OETC: haalbaar en zinvol op Vlaamse scholen? Een actie-onderzoek naar de optimalisering van OETC.

Publicatie datum: 1998-01-01
Collectie: 16
Volume: 16
Nummer: 3
Pagina’s: 9-28
kaat delrue griet ramaut oetc haalbaar en zinvol op vlaamse scholen een actie onderzoek naar de optimalisering van oetc 1 situatieschets van oetc in vlaanderen sinds 1991 is het onderwijs in eigen taal en cultuur oetc officieel opgenomen als een van de vier pijlers van het onderwijsvoorrangsbeleid ovb voor scholen met migranten onderwijs in eigen taal en cultuur oetc is een onderwijsvorm voor allochtone kinderen met het oog op hun identiteits en moedertaalontwikkeling de etc lessen worden georganiseerd binnen het regulier lestijdenpakket in de moe dertaal van de leerlingen het onderwijs in eigen taal en cultuur is sinds zijn ont staan nu al twintig jaar geleden aanleiding geweest tot heel wat controverses in het vlaamse onderwijslandschap in de loop van de jaren zijn de doelstellingen van oetc aanzienlijk veranderd in de jaren zeventig en tachtig was oetc een schakel in het terugkeerbeleid men ging ervan uit dat gastarbeiders zouden terugkeren naar hun land van herkomst daarom kregen hun kinderen de kans om via oetc de eigen taal te onderhouden en te ont wikkelen toen de aanwezigheid van migranten een permanent gegeven bleek en er van terugkeer nauwelijks sprake was liet de overheid dit initiele oetc beleid varen sierens 1993 de doelstellingen werden bijgesteld door oetc in het perspectief van de integratie van allochtone minderheden te plaatsen de klemtoon kwam te lig gen op de versterking van de taalkundige en culturele eigenheden van kinderen in migratie jaspaert verlot 1992 daarnaast werd oetc steeds meer gezien als ondersteuning van het reguliere curriculum en in het bijzonder van het onderwijs ne derlands deze opvatting van oetc als leerachterstandsbestrijding kwam meer op de voorgrond als verdediging tegen de kritieken uit het onderwijsveld het onderwijs veld stelde de optie van oetc als versterking van de taalkundige en culturele eigen heden in vraag toen de resultaten ervan niet aan de verwachtingen voldeden volgens jaspaert verlot 1992 illustreert deze aandacht voor leerachterstandsbestrijding dat men ondanks het heersende integratiediscours nog steeds redeneert vanuit een pragmatisch assimilatiemodel 2 probleemstelling niettegenstaande dat oetc al bijna twintig jaar bestaat zijn de organisatorische en inhoudelijke problemen ervan in de loop van de jaren niet kleiner geworden er kan dan ook sprake zijn van marginalisering oetc wordt hoofdzakelijk gegeven door ambassadeleerkrachten die het neder lands niet of onvoldoende beheersen heel wat etc leerkrachten zijn weinig op de spiegel 1 1998 nr 3 9 28 hoogte van het vlaamse onderwijssysteem ook de begin situatie en de leefwereld van de allochtone leerlingen die hier geboren zijn en al vele vlaamse invloeden heb ben opgenomen zijn hen aanvankelijk meestal onbekend de werking met ambassa deleerkrachten betekent ook dat om de vijf a zes jaar een nieuwe leerkracht aange worven wordt waardoor vorige resultaten en inspanningen vaak verloren gaan al deze factoren bemoeilijken de samenwerking tussen allochtone en autochtone leer krachten ze verliezen wel eens de moed en ook hun geloof in de waarde van oetc ook inhoudelijk staat oetc niet op punt het heeft geen duidelijk programma waar door te veel aan de etc leerkrachten zelf wordt overgelaten vandaar de aanzienlij ke variatie in de manier waarop de c in oetc wordt ingevuld voor de autochtone leerkrachten is het onduidelijk hoe de etc lessen verlopen en welke leerstof er aan bod komt daardoor blijft aansluiting met het reguliere curriculum uit of verloopt deze op zijn minst niet vlot de terughoudendheid ten aanzien van oetc wordt ook voor een groot deel ge voed door mis opvattingen van de schoolteams oetc wordt immers vaak als een bedreiging voor de verwerving van het nederlands gezien men gaat ervan uit dat aandacht voor de eigen taal nadelig is voor de verwerving van een tweede taal an derzijds zien de meeste scholen oetc nog steeds als een middel om leerachterstan den te bestrijden aangezien zij daarmee geen resultaten boeken is dit een argument om het vak uit het onderwijsprogramma te weren de intrinsieke waarde van oetc wordt niet erkend aangezien oetc telkens ingepast wordt in doelstellingen eigen aan het reguliere curriculum in een dergelijk verziekt klimaat dringt een grondige analyse van de inhoud en de organisatie van oetc zich op met het oog op het geven van een nieuwe impuls aan oetc daarom ging in 1994 een onderzoeksproject van start met de bedoeling de haalbaarheid van oetc op de vlaamse scholen na te gaan en te onderzoeken in wel ke mate oetc op inhoudelijk en organisatorisch vlak kon worden geoptimaliseerd de bedoeling was om door een gestructureerd en efficient oetc te conceptualise ren te implementeren en verder te verfijnen de marginalisering ervan tegen te gaan in dit artikel brengen wij verslag uit van dit onderzoek vertrekkende vanuit de con crete onderzoeksvragen wordt eerst stilgestaan bij de onderzoeksmethodologie er wordt ingegaan op de selectie van de doelgroepen de onderzoeksopzet en de onder zoeksinstrumenten die hierbij zijn gehanteerd in een volgende paragraaf wordt be schreven welke visie op oetc als uitgangspunt diende van het onderzoek de onder zoeksresultaten geven eerst de beginsituatie op de betrokken scholen weer in deze paragraaf wordt een beeld geschetst van de bestaande attitudes ten aanzien van oetc in het onderwijsveld vervolgens worden relevante gegevens in verband met het verloop van het onderzoeksproces op een rijtje gezet optimale condities en mini male voorwaarden voor een zinvol en efficient oetc kunnen hieruit afgeleid wor den na de conclusies sluiten we dit artikel af met een aantal algemene beschouwing en over de rol van oetc in een multiculturele samenleving 10 3 onderzoeksvragen het onderzoek vertrekt vanuit volgende drie vragen waarbij de mogelijkheden en beperkingen voor implementatie van een zinvol en efficient oetc centraal staan 1 hoe kan oetc zinvol en efficient voor alle actoren worden georganiseerd 2 welke zijn de minimale voorwaarden welke zijn de optimale condities 3 hoe kan oetc georganiseerd worden zodat het een meerwaarde betekent voor de hele school om op deze vragen een antwoord te krijgen is ook aandacht besteed aan de huidige stand van zaken op de betrokken onderzoeksscholen wij willen zicht krijgen op de beginsituatie in de scholen en het proces van optimalisering van nabij volgen een van de cruciale vragen hierbij is of er tijdens dit proces een evolutie merkbaar is met betrekking tot de rol het profiel de status en de vaardigheden van etc leerkrachten een tweede onderzoeksluik dat parallel met het actie onderzoek in de scholen ver liep richtte zich tot de thuiscultuur van ouders van turkse en italiaanse kinderen de achterliggende idee van dit onderzoek is dat de kennis van het eerste socialisatiemi lieu van deze kinderen noodzakelijk is voor een realistische en doeltreffende uitbouw van oetc centraal stond de vraag naar de opvattingen en verwachtingen van turk se en italiaanse ouders in vlaanderen ten aanzien van hun eigen identiteit en cultuur en ten aanzien van oetc op dit antropologisch onderzoeksluik wordt in het bestek van dit artikel niet ingegaan voor een uitgebreide bespreking hiervan verwijzen wij naar het eindrapport spoelders e a 1996 4 onderzoeksmethode actie onderzoek om bovenstaande onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden bleek actie onderzoek de meest geschikte onderzoeksmethode de bedoeling van dat onderzoek was immers om vanuit de concrete onderwijsrealiteit te zoeken naar mogelijkheden tot optimalise ring van oetc hierbij wilden we de aandacht vooral toespitsen op het proces van optimalisering en de leerkracht zoveel mogelijk actief betrekken en laten participeren in het onderzoek actie onderzoek is een kwalitatieve onderzoeksmethode die sinds de jaren 60 fre quent wordt toegepast in het domein van het onderwijsonderzoek vanuit het besef dat waardevolle inzichten in het onderwijsproces ook en vooral door insiders zelf kunnen worden gegeven wordt in actie onderzoek gestreefd naar een meer leer krachtgerichte benadering van de onderwijsrealiteit deze benadering kent een nieu we rol toe aan de leerkracht als onderzoeker en heft hiermee de klassieke kloof tus sen theorie en praktijk op vertrekpunt voor dergelijk onderzoek is de praktijk van de leerkracht en de context waarin leren en onderwijzen plaatsvindt de achterliggende opvatting is dat theorie slechts waarde heeft als kan worden aangetoond dat deze 11 praktische implicaties heeft globaal genomen kan actie onderzoek omschreven wor den als the study of a social situation with a view to improving the quality of action within it elliott 1993 toegepast op onderwijs kan men actie onderzoek omschrij ven als een vorm van zelfreflecterend onderzoek dat door de participanten leer kracht studenten directie bijvoorbeeld wordt uitgevoerd in de concrete onderwijssi tuatie dit gebeurt met het oog op het verbeteren van de eigen onderwijspraktijk doordat de leerkracht systematisch nadenkt over zijn haar praktijk en deze objecti veert ontwikkelt hij zij een beter verstaan van de situatie waarin het lesgeven plaats vindt cair kemmis 1986 de leerkracht leert als het ware converseren met zijn haar eigen situatie actie onderzoek wil geen verklaringsschema s opleggen aan wat feitelijk in een klas gebeurt maar helpt de leerkracht om eigen interpretatieka ders bloot te leggen actie onderzoek vertrekt van een totaal ander concept van onderzoek dan kwanti tatief onderzoek vertrekkend vanuit een systematische in vraagstelling van een concrete lespraktijk en wordt gezocht naar een beter verstaan en een verhoging van de kwaliteit van het onderwijs methodologisch is actie onderzoek een spiraal van plannen uitvoeren observeren reflecteren waarbij de leerkracht en de onderzoekers hun percepties steeds opnieuw verfijnen op deze manier komt theorie nooit los te staan van de praktijk selectie van doelgroep en scholen omwille van de praktische haalbaarheid werd ervoor gekozen om dit onderzoek te beperken tot twee doelgroepen namelijk leerlingen van turkse en italiaanse afkomst respectievelijk in oost vlaamse gent en limburgse genk en maasmechelen scholen beide groepen kennen een grote vertegenwoordiging in vlaanderen de keu ze van deze groepen bood het voordeel dat we te maken kregen met verschillende migratiegeschiedenissen bovendien zijn de italianen minstens een generatie langer in vlaanderen waardoor we verschillen konden observeren met betrekking tot cul tuurbeleving en taalgebruik het actie onderzoek liep over twee schooljaren 1994 1996 zes verschillende basisscholen namen aan het onderzoek deel drie uit oost vlaanderen en drie uit limburg aan het begin van het onderzoek werden enkele criteria geformuleerd waaraan de meewerkende scholen moesten voldoen het aantal allochtone kinderen van eenzelfde etnische groep bedraagt 80 a 100 en respectievelijk ongeveer 50 en ongeveer 25 van het totaal aantal kinderen de leerkrachten zijn bereid en gemotiveerd om deel te nemen aan het actie onder zoek ook de interne en of externe begeleiders van de school zijn bereid om zich binnen de mogelijkheden van hun opdracht in te schakelen in de onderzoeks en begelei dingsactiviteiten van elk onderwijsnet moet er minstens een school deelnemen aan het actie onderzoek 12 aan het eerste criterium elke school dient te verschillen inzake de verhouding al lochtone autochtone kinderen kon niet voldaan worden scholen met een laag per centage allochtonen en of scholen die nog geen oetc organiseren stonden heel wei gerachtig ten aanzien van het project om verscheidene redenen oetc zou een trek pleister voor allochtone leerlingen zijn het zou integratie in de weg staan het zou ten koste gaan van het reguliere leerplan en van het nederlands ouders verkozen een school waar enkel nederlands gesproken werd enzovoort voor het turks oetc zijn de deelnemende scholen bijgevolg concentratiescholen 80 tot 100 turkse leer lingen terwijl er voor de italiaanse populatie verschillen zijn tussen de deelnemende scholen wat betreft de verhouding allochtonen autochtonen zowel 50 als 80 tot 100 allochtonen van verschillende origine in de gentse scholen spitste het onderzoek zich toe op het oetc turks terwijl in de limburgse scholen het oetc italiaans werd opgevolgd zowel in het eerste als in het tweede onderzoeksjaar werden dezelfde leerlingengroepen met hun etc leer kracht gevolgd deze opzet had als voordeel dat er een vergelijking kon worden ge maakt tussen verschillende leerjaren tussen het oetc italiaans en het oetc turks en tussen de benadering van oetc tijdens het eerste en het tweede experimenteer jaar in overleg met de leerkrachten werd geopteerd voor een thematische uitwerking van de etc lessen er werden per schooljaar minimum twee etc thema s uitge voerd in de participerende klas bij aanvang van het actie onderzoek werden de leer krachten op de hoogte gebracht van de uitgangspunten en de visie op oetc zoals die door het onderzoeksteam werden ontwikkeld zie paragraaf 5 opzet het actie onderzoek verliep cyclisch opgedeeld in drie fasen hierbij namen de on derzoekers de rol aan van procesbegeleiders en ondersteuners tijdens de eerste fase de planningsfase werd de voorbereiding van elk thema zoveel mogelijk in handen gegeven van de betrokken leerkrachten de keuze van de thema s werd meestal door de etc leerkracht bepaald in overleg met de vlaamse groepsleerkracht samen met het onderzoeksteam werd het vooropgesteld school werkplan bekeken en een periode gekozen voor de uitvoering van het thema de con crete inhoudelijke en organisatorische planning gebeurde door beide leerkrachten de projectmedewerkers ondersteunden hen bij de formulering van gemeenschappelijke of op elkaar afgestemde doelstellingen dit gebeurde meestal op basis van een inven tarisatie van relevante leerinhouden en methodieken in de tweede fase werd het thema in de etc klas uitgevoerd vaak stelde de groepsleerkracht hetzelfde thema aan de orde in zijn haar klas dit gebeurde naarge lang de afspraken die tijdens de planningsfase waren gemaakt de uitvoering van het thema dat meestal vier tot acht lestijden in beslag nam werd geobserveerd door twee projectmedewerkers met de bedoeling de betrokkenheid van de leerlingen te meten zie verder en een zicht te krijgen op het hele klasgebeuren daarop volgde een verhelderingsfase waarbij de geobserveerde etc les bespro ken werd met de etc leerkracht hierbij werden als uitgangspunt de betrokkenheids scores van de leerlingen genomen tijdens deze verhelderingsmomenten kwam mees 13 tal een uitwisseling van ervaringen en ideeen rond didactische werkvormen het taal gebruik van de leerlingen e d tot stand indien nodig werd hierbij gerefereerd aan de visie op oetc in het raamcurriculum zie verder de beslissingen en ideeen van de etc leerkracht werden achteraf aan de groepsleerkracht meegedeeld en vormden een belangrijke aanzet bij de planning van het volgende thema aanvullende onderzoeksinstrumenten om zicht te krijgen op de beginsituatie van het oetc op de betrokken scholen werd gebruik gemaakt van semi open interviews en een vragenlijst aan het begin van het actie onderzoek de interviews zijn afgenomen bij de betrokken etc leerkrachten groepsleer krachten en directies en vragen naar de actuele etc praktijk bijvoorbeeld hoeveel uur per week wordt aan oetc besteed is dat altijd zo geweest welke zijn vol gens u de knelpunten e d de status van de etc leerkrachten in de context van de school in welke mate behoren de etc leerkrachten tot het schoolteam en de attitu des van de autochtone leerkrachten ten aanzien van het oetc wat wordt volgens u behandeld tijdens de etc lessen wat vindt u ervan dat er op uw school oetc wordt georganiseerd wat is uw visie op oetc e d de vragenlijst richtte zich tot de etc leerkrachten hierin werd gevraagd naar de inhoud en de doelstellingen van hun etc lessen de vragenlijst is een herwerking van de vragenlijst die door aarts de ruiter verhoeven 1993 is gebruikt op een vijfpuntenschaal kan de etc leerkracht aanduiden in welke mate de gegeven doelstellingen in zijn haar etc les nagestreefd worden daarnaast worden ook achtergrondgegevens van de leerlingen gevraagd er wordt nagegaan hoe lang de betrokken leerling oetc volgt hoeveel uren oetc de leerling krijgt en hoe de groep eruitziet waarvan hij zij deel uitmaakt verder worden enkele vragen gesteld over het thuismilieu van de leerling daarin wordt de mening van de etc leerkracht gevraagd omtrent de betrokkenheid van de ouders bij het schoolgebeuren de vragenlijst en de interviews werden in het neder lands of in de eigen taal afgenomen afhankelijk van de wens van de betrokken per soon aan de hand van de gegevens uit bovenstaande peiling kan de situatie in de scholen aan het begin van het eerste experimenteerjaar beschreven worden zie para graaf 6 als ingang voor de beschrijving en de verheldering van de oetc praktijk werd de betrokkenheid van de participerende leerlingen gemeten dit gebeurde aan de hand van de leuvense betrokkenheidsschaal laevers 1993 1994 uit onderzoek blijkt namelijk dat de betrokkenheid van de leerlingen een betrouwbare proces indicator is voor de kwaliteit van het onderwijs laevers e a 1994 de schaal waarmee de be trokkenheid van de leerlingen wordt gemeten bestaat uit een lijst met signalen of aspecten van gedrag waarop men zich als beoordelaar kan richten de niveaus van betrokkenheid die op basis van de signalen kunnen worden onderscheiden zijn gevat in vijf schaalwaarden gaande van geen activiteit tot volgehouden intense activi teit als norm wordt de activiteit genomen die binnen de didactische context door de leerkracht verwacht wordt van de leerlingen de scoring gebeurde door twee onder zoekers die ieder de helft van de klas voor hun rekening namen gedurende vijf minu 14 ten per leerling en nadien wisselden vooraf werd het gebruik van de betrokken heidsschaal door de verschillende beoordelaars gezamenlijk ingeoefend aan de hand van video materiaal laevers 1993 1994 een dergelijke leerlinggerichte benadering van de didactiek heeft belangrijke voordelen binnen de methodologie van het actie onderzoek zij vormt een veilige invalshoek om met de betrokken leerkracht over de lespraktijk te praten wanneer aspecten van het onderwijsproces rechtstreeks worden blootgelegd door academici kan een leerkracht zich bedreigd voelen wanneer de didactiek echter in termen van de betrokkenheid van leerlingen wordt benaderd kan op een niet bedreigende manier met de leerkracht worden gepraat over de lespraktijk de betrokkenheid van de leer lingen vormt dan een concreet aanknopingspunt om met de leerkracht over de zwak ke en sterke momenten van de les te praten en te reflecteren tijdens de verhelderings fase in het actie onderzoek bleek een dergelijke benadering een positief effect te hebben op de context van de samenwerking 5 de ontwikkelde visie op oetc in de loop van de oetc geschiedenis zijn reeds verschillende al dan niet zwaarwe gende argumenten aangevoerd om het bestaan ervan op school te legitimeren in dit onderzoek is uitgegaan van de eigenstandige bijdrage van oetc de algemene doel stelling van oetc is het verwerven van een evenwichtige en continue identiteitsont wikkeling van allochtone leerlingen snytsers 1996 de ontwikkelde visie op oetc werd beschreven in een raamcurriculum snytsers 1994 dit raamcurriculum werd tijdens het onderzoeksproces gaandeweg bijgesteld op basis van de ervaringen en de inzichten die het onderzoek in de context van de scholen opleverde er wordt uitgegaan van het feit dat allochtone groepen zelf verantwoordelijk zijn voor het bepalen van hun eigenheid oetc realiseren is bijgevolg onmogelijk zonder dialoog met allochtone minderheden de vorm van oetc doelt wel op een voortdu rende relatie en wisselwerking tussen de eigenheid van de allochtone groepen en de hen omringende multi referentiele realiteit de inhoud van oetc moet daarom een antwoord bieden op de ontwikkelingsbehoeften van allochtone minderheden in de vlaamse context deze opvatting doet recht aan de legitieme eisen van allochtone groepen om hun persoonlijk en sociale eigenheid en groepsidentificaties gestimuleerd en begeleid te zien centraal staat de ontwikkeling van referentiekaders die deels geinspireerd zijn door de erfcultuur en deels gericht zijn op een optimale deelname aan de multiculturele samenleving dergelijke referentiekaders zijn onontbeerlijk voor de ontwikkeling van een continue en evenwichtige identiteit daarnaast stimuleert oetc taalvaardigheid in zoveel mogelijk relevante gebruikssfe ren toenemende beheersing en relevant gebruik van de eigen taal bepalen voor een belangrijk deel de identiteitsontwikkeling daarom wordt het taalonderwijs in een 15 ontwikkelingsperspectief geplaatst dit moet ook een betere integratie in de totaliteit van het taalonderwijs toelaten 1 het taalleerproces moet aansluiten bij de kenmerken van het voorschoolse taalver wervingsproces 2 het taalonderwijs streeft een systematische en intentionele verdieping en verbre ding van taalvaardigheid na die voortbouwt op de initiele taalverwerving en het reikt de leerlingen hiervoor de geschikte taalmiddelen aan 3 de leerlingen verwerven een aantal vaardigheden die hen toelaten om op een zelf standige manier de beheersing van de eigen taal te vergroten 6 onderzoeksresultaten 6 1 de beginsituatie uit de interviews en vragenlijsten blijkt dat er over het algemeen een vrij negatief beeld over oetc bestaat op de betrokken scholen op schoolniveau wordt oetc nog vaak als een bedreiging ervaren voor de eigen heid van de school op veel van de betrokken scholen is het aantal anderstaligen op de totale schoolpopulatie sterk gestegen tijdens de laatste tien jaar veel vlaamse kinderen zijn uit de school gevlucht terwijl sommige scholen in het verleden extra inspanningen leverden voor de allochtone leerlingen zijn zij nu bang dat die extra aandacht nog meer vlaamse kinderen zal weghouden van de school de school schuift hierbij vaak de verantwoordelijkheid op de vlaamse ouders voor hen is het overwicht aan andere cultuurgroepen op school bedreigend zij voelen zich niet meer thuis op school in werkelijkheid vrezen veel directies dat door de invoering van oetc de eigenheid van de school volledig zal verdwijnen binnenkort worden wij een turkse school aldus een van de directies vaak wordt opgemerkt dat men het aantal goede leerlingen op de school wil behouden door oetc te organiseren trekt men vooral de minder goede leerlingen aan zo vertelt een directeur opvallend is dat vaak een onderscheid wordt gemaakt tussen oetc in het itali aans en oetc in het turks de aanwezigheid van italiaanse leerlingen wordt als minder bedreigend ervaren dan die van turkse leerlingen in sommige limburgse scholen stond men wel open voor het italiaans oetc maar botste turks oetc op negatieve reacties in het leerkrachtenteam italiaans oetc wordt als minder bedrei gend ervaren omdat italiaanse leerlingen zich naar hun gevoel al beter in onze samen leving hebben ingepast en minder georienteerd zijn op de herkomstcultuur daarente gen vindt men het turks oetc dat onbekender is en verder van hen afstaat meer bedreigend uit het voorgaande blijkt dat de betrokken scholen zich in een spanningsveld be vinden aan de ene kant willen zij de groeiende diversiteit in de samenleving erken nen en recht doen aan de andere kant willen zij de eigenheid van hun school behou den en kwaliteit bieden aan de leerlingen elke school neemt binnen dit spannings veld een andere houding aan maar opvallend is dat erkenning van het anders zijn vaak moeilijk te realiseren valt vooral wanneer de afstand tussen de minderheidscul 16 tuur en de dominante cultuur op school groot is scholen worden hier met een com plexe situatie geconfronteerd waarin zij belangrijke keuzes moeten maken de attitudes van de autochtone leerkrachten ten aanzien van het oetc passen binnen de globale attitude van de vlaamse school de meningen van de vlaamse groepsleer krachten over welke bedoelingen het oetc dient na te streven lopen sterk uiteen sommigen stellen dat de etc leerkrachten zouden moeten meestappen met de leerin houden die zij vooropstellen om ze dan te herhalen in de etc les oetc is volgens de meeste groepsleerkrachten opgezet om het leerrendement te verhogen zij zien echter weinig rendement en beschouwen oetc veeleer als bezwarend en remmend voor de leerlingen zij stellen dat etc leerkrachten bijvoorbeeld begrippen aan brengen in de eigen taal die ook heel nieuw zijn voor de leerlingen waardoor dit wei nig ondersteuning biedt voor het reguliere curriculum veel leerkrachten hebben het gevoel voortdurend te moeten remedieren en vinden dat zij de etc lestijden zelf goed zouden kunnen gebruiken in dit kader vindt een groepsleerkracht dat italianen zich meer zouden moeten aanpassen aan onze levenswijze bij sommige groepsleerkrachten wordt het gebruik van de eigen taal in hun klas toegestaan omdat het anders niet lukt op veel scholen wordt de eigen taal echter verboden omdat men vindt dat de leerlingen zo snel mogelijk nederlands moeten le ren en de school de enige plaats is waar deze leerlingen het zullen leren de samenwerking met hun etc collega s is volgens de meeste groepsleerkrach ten onbestaande of heel onsystematisch de afspraken die men tussendoor maakt beperken zich tot hoe de etc leerkrachten kunnen aansluiten bij het reguliere curri culum ook hier wordt de taal als het probleem gedefinieerd samenwerken met am bassadeleerkrachten zien de meeste groepsleerkrachten als quasi onmogelijk sommi gen stellen dat ambassadeleerkrachten zich niet wensen te identificeren met de migran ten en geen rol op zich nemen ten aanzien van de migrantengemeenschap enkele groepsleerkrachten zijn het beu telkens opnieuw te moeten investeren in een goede werkrelatie die nooit goed kan worden omwille van het taalprobleem en de 5 a 6 jaarlijkse wissel van de ambassadeleerkrachten op die manier hebben zij nooit zicht op rendement en hebben ze het gevoel telkens opnieuw te moeten beginnen de etc leerkracht wordt door veel groepsleerkrachten niet als een volwaardig lid van het schoolteam beschouwd de redenen leggen zij vaak bij de etc leerkrachten zelf het feit dat de etc leerkrachten geen nederlands begrijpen en of spreken als ook hun onwetendheid en vaak ook afkeuring van de leefwereld van de leerlingen of hun beperkte integratie in het leerkrachtenteam de etc leerkrachten zelf voelen zich geen volwaardig lid van het schoolteam som migen stellen dat hun autochtone collega s en directie hen vaak als professioneel minderwaardig beschouwen en hen niet betrekken bij het schoolgebeuren zij ervaren dit op verschillende vlakken er bestaat weinig interesse voor wat er in de etc lessen gebeurt zelden of nooit komt de directeur langs in de klas wat bij veel etc leerkrachten demotiverend werkt zelden komt oetc aan bod tijdens de teamvergaderingen op sommige scho len wordt hieraan wel aandacht besteed op andere niet meestal zijn de doelstelling 17 en van oetc niet opgenomen in het schoolwerkplan men beschouwt oetc als een uitbreiding een aanhangsel maar niet als een volwaardig deel van het program ma dit blijkt bijvoorbeeld ook uit het feit dat de evaluatie van oetc over het alge meen niet wordt meegerekend voor het eindrapport in sommige scholen wordt de etc leerkracht achtergesteld op materieel vlak het komt voor dat hij of zij niet over een lokaal beschikt om een etc les te geven indien er bijkomende activiteiten werden georganiseerd op school vielen etc lestijden meestal als eerste weg geen enkele van de betrokken etc leerkrachten mag mee beslissen bij de orien tering van de leerlingen naar het voortgezet onderwijs nochtans komen ouders dikwijls het advies van de etc leerkracht vragen sommige etc leerkrachten praten daarover spontaan met de ouders andere hebben het met de leerlingen over studie keuzes tijdens de les de etc leerkrachten worden wel gevraagd op te treden bij ge zagsproblemen over het algemeen hebben de etc leerkrachten de indruk niet ernstig genomen te worden door het schoolteam vaak heeft dit te maken met het feit dat de autochtone leerkrachten weinig vat hebben op oetc zij hebben geen zicht op de lespraktijk van de etc leerkracht beweren daarom geen onderwijskundig oordeel over oetc te kunnen uitspreken kunnen moeilijk inschatten welke opleiding de etc leerkracht heeft genoten of ervaren een taalprobleem in de communicatie al deze factoren wer ken in de hand dat er in het schoolteam weinig samenwerking bestaat en nogal wat vooroordelen groeien ten aanzien van oetc en de etc leerkracht op school 6 2 procesbeschrijving in wat volgt wordt dieper ingegaan op een aantal condities die naar boven zijn geko men tijdens het actieonderzoek deze condities zijn quasi onontbeerlijk voor een op timale organisatie van het oetc zij worden hieronder besproken en telkens met een representatief voorbeeld geillustreerd tijdens het onderzoeksproces is gebleken dat een goede samenwerking tussen de etc leerkracht en de groepsleerkracht van groot belang is voor een zinvol en effici ent oetc op de meeste scholen waren reeds heel wat factoren aanwezig om zinvol samen te werken en te overleggen maar deze werden zelden toegepast voor oetc opdat een dergelijke samenwerking kon ontstaan in het kader van het onderzoek is ervoor gezorgd dat aan enkele minimale voorwaarden was voldaan de taal vormde niet langer een probleem omdat twee leden van het onderzoeks team respectievelijk van turkse en italiaanse afkomst en tweetalig waren aan nieuwe ambassadeleerkrachten werd de leef en belevingswereld van deturk se of italiaanse leerlingen die in vlaanderen zijn geboren en of opgegroeid duide lijk gemaakt de ontwikkelde visie op oetc werd verduidelijkt indien nodig kregen de etc leerkrachten meer informatie over het vlaamse on derwijssysteem 18 verder werd de samenwerking mogelijk gemaakt door de themaplanningen en ver helderingen te organiseren op momenten waarop de betrokken leerkrachten samen klasvrij waren bij de organisatie hiervan werd rekening gehouden met de meningen van de leerkrachten zelf bij de inhoudelijke uitwerking van de thema s stimuleerden en ondersteunden de betrokken onderzoekers de etc en de groepsleerkracht om de beoogde doelstellingen zoveel mogelijk op elkaar te laten afstemmen of bij elkaar te laten aansluiten dit gebeurde zowel bij de eerste brainstorm rond het gekozen thema als bij de bespreking van de concrete themavoorbereiding de voordelen van zo n samenwerking zijn groot oetc is op deze manier niet langer een zaak van de etc leerkracht alleen maar wordt gezien als een schakel in de alge mene doelstellingen ook al verloopt oetc nog het vaakst in afzonderlijke taalgroe pen door de aansluiting van de doelstellingen op de rest van het curriculum wordt het meer geintegreerd in het hele schoolgebeuren een efficiente samenwerking geeft autochtone en allochtone leerkrachten de mogelijkheid om hun eigen persoonlijke en culturele referentiekaders van waaruit ze denken en handelen te duiden aan elkaar zo leren leerkrachten van elkaar in de betrokken scholen ontstond er een werkrelatie waar beide partijen iets aan hadden de samenwerking leidde tot reflectie en discus sie over algemene en specifieke doelstellingen van het oetc voor de etc leer kracht had dit als voordeel dat hij zij meer zicht kreeg op het geheel van pedagogi sche en didactische opvattingen van de school de groepsleerkracht kreeg op deze manier een beter beeld van de inhoudelijke doelstellingen van het oetc en het con creet verloop van de etc les de samenwerking bood beide leerkrachten ook de mo gelijkheid om bepaalde culturele kenmerken en hun respectieve betekenis voor de leerlingen beter te duiden aan elkaar door deze samenwerking groeide bij de autochtone leerkrachten het inzicht dat etc lessen belangrijk op zich zijn en dat er mogelijkheden bestaan om gemeen schappelijke doelstellingen na te streven vergelijk de volgende observatie in het thema zo zijn onze manieren bij het huwelijk kregen de turkse leer lingen van het 5de en 6de leerjaar de opdracht om hun groepsleerkracht te interviewen over gewoontes bij het huwelijk in vlaanderen doordat deze taak in de etc les was gegeven voelden de leerlingen zich veilig om aller hande vragen hieromtrent aan de groepsleerkracht te stellen door dit inter view kwamen zij bijna automatisch op het onderwerp van seksuele voorlich ting dankzij deze samenwerking vond de vlaamse leerkracht voor het eerst een interessante en bovendien natuurlijke ingang om dit onderwerp aan te snijden in de klas iets wat hem tot dan toe niet was gelukt een ander belangrijk voordeel van de samenwerking was het feit dat de etc leer kracht zich erkend voelde in zijn haar professionaliteit en zich aanvaard voelde als lid van het schoolteam de vlaamse leerkracht leerde door deze samenwerking het referentiekader van allochtone leerlingen en leerkrachten beter kennen en kon daar door de leefwereld van de leerlingen beter duiden en zinvol aanwenden niet alleen betekende een oetc gebaseerd op een efficiente samenwerking een voordeel voor 19 de leerkrachten ook en vooral voor de leerlingen had dit oetc een meerwaarde de meerwaarde was het grootst voor de allochtone leerlingen hun eigen ervaringen werden op school als een relevant referentiekader opgenomen en gehanteerd de al lochtone leerlingen leerden hun culturele kenmerken begrijpen en passend aanwen den naargelang de situatie waarin zij verkeerden bovendien kregen zij de kans om hun vaardigheid in de eigen taal op een efficiente manier te ontwikkelen ook de vlaamse leerlingen konden voordelen ervaren bij een goed functionerend oetc op school bijvoorbeeld in gemeenschappelijke lessen zij leerden andere referentieka ders kennen en leerden nadenken over de eigen culturele vanzelfsprekendheden daarnaast leerden zij omgaan met meertaligheid op school dit illustreert dat oetc niet alleen een meerwaarde kan betekenen voor allochtone leerlingen maar beteke nisvol kan zijn voor de hele school een andere vaststelling is dat de betrokken leerkrachten tijdens het verloop van het onderzoek zelf initiatieven namen met betrekking tot de organisatie en de inhoud van het oetc op de school sommige etc leerkrachten en groepsleerkrachten zochten samen naar mogelijkheden om de geplande thema s verder uit te werken er ontstond tijdens het project ook een groeiende interesse bij andere collega s vergelijk de vol gende observatie in een limburgse school werden de griekse en de turkse etc leerkracht be trokken bij de uitwerking van het thema taal leeft in het italiaans oetc dit was een initiatief van de ovb kernpersoon die tijdens het actie onderzoek als spilfiguur fungeerde op de school de gezamenlijke uitwerking van het thema mondde uit in een eerste gemeenschappelijke les waarbij de verschil lende leerkrachten turkse griekse italiaans vlaamse voor de hele klas groep een stukje van een prentenverhaal vertelden in de eigen taal de daarop volgende lessen gebeurden in de verschillende taalgroepen en handelden over taalvariatie in de respectieve taal afsluitend werd opnieuw een gemeenschap pelijke les georganiseerd zowel voor de leerkrachten als voor de leerlingen was dit een heel nieuwe en positieve ervaring dit blijkt ook uit de hoge be trokkenheidsscores van de leerlingen tijdens de eerste gemeenschappelijke les om tot een efficiente samenwerking te komen zijn nog enkele condities belangrijk in het actie onderzoek werd gestreefd naar een maximale erkenning en stimulering van de emancipatorische intentie van het oetc met het oetc wordt niet enkel cultuur behoud nagestreefd het doel reikt verder het biedt leerlingen inhouden aan om fun damenteel te leren omgaan met hun culturele kenmerken deze culturele kenmerken worden ook gekoppeld aan andere sociale relaties waardoor de leerlingen op termijn in staat zijn eigen keuzes te maken zonder afstand te moeten nemen van hun eigen heid binnen het onderzoeksproces werd dit aanvankelijk uitgelegd zonder de etc leerkrachten in die richting te sturen tijdens planningen uitvoeringen en verhelde ringen van thema s werden de elementen die zij daartoe aanreikten wel extra bena drukt op die manier werden hun objectiverende acties met betrekking tot culturele 20 kenmerken ruimer gekaderd waardoor de ontwikkelde visie van oetc voor hen al doende duidelijker werd vergelijk de volgende observatie in het thema zo zijn onze manieren bij het huwelijk had de etc leerkracht doelstellingen voorbereid die achteraf met de groepsleerkracht besproken wer den een van de doelstellingen was kunnen begrijpen waarom turken die hier opgroeiden trouwen met iemand uit turkije de etc leerkracht wou de leerlingen tot het inzicht brengen waarom de meeste turken kiezen voor ie mand uit turkije de groepsleerkracht vond dit geen doelstelling maar iets wat de turkse jongeren beter niet meer zouden doen omdat hun verdere integratie in de vlaamse samenleving erdoor wordt bemoeilijkt door de samenwerking kwamen deze opvattingen aan het licht en moesten de doelstellingen verder uitgeklaard worden er werd besloten dat het belangrijk is dat de turkse kin deren hun gewoontes en tradities kunnen begrijpen en dat turkse gewoontes niet worden beoordeeld vanuit een vlaams referentiekader voor de autochto ne leerkracht was het belangrijk te weten dat hij zijn eigenheid kon bewaren zonder de eigenheid van o a de turkse leerlingen te be of veroordelen het voorgestelde oetc gaat veel verder dan de traditionele visie te bevestigen bij de meeste leerkrachten was deze bedoeling wel aanwezig maar kwam ze slechts intu itief of toevallig aan de orde het lijkt ons noodzakelijk om de emancipatorische in tentie van oetc verder te expliciteren zodat doelstellingen in die richting kunnen worden geformuleerd en nagestreefd tijdens het actie onderzoek is duidelijk gebleken dat de vlaamse leerkrachten deze emancipatorische intentie van het oetc heel belangrijk en vernieuwend von den het bestaande bedreigingsgevoel bij autochtone leerkrachten ten aanzien van het oetc viel voor een groot stuk weg vooral toen bleek dat ook de etc leerkracht die emancipatorische rol op zich nam precies deze emancipatorische intentie van het oetc bleek het samenwerkingspunt bij uitstek de verrijkende rol die het oetc kan hebben werd duidelijk en de samenwerking kreeg meer en meer vorm ingeleid worden in het pedagogisch project van de school is een andere belangrijke conditie om een efficiente samenwerking uit te bouwen het was verwonderlijk dat etc leerkrachten die toch deel uitmaakten van het leerkrachtenteam niet op de hoogte waren van de gewoontes tradities en doelstellingen van de school het gebrek aan communicatie omwille van taalproblemen lag dikwijls aan de basis van deze on wetendheid als van de etc leerkracht verwacht wordt dat hij of zij integraal deel uitmaakt van het leerkrachtenteam dan moeten voor deze problemen oplossingen gevonden worden vergelijk de volgende observatie op een school rees een misverstand over hoe de leerinhoud het ontstaan van de mens gekaderd kon worden de groepsleerkracht had gewerkt rond de evolutietheorie de turkse etc leerkracht stond voor een dilemma bij de be handeling van deze leerinhoud tijdens de etc les gedurende zijn leservaring in turkije werd het ontstaan van de mens vanuit twee verschillende referentie 21 kaders aangebracht de evolutietheoretische en de godsdienstige de etc leerkracht wist niet welke aanpak wenselijk was in de vlaamse school en heeft dan maar beide kaders aangereikt wat negatieve reacties uitlokte bij zijn autochtone collega s uit informele gesprekken konden wij afleiden dat deze leerkracht zich onmachtig voelde tijdens de uitvoering van het thema in de klas achteraf werd duidelijk dat de etc leerkracht nog nooit gehoord had van een pedagogisch project het is duidelijk dat als de etc leerkracht het pedagogisch project van de school niet kent hij of zij veel fouten kan maken het is te gemakkelijk tekortkomingen bij de etc leerkracht te leggen als die niet steeds over de nodige informatie beschikt dat het ook anders kan illustreert het volgende voorbeeld op de freinetschool die aan ons onderzoek deelnam wist de etc leerkracht heel goed wat de bedoelingen waren van de school en hoe die vertaald werden in de freinetmethode zij had net als haar vlaamse collega s de nodige in formatie hierover gekregen hier kwamen misverstanden over het pedago gisch project niet voor waardoor de samenwerking vlot liep en de etc leer kracht zich als lid van het leerkrachtenteam aanvaard wist uit interviews en informele gesprekken is gebleken dat de algemene deskundigheid van de etc leerkrachten vaak onvoldoende erkend wordt op de school bij het be oordelen van de leerlingen wordt niet gevraagd naar de mening van de etc leer kracht zijn of haar inzichten met betrekking tot hun prestaties worden vaak als niet belangrijk beschouwd de etc leerkracht wordt zelden ingelicht over de prestaties van de leerlingen bij de autochtone leerkrachten enkele etc leerkrachten brachten aan dat zij enkel aangesproken worden indien autochtone leerkrachten gezagsproble men hebben behalve een gebrek aan erkenning van de professionaliteit van de etc leerkracht bestaat ook een kloof tussen zijn of haar status als leerkracht en die van de autochtone leerkrachten dit is gebleken uit het feit dat de etc leerkracht vaak het eerste slachtoffer is bij organisatorische problemen op school erkend worden in de professionaliteit is een voorwaarde om op gelijke voet te kun nen samenwerken de etc leerkrachten mogen niet benaderd worden als leerkrach ten met tekortkomingen maar als deskundigen op hun terrein op die manier krijgen zij een evenwaardige rol binnen het leerkrachtenteam en krijgen zij de kans om hun opvattingen en mogelijkheden maximaal te benutten tijdens het actie onderzoek groeide zowel bij de etc leerkrachten als bij de groeps leerkrachten een positieve attitude ten aanzien van de organisatie van en de emanci patorische visie op oetc naarmate het actie onderzoek vorderde kregen de betrok ken leerkrachten een duidelijker en coherenter beeld van de visie op oetc zoals voorgesteld in het raamcurriculum globaal beschouwd waren de bevindingen van de leerkrachten na het eerste thema positief enkele etc leerkrachten vonden niet al leen de manier van werken maar ook de inhoud die zij in dit oetc konden leggen 22 interessanter voor de leerlingen deze leerkrachten zijn van plan om op deze manier verder te werken vergelijk het volgende citaat door dit project is er verandering in het opstellen van de lessen vroeger dachten we nooit na over doelstellingen hetgeen ik heel interessant vond is dat we over bepaalde aspecten zijn gaan reflecteren de manier van werken de voorbereiding van de lessen dat is veranderd thema s zijn meer uitge diept en vanuit een andere hoek benaderd dit was positief aan het project etc leerkracht winterslag uit informele gesprekken en interviews met de betrokken leerkrachten blijkt dat zij de organisatie van oetc tijdens het actie onderzoek positief hebben bevonden hoe wel er aanvankelijk vooral bij de autochtone leerkrachten een zekere weerstand bestond na twee experimenteerjaren kunnen we stellen dat de aanvankelijke weer standen langzaam maar zeker wegebben vergelijk ik vond de hele tijd door de samenwerking heel aangenaam zelfs inspire rend ik zie het heel goed zitten om op die manier verder te werken ik denk wel dat ik in een uitzonderlijke situatie zit omdat wij een zeer goede etc leerkracht hebben groepsleerkracht gent 7 conclusies het actie onderzoek heeft in voldoende mate kunnen aantonen dat ook in de huidige omstandigheden oetc kan worden georganiseerd dat als zinvol en efficient ervaren wordt door alle betrokken actoren alvorens kan worden gewerkt aan een verdere ondersteuning en professionalisering moet aan de volgende minimale voorwaarden worden voldaan 1 de etc leerkracht moet het nederlands beheersen zodat samenwerking met au tochtone collega s mogelijk wordt 2 de etc leerkracht moet op de hoogte zijn van het vlaamse onderwijssysteem 3 de etc leerkracht moet efficient kunnen inspelen op de leef en belevingswereld van de allochtone kinderen die in vlaanderen geboren zijn opgroeien en school gaan naast de minimale voorwaarden ten aanzien van de etc leerkrachten hebben we uit het actie onderzoek enkele optimale condities kunnen afleiden ten eerste mag de eigenheid van de school niet uit het oog verloren worden het is belangrijk dat er aan de optimalisering van oetc wordt gewerkt vanuit de reele schoolcontext ten twee de moet de emancipatorische intentie van oetc maximaal benut worden cultuur en identiteit moeten als dynamische concepten benaderd worden waarbij de etc leer kracht verder gaat dan het louter bevestigen van traditionele opvattingen het lijkt ons noodzakelijk om deze emancipatorische intentie verder te expliciteren zodat 23 doelstellingen in die richting kunnen worden geformuleerd en nagestreefd ten derde moet het pedagogisch project van de school ook duidelijk zijn voor de etc leer kracht het zou onterecht zijn om tekortkomingen enkel bij de etc leerkracht te leg gen terwijl hij zij niet steeds over de nodige informatie beschikt ten vierde is de samenwerking tussen de etc leerkracht en de vlaamse collega s onontbeerlijk sa menwerking vormt een belangrijke stap in de uitbouw van een zinvol oetc de ma nier waarop deze samenwerking tot stand wordt gebracht moet door de leerkrachten zelf gekozen kunnen worden ten vijfde moet de etc leerkracht erkend worden in zijn haar professionaliteit als leerkracht zolang de etc leerkrachten gezien worden als personen met tekorten kunnen zij zich niet optimaal integreren in een schoolteam deze optimale condities kunnen worden beschouwd als optimaliseringsprincipes waardoor de organisatie van oetc efficienter kan verlopen op school dit betekent dat uit het actie onderzoek geen algemeen optimaliseringsmodel wordt voorgesteld dat zou gelden voor alle scholen het gaat veeleer om principes die op schoolniveau moeten worden toegepast teneinde een zinvol oetc te kunnen uitvoeren bovendien is het uiterst belangrijk om het oetc bij het reguliere curriculum te laten aansluiten zodat het integraal deel uitmaakt van het schoolgebeuren en een reele kans op slagen krijgt het is gebleken dat indien deze condities gerealiseerd zijn de vooroordelen en problemen tot de juiste proporties worden herleid en niet meer onoverkomelijk zijn dit vraagt wel een engagement van de school zolang oetc beschouwd wordt als een minderwaardig onderdeel van het pedagogisch project van de school is het niet zinvol het is noodzakelijk dat oetc een zaak wordt van de hele school dit onderzoek in reele schoolcontexten heeft aangetoond dat de condities daarvoor haal baar en realistisch zijn 8 discussie tot op heden blijft de legitimeringsdiscussie rond oetc bestaan we willen hier even stilstaan bij deze discussie om te achterhalen wat mogelijke mechanismen en opvattingen zijn die aan de grondslag hiervan liggen dit leidt tot een aantal beschou wingen over de rol van oetc in een multiculturele samenleving voor en tegenstanders verdedigen elk hun argumenten maar slechts weinig empi risch onderzoek kan ter ondersteuning worden aangehaald in nederland heeft men hetzelfde fenomeen gekend lucassen kobben 1992 geven een verklaring voor deze patstelling tussen voor en tegenstanders om te begrijpen waarom de kloof tussen voor en tegenstanders van het oetc zo groot is geworden moeten we ons realiseren dat het hier niet alleen een onderwijstechnische zaak betreft er is geen uitgebreide studie voor nodig om te constateren dat deze kwestie onlosmakelijk verbonden is met dieperlig gende verschillen in opvatting over de plaats van minderheden in de neder landse samenleving lucassen kobben 1992 147 24 in die zin kan het oetc beschouwd worden als een knooppunt van keuzes met be trekking tot de plaats van minderheden in de samenleving extreem gesteld liggen de keuzes op een continuum tussen aan de ene kant assimilatie waarbij men stelt dat de minderheden hun eigen taal en cultuur moeten opgeven om zich te kunnen aanpassen aan de dominante taal en cultuur van hun omgeving en aan de andere kant pluralis me waarbij men pleit voor diversiteit en behoud van eigen taal en cultuur van min derheden het ideologisch kader van waaruit men denkt hangt meestal nauw samen met de opvattingen en visies over oetc voorstanders van het oetc erkennen de emancipatorische rol die het oetc kan vervullen waarbij de eigen taal en de culturele kenmerken van allochtone kinderen respectievelijk als relevant communicatiemiddel en referentiekader kunnen fungeren op school zij zien het oetc positief ontwikkelen als de allochtone en autochtone leerkrachten kunnen samenwerken en aan de minimale voorwaarden is voldaan tegenstanders daarentegen zien het nut niet in van het verder ontwikkelen van de eigen taal en vinden dat het behoud van identiteit of cultuur een zaak van de min derheden zelf is en geen taak van de vlaamse school heel vaak wordt gesteld dat oetc alleen wenselijk is als het de integratie niet in de weg staat de eigen taal wordt tegenover het leren van het nederlands geplaatst men gaat er vanuit dat als je je eigen taal verder ontwikkelt dit de verdere ontwikkeling van een tweede en of der de taal in de weg staat dat er na twintig jaar oetc nog altijd dezelfde discussie wordt gevoerd kan naar onze mening alleen te wijten zijn aan een hardnekkig maar vaak onderhuids en on bewust assimilatiedenken meestal wil men het liefst vasthouden aan onderwijs met een taal en een cultuur terwijl men tegelijkertijd het interculturele discours en het non discriminatiebeleid hoog in het vaandel draagt de groeiende diversiteit in het onderwijs wordt dikwijls ervaren als een reele bedreiging erkenning van diversiteit wordt vaak ervaren als een verlies van kwaliteit voor de school de oetc discussie is relevant omdat aan de grondslag hiervan allerlei mechanismen liggen die verklaren waarom homogenisering in het onderwijs nog steeds een heersende tendens is enerzijds is er de controle tendens in het onderwijssysteem een dergelijke tendens uit zich bijvoorbeeld in het soort vraagstelling dat leerkrachten hanteren in hun on derwijspraktijk doorgaans is deze erg gesloten jaspaert linsen 1997 ruimte laten voor verscheidenheid in het onderwijs betekent voor de leerkracht controle uit handen geven de meeste leerkrachten in ons onderwijssysteem zijn eentalig wan neer een leerkracht bijvoorbeeld rekening wil houden met de eigen taal van alle leer lingen brengt dit met zich mee dat hij zij controle moet afstaan over het leerproces wat leerlingen vanuit hun eigen leefwereld in het leerproces binnenbrengen valt vaak buiten de controle van de leerkracht vooral als het gaat om leerlingen die een andere dan de dominante taal en cultuur van de school bezitten zij brengen een voor de leerkracht meestal nieuwe en onbekende wereld binnen op school wat gevoelens van onzekerheid en bedreiging met zich kan meebrengen 25 anderzijds wijst de homogeniseringstendens erop dat ondanks het gelijkheidsideaal van het onderwijs bestaande ongelijkheid in de maatschappij gereproduceerd wordt in het onderwijs bourdieu passeron 1977 het onderwijs is als het ware een weerspiegeling van de manier waarop groepen zich ten opzichte van elkaar positione ren in de maatschappij groepen zoals allochtonen of mensen uit een lager sociaal milieu worden meestal niet als zodanig erkend of gewaardeerd in het onderwijs hun ondergeschikte positie in de maatschappij ten aanzien van de dominante vlaamse cultuur uit zich in het onderwijs vaak echter ligt onwetendheid aan de basis van vooroordelen en een onterecht bedreigingsgevoel ten aanzien van de ander als ik de ander niet ken denk ik ook makkelijker dat mijn eigen leefwereld waardevoller is dan die van de ander het onderzoek waarvan hier verslag is gedaan is een eerste poging om de intrinsieke waarde van oetc duidelijk te maken uit de resultaten van het actie onderzoek blijkt dat een pluralistisch standpunt ten aanzien van meertaligheid en culturele diver siteit niet langer kan uitblijven wil men alle leerlingen voorbereiden op een multicul turele samenleving de samenwerking tussen allochtone en autochtone leerkrachten vormt de kern van een zinvol en efficient oetc dit betekent dat oetc niet langer marginaal is maar een zaak wordt van de hele school indien men met oetc iets wil bereiken dan is het noodzakelijk om met het hele schoolteam een keuze te maken en een visie te ont wikkelen die haalbaar is op de eigen school alvorens men tot een dergelijke stap kan overgaan is het noodzakelijk om ook de eigen taal en de cultuurbeleving van de al lochtone groepen als relevant referentiekader te erkennen op een vlaamse school hier vormt echter het assimilatiedenken een grote hinderpaal het dominante karakter van een doorsnee vlaamse school luidt nog steeds een school een taal een cultuur dit is uiteraard de eenvoudigste keuze en ze komt meestal voort uit een bezorgdheid om de allochtone leerlingen zo ver mogelijk in het vlaams onderwijssysteem te laten vorderen daarbij verliest men uit het oog dat ook andere leerinhouden relevant kun nen zijn voor de affectieve en cognitieve ontwikkeling van deze leerlingen het is moeilijker en het vraagt meer inspanning om een schoolsfeer op te bouwen waar plu ralisme meertaligheid en multiculturaliteit een normaliteit zijn en waarbij oetc een van de keuzemogelijkheden is veel hangt af van de achterliggende opvattingen en visies op oetc oetc dat de emancipatorische intenties benadrukt m a w leerlingen wegwijs maakt in verschil lende werelden en zich niet beperkt tot een heel enge visie op de eigen taal en cul tuur zal wellicht beter de vaardigheden van de leerlingen ontwikkelen om te leren met andersdenkenden om te gaan oetc zoals ontwikkeld in bovenstaand onder zoek helpt leerlingen door hen te leren hun eigenheden beter te kaderen en aan te wenden in de verscheiden context waarin zij leven oetc kan in dit continu proces een ondersteunende rol bieden mits de invulling ervan voldoende emancipatorisch is het nadeel van de huidige organisatie van oetc blijft echter dat allochtone leerling en gesegregeerd worden van hun reguliere klasgroep op deze manier wordt de schei 26 ding tussen hun wereld en die van hun autochtone klasgenoten in stand gehouden een eerste stap om oetc meer in het regulier curriculum te integreren is het laten afstemmen van doelstellingen op elkaar en het organiseren van gemeenschappelijke lessen het is wenselijk dat oetc een volwaardige plaats krijgt binnen het regulier onderwijscurriculum op schoolniveau kan oetc een motor zijn om ook op andere vlakken te werken aan een grotere openheid voor andere talen en identiteiten oetc creeert meer ruimte voor diversiteit en het leren omgaan met die diversiteit oetc kan het taalbeleid van een school opentrekken naar een grotere openheid voor andere talen en identiteiten oetc creeert meer ruimte voor diversiteit en het leren omgaan met die diversiteit oetc kan het taalbeleid van een school opentrekken naar een grotere heterogeniteit waardoor meertaligheid en intercultureel onderwijs veeleer als iets normaals en verrijkends worden gezien dan als een rem een dergelijke verbete ring van de positie van oetc op school biedt niet enkel garanties voor een betere samenwerking tussen autochtone en allochtone leerkrachten dit houdt ook in dat het oetc niet langer beschouwd wordt als een vak dat losstaat van de andere leerinhou den wil een integratieve opzet slagen dan is curriculum coordinatie een niet te ver waarlozen factor de link tussen oetc en de andere pijlers van het ovb zoals nt2 ico en zorgbreedte moet worden geexpliciteerd het leren omgaan met anders zijn het ontwikkelen van een efficiente aanpak in taalonderwijs of het omgaan met hetero geniteit in de klas zijn slechts enkele aspecten die zowel in oetc als in nt2 ico en zorgbreedte aan bod komen noot 1 met een gestructureerd en efficient oetc wordt bedoeld een oetc dat resultaten oplevert voor zowel leerkrachten als allochtone en autochtone leerlingen bibliografie aarts r j j de ruiter l verhoeven 1993 tweetaligheid en schoolsucces relevantie en opbrengst van etnische groepstalen in het basisonderwijs tilburg tilburg university press bourdieu p j c passeron 1977 reproduction in education society and culture beverly hills c a sage carr w s kemmis 1986 becoming critical education knowledge and action research lewis falmer press elliot j 1993 action research for educational change milton keynes philadelphia open university press jaspaert k b linsen 1997 succes verzekerd effecten van invoering van taakgericht onderwijs moer 6 362 373 jaspaert k m verlot 1992 taalkundige en culturele gevolgen van een multi etnische samenleving voor het nederlandstalig onderwijs ons erfdeel 2 213 221 jong e de 1996 integrating language minority education in elementary schools an explo ratory study into the realities of integration b a m a tilburg university onuitgegeven doctoraalscriptie 27 laevers f ed 1993 leuvense betrokkenheidsschaal voor kleuters reeks onderzoek opleiding en begeleiding leuven centrum voor ervaringsgericht onderwijs laevers f a peeters p vanwijsberghen eds 1994 leuvense betrokkenheidsschaal voor leerlingen reeks onderzoek opleiding en begeleiding leuven centrum voor erva ringsgericht onderwijs lucassen l a j f kobben 1992 het partiele gelijk controverses over het onderwijs in de eigen taal en cultuur en de rol daarbij van beleid en wetenschap 1946 1964 amster dam lisse swetz zeitlinger pinxten r m verlot 1997 intercultureel onderwijs inleidende opmerkingen in m ver lot s sierens cultuurstudies themanummer intercultureel onderwijs 3 1 7 sierens s 1993 het onderwijs in eigen taal en cultuur een omstreden onderwijsvorm in j ramakers ed migranten en onderwijs reeks steunpunt migranten cahiers leuven k u leuven hiva 4 77 110 snytsers f 1994 raamcurriculum oetc vl o r intern document snytsers f 1996 onderwijsleerplan stimulering allochtone taal en identiteitsontwikkeling italiaans en turks vl o r onuitgegeven spoelders m prom k jaspaert co prom k delrue g ramaut k hillewaere e a 1996 optimaliseringsmodellen van onderwijs in eigen taal en cultuur eindrapport r u gent vakgroep pedagogiek steunpunt ico k u leuven steunpunt nt2 28