de didactische beslissingen die we op waren en net daarom zulke gekke dingen zulke momenten nemen informatie deden als wij nu gesteund op onderzoek zou hier bijzonder welkom zijn voelen we ons als leraar niet te snel de advocaat van oude teksten mislukt in onze daarmee hangt samen dat de vier invals opdracht als na de les de klas niet waaaw hoeken niet enkel manieren zijn om litera voor couperus roept moeten wij de rol van tuur te lezen maar dat ze historisch gezien een straatventer opnemen met een karretje ook vaak legitimeringen waren voor de vol teksten de les literatuur heeft niet in de kunst als dusdanig al of niet gepronon eerste plaats de taak om auteurs te verko ceerd binnen een bepaalde stijlstroming pen aan de jeugd van morgen of om tek r 27e jaargang nummer 4 maart april 1998 q f 5 l l 4 tif1 ti 555ti i k 4sv 5 5 ti y til sten te redden voor het nageslacht de heid van het oude vissersvrouwtje kniertje overlevingskansen van teksten en hun indachtig zijn ook in de literatuurles wordt makers zijn impliciet al door die teksten zelf de vis duur betaald en door de context van morgen bepaald op geen van beide hebben we greep maar omdat er zoveel verschillende tempera we kunnen leerlingen wel helpen als ze over menten op de banken voor ons zi tten is barrieres heen willen klimmen we kunnen bewuste variatie in de ne tt en die we span ze tonen hoe belangrijk en hoe relatie f per nen van cruciaal belang ik verwijs in dat soonlijke appreciatie is we kunnen ze ont verband naar het leesonderzoek dat piet vankelijk maken voor literatuur als verschijn hein van de ven in 1997 presenteerde op sel ook historisch en intercultureel een de elfde hsn conferentie in utrecht van de fenomeen waarin oud en nieuw mooi en ven te versch een groep leerlingen werd lelijk moralisatie en ontroering inheems en individueel geconfronteerd met heel diverse buitenlands in bonte schakeringen en bin teksten en werd daarbij telkens inge nen brede culturele verschillen al eeuwen schaald de algemene conclusie was dat lang en in diverse lagen van de maatschap lezen een succes bleek als de tekst aan pij bedoelde en onbedoelde effecten sloot bij de repertoires waarover leerlingen sorteren beschikten bij het literaire repertoire hun kennis van genres stijl referenties enz of bij het meer sociale algemene repertoire hun eigen leefwereld levenservaring soci de mazen van het net aal milieu actuele ingesteldheid enz aansluiting van de leeservaring op een van deze twee garandeert blijkbaar gemakkelij toen maria vasalis in 1963 de culturele ke toegang tot het andere repertoire bij prijs van de provincie groningen in ont dezelfde tekst vangst nam zei ze in haar dankwoord een gedicht is als een visnet dat in zee is uitge dergelijke bevindingen moeten ons aanzet worpen de mazen zijn even belangrijk als ten om bij de samenstelling van bloemlezin het touw de stiltes en lacunes tussen woor gen of tekstenpakketten grondiger na te den alleen door een vers kan een dichter denken over voldoende variatie in de keuze zijn eigen werkelijkheid levend vangen de van de onderwerpen op die manier kunnen tekst werd dat zelfde jaar in tirade gepubli we gemakkelijker aansluiting krijgen bij het ceerd gemiddelde algemene repertoire van een gevarieerde groep voorwaarde waardoor misschien kunnen we die bewering ook toe leerlingen in ogenblikken met geringe artis passen op literatuuronderwijs de uiteenlo tieke feeling toch het literaire repertoire aan pende invalshoeken van onze lessen zijn boren en kunstzinnige appreciatie tot op zowat het touw waarmee we zoveel moge zekere hoogte realiseren maar het moet lijk leerlingen met literaire interesse willen ons ook aan het denken zetten over een strikken stiekem hopen we immers alle gevarieerde didactische aanpak in onze les maal dat ze voorgoed van de literaire liefde opbouw bijvoorbeeld door middel van wat gebeten worden maar makkelijk is dat niet ik maar schuiven met functies heb wie over literatuur spreekt heeft het immers genoemd daardoor immers doen we op over leesactiviteiten en hoe vele jongeren een meer gevarieerde manier een beroep van vandaag tegen lezen aankijken daar op het literaire repertoire juist dat kan inge kennen we allemaal wel verhalen over val van succes bruggen naar de leefwereld willen we dat leerlingen zich aan de litera slaan waardoor dan weer affectieve waar tuur laten vangen dan moeten we de wijs dering van de tekst kan worden bewerkstel maart april 1998 nummer 4 27e jaargang mit yy ll qp gqgq 5 li ll r 1 1 14 f 4 1 l 1111 y 11vl ti n 1ti1 1v 11 f h 5 l