Naar eigen oordeel (2)

Publicatie datum: 1983-01-01
Auteur: Helge Bonset
Collectie: 01
Volume: 01
Nummer: 2
Pagina’s: 83-90
kritiek commentaar beschouwing naar eigen oordeel 2 moet je als leraar aan de wensen van je leerlingen tegemoetkomen ook als je daar zelf niet achter staat in mijn stukje in de vori ge spiegel droeg ik het voorbeeld aan van leerlingen die les in traditionele ontleding wilden hebben omdat ze vonden dat dat hun taalgebruik ten goede zou komen en die daar ook aan vasthielden nadat hun leraar hen had geconfronteerd met de groeiende hoeveel heid onderzoeksresultaten waaruit het tegendeel bleek ik stelde dat ik die ontleedles zeker niet zonder meer zou verzorgen en ging vervolgens na of dit standpunt in strijd was met de definitie van normaal functioneel onderwijs onderwijs waar je leerlingen iets van leren dat ze naar eigen oordeel a op korte termijn praktisch kunnen gebruiken b en of boeiend vinden als je de komma s om naar eigen oordeel letterlijk neemt zo was mijn slot som is er van logische strijdigheid geen sprake het positieve leerlingenoordeel is dan een noodzakelijke maar geen voldoende voorwaarde voor normaal functioneel onderwijs ook oordelen van anderen in de eerste plaats de leraar tellen mee zodat je in de definitie maar beter zou kunnen schrijven ook naar eigen oordeel het vorige stukje vormde een logische exercitie het nu volgende een ethische het gaat er met andere woorden nu niet om of het gezien de definitie van normale functionaliteit logisch verdedig baar is leerlingenoordelen niet te honoreren het gaat er nu om of dit ook verdedigbaar is zonder de uitgangspunten van normale functionaliteit geweld aan te doen hoe een brandende kwestie die van het eigen oordeel van de leer lingen is in de discussie rond normale functionaliteit wil ik allereerst illustreren aan de hand van de twee volgende teksten in de eerste is steven ten brinke aan het woord tijdens zijn in leiding op het forum normale functionaliteit georganiseerd door de amsterdamse vakdidactici nederlands op 21 5 1980 1 de tweede tekst is een fragment uit een interne notitie over de gevaren van normale functionaliteit als mogelijk beleidspunt voor de von van wim van calcar hans van dam en jan sturm ontstaan 83 spiegel 1 1983 nr 2 83 90 op het von congres 1979 er liggen vijf vragen aandachtspunten en daar heeft henk de visser hb een stuk aan vooraf doen gaan een moeilijk geschreven stuk vind ik henk een moeilijk onderwerp ja flink academisch niveau en er staat een ding in hoe academisch ook waar ik van ging steigeren toen ik het ging lezen en dat is in de tweede alinea die ik nou even voorlees dat op zijn minst op de lagere niveaus van het voortgezet onderwijs de belangen van de leerlingen slechts gedeeltelijk samenvallen met de door hen ervaren motivatie en door henzelf onderkende be hoeften in gewoon nederlands ik zit je niet te plagen hoor henk maar in gewoon nederlands staat daar leerlingen vinden het fijn om dingen te doen of vinden het zinvol om dingen te doen die voor een deel niet in hun belang zijn ik steigerde steigeren doet een paard niet uit agressiviteit maar van schrik geloof ik ik was deels ja geschrokken ook wel vol bewondering voor de zekerheid die hieruit sprak dat een ouder mens want je bent op je vijfentwintigste een ouder mens als je met kinderen van een jaar of dertien bezig bent een ouder mens dat heeft gepraat met die leerlingen hun bepaalde dingen heeft voorgehouden en die leerlingen hebben er over nagedacht en toen gezegd nou we vinden het toch niet zo zinvol wat je daar zegt we willen liever wat anders en dat jij dan dat er dan een situatie zou kunnen zijn waarin jij zeker weet dat wat zij kiezen niet in hun belang is hoe is het in vredesnaam mogelijk ik heb het vooral als vader van kinderen gemerkt dat ze op hun dertiende hun eigen belang veel beter zagen dan ik dat bleek vooral achteraf ik heb me natuur lijk ook als vader geregeld misdragen door tegen dertienjarigen de wijsheid in pacht te hebben maar die pacht heb ik naderhand gelukkig wel moeten afstaan en ook gedwongen maar dat was wel een goeie levensles hoe je inderdaad ik zat me dat steeds voor te stellen de naiviteit opbrengt om zeker te weten wat goed voor een kind van dertien is een kind wat er goed over nagedacht heeft waar je mee gediscussieerd en desnoods een beetje verbaal gebakkeleid hebt ik snapte niet hoe dat mogelijk was dat iemand dat serieus kon menen dat hij niet de twijfel aan zijn eigen standpunt kon inbouwen naderhand toen nam dat steigeren af want ik begreep dat ik weer eens geconfronteerd werd met iets waar ik altijd moeite mee heb gehad namelijk met het verschijnsel ortho doxie dat is in nederland een normaal verschijnsel maar alleen sommigen hebben daar nog kennelijk moeite mee orthodoxe mensen waar dan ook vinden dat zij gelijk hebben die hebben gewoon ge lijk een rechtzinnige heeft de waarheid niet eens in pacht maar in bezit die rechtzinnigen heb je altijd gehad in nederland ze hebben misschien ook een heel nuttige functie gehad in de religie je hebt orthodox katholieken orthodox protestanten je vindt ze in de politiek je vindt orthodox rechtsen orthodox linksen je vindt ze in het welzijnswezen in het algemeen je hebt orthodoxe 84 macrobiotici bijvoorbeeld en al die mensen kenmerken zich er in derdaad door dat als ze kinderen hebben zij zeker weten dat als het kind noem maar een macrobiotisch voorbeeld veel patat wil eten dan is dat niet in zijn belang dat weten zij geheid zeker absoluut zeker dat wordt ook geheid verboden de vader en moeder weten met grote stelligheid dat dat verkeerd is en zo moet het dus ook gaan in alle situaties waarin rechtzinnigen met leerlingen te maken krijgen die zullen dan inderdaad het begrip normaal functioneel alleen maar tot het uiterste willen hanteren indien de leerlingen dezelfde soort van rechtzinnigheid hebben als zij de vrijzinnigen de beroemde andere groep die hebben er in neder land niet zo n moeite mee die zullen met het begrip normaal func tioneel kunnen werken ik erken dan en daarmee was voor mij het steigeren afgelopen dat ik dan maar moet leren te leven met de aanwezigheid van allerlei soorten rechtzinnigen in nederland die er altijd geweest zijn en waar de vrijzinnigen het maar mee moes ten zien te vinden en ook met de troost dat het verschil recht zinnig vrijzinnig ja dat is een ideeele tegenstelling die in de praktijk waarschijnlijk best zal meevallen ten brinke de nadruk op het directe praktische belang voor leerlingen van normaal functionele vakinhouden werkt systeembevestigend immers de meest directe praktische belangen zeker voor jongere leerlin gen liggen in de school zelf spellingonderwijs is zeer normaal functioneel want de leraar aardrijkskunde pakt me op spellingfou ten in mijn proefwerk of ontleden is hardstikke normaal func tioneel want anders red ik het niet op de pa of moet de leer ling eerst leren wat zijn directe praktische belang is omdat hij daar een vals bewustzijn over heeft en wie bepaalt dan uit eindelijk wat van praktisch belang en dus normaal functioneel is precies van calcar van dam sturm wat mij in deze teksten 2 steeds weer frappeert is dat beide partijen het probleem van de andere partij in geen enkel opzicht als een reeel probleem lijken te zien voor ten brinke is de toch uiterst voorzichtige formulering van henk de visser voldoende re den deze af te schrijven als een slechts uit democratische nood zaak nog tolereerbare rechtzinnige op de vraag of het inderdaad niet mogelijk zou zijn dat bijvoorbeeld lbo leerlingen hun echte belangen moeilijker zouden onderkennen dan bijvoorbeeld vwo leer lingen zodat minder op het kompas van het eigen oordeel gevaren zou kunnen worden gaat ten brinke in het geheel niet in van cal car van dam en sturm op hun beurt kunnen zich duidelijk helemaal niet voorstellen dat iemand er anders over zou kunnen denken dan zij en straffen ook domme tegenwerpingen op voorhand triomfante lijk af de vraag of alle leerlingen nu werkelijk niet verder kun nen kijken dan hun systeembevestigende neus lang is en de vraag of de leraar geen invloed op het leerlingenoordeel zou kunnen uit oefenen zonder dat hij zijn eigen oordeel er 100 voor in de 85 plaats stelt het zijn vragen die van calcar van dam en sturm niet meer tijd kosten dan nodig om het reeds klaarliggend antwoord te formuleren ja het zijn rechtzinnige teksten ook die van de vrijzinnige ten brinke en dat is hoewel jammer bepaald geen wonder want hier botsen naar mijn idee niet vrijzinnigheid en rechtzinnigheid hier botsen twee levensbeschouwingen en daarmee in zekere zin twee rechtzinnigheden ik bedoel hiermee niets denigrerends een le vensbeschouwing is voor mij het soort rechtzinnigheid waar ieder een recht op en zelfs een zekere plicht toe heeft er botsen hier een humanistische visie op mens maatschappij en onderwijs in een sterk rogeriaanse gedaante en een emancipato rische in een sterk marxistische gedaante 3 geloof in het in dividu en daarmee in zijn mogelijkheden tot onder andere een eigen oordeel staan centraal in de eerste visie gedetermineerd heid van het individu en daarmee van onder andere zijn eigen oor deel door sociale structuren en sociale klasse staan centraal in de tweede in de eerste visie kan het individu zichzelf op eigen oordeels kracht bevrijden uit onderdrukkende situaties in de tweede visie kunnen alleen emancipatie van de sociale klasse waar toe het individu behoort en verandering van sociale structuren bevrijding teweegbrengen in de eerste visie is een gelijkwaardi ge discussie mogelijk tussen leerling en leraar als twee indivi duen in de tweede visie worden leraar en leerling bepaald door hun verschillende plaatsen in de sociale structuur van het onder wijs die eerst zou moeten veranderen om gelijkwaardige discussie mogelijk te maken integere niet dwingende leraarsinvloed is hier per definitie een onmogelijkheid in de eerste visie is het on voorstelbaar dat een individu na serieus nadenken niet zijn eigen belangen en behoeftes zou onderkennen in de tweede visie is dat een reele mogelijkheid waarbij het dan niet zozeer gaat om de privebelangen en behoeftes van het bewuste individu als wel om die van de klasse waarvan hij deel uitmaakt bij dit alles komt nog dat beide levensbeschouwingen betrekking lijken te hebben op individuen uit verschillende sociale klassen de humanistische visie lijkt toegesneden op de leden van midden en hogere sociale klassen die nu en later inderdaad nog wat speelruimte als individu zullen hebben de emancipatorische op leden van de lagere sociale klassen die nu en later voornamelijk met zijn allen sterk zullen kunnen staan dat zou voor het onder wijs betekenen dat de humanistische visie meer redeneert vanuit de vwo en de emancipatorische meer vanuit de lbo leerling het geen in de praktijk zo lijkt te zijn wat is er mogelijk tussen op vitale punten zo tegengestelde le vensbeschouwingen geen compromis dacht ik als ik in dit stukje voorstellen doe om het element naar eigen oordeel in de definitie van normale functionaliteit anders te schrijven en te lezen doe ik dat niet met het idee dat de opvattingen van de normaal func 86 tionalisten daartoe acceptabel zullen worden voor de emancipatoi ren normale functionaliteit is en blijft een onderwijsopvatting in de sfeer van de humanistische levensbeschouwing en niet in die van de emancipatorische 4 wel zou in de toekomst discussie mogelijk moeten zijn waarbij beide partijen ideeen vragen en kri tiek van de andere partij bekijken als serieus tenminste vanuit het referentiekader van de levensbeschouwing van de andere partij dan wordt het ook mogelijk er je voordeel mee te doen zoals ik hieronder zal proberen het probleem welke rol het eigen oordeel van de leerling moet spelen is een volstrekt serieus en reeel probleem ook binnen het normaal functionalisme zelf dat blijkt niet alleen uit mijn manifeste onwil de traditionele ontleedles te verzorgen waarvan hierboven sprake was het blijkt al uit uitspraken van ten brinke uit 1977 over toegestane integere leraarsinvloed op het oordeel van de leerlingen en over het recht van de leraar geen geisha van zijn leerlingen te worden het blijkt zelfs uit de hierboven geciteerde tekst van ten brinke waar hij toch de mogelijkheid openlaat tot verbaal bakkeleien met de oordelende dertienjarige het blijkt recent ook uit reacties van leerlingen wanneer vooral beginnende leraren normale functionaliteit opvatten als varen met het leerlingenoordeel als enig kompas leerlingen gaan zich dan in toenemende mate consumptief opstellen en weigeren om enige medeverantwoordelijkheid voor het lesverloop te dragen zie maar dat je ons amuseert en als het niet lukt is het jouw schuld en niet de onze onderwijzen houdt mede opvoeden in en opvoeden houdt mede in tegenspel confrontatie strijdig met de humanistische onderwijs visie is dit allerminst voor wat betreft de psychotherapie zag men in de jaren zeventig ook binnen het rogeriaans kader al in dat rogers te optimistisch was geweest over de mogelijkheden van non directieve therapie en dat sommige clienten alleen tot een realistischer kijk op de werkelijkheid te brengen waren via con frontatie met elementen van die werkelijkheid confrontatie bete kent in deze psychotherapeutische setting dat de therapeut zijn client confronteert met tegenstrijdigheden in zijn eigen verhaal of gedrag en met de visie en of gevoelens van de therapeut op dat verhaal of gedrag dit laatste niet op een verwijtende maar op een beschrijvende manier het betekent ook dat de client mede verantwoordelijkheid te dragen krijgt voor zijn therapieverloop en werk te doen de therapie is geen vrijblijvende uitlaatklep noch een onverschillig te consumeren artikel ik heb in moedertaaldidactiek 1980 hoofstuk 11 geprobeerd iets van deze opvattingen te vertalen naar een aanpak voor schoolse leerlingen die ik wilde confronteren met hun schoolse opvattingen en met mijn visie op waaruit die opvattingen voortkomen daar stelde ik voor zulke leerlingen eerst empathisch te benaderen zodat ze eens vrij uit kunnen spreken over wat hun dwars zit aan 87 jou en je lessen en ook duidelijker wordt vanuit welke opvattingen en houdingen ze spreken vervolgens confronterend met hun eigen tegenstrijdigheden of met de visie en of gevoelens van de le raar en tenslotte met hen te zoeken naar een oplossing in de sfeer van compromis of pluriformiteit dat laatste zou in het ge val van de leerlingen die per se traditionele ontleedles willen kunnen betekenen de leraar verzorgt een beperkt aantal lessen traditionele ont leding en een beperkt aantal lessen andersoortige taalbeschou wing daarna wordt opnieuw gepraat over het vermoede effect van beide soorten lessen op het taalgebruik van de leerlingen de leerlingen werken zelf buiten de les met behulp van een ge programmeerde instructie aan traditionele ontleding de leraar helpt alleen bij zeer ernstige problemen en slechts een be perkte van tevoren afgesproken hoeveelheid tijd per week leerlingen die dat willen kunnen binnen de les een beperkte hoeveelheid tijd zelf aan traditionele ontleding werken wanneer anderen ander schriftelijk werk doen uiteraard zijn er nog veel meer oplossingen te verzinnen merk op dat het eigen oordeel van de schoolse leerlingen weliswaar niet gehonoreerd wordt althans niet voor 100 maar ook allerminst genegeerd het wordt als gegeven geaccepteerd en zo mogelijk als uitgangspunt voor een compromis tot besluit wil ik mijn betoog samenvatten en de vraag uit het begin beantwoorden of het niet honoreren van leerlingenoordelen verdedigbaar is zonder de uitgangspunten van normale functionali teit geweld aan te doen ik heb aan de hand van teksten van ten brinke en van van calcar van dam sturm willen laten zien hoe te verklaren valt dat normaal functionalisten in eerste instantie geweldig veel waarde hechten aan het eigen oordeel van individuele leerlingen terwijl emanci patoiren daar noodzakelijkerwijs zeer sceptisch tegenover staan vervolgens heb ik geprobeerd niet om beide levensbeschouwingen te verzoenen maar wel om de kritiek van de partij waar ik niet toe behoor serieus te nemen en er mijn voordeel mee te doen ik heb laten zien dat in de normaal functionalistische opvattingen vanaf het begin al tendensen zitten om het oordeel van de leerlingen te toetsen aan externe oordelen en deze tendensen heb ik geprobeerd te versterken door opnieuw het begrip confrontatie in te voeren naar analogie van ontwikkelingen in de humanistische psychothera pie confrontatie houdt het serieus nemen van het oordeel van de leerlingen in maar zoals we zagen allerminst het automatisch 100 honoreren daarvan wel is het mogelijk een oplossing in de sfeer van pluriformiteit of compromis met de leerlingen te zoeken naar mijn mening is confrontatie niet alleen een verdedigbaar maar zelfs onmisbaar onderdeel van normaal functioneel onderwijs dat zoals alle goed onderwijs er toch op uit is leerlingen verder te brengen dan ze al zijn het lijkt mij in de lijn te liggen dan 88 ook in de definitie van normale functionaliteit iedere schijn te vermijden dat het oordeel van de leerlingen het enige criterium zou zijn voor de normale functionaliteit van onderwijs vandaar dat ik nu voorstel deze definitie voortaan te schrijven als volgt normaal functioneel onderwijs betekent dat je als leraar je onder wijs zo inricht dat je leerlingen er iets van leren dat ze a op korte termijn praktisch kunnen gebruiken ook naar eigen oordeel b en of boeiend vinden loenen aan de vecht februari 1983 helge bonset noten 1 de passage is voor mij van een bandopname getransscribeerd door ad welschen die ik hiervoor zeer dankbaar ben 2 ik besef dat het beide vrij informele teksten zijn mondelinge inleiding respectievelijk interne notitie en dat met name ten brinke zich ook afstandelijker heeft uitgelaten elders zie bijvoorbeeld het interview met peter dekkers in moer 1979 6 p 2 5 3 aangevuld met de conservatieve en de technocratische is voor mij het hele scala van visies compleet ik hoop over deze inde ling nog eens een stukje in dit blad te vullen 4 dat betekent niet dat er geen raakpunten zouden zijn tussen normaal functioneel en emancipatorisch onderwijs zie voor mijn opvattingen daarover is normaal functioneel een a politiek be grip in moer 1980 1 p 10 11 89