Deel 1: Mondelinge taalvaardigheid en literatuur: Leerlingen leveren een filmpje in van 10 minuten, maar voorbereidingstijd moet veel meer zijn; niet aangeduid/geschat). Weging: Mondelinge vaardigheid 20%, literatuur 20%. De inhoud van de presentatie is compleet voorgeschreven. Deel 2: lees- en schrijfvaardigheid. Schrijf een beschouwing (150 minuten). Weging: Beschouwing: 50%, spelling 10%). Er zijn vijf korte artikelen bijgeleverd (authentieke discussie in de NRC, geïnitieerd door C. Weijts). “Lees bijgevoegde artikelen. Deze artikelen zijn onderdeel van de discussie over goed literatuuronderwijs op middelbare scholen.“ De hoofdgedachte is gegeven: Sommigen vinden dat de nadruk in het literatuuronderwijs op middelbare scholen moet liggen op de canon, anderen vinden dat die nadruk moet liggen op leesplezier. Er wordt een bouwplan bijgevoegd: gebruik is optioneel. Leerlingen schrijven op de computer. Spellingcontrole op de computer is toegestaan.
Onderscheidend: (1). De leerling worden goed geïnformeerd over wat hen te wachten staat, qua toets, gewicht en beoordeling. (2) Opvallend verzorgde vormgeving. (3) Er worden hoge eisen gesteld aan de leerlingen: dit is wat je van VWO-6 mag verwachten. (4) De keuze die leerlingen hebben uit literaire werken, uitdrukkelijke keuze om ook poëzie te kiezen (leerlingen moeten poëzieanalyses in hun portfolio hebben). 5. De durf om leerlingen filmpjes te laten maken voor hun mondeling/literatuur (geen angst voor hulptroepen, non-individueel werk). 6. De aandacht voor literatuur en de reflectie op de zin van literatuuronderwijs (in de schriftelijke beschouwing). 7. Degelijke beoordeling, met aandacht voor de inhoud van de teksten; dat zag de jury niet vaak. 8. Dubbele beoordeling bij spreektaak
9. Dekking. Door spreiding in twee delen komen alle vaardigheden uit het PTA terug.
Onderscheidend: (1). De leerling worden goed geïnformeerd over wat hen te wachten staat, qua toets, gewicht en beoordeling. (2) Opvallend verzorgde vormgeving. (3) Er worden hoge eisen gesteld aan de leerlingen: dit is wat je van VWO-6 mag verwachten. (4) De keuze die leerlingen hebben uit literaire werken, uitdrukkelijke keuze om ook poëzie te kiezen (leerlingen moeten poëzieanalyses in hun portfolio hebben). 5. De durf om leerlingen filmpjes te laten maken voor hun mondeling/literatuur (geen angst voor hulptroepen, non-individueel werk). 6. De aandacht voor literatuur en de reflectie op de zin van literatuuronderwijs (in de schriftelijke beschouwing). 7. Degelijke beoordeling, met aandacht voor de inhoud van de teksten; dat zag de jury niet vaak. 8. Dubbele beoordeling bij spreektaak
9. Dekking. Door spreiding in twee delen komen alle vaardigheden uit het PTA terug.