Overal kloven – Hier en daar en vlonder

Publicatie datum: 1980-01-01
Auteur: Wam de Moor
Collectie: 11
Volume: 11
Nummer: 3
Pagina’s: 2-14

Documenten

wam de moo r overal kloven terugblik hier en daar een vlonder wam de moor geeft literatuurdidactiek aan de nijmeegse universiteit hier blikt hij terug op twintig jaar literatuuronderwijs in nederland dat doet hij natuurlijk niet vanaf een academische hoogte als scholier en later als leraar en op eidei heeft hij deze periode meebeleefd en meegemaakt in die periode hebben zijn opvattingen zich ook ontwik keld hij eindigt zijn stuk met een aantal aanbevelingen die stoelen op die opvattingen de noten bij dit artikel geven een nuttige literatuurlijst voor de liefhebber een generalisatie kunnen we thans niet laten de ten literatuuronderwijs begint aan moeders leraar nederlands woont in een zojuist gereno schoot men zou het dan misschien eerder fictie veerd pand onderwijs moeten noemen willem jan otten en marijke hilhorst vn 1978 het begrip literatuur reserveer ik in dit artikel voor de voornamelijk fictionele teksten waarmee kom fin kom fin nee maar nou nee ga nou literaire critici en literatuurwetenschappers zich weg nee nou de dominees en de schoolmees bezighouden onder triviaalliteratuur versta ik de ters zich met de nieuwe hollandsche letterkunde produkten voor de massa die geleverd worden gaan bemoeyen n o u zal t denk ik pas h eel goed door de legbatterijen van het boekwezen ik denk worden daarbij graag aan het oudere begrip ontspan lodewijk van deyssel de scheldkritieken ningslectuur dat maakt meteen duidelijk dat ed prick amsterdam 1980 pag 34 8 naar mijn idee juist de triviaallectuur de afgelo pen jaren om emancipatorische redenen mis vooraf dit ik begin met een terugblik op het bruikt is en het kind dat deze lectuur wilde lezen literatuuronderwijs in de hoogste klassen van evenzeer2 mavo havo en vwo dat doe ik omdat in mijn ar tikel de nadruk ligt op het samenvatten van een va nu it de aarzel ing aantal gebeurtenissen op het gebied van de litera tuurdidactiek toen de redactie vroeg of ik voor dit nummer mijn eigen opvattingen komen overeen met die over het literatuuronderwijs voor enig overzicht van een steeds grotere groep didactici en docen zou kunnen zorgen heb ik bedenkelijk gekeken 2 de discussies over literatuur en over onderwijs tot 1969 bevat levende talen regelmatig opstel zijn oeverloos wie in beide gebieden thuis raakt len over literatuur maar zelden over literatuur moet wel steeds meer aarzeling voelen om ook onderwijs tien van de door lemmens peeters nog eens zijn licht op de zaak te laten schijnen 1973 verzamelde opstellen dateren uit de jaren maar anderzijds een fatsoenlijk mens is nooit te 1969 1972 slechts vijf uit de negen jaar daar vreden hij wil vooruit hij wil waar het hem no voor diglijkt de dingen veranderen zichzelf en ande ren situaties en structuren die niet deugen in sa opvattingen omstreeks 196 0 menleving onderwijs literatuuronderwijs teun a van dijk koos in zijn door jan en alleman ge de manier waarop anno 1960 over literatuuron millimeterde bullebak het literatuuronderwijs op derwijs gedacht werd door wie zich daar echt zor schon 3 die ingang wat wil ik voor een maat gen om maakt lijkt mij goed gedemonstreerd in schappij een met mondige mensen die zich ge het befaamde a rt ikel van antal sivirsky over de lijkwaardig voelen wat heb ik dan voor onder onderwijsbaarheid van de le tt erkunde sivirsky wijs nodig een dat hie rt oe bekwaamt dat de wees vanuit het klimaat waarin een jaar later zelfstandigheid bevordert het liefst projectonder merlyn ontstond de literatuurles gevuld met wijs hoe zal mijn literatuuronderwijs er dan uit biografische en historische feitjes af als aardig zien zo dat het ontzag voor het unieke kunst voor het examen prima toetsbaar dat wel de werk verdwijnt de hoogten wegscherend de bittertafel en een mooie lezing men ziet bij hem valleien vullend alle geschreven teksten waarin ik een vurig geloof in wat hij noemt het mircosco als lezer gemanipuleerd word zijn mijn literatuur pisch literatuuronderwijs wat hij vooral mist is vormen mijn leerstof literatuuronderwijs is iden een metataal om met de leerlingen over alle facet tiek aan tekstonderwijs van dijk is een fatsoen ten van de literaire tekst een intellectueel gesprek lijk mens hij wil vooruit toch maakte hij door te voeren hij toont zich e rv an ove rtuigd dat zijn teko rt aan didactisch inzicht een caricatuur lyriek moeilijk is te onderwijzen maar met proza van het emancipatorisch moedertaalonderwijs dat lijkt er niets aan de hand de lezers van dit blad in de loop der jaren hebben ik hoor een stem heel uit de verte als ik lees de leren kennen en bewees daarmee een goede zaak controle op de apperceptie van de thematiek het een slechte dienst de stellige toon van zijn begrip van de filosofische ondergrond de aanvoe discussiestuk getuigde van een overmoed waar ling van de emotionaliteit het besef van de ade over slechts degene beschikt aan wie de dagelijkse quaatheid der uitdrukkingsmiddelen het inzicht problematiek van het lesgeven in een klas van in s schrijvers idioom kan schematisch gebeuren dertig pubers onbekend is de opdrachten bij beurten responsies proefwer ken en examens kunnen in hoge mate exact zijn toene mende aandacht voor lite ratuurdid actie k de leerling van de hogere klassen van het vhmo is na weinige lessen zelf in staat zijn methode van wie vooruit wil moet af en toe schatten hoe ver onderzoek vast te stellen en zijn excerpt dien hij gevorderd is en terugkijken op de afgelegde overeenkomstig nauwgezet uit te werken 8 weg ik doe dat door terug te bladeren in de lite dat geluid hoezeer ook thans nog van toepassing ratuur over het literatuuronderwijs en kies daar op het franse moedertaal literatuuronderwijs uit het is pas de laatste jaren een flink pakket klonk mij als beginnend leraar al oud en voorbij geworden het bestaat uit een aantal didactische in de oren vooral door mijn contacten met theo handleidingen bundels met artikelen over lite vesseur die in de jaren zestig op de ivo school in ratuuronderwijs5 discussieboeken3 e en uit een amsterdam voor de werkschuit en ons leeken berg artikelen die praktisch uitsluitend in de bei spel een van de eerste propagandisten was van de didactische tijdschriften meer in levende een open leerplan waarin de leerling een centrale talen dan in moer zijn verschenen opmerke plaats inneemt de opvoeding tot mens zal in lijk is dat de grote stroom pas na 1970 is losgeko zich verv a tten de opvoeding tot omgang met an men rond 1975 in een mate die vijf didactici dere mensen en hun scheppingsproducten daar onder wie lubbers en vos de moed gaf een onder is het boek er een zo schreef hij dat op derde tijdschrift te beginnen nederlands helaas pag 12 van zijn inspirerende boekje boek en na vijf nummers ter ziele gegaan spele dat naast improviseren en dramatiseren 3 meikinderen10 althans voor mij de eerste en ja voor het andere dominerende literatuuronder renlang voornaamste bron was om binnen het wijs dat van de structuur analytische methode literatuuronderwijs de leerling even belangrijk te de poezie buiten dit betoog houdend daar vinden als de literatuur en literatuuronderwijs te moet apart over geschreven worden 14 zie ik in integreren in de moedertaalles niet helemaal indringend lezen 2 een bundel met zeer goed ge want daar waren we nog te half voor toen lode kozen verhalen en een zwak uitgewerkte metho wick bleef mee functioneren in de hoogste klas de maar nu nader ik vaarwater dat ik een andere sen keer wil oversteken dat van het schoolboek s toch namen tegenover de historische behande wat zowel van de historische als de structuur ling van de literatuur al de samenstellers van de analytische methode zoals deze doorgaans wor didactische handleiding voor de leraar in de moe den uitgevoerd gezegd kan worden is dat zij elk dertaal onder redactie van van dis stelling zij op zich of deel uitmakend van een thematische onder hen waren de hoogleraren brandt opzet zo was de eerlijkheid gebiedt het te zeg corstius meeuwesse en stutterheim bepleitten gen drops boekje bedoeld niet blijken te vol een letterkunde onderwijs gebaseerd op de stilis doen die suggestie gaat uit van de beide vn en tische literatuurbeschouwing zij moeten daarbij quetes en eigenlijk van elke bron die ons vertelt vooral gedacht hebben aan de werkwijze van over de ervaringen van de leerlingen met het tra willem kramer want van de franse structurele ditionele literatuuronderwijs schut 1980 zegt in analyse wisten we hier nog weinig en ook de zijn overzicht van de discussie over literatuuron romantypologie van stanzel was nauwelijks ver derwijs zoals deze de laatste tien jaar is gevoerd breid dat de boekenlijst een symptoom is van het to ik was zelf van 1959 tot 1972 leraar aan een tale literatuuronderwijs dat wil zeggen dat hij de school voor vhmo later havo en vwo in die jaren verstarring laat zien van dat onderwijs zoals het domineerde de al door van dis 1962 verouderd in de hoogste klassen wordt gegeven verklaarde methode van de literatuurgeschiede nis met bloemlezing als illustratie reeds bij van literatuuronderwijs als remmende facto r dis was de wens de moeder van de gedachte en zo is het al die jaren voor een groot deel geble wat vinden de leerlingen van het literatuuronder ven er is een grote kloof tussen wat in de tijd wijs schriften en in de handboeken wordt opgeschre een dergelijk onderzoek laat op zich wachten ven als bedenksel vanachter de schrijftafel en de waarschijnlijk zou het ook niet veel nieuws ople praktijk zou het anders nodig zijn geweest dat veren in elk geval heeft de betrokken buitenwe kruithof 1979 tot drie keer toe in zijn pamflet reld een zeer lage dunk van het literatuuronder lodewick ongenadig vloert wijs schrijvers melden herhaaldelijk hoe belab berd het was figuren als bernlef en schippers die blijvend dominant lodewick en drop tevreden naar hun meester rob nieuwenhuys konden wijzen zijn zeldzaam hun standpunt is om bij dat voorbeeld te blijven l iteratuur ge hou er maar mee op laat leerlingen gewoon maar schiedenis en bloemlezing van l odewick is ook in veel lezen ja ja alsof nu net niet een probleem de jaren zeventig het meest gevraagde literatuur zit in dat gewoon maar veel lezen dat doe je boek gebleven i n 1 972 constateerde de projekt niet als tv kijken zoveel gemakkelijker kan van groep literatuurschoolboeken 12 dat de beide de lubbers1 e weten we dat althans zijn tweedeklas len van het boek op een totaal van 32 verschillen sers gemiddeld twintig uur per week voor de buis de methoden voor de klassen 4 5 en 6 een rela zaten tieve frequentie van ruim 37 procent hadden over in een rubriek over literatuur onderwijs in ken het onderzoeksjaar 1970 1971 vijf jaar later be tering gedurende 1975 door jan van der vegt en reikt l odewick een even hoge score in het onder jan f de zanger geredigeerd valt te lezen dat zoek dat van dijk 1977 beschrijft1 3 hoe be leerlingen de boekenlijst op zichzelf niet zo gek perkt dat onderzoek ook is hier blijken 15 van vinden maar dat zij afknapten op de structureel de 4 4 ondervraagde leraren ofwel 34 procent analytische methode die hun leraar op hen los l odewick te gebruiken dat is evenveel als in liet het literatuuronderwijs had hen geremd in dringend lezen 2 waarmee w drop model staat hun animo om te gaan lezen anno 1975 trap t 4 van der vegt nog een open deur in als hij zegt uitroepen jij leest niet maar zij en wat doen we het systeem slaat alles dood de lessen ook die eraan de vn enquetes suggereren op zijn minst in literatuur zijn op tentamens en examens toe dat we er nog niet veel aan gedaan hebben gespitst de stof moet overhoord kunnen wor otten hilhorst 1978 tonen zich tamelijk verbijs den maar de leerling die plot intrige moraal terd door de resultaten van hun onderzoek naar stroming richting genre compositie en ga maar de inhoud van 272 vwo en 306 havo lijsten die door heeft leren onderscheiden zonder te snap zij bevestigd zeggen te zien op een mavo afdeling pen wat dat allemaal voor zin voor functie heeft van vijftig kandidaten met elk vijf titels nu zal die is geen stap dichter bij de literatuur geko het u weinig kunnen schelen of reve omhoog of men in een antwoord maakt een der twee be omlaag valt op zo n hitparade maar wel is van trokken leraren van zijn ha rt geen moordkuil ik belang dat de lijsten de indruk maken van volle moet wel ik voer de wet uit betreffende de ken dige tijdloosheid elke eindexamenkandidaat na nis van en het inzicht in de letterkunde ik ve rt el 1962 had deze top tien in kunnen leveren als ze het nodige over de historische achtergronden ko rt amerikaans er niet op had gestaan zelfs nog en beoefen met hen de kunst van het indringend eerder nu dat moet u wel schokkend vinden lezen maar ook ik wil dat mijn leerlingen als we want het beteken t zenlijk zien en beleven wat een boek over mensen a dat de leraar de literatuur van zijn eigen tijd vertelt 8 niet kent en koos nawinkels die als redacteur nederlands van b dat informatie via kranten de leerlingen niet levende talen stimulerend heeft gewerkt op het bereikt aandeel van de literatuurdidactiek in dat blad je zou er bovendien uit kunnen concludere n ook met eigen artikelent 9 voegt deze ongetwij c dat er nauwelijks individueel gewerkt wordt in feld diep gekwetste leraar toe dat de kwaliteit de bovenbouw e n van iemand onderwijs niet bepaald wordt door de d dat leerlingen elkaar hooguit informeren over literaire kwaliteiten van de behandelde werken de dunste top tien dat wil zeggen zonder andere dan literaire kwaliteiten zouden in het doorgaans echte belangstelling voor de litera onderwijs aan pubers wel eens veel belangrijker tuur hun bleke lijsten samenstellen of gebon kunnen blijken 2 0 den zijn aan de keuzelijst van de docent van de top tien zijn er vijf zo gemakkelijk dat ze de leerling leest wat de leraar ken t tot de literatuur die geschikt is voor ongevee r het beeld van deze teleurgestelde leerlingen en evenzeer teleurgestelde leraar achtervolgt het lite er is maar een manier om te lezen en dat is ratuuronderwijs ik ben het natuurlijk met vos grasduinen in bibliotheken en boekwinkels 197521 eens wanneer hij oppert dat aan de vn je pakt boeken die je aanstaan je leest geen enquete van 1972 wat al te veel waarde wordt andere je laat ze vallen als ze je vervelen je toegekend 22 toch kan ook schut 1980 nog niet slaat de trage stukken over en je leest veel meer doen dan juist deze enquete tot schar nooit nooit iets omdat je het gevoel hebt nier maken in zijn betoog over het leesgedrag van dat het moet of omdat het hoort bij een be de leerlingen de vier andere bronnen die hij paalde trend of beweging en het feit noemt zijn ofwel te zeer verouderd het hoog datje een of twee jaarmoet spenderen aan veldrapport van 1964 ofwel te weinig geconcen een boek of een auteur betekent bovenal treerd de overige drie mij lijkt dat schut ook datje slecht onderwijs krijgt ze hadden je wel wat had kunnen beginnen met de tweede moeten leren met verwantschap als leidraad vn enquete otten hilhorst 1978 23 wanneer als lezer je weg te vinden van het ene boek men de eerste en de tweede enquete met elkaar naar het andere je zou moeten leren af te in verband brengt blijken opnieuw juist de lera gaan op je eigen intuitieve gevoel voor watje ren de aard van het literatuuronderwijs te bepa nodig hebt dat had je moeten ontwikkelen len en door hun eigen beperktheden terzake de niet hoe je andere mensen moet citeren gelezen literatuur en dirigistische les aanpak grote invloed uit te oefenen op wat de leerlingen doris lessing het gouden boek pag 16 17 lezen paul kuyer 1972 24 mocht dan vertwijfeld 5 vijftienjarigen gerekend kunnen worden het bit boeken tot handeltjes een materialistische hou tere kruid wierook en tranen de herberg met ding lezen moet met lust verbonden worden het hoefijzer oeroeg ze staan op de bovenste in de praktijk is het dikwijls al vanaf de kleuter vier plaatsen eenvoudige dunne boekjes ik hoef school verbonden met verveling met diepe on u de auteurs ervan niet te noemen en de komst lustgevoelens 26 van joachim stiller ik laat hier buiten beschou twee kloven signaleerde ik een tussen de eigen wing dat deze boeken ook qua problematiek inte tijdse literatuur en het literatuuronderwijs daar ressant zijn voor deze categorie lezers want wat voor kunnen alleen de leraren verantwoordelijk dat betreft zijn er natuurlijk legio andere dikkere heid dragen fundamenteler is de kloof tussen boeken toch zou je zeggen dat zich hier wreekt doel en resultaat van het literatuuronderwijs het ontbreken van een leerplan gebaseerd op het vooral die laatste vraag heeft velen aanhoudend adaptievermogen van de leerling en de moeilijk zorgen gebaard vandaar dat men is gaan kijken heidsgraad van de leerstof in dit geval het werk of de doelen wel haalbaar zijn en of men betere middelen kon bedenken om de opnieuw gestelde studerend l e zen met de lij s t doelen te bereiken dat vooral is het werk van de belevend lezen zonder laatste tien jaar mij lijkt bovendien representatief wat otten en een zojui st gerenovee rd pa nd hilhorst in een toegevoegd artikel vaststellen ze vertellen daarin over hun gesprekken met vier zo heeft wat de middelen betreft jan f de zan duidelijk gemotiveerde leraren van vwo havo ger27 laten zien hoe je de inmiddels bekend en pa die op ed leeftang de pa docent na geworden b2 opdracht voor het opstel draaipunt vasthouden aan de lijst als een noodzakelijk kan maken van een individualiserend literatuur kwaad de enige mogelijkheid om leerlingen aan onderwijs waarin zowel de literair historische als het lezen te houden ik noem deze verhouding re de structuur analytische benadering een rol presentatief op basis van gesprekken met colle speelt en al heeft kruithof theo rensman en gae het lijkt mij niet zonder betekenis dat juist hans lakwijk twee beunhazen uit den bosch leeftang de lijst loslaat terwijl frans adriaenssen genoemd 2 e niets is minder juist als kwalificatie indringend lezer aarnout de bruyne met een voor het inspirerende en door de leerlingen met voorkeur voor de structurele methode en piet enthousiasme ontvangen denkwerk van de neer calis legt veel nadruk op historische verbanden landici van het jeroen bosch college het zet de maar voelt ook wel voor de structurele methode historische en hedendaagse literatuur zodanig in het het belevend lezen er aan vasthouden het centrum van het onderwijs in de hoogste klas leeftang heeft met zijn bloemlezingen voor de sen dat de leerlingen met allerlei teksten in aan school pondje proza 1 11 fit en internationaal raking komen en naar aanleiding daarvan niet al voldoende laten zien dat het hem ernst is met de leen leren lezen maar ook schrijven discussieren literatuur en het onderwijs hij vertegenwoordigt en dramatiseren 2 9 het standpunt dat de laatste tien jaar steeds meer een protocol van de toepassing van de structurele gehoord is vooral daar waar de functionaliteit analyse zoals door helge bonset 30 gegeven kan van de literatuur hier steeds bedoeld als de dunkt mij nauwelijks door anderen zo worden canon ernstig ter discussie is gesteld von en uitgevoerd zeker als deze in tegenstelling tot haar tijdschrift de na en bijscholing van lbo bonset leesplezier een voorwaarde achten voor mavo de nlo s ik zou vele plaatsen kunnen noe geslaagd literatuuronderwijs maar bonsets ana men uit de secundaire literatuur waar men de na lyse van zijn eigen geslaagde lessen kan ons druk legt op het leesplezier maar volsta met het toch inspireren tot een persoonlijke wel accepta woord van leeftang je moet je leerlingen litera bele versie de belangrijkste bijdrage op dit ge tuur aanbieden ze laten snuffelen aan boeken al bied is geleverd door mieke ba137 haar poging les naast elkaar triviaal en literair zodra je het om onderwijs en wetenschap weer eens te ver gaat hebben over kwaliteit over wat ze eigenlijk zoenen moge dan door harry bekkering32 op di zouden moeten voelen dan praat je ze een on dactische en wetenschappelijke gronden met arg eigenlijk vormgevoel aan dit leidt onherroepelijk waan zijn ontvangen wat bal aanbiedt is wel de tot vervreemding tot gescharrel met uittreksel gelijk een heel ander model gebaseerd op de ver 6 teltheorie dan dat van drop gebaseerd op de van het lezen 3 e van de receptie esthetica zoals verhaaltheorie en in haar e rvaring dat er met bij ons onder meer r ien t segers die bestu het model goed te werken valt staat zij niet al deert37 mogen we een en ander verwachten voor leen haar collega s op de nlo gelderse leergan de ontw ikkeling van onze literatuurdidactie k gen hebben het een aantal jaren met wisselend succes gepraktizeerd34 ik ben het met bekkering tekstbestudering en tekstervarin g eens dat dergelijke modellen alleen voor het tekstbestuderend lezen in de hoogste klassen van men zou met ten brinke3e in grote lijnen twee het vwo op universiteit en hbo gebruikt moeten richtlijnen kunnen onderscheiden die aansluiten worden en dan ook nog niet exclusief maar al op wat ik in het begin van de vorige alinea leen als onderdeel van een curriculum schreef die van de tekstbestuderende en die van de tekstervarende methoden in het traditionele een vlonder vanuit de literatuurwetenschap lees en literatuuronderwijs overheerst de eerste van dis 1962 beschrijft de doelen in termen van maar voor de meesten die schrijven en nadenken de beweging van de leerling naar de tekst ook al over fictie onderwijs leesonderwijs literatuuron heeft de leraar de taak uit te gaan van de actuali derwijs moeten en de middelen en de doelen ver teit van het leven der jonge mensen 3 9 daartegen anderen omdat het voornaamste uitgangspunt over stelt paul kuyer 40 in 1970 als een der eers niet meer is esthetische vormgeving maar com ten het begrip leesplezier centraal zonder al expli municatieve vorming niet de leerling klimt op ciet het begrip tekstervaring te noemen hij wil naar de teksten maar wat voor houding neemt een literatuuronderwijs met een gedifferentieerd de leerling aan tegenover alles wat aan geschreven karakter niveaugroepen met inbreng van teks woord en beeld op hem afkomt hoe reageert hij ten door leerlingen zo goed als de leraar zonder daarop gelukkig gaat hier een ontwikkeling in dat voor deze teksten een kwaliteitsnorm wordt de literatuurwetenschap mee parallel sedert gehanteerd en met een opbouw die bepaald jauss in 1966 zijn lezing hield over de verwach wordt door goede observatie en bijtijds aanreiken tingshorizon van de lezer 3 5 werd de wetenschap van nieuw materiaal van de tekst ook een wetenschap van de lezer of lijkt dit te veel een laissez faire laissez aller te n nu onderbreekt ge kramiek naar hei mij tuur der beweging van de onbelangrijkheden toeschijnt houdt ge u toch ook een weinig gij hebt daarvan niet het minste diploma en bezig met literatuur ge bestudeert ze immers dus is het u ook onmogelijk een maatschap aan de universiteit 0 maar dat is iets heel pelijke positie te verwerven of op staatskos anders roep t kramiek uit dat is een cursus ten naar de balearen te moeten gij schrijft in literatuurgeschiedenis waar men zich een slechts romans waarom doet ge da t iocht diploma mee verovert een werkkring een en ge staart kram iek aan van de hand gods maatschappelijke positie maar bij u is dat geslagen en ge weet geen antwoord te be niet het geval ge leert daardoor n iets over de denken dat hem gelijk een vlijmscherpe dolk literatuur ge voegt aan de literatuur niets door hei olifantenvel zou dringen ge kunt niemendal toe dat belangrijk is juist maar alleen de straatdeur afsluiten en u over uw wat scheppend proza en scheppend proza papieren buigen over uw helden oscarke en kan iedereen schrijven allen die hier op de ondine om hen toe te spreken gelijk men kapellekensbaan wonen kunnen zich vandaag het tot een geslagen hond doet sussend en of morgen aan het schrijven zetten maar al hen aaiend over de rug zwijg toch en huil dat scheppend werk brengt de literatuurge daarom niet meer ge zijt mijn kinderkees sch iedenis geen stap verder de literatuur dat is een vak dat is een wetenschap die u l p b oon de kapellekensbaan zomer te totaal onbekend is gij weet niets van de termuren pag 644 bouw van het ry thme der innerlijke struc 7 brinke omschrijft in zijn belangrijke handboek tot de biografische cultuur historische en literair the complete mother tongue curriculum de historische context naar maatschappelijke aspec tekstervarende methode op wat systematischer ten van literatuur de houding van de leerlingen wijze als een methode die de ervaring van de tegenover literatuur het fictionele communica tekst door de leerling centraal stelt zijn opvat tieproces van cultuuroverdracht naar individuele ting lijkt mij een goede leidraad bij het werken in ontplooiing maar ook hij moet vaststel l en dat je de klas normaal functioneel literatuuronderwijs daar in de onderwijspraktijk weinig van merkt moet gericht zijn op informatie aan leerlingen gezien de populariteit van open boek lodewick over wat zij kunnen lezen waarom ze dat zouden knuvelder drop 42 albert kamer heeft laten kunnen doen en hoe ze dat per gelegenheid het zien dat de doorsnee leraar nederlands best mee beste kunnen doen en voorts moet de onderwijs wil gaan met de theoretische verschuivingen methode bestaan uit ervarings en besprekingsac maar vooral zit te wachten op praktische idee tiviteiten die beide zo min mogelijk strijdig zijn en 43 met een normale dat is niet studieuze leessfeer misschien is dit gevoel van onmacht tegenover de het is niet verbazingwekkend dat ten brinke wassende vloed theoretische bespiegelingen wel vooral op de angelsaksische literatuurdidactiek de oorzaak waarom van dijks boek uit 1977 zo georienteerd is zoals trouwens in het algemeen veel irritatie heeft veroorzaakt maar analyse van onze voornaamste didactici ten brinke grif de reacties laat zien dat die irritatie het grootst is fioen damsma lubbers vos aan de wat vrijere bij hen voor wie literatuuronderwijs onderwijs in ook creatievere engelstalige opvattingen de voor literatuur is het middel om leerlingen te con keur geven boven het sterk door de onderwijs fronteren met de eigentijdse en oudere hoogte kunde beheerste literatuurdidactisch denken van punten van schrijfkunst qat zijn de schrijvers de onze oosterburen critici de literatuurwetenschappers 44 laten we ik denk dat in een volledig curriculum lezen voor van van dijk vooral als positief onthouden zijn het voortgezet onderwijs zowel tekstervarende als voorstel om literatuuronderwijs binnen tekston tekstbestuderende methoden geconcretiseerd derwijs te plaatsen negatief is voor mij dat zijn moeten worden daarbij zou men ervan uitgaan aanpak zo buitengewoon cognitief is en puur op de dat leesplezier zoals schut tahey hebben ge de intellectuele capaciteiten van de leerling een formuleerd41 voorwaarde is voor geslaagd litera beroep doet daarmee is trouwens grotendeels de tuuronderwijs via een tekstervarende methode binnen het emancipatorisch taalonderwijs horen de leerlingen moeten motiveren om ze met een de duitse literatuurdidactiek op de verkeerde tekstbestuderende te confronteren als ze er zelf weg zoals gelukkig de meeste auteurs vaststellen aan toe zijn dit is de volgorde maar geeft niet die aan zurcick zum literatur unterricht in de hierarchische verhouding tussen beide aan 1977 zeven jaar na wozu literator in der i mmers wat is er belangrijker dan normaal kun schule verschenen a 5 nen lezen bestuderend lezen doe je omdat je ge grepen bent door een tekst maar er met normaal de aa rd d e r v ra g e n lezen niet helemaal uitkomt het is goed hier een andere leidraad te noemen e e n lite r atuursociologis ch e vl onde r die griffioen damsma 1978 geeft het cognitieve of toch nog de kloof karakter van veel literatuurmethodes is in school boeken geconcretiseerd door het soort vragen dat i n de stroom van maatschappelijke ontwikkelin gesteld wordt men leze hierover griffioen dams gen die het eind van de jaren zestig en het begin ma p 120 127 analyse van een aantal methoden van het volgende decennium kenmerkten is bin die in ons lees en literatuuronderwijs gebruikt nen de literatuurwetenschap de literatuursociolo worden steekproefgewijs leerde mij dat de gie tot ontwikkeling gekomen n atuurlijk heeft cijfers die griffioen damsma daar geven over de deze ontwikkeling ook in de literatuurdidactiek verhouding tussen kennis en geheugenvragen en in de moedertaaldidactiek in het algemeen convergente divergente en evaluatieve vragen haar neerslag gevonden schut 1980 kan consta ook in onze situatie opgaan dat wil zeggen dat teren dat binnen die didactiek de aandacht ver de kennis en geheugenvragen met de convergente schoven is van de tekst of de tekst in relatie vragen rond gedichten en tekstfragmenten o f 8 romans in absolute zin domineren zij bepalen de afgelopen jaren over pupilcentered of vakge ook al omdat de antwoorden min of meer meet richt onderwijs heeft gevolgd zal zich bezorgd af baar zijn de wijze van toetsing en daarmee ook vragen hoe deze derde m i enig logische weg be in grote lijnen de aard van het onderwijs n aar wandeld kan worden welnu iemand als vos is mijn mening drukt deze nadruk op een bepaald op allerlei manieren ernstig bezig plavuizen voor soort vragen als een hypotheek op het literatuur deze weg te leggen in een van zijn laatste artike onderwijs we moeten voorlopig toe naar een 1en50 haalt hij voorzichtig het al geruime tijd ver accentuering van de niet toetsbare affectieve zij smade begrip bildung voor de dag beseffend dat de om op den duur te komen tot een synthese naast onderwijskundige ook pedagogische opvat want het meest teleurstellende van ook het tingen het beleid van de didacticus moeten rich emancipatorisch moedertaalliteratuuronderwijs ten zoals het door de kritiese leraren voor de brug ik deel ook vanuit mijn literair kritische stelling klas4o en door van dijk in het spoor van de name wat vos onder 2 wil in het spoor van duitse vakdidactiek werd omschreven heb ik ge kahn en vele engelstalige didactici het subjectieve vonden dat ook dit onderwijs door zijn eenzijdi en affectieve de plaats binnen het lees en litera ge cognitieve benadering en het schablone achtig tuuronderwijs geven die het verdient ik verwijs wijzen op het manipulatiekarakter van teksten en hier bijvoorbeeld naar de interessante methode beelden de leerlingen vervreemdt van de tekst van david bleich die erop uit is een grotere be van de literatuur zo moet men mijn opmerking trokkenheid van de leerlingen teweeg te brengen aan het begin van dit artikel gemaakt verstaan in readings and feelings51 gaat hij uit van de pre het een kan niet zonder het ander occupatie die het kind en de adolescent hebben met zichzelf hun uiterlijk hun plaats temidden het verlangen n aa r synth ese van anderen lezen combinerend met schrijven en groepsgesprekken weet hij hen langs de weg men zal daarom begrijpen dat ik mij goed kan van de waarneming het spontane affect dat een vinden in het veelzijdige en omvangrijke werk dat tekst teweeg brengt en de associatie naar aanlei jacques vos de laatste jaren heeft gedaan en dat ding van die tekst te interesseren voor de emotio nele aspecten van literatuur en vervolgens door steeds getuigt van een verlangen naar het leggen uitwisseling van lees ervaringen voor de te ana van vlonders over de kloven hij paart de oproep lyseren problemen van de tekst tot literatuurdidactische theorievorming met con dichtbij anker roland staat vos in zijn naar crete voorstellen voor de lespraktijk in zijn twee enqdahl 197552 verwijzende kritiek op jeugdboe artikelen over het lezen van fictionele teksten in ken die volgepropt zitten met maatschappijver de onderbouw geeft hij beredeneerde leerplannen nieuwende impulsen milieuproblemen onvolle voor de eerste drie jaar van het voortgezet onder dige gezinnen alternatieve leraren maatschappij wijs structuren e d jeugdboeken moeten geen pam net als de belangrijke amerikaanse literatuurdi fletten zijn dacticus norma b kahn 47 gaat hij voor zijn lite interessant is wat ten aanzien van 3 bij kahn te ratuurprogramma s onder meer met heim meije rink ook qua leermethode op uitmuntende wijze lezen valt een programma voor het literatuur onderwijs moet zich helemaal richten op de waar gerealiseerd in de drie delen van tussen de re gels 4 e uit va n de die de literatuur heeft voor het individu om 1 een onderwijsfilosofi e dat het wat algemener beschouwen van waarden 2 een opvatting van literatuur de generalisaties zijn die het blijvend lezen gedu 3 het schoolleerpla n rende je hele leven bevorderen als we willen dat 4 onderwijspsychologische opvattingen en mensen hun hele leven lang naar literatuur grij 5 de ontwikkeling van de leesvaardigheid pen om zich te amuseren of zichzelf en anderen wat 1 betreft volgt hij immelman 1974 4 9 die bin te begrijpen om de maatschappij te verbeteren of nen het onderwijs een niet vrijblijvende maar ver om esthetische waarden te ontdekken dan moe plichtende relatie tussen kind en stof bepleit dat ten we literatuur onderwijzen met dit doel voor wil zeggen noch de een noch de ander staat cen ogen traal dit betekent ogenschijnlijk niets ik hoor steeds hamert kahn op de noodzaak zo te wer het zeggen maar wie de tomeloze discussies van ken dat aan de individuele behoeften en vaardig 9 heden van de lezer kan worden voldaan dit gen moeten maken over het hele fictie onderwijs vraagt om uitgekiend materiaal want stof die bo in het spoor van de cmm nota werken metboe ven het bereikte leesniveau van de leerling ligt ken56 maar via duidelijkere ideeen5 7 moet het veroorzaakt een afkeer van lezen zo merkt zij literatuuronderwijs vanaf moeders schoot over onder 4 op vos heeft 3 en 4 samen genomen en wogen worden via een longitudinaal leerplan baseert zich dan vooral op het werk van g waarvoor we nu al vijftien jaar vechten zegt robert carlson books and the teen age reader vos 58 maar dat lijkt me iets te lang geschat zou deze constateert grofweg dat tieners van 11 14 den kind en halfvolwassene leren genieten van en jaar lezen om zichzelf te verliezen in het verhaal later reflecteren op fictie en factie van 15 16 jaar om zichzelf en de wereld te ont ten tweede verdient het aanbeveling de in het dekken van 17 18 jaar om de blijvende levens en onderwijs vergeten media radio televisie en wereldbeschouwelijke problemen te onderzoeken krant nadrukkelijk in te passen in het literatuur en tenslo tt e misschien ook om het esthetisch ge onderwijs zowel om cognitieve als om affectieve not dan pas krijgt de canon betekenis doeleinden te bereiken zeker vanuit de optiek het lijkt mij erg nuttig om bij het samenstellen van de beginsituatie 59 maar liefst als normaal on van een leesplan met deze gegevens hoe ruw ook derdeel van de leerstof rekening te houden je kunt zo als leraar demoti ten derde wat de teksten zelf betreft het vatie bij je leerlingen voorkomen corpus wordt groter met een eerlijk onderscheid tussen literaire en triviaalliteraire teksten en tus een begin van literatuurdidactie k sen fictionele en niet fictionele of zakelijke is er veel voor te zeggen om ze in de onderbouw en de dankzij jacques vos dankzij george lubbers middenklassen min of meer geintegreerd bijvoor die met zijn concrete modellen voor het poezie beeld op thema aan te bieden een voortreffelijk onderwijs en de toetsing daarvan meer verdient initiatief als de periodiek verschijnende afleverin dan de hoon van de bewuste buitenstaander5 4 en gen van tikker en klapper bieden hiertoe kan onder meer over de betekenis van televisie in het sene0 maar daarmee mogen we wat het fictie on fictie onderwijs heeft geschreven dankzij jan derwijs betreft niet volstaan met de hulp va n griffioen harm damsma steven ten brinke bernard schut josien anker en jan roland met hun ordenend en koesterend handboekwerk en hoe is het nu gesteld met de in formele anderen begint de nederlandse literatuurdidac structuuranalyses vooral van mindere geesten tiek iets voor te stellen mij dunkt dat in de dan de urhebers vaak begriploos op het laatste twintig jaar vooral intuitief vooruitgang is rijtje af opgespoorde aspecten van de geboekt wat betreft denkbeelden die de litera structuur ik ben van mening dat onder tuurdidactiek nu concreet moet maken scheidingen als tijd ruimte figuren perspec tief motieven thematiek zinnig blijven mits samenvatti ng van beweginge n ze inhoudelijk worden gehanteerd dat wil zeggen 1 gebruikt ter beschrijving van de ik zwijg nu verder over de kloven tussen litera fictieve wereld in zijn overeenkomsten en tuuronderwijs en literaire kritiek literatuuron verschillen met de buitenliteraire menselijke derwijs en literatuurwetenschap literatuuronder werkelijkheid 2 om de door de auteur in wijs en literatuurdidactiek dat wil zeggen praktijk het werk gelegde visie zijn geconcretiseerde en theorie literatuuronderwijs moedertaal en li intentie te achterhalen en dat voorts bij teratuuronderwijs vreemde talen ervan uitgaande formele kenmerken alleen onderzocht hoeft dat hier en daar al vlonders zijn gelegd waarop te worden hoe ze werken hoe effectief ze eenlingen hun wankel evenwicht bewaren zijn als middelen om de visie van de auteur ten eerste is de situatie nu nog zo dat het litera aan de lezer te presenteren tuuronderwijs in de derde of vierde klas begint d it berust op de traditie dat pas vijftien zestienja pim lukkenaer nescio de maatschappijen rigen rijp worden geacht kennis te maken met de literatuurwetenschap de literatuur we l alle leraren maken zich zorgen de gids 2 1979 pag 1 2 1 128 over dit literatuuronderwijs zij zouden zich zor 10 anker rolands jeugdboeken in de klas en diverse juniorformaat invoert afleveringen uit project jeugdliteratuur moet er ten zesde af en toe klinken er nog geluiden zo liefst al op de basisschool gewerkt worden aan als die van brandt corstius 82 en bonsete 3 om leesgewoonten waardoor de leerling zelf hele boe de strikte vakkenscheiding terzake literatuuron ken leest en blijft lezen derwijs die veroorzaakt wordt door de voorop ten vierde literatuuronderwijs hoeft niet langer leiding der leraren aan universiteit of mo op be los van het onderwijs in het schrijven spreken en paalde punten door integratie of co6rdinatie te luisteren dramatiseren of tekstverklaring gegeven vervangen af en toe wordt er op scholen ook te worden al kan het m i soms wel deze inte wel samengewerkt vooral in projectvorm of bij gratie betekent dat het aantal werkvormen enorm een thematische opzet meestal tussen neder wordt uitgebreid en nu eens zal het lezen onder lands geschiedenis maatschappijleer en kateche geschikt zijn aan andere activiteiten dan weer zal se ik ben wat dit punt betreft het minst hoopvol het duidelijk centraal staan gestemd omdat deze verschuiving om overleg ten vijfde in literatuuronderwijs is tot nog toe vraagt buiten de klasruimte en dat wil niet zo voornamelijk de tekstbestuderende methode ge erg de vernieuwing moet doorgaans in de klas hanteerd de tendens om hiertegenover een tekst plaatsvinden ervarende methode te ontwikkelen neemt duide ten laatste nooit heeft enige beschrijving van lijk toe mijn idee zou zijn dat op basisschool en doelstellingen gewild dat het examen en de lijst in de lagere klassen de tekstervarende methode als zodanig zouden functioneren het werkt wel sterk domineren moet zeker als het gaat om zo juist wat het literatuuronderwijs betreft zou fictionele teksten en dat de tekstbestuderende den we weg moeten uit de sfeer van tentamens en methode in de hogere klassen meer accent krijgt selectieve toetsen anders blijft het verwijt van zonder dat dan de tekstervaring wordt losgelaten van deyssel ons achtervolgen dat we de litera stringente voorwaarde is dat de leraar bij het tuur kapot praten als het om het behoud van peilen naar de tekstervaring alles doet om te het leesplezier gaat kunnen we voor het verlies voorkomen dat de babbelziekte losbreekt en in van dat leesplezier door de leerling alleen onszelf plaats van voorzichtig te peilen naar de weder met een onvoldoende straffen moet toch de leer zijdse ervaring van de tekst de psycho analyse o p ling eraan geloven noten 1 willem jan otten en marijke hi l ho rst dit is de enige 4 l m van d i s e a didactische handleiding voor de le manier om ze te leren dat de wereld er niet zo uitziet raar in de moedertaal amsterdam purmerend gro als je in eerste instantie denkt vier leraren over le n ingen 1962 zen en leerlingen in vn boekennummer 15 juli jan griffioen zeggenschap grondslagen en een uit 1978 p 9 werking van een didactiek van het nederlands in het 2 ik ben het in dit opz icht eens met w j m bronzweer voortgezet onderwijs groningen 1975 de zwijnen lusten geen parels meer nijmegen 1977 steven ten brinke the complete mother tongue waar hij schrijft de moeilijkheid lijkt mij dat curriculum groningen 1976 voor de moderne literatuurd i dactiek een onschuldi jan gr i ffioen haan damsma zeggenschap etc ge waardenvrije ontspanningsliteratuur helemaal niet tweede he r ziene en vermeerderde druk groningen meer kan bestaan zonder twijfel onder de druk van 1978 het hoofdstuk over receptief schriftelijk taal het marxistisch denken zien zij de ontspannende lite gebruik u i t de eerste druk p 191 241 is hier ge ratuur die immers volgens het marxisme de normen splitst in twee hoofdstukken een over het lezen van en waarden van de kapitalistische burgermaatschap referentiele teksten p 279304 en een over het le pij belichaamt als een gevaar zolang zij zich h i e rv an zen van fictionele teksten p 305 357 een enorme niet bewust worden i s de bepleite tolerantie tegen verbetering ook inhoudelijk over de triviale l iteratuur m i sschien slechts lippen josien anker jan bol an d jeugdboeken in de klas dienst zijn zij het zich wel bewust dan d oe n zij een dcn cahier 7 groningen 1978 duidelijke ideolog i sche keuze met het veroordelen nijmeegse werkgroep taald i dactiek taaldidactiek van de triviale literatuur of hun onderwijs dan nog aan de basis tweede druk groningen 1978 pupi lcentered mag heten komt mij twijfelachtig bernard schut hoofdstuk 5 literatuuronderwijs voor p 20 uit moedertas didactiek een didactische begeleiding 3 teun a van dijk het literatuuronderwijs op school die als t goed is in mei bij coutinho is verschenen een kritische analyse amsterdam 1977 5 j de vries e a voorwerp van aanhoudende zorg 11 een bundel artikelen over het vak nederlands in het lijsten e en onderzoe k naar de literatuurlijst op m i d voortgezet onderwijs purmerend 1971 delbare sch olen in vn boekennumm er 15 juli jean lemmens frans peeters twaalf jaar levende 1 978 talen literatuur nijmegen 1973 2 4 paul kuyer paul dijkstra wim pieters jij leest niet jan sturm red letteren leren lezen purmerend maar zij en wat doen we eraan in het beste uit 1974 op het in deze bundel voorkomende artikel moer p 323 e v van jacques van alphen waarover ik verder in dit be 25 zie noo t 1 toog zwijg komen wim daniels en ik terug als we in 26 o t ten h ilhorst p 11 een apart artikel de methode van dav i d bleich be 2 7 jan f d e zan g er i n kentering 14 2 p 13 1 5 vervol spreken gens u i tgebreid in het prak tijkboek geric h t sch rijven henk hollaar e a he beste uit moer 69 73 veghel vwo havo zoals de slo sectie moedertaal dit in 1975 een v oorlo p ige v ersie uitgee f t v anaf 1 979 h et is een 6 jacques van alphen literatuur in discussie in bewondere n sw aardig werk s t u k waarin s tap v oor raam nummer 97 zomer 1973 stap vanaf de eerste ideeen o ver h et alternatieve op jacques kruithof het oog van de meester drie stel tot de modellen ter beoordelin g van de gemaa k te essays over literatuur op school s gravenhage 1973 opstel l en besc h reven w ordt hoe je als leerling en le 7 zie de vries 197 1 p 187 e v het artikel verscheen raar te werk kunt gaan d e zanger h eeft zijn eigen eerst in maatstaf 9 1961 1962 p 807 e v ideeen m b t literatu u ronderwijs die h ij al in leven 8 o c p 188 de talen 267 1970 beschreven heeft het literaire 9 theo vesseur boek en spel purmerend 1958 wer kstu k in de p rak tijk een mogelijke aanpak va n 10 theo vesseur improviseren en dramatiseren met kin het nieuwe vwo examen nederlands overtuigend 3 deren purmerend 1963 m et v oorbeelde n van werkst ukk en u itgewerkt 11 kruithof o c p 25 nooit kan het literatuuronder 28 k rui tho f o c p 18 wijs dat in h j m f lodewick verpersoon l ijkt is ge 29 he n k l a kwij k en theo r e n sman d e reien van 5 noegzaam beschimpt worden havo en andere werkopdrachten bij de nederlandse op p 72 vraagt hij om een duidelijk alternatief voor letterkunde in moer 1975 6 p 307 324 lodewick en drop 30 h elge b onnet e en didak tisc h e aan p ak van het analy op p 84 roept hij op tot een boycot van dit werk sere n va n li teraire p rozate k sten i n havo vwo in le kruithof heeft alle recht op zijn ontevredenheid vende talen 284 1972 p 18 27 toch levert een nadere analyse van zijn boekje ik 31 m ie ke bal s tr uk tural i st ische ver h aa l analyse e en po schreef eerder in de tijd van 8 juni 1979 dat ik op g ing t ot sys t e m atise rin g in forum der l e ttere n 18 zijn ideeen in zou gaan een te vaag en onsamen 1977 2 juni p 105 199 hangend en in elk geval te weinig vernieuwend beeld 32 h arry bekkering steriliteit is troef een reactie op op om er hier verder over te schrijven kruithof remt m ie k e bals mer kw aard i g e st ructural i stische verh aal meer dan hij prikkelt analyse in forum der letteren 18 1977 4 de 12 projektgroep literatuurschoolboeken verspreidings cember p 295 330 mieke bal reageert hierop in cijfers in levende talen 290 augustus september he tzel fd e n umm er m et h aar arti kel wanbegrip is nog 1972 p 340 346 sterieler 13 van dijk o c p 160 33 z ie h aar inleidin g in de narratolo g ie de th eorie van 14 vandaar dat hier wat dit betreft niet de namen vallen vertellen en verh alen muider berg 1978 van annelies en peter dekkers f potregies zwart 3 4 vanaf 197 4 1 975 wordt daar een cursus tekstkunde kenneth koch theo rensman peter van den ho gerealiseerd als een gemeenschappelijk deel van de ven en george lubbers stu die voo r stu d en te n n eder l ands duits e n gels e n 15 h ier denke men aan de leesboeken voor de lagere frans de cursus bestaat uit twee delen het eerste klassen leesboek en leesdagboek doelbewust le beoogt de stud enten te laten z ie n en ervaren wat zen aan taalwerk aan methoden voor de midden voor soorten teks ten er zijn e n hoe in zo wel za kelij ke en hogere klassen met andere ogen ik heb al een als fictionele te ks ten g ecom m uniceer d wo rdt i n e n boek tussen de regels het spel en de knikkers e a kele lessen met visueel materiaal het tweede beoogt 16 george lubbers het beeld in het moedertaalonder de a n al y se inter pretat ie en evaluatie van langere fic wijs integratie van de tv in nederlands 1975 1 tionele te k sten m ie ke bal hee f t een zeer groot aan p 1 e v deel ge h ad in het analy tisch gedeel te h et bez w aar 17 kentering 14 1 1975 p 11 tege n h aar m odel dat daa r in de inter p retatie en 18 kentering 14 2 1975 p 13 15 evaluatie ontbreken en dat daarmee een belangrijk 19 koos nawinkels universiteiten literatuuronderwijs argument om het model in het onderwijs te gebrui en la litte rature eest mot teun a beide om ken vervalt is ondanks pogingen van het team nog voorbeelden te n oe men in levende talen 333 niet opg e l ost e n h et allerbelangrij kste ee n didac augustus 1978 p 324 335 tische vertaling van de h ele cu rsus te k st kunde n aar 20 kentering 14 4 1975 p 5 7 h et voort gezet on derw ijs van lbo tot vw o toe blij kt 21 j j vos het lezen van fictionele teksten in de on bu iten g ew oo n mo e i l i j k derbouw 1 in nederlands 1975 1 p 18 27 35 hans robert jauss lirerarurgeschichte als provoka 22 johan phaff en gerard van westerlno lezen op de tion f ran kfu r t 1970 middelbare school is lektuut voor de lol en literatuur 36 m b uursink e a red de wetenschap van h et lezen voor de lijst in vrij nederland 26 februari 1972 tien jaar theorie der literaire recep tie assen amster 23 willem jan otten en marijke hilhorst de lijst der d a m 1978 12 37 zie r t segers leerlinggericht literatuuronderwijs talen 342 mei 1979 p 392 400 een pleonasme over een methode om waarde 46 marjan berkhout e a lezen in de brugklas of de oordelen van leerlingen over literatuur op het spoor werkelijkheid verbloemd publikatie kritiese leraren te komen in levende talen 346 november 1979 amsterdam 1976 op zichzelf is deze studie overi p 811 822 daar vindt men andere bronnen van be gens zeer nu ttig lang genoemd 47 norma b kahn leerlingen motiveren tot blijvende 38 ten brinke 1976 zie het vierde hoofdstuk interesse in literatuur vert marianne bosweger 39 van dis 1962 p 100 typerend is dat dit gezegd jacques vos in project jeugdliteratuur culemborg wordt ond e r het tussenkopje de zogenaamde acul 1976 turele jeugd enigszins ironisch bedoeld om te zien j j vos het lezen van fictionele teksten in de on vanwaaruit we vertrokken zijn blijf ik het voor elke derbouw 2 een poging tot systematisering in ne beginnende l e raar nuttig vinden de hoofdstukken derlands 1975 3 p 139 157 ove r het leesonderwijs en het literatuuronderwijs 48 heim meijerink en jacques vos tussen de regels me met aandacht te lezen en erover na te denken thode nederlands voor 15plus drie delen met hand 40 paul kuyer literatuuronderwijs een soms zeer on leidingen voor de leraar groningen 1977 1978 en vriendel ijk verhaal om u te dienen in het beste uit 1979 moer p 336 342 zie ook noot 24 het daar genoem 49 j d immelman plaats en functie van een personele de artikel vind ik nog steeds zeer nuttig pedagogiek groningen 1974 41 bernard schut cees tahey literatuur wat doe je 50 in zijn in noot 45 genoemde artikel schrijft vos li ermee op school over doelstellingen en methoden teratuur zal wel nooit geheel te vangen zijn in opera van literatuuronderwijs in letteren leren lezen tionaliseerbare doelen wanneer we ons hiertoe be p 51 57 perken blijft er slechts een schraal literatuuronder 42 ik gaf al aan hoe populair lodewicks boeken nog al wijs over voor mij heeft het literatuuronderwijs een tijd zijn open boek leesboek voor de lagere klassen duidelijk pedagogisch doel aanpak en tekstkeuze kwam in het schooljaar 1978 1979 het veelvuldigst staan in dienst van dit doel op de boekenlijsten voor het meest op de combina de titel van zijn artikel dat in maart 1980 in leven tie mavo havo vwo 33 procent op combinaties van de talen p 163 177 verschenen is luidt gewaagd havo vwo met percentages tussen de 24 en de 28 jeugdliteratuur en morele opvoeding dat is jeugd ook in het tweede jaar schommelen de percentages literatuur me e r dan bren gs ter van leerplezier voornamelijk tussen de 23 en 29 in de eerste klas 51 david bleich readings and feelings en introduction kan alleen doelbewust lezen daar een beetje tegenop to subjective criticism national cou n cil of teachers maar de percentages liggen in doorsnee 10 procent of english 1111 kenyon road urbana illinois lager open boek hangt samen met opbouw de ver 61801 usa 1975 zie ook noot 5 spreidingsc ijfe rs daa rvan zijn onthullend voor de 52 sylvia enqdahl do teen age novels fill a weed in overheersende positie van deze methode de percen english journal 64 1975 2 p 48 52 zie ook het tages liggen tussen de 42 procent voor de mavo en 67 laatste in noot 50 genoemde artikel procent voor het gymnasium eerste jaar cito in 53 g robert carlson books and the teen age reader a ventarisatie van leerboeken bijlage 8 nederlands buide for teachers librarians and parents new york z p z j 1971 43 albert kamer weten wat we doen in letteren e 54 jacques kruithof heeft in het oog van de meester ren lezen p 21 31 weinig oog voor de bescheiden plaats min of meer 44 kortheidshalve verwijs ik de lezer naar reacties van vo oraan in het curriculum l ezen die lubbers met k l poll nrc handelsblad 13 januari 1978 zijn poeziewerkschrift 1974 probeert in te nemen doeschka meijsing vn 25 februari 1978 ton an zie kruithof p 41 als ik kruithof de bewuste bui beek de nieuwe taalgids 71 49 w j m bronzwaer tenstaander noem is dat niet honend bedoeld het spiegel der letteren 20 1978 jan van luxembu rg kan bepaald geen kwaad als iemand buiten het on wim vogel de revisor iv 5 1978 pieter de derwijs gaat staan aan de kant van de literatuur in meijer raster 7 1978 jaap tempelman raster 7 het wild zoals kruithof doet en een kritisch oog op 1978 koos hawinkels levende talen 333 augus het vertoonde werpt tus 1978 wam de moo r de tijd 8 juni 1979 me t 55 george lubbers het beeld in het moedertaalonder samenvatting van de hele discussie cyrille offer w i js integratie van de tv tv in de onderbouw sa mans de groene amsterdammer 3 oktober 1979 men met m a th van der doef cramer in neder teun a van dijks wederwoord de groene amster lands 1975 1 en 2 p 1 17 89 100 in hetzelfde tijd dammer 31 oktober 1979 en jaap van der ha rs t schrift het waardevolle artikel tekst en oordeel raster 11 1979 bovendien schreef mieke bal naar over het beoordelen van fiktionele teksten 1975 aanleiding van boek en discussie een interessant anti p 200 225 kei over de grote afstand tussen leerling en litera 56 commissie modernisering moedertaalonderwijs wer tuur in nrc hande sb ad van 7 april 1978 ken met boeken een discussienota over literatuur 45 a c baumg rtner m dahrendorf hrgs wozu lite onderwijs aan kinderen tot twaalf jaar s gravenha ratur in derschu e braunschweig 1970 dezelfden ge februari 1977 de adviescommissie voor de leer zuruck zum literator unterricht braunschweig planontwikkeling moedertaal i o gaf uit een ver 1977 over beide uitgaven jacques vos zuruck zum slag van de discussiemiddagen werken met boeken en literatur unterricht bespreking in levende een degelijke documentatiemap voor de adviesvoor 13 bere i dende conferentie werken met boeken voor op leiders op 29 30 maart 1979 het kenmerk van zeer goede kinderboeken 57 zie de kritiek van jos ien anker ed leeftang en wil waanders in moer 1978 6 en het weerwoord van is dat zij goeddeels onbegrijpelijk zijn neem redact i elid annelies dekkers werken met boeken alice in wonderland neem peter part dat is enkele reis naar het hogere de titel is ruimer uit wonderlijk maar niet ongewoon want be gevallen zegt dekkers dan de inhoud bedoelt te grijpt u dostojewski volledig of joyce nee zijn hoe ook op de basisschool met literatuur om te gaan toch wat ons boeit is het raadsel van die minder kritisch tonen zich anker roland 1978 schrijverspersoonlijkheden en de wereld die p 45 47 zij oproepen dat is leesavontuur dat is 58 in noot 21 bij jeugdliteratuur en morele opvoeding spanning omdat er gevaar is echt gevaar zie noot 50 welke lezer bekommert zich in de eerste 59 z i e de artikelen genoemd in noot 55 p 2 60 tikker staat onder redactie van jan roland ronald plaats om de betekenis van wat hij leest hij dietz en marleen wijmaan der laan en noemt z i ch weet niet eens dat hij leest tot ie pijn in zijn magazine voor jeugdlectuur bevat voornamelijk rug krijgt of een ander ongemak hem uit het fictione l e teksten i eder nummer een ander thema boek trekt hij wordt het boek ingetrokken verschijnt driemaal per jaar en is bestemd voor 11 zonder dat hij zich bewust is van de beteke 15 jarige lezers klapper bedoeld voor lezers van 16 jaar en ouder is nis van het geschrevene opgezet volgens dezelfde formule en staat onder re hij kan het boek helemaal uitlezen met een dactie van harm damsma jan geerlings en jo zucht van spijt dichtklappen prachtig eertram mompelen zonder dat hij weet wat het boek 61 project jeugdliteratuur red theo vesseur en jacques vos verschijnt in katerns sedert 1976 b ij precies wilde zeggen ik kan me zelfs voor tjeenk willink noorduijn culemborg en bevat veel stellen dat hij mompelt prachtig maar ik z i jdi ge informatie ook door vertaling en samenvat snap er geen bal van zonder dat hij met zijn ting van belangrijke buitenlandse secunda ire l i tera inaar hei prachtig af wil zwakken tuur over de literatuur voor de jongere lezers 62 j c brandt corst i us de algemene literatuurweten schap en de letterkundelessen op scholen voor voort guus kuifier de twee robinsons gezet onderwijs in levende talen 264 1970 p 39 hollands maandblad 1980 386 an j e v pag 3 9 63 zie noot 30 ook jacques kruithof geeft op p 55 een eigen variant van dit voorstel 14