Publicatie datum: 1969-01-01
Auteur: A.K. de Vries
Collectie: 01
Volume: 01
Nummer: 1
Pagina’s: 33-39
Documenten
taallessen voor kleuter s a k de vrie s probleemgebie d m eer dan de helft van de manlijke beroepsbevolking van ons land bestaat uit half en ongeschoolde arbeiders op de vraag die van heek in het verborgen talent 1968 stelde hoeveel kans heeft de zoon van zo n arbeider om naar de middelbare school te gaan kreeg hij het verbijsterende antwoord alle kansen als die zoon gewoon intelligent is dit antwoord klonk daarom ongeloofwaardig omdat uit het statistisch onder zoek van ruiter in 1 960 was gebleken dat er bij elke vijftien leerlingen van het m o telkens maar een zoon van een ongeschoold arbeider is en dat terwijl ruim 50 pct van onze bevolking uit minstgeschoolden bestaat op dat enkele intelligente kind na dat doorstroomt naar het m o gaan de meeste kinderen van minstgeschoolden na de leerplichtige leeftijd aan het werk en van hen kan men generaliserend op grond van van heeks uitkom sten zeggen dat ze niet intelligent genoeg zijn om het v h m o te volgen met van heek veronderstellen wij dat we bij heel wat van deze kinderen niet kunnen spreken van een aangeboren tekort aan intelligentie maar van een intelligentie die niet tot ontwikkeling gekomen is tegen de veronder stelling da t gebrek aan intelligentie uitsluitend biologisch erfelijk bepaald zou zijn pleit nl het feit dat tussen 1942 en 1960 het aantal kinderen uit het laagste sociale milieu dat v h m o ging volgen met de helft is toege nomen een zo snelle stijging in 18 jaar kan moeilijk het gevolg zijn van een wijziging v a n de erfelijke componenten ze zal veeleer veroorzaakt zijn door beleidsmaatregelen die de doorstroming naar het v h m o bevorderen wanneer we aannemen dat we te maken hebben met intelligentie die niet to t ontwikkeling gekomen is houdt dat in dat we ook aannemen dat een juiste en tijdig gestarte ontwik k e l ingshulp zal leiden tot in telligentieverbreding sprekend over i n t e l l i g e n t i e beperken we ons in dit betoog tot verbale intelli entie die wordt gemeten met tests die in vragen en antwoorden van taal geb ruik maken en handelingsintelligentie bij de laatste soort wordt van degeen die een test ondergaat verlangd dat hij al handelend problemen oplost zonder dat taal daarbij een centrale rol speelt wat we met juiste en tijdig gestarte ontwikkelingshulp bedoelen is minder eenvoudig te zeggen tij d ig starten zou wanneer het om de lagere schoolperiode gaat inhou den het drastisch verlagen van de leerlingenschaal en het invoeren van een reeks beproefde didactische technieken om de tekorten op reken en taalge bied op te heffen van heek twijfelt eraan of deze hulp vlug gerealiseerd zal worden voor 6 ns betekent t ijdig starten werken op de kleuterschool u it onderzoek in de v s is gebleken dat kleuters uit het l aagste sociale mi l ieu reeds een achterstand in de ontwikkeli n g van hu n intelligentie hebbe n een ve rwijst naar de literatuu r lijst op blz 39 op kleuters uit hogere soci a al cultur ele lagen vuttin toonde in be lgie ver schil le n i n i nte lligentie tu ssen zesjar i g en uit ve rschille n de soci a le mi l ieus a an we kunne n a annemen da t in nederl and de resul taten eende r zouden zijn en d at houdt in dat bij k l euters u i t het laagste soci al e m ilieu tekorten zij n wa ar aan gewerkt ka n worden meer da n ne g entig p rocent v an d e n eder l andse kleu te rs ga at naar de kleuterschool zodat we daar ook een gr oep kinde r en aantr ef fen die voo r ontwikkelingshu l p in aa nm e rki ng komt h et taal d enkpro gr amm a sinds 1968 loopt er in u trecht aan het pe dag ogisch i nsti tuut v a n de rij ksuniver siteit een door s v o gesubsidieerd exper imenteel progra m ma met een dubbele vraagstelling ten eerste wil men weten of de gemeten achterstand i n de ont wikkeling van de i ntelligentie v a n zesj a rigen uit het laagste soci a le milieu on ged aa n gemaakt kan worden door deze kinderen op de kleuterschoo l ext ra hulp te geven in de tweede plaats vraagt m en zich a f of die k inderen bij w ie de a chterstand is weggewerk t op de 1 s tot betere prest aties komen zodat zij n a ar het v h m o doorstromen deze zaak heeft meerdere f acetten drie da arv an zij n in utrecht uitgekozen ter na de re bestu der ing 1 kunnen we de ki ndere n inte llectueel op nive a u brengen 2 kunnen we de k i nde r en in plaats v a n hen op niveau te brengen niet be ter voorbereiden op de taken die hen op de 1 s wa chten 3 is he t zinvo l de kinder en op de kle u terschoo l op te vijzelen als het mi l ieu w aarui t ze kom en niets in de school of schoolse kenn is ziet zo ontstonden drie experimentele programma s het t a al denkprogr am m a onder leiding va n dr k ohnstamm het s ch oo lvoorb er eidingsprog ra mma onde r drs te unissen en het gezinsbefnvloedingsprogramma geleid door dr ru pp in het ta a l d en k progr am m a st aat de gedachte centraal d a t t a al een van de belangrijkste h u lpmiddele n en voorwaar den voo r het denken is o m het taalni veau van kinderen tussen 4 en 7 j aar te bestuderen heef t dr k ohsta m m een meetinstrument ontwikkel d en het genormeer d op 800 utrechtse kinde r en deze test de utrechtse taa l niveau test ut a n t g eeft nor m e n voor kinde ren v an 4 tot 7 11 jaar voor de vier sociaal culturele niveaus gemeten naar de oplei ding van de ouders u it de res u ltaten v an het normeringsonderzoek b lijkt d a t e r dui d elijke verschi l len zijn tussen de taa lnive aus va n k inderen u it de vier mi lieugro epen gen eral i serend k a n men ze g gen da t kinderen van ongeschoolde arbeiders op hun zesde j a ar een taa la chtersta nd v a n een j aar hebben op zesjari g e k inderen va n ouders met mul o oplei ding ze zij n zelfs anderhalf jaar a chter op kindere n w i er ouders v h m o heb b en g evol gd wanneer men zoals kohnstam m aannee mt d at de factor ta a l bij de ontwik ke lin g van het d enken eve n belang r ij k is als de waar neming zal me n be grijpen 34 da t in het taal denkprogramma veel aandacht wordt geschonken aan t a alver rijki ng een v a n de doelstell in g en v a n het prog ramm a is het verbeteren va n de rel a tie tussen w aa rnemen en t aa l bij de kindere n met w ie we werke n we veronder stelle n daarbij dat de k inderen nauwkeuriger waarneme n als ze over taal be schikken om eigenschappen te beschrijven en re l aties aan te geven van het geen zich om hen heen bevindt en van gebeurtenissen die zich in de tijd af spelen taalverrijking dus m aar hoe en wat voor soort taal voorzichtig werd een doel geformuleerd h et kind moet voldoende taal hebben o m eigenschappen en relaties te beschrijven van hetgeen het om zich heen ziet en ziet gebeuren en van wat het zich weet te herinneren een opmerkelijk tekort d e kleuters uit het laa g ste soci a al culterele milieu met wie we gingen wer ken om erachter te komen wat ze wel en wat ze niet kunnen toonden bijna alle een onvermogen in het nazeggen van een eenvoudige zin van de voor gezegde zin werden woorden verhaspeld of weggelaten of er werd iets toege voegd omdat dit tekort zo opmerkelijk was beslote n we het eerste deel van het ta a l denkprogramma te gebruik en om de kinderen in het nazeggen va n voorgezegde zinnen te trainen over dit deel van het programma gaat de rest va n dit artikel over de taal gebruik stimul erende spe l le tjes en de oefeningen die het leren lezen op de 1 s voorbereiden zal nog een publikatie volgen we meenden aandacht te moeten schenken aa n het correct nazeggen van ge sproken zinnen omdat we veronderstell en dat het taalve rwervingsproces bij kinderen gedeeltelijk steunt op het feit dat ze in het d a gelijks leven iets wat nieuw voor hen is v aak sponta a n herhalen om he t te proeven en vast te hou den het zou m ogelijk zijn dat ouders uit hoger sociaal culturele milie u s niet a lleen meer taal produceren m aa r ook enthousiaster reageren a ls hun kinde ren spontaan nieuwe woorden of zinsconstructies nazeggen om ze voor zichzelf uit te proberen een positieve reactie van de ouders ondersteunt deze act iv i teit waarschijnlijk in hoge mate we kwamen ertoe dit te veronde rstellen toen we ter controle dezelfde eenvoudige zinnen aan kinderen uit het hoogste milieu voorzegden en deze kinderen zonder moeite en bovendie n i n hetzelfde tempo waarin ze waren voorgezegd de zinne n ko n den n azeggen hierboven veron d erstelden we ook dat ouders u it hogere milieus m eer taal produceren het is beter te zeggen rijker gestructureerde taal gebruiken een serie recente onderzoekingen van bernstein in engelan d toont aan dat er duidelijke verschill en in gecompliceerdheid zijn tussen het taalgebruik van pubers die mavo en die l avo volgen de enge l se vormen va n voortgezet onder w ijs zijn n atuurl ijk niet hele ma al ve rgelijkb a ar met de onze bernstein ont dekte dat leerlinge n van het mavo in hun gesprekken m eer onderschikkende 35 bijzinnen on g ebruikelijker bijvoeglijke naamwoorden bijwoorden en werkwoords vervoeging en g ebru ik en da n l avo leerl in gen hoewel de taal van 5 en 6 jarige kleuters nog niet zo rijk van structuur is als de taa lvormen v a n volw a sse nen vi nden w e i n hun t a al toch ook on derschikken d e n neve nschikkend zins v erb and teru g de si mpe lste manie r om de ge compl icee rd heid van zinnen aan te geven is de gemiddelde zinslengte uit een klein on derzoek van mej bodegom bleek da t de gemiddelde lengte van vijftig zi nnen spontane taal van 4 12 j arige kinde r en uit he t laag ste m i l ie u op 5 1 woorde n pe r zin li g t terwijl kinde ren u it het hoog ste m ilieu 6 1 hale n verr a ssend is da t templin bij am erikaa nse kinde ren deze l fde uitkoms t en von d men kan terecht opmerken dat de gemidde l de zinslengte wel een erg primitieve maat is voor de samengesteldheid van zinnen door loban ddonnell c s menyuk en a nderen wer den heel rece nt pra chtige m ate n voor zinscomplexite it ontwikkeld die wij in ons rese a rchwerk ook hebben ingevoerd het voordeel van de ge middelde zinslengteber ekening is ec hter dat iede ree n di e ma at zonder i n leiding k a n begr ijp en dat de bere ke ning e e nvoudig is a ls men he e ft beslist wat men een zin zal noemen e n d at uit o n derzoe k is gebl eken d at he t e en heel stabiele en betrouwbare maat is ui t het verschil tussen 5 1 e n 6 1 w oorden ge midde l de z ins l engte bij de onde r zochte kinderen kan men nauwelijks afleiden d at de eerste minder gecompli ceerde syntactische structuren gebruiken dan de laatste om erachter te kom en hoe de verschillen p recies liggen is dr kohnsta mm in septe mber j l gest art met ee n door z w o g efinan cierd on derzoek naa r het taalgebruik van nederlandse kleuters uit het laagste sociale milieu vergeleken met dat van kleuters uit hoger sociaal culturele milieus dit onderzoek omvat o a een inventarisatie van de moeilijkheden die optreden bij het nazeggen van een se ri e zi n n en m et verschille nde grammat ic a le structuur eve na ls menyu k l ij kt he t ons r edel ij k aan te ne men dat kin der e n m oeite zullen hebben grammaticale structuren te verstaan en te gebruiken die ze zelden of n ooit i n hun o mg eving hebb en gehoor d onze eerste indruk van de voor lopige resultaten van dit dee l v a n het onder zoek verst erkt deze mening h ierbij is w el vermel denswaard d at het lijkt of er leereffecten optre de n voor dit onderzoek naar het nazeggen va n zinne n d i e g rammatica al ver schi lle n w e r d n am el ijk n a ast de eerste serie zin n e n een g elijkwaar dige p ar al lelserie geconstrueer d die ee n week na de ee rste w ordt a fge n om e n s omm i ge ki nder en he rkenden na een week bepaalde syntactische moeilij kheden en vertelden da t ook aan de proef leidster bij de beoordeling van de moeilijkheden die bij nazeggen optreden zullen drie categorieen fouten bekeken worden de weglatingen de vervangingen en de toe voegingen een uitvoerige publikatie over dit werk zal weldra volgen voor het taal denkprogramma is allereerst van belang dat bleek dat kindere n 3 6 uit de laagste sociaal culturele milieus veel morfologische fouten maakten de subtest grammatica uit de utant had dat ook al aan het licht gebracht met deze ontdekking hebben we bij het construeren van de voorzeg nazegles sen voor het t d program rekening gehouden voorzeg nazeglesse n de morfologische fouten die ons het st er kst opvielen waren die in de werk woordsvervoeging en de meervoudsvorming de grammaticale fouten betroffen vooral het fout geb ruik van werkwoorden en voorzetsels en het inadequaat ge bruik van de bijvoeglijke naamwoorden de moeilijkheden met het werkwoord liepen daarbij het sterkst in het oog da t bra cht ons ertoe lessen te constru e r en w a arin de kinderen u itvoerig gecon fronteerd worden met corr ect gebruik v a n werkwoorden en hun vervoeging de lessen best a an u it 2 4 zinnen van eenvoudige g ra mmaticale contractie 12 bevestigen de en 12 ontkennen de v an die 24 zinnen vormen drie werkwoorden de ker n ze komen bevestigend en ontk e nnend een keer voo r in de eerste en derde persoon enkelvoud en de eerste persoon meervoud tegenwoor di g e tijd en ook als verlede n deelwoord d e 24 zinnen vormen tezamen de beschrijving van een voor kinderen herke n b a re situa tie die in het ontke nningsdeel v an de les voorzien is van allerlei gra ppige a bsurditeiten d e zinnen worden st u k voor stuk door de l eidster voor gezegd en moeten keurig in koor herhaald worden door de groep de leidster zegt da ar na de zi n in een volledige of vereenvoudigde vr a agtr a nsformatie en op ha a r vra ag moet de groep nogma als met de hele oorspronkelijke zin ant woorden bl ijkt de zin m oei l ij kheden op te leveren dan herhaa lt de leidster het hele patroon zo horen de kinderen elke zin minstens vier keer e n spreken hem zelf twee keren uit en om dat het we rkwoord da t de kern van de zin is eenmaal beves tigend en ontke nnend voorkomt hoort de groep de eerbuigingsvorm i n kwestie ten minste acht maal op die manier worden een vijftig werkwoorden aange bo d en in de l oo p v a n een half jaa r de grootste aanda cht krij gen de sterke en samengestelde wer kwoo r de n daar die de meeste moei lij kheden opleveren opdat de vulling van de voorzeg nazeglessen niet wille keurig gekozen zou wor den heeft dr kohnsta mm met hulp van vijftig kle u terleidsters en o nd erwijze ressen van de eerste klas 1 o een streeflijst woordenschat voor 6 jarige kinderen s am eng esteld d eze streeflijst die binnenkort wordt u itge g eve n is voorzien v an een u itvoerige inleiding en vormt de bron van het mat er i a al dat in de t aallesse n wordt gebru ikt bij het w erk met de voorzeg n azegl essen mer kten we a l v lu g dat de vormen van het sterke werkwoord in de tegenwoordige tijd te weinig geoefend werden in verhou ding tot de die w erkwo orde n ei g en m oeilijkhe d en door het s l echt 37 functionerend tijdbegrip konden we geen verleden tijd in de voorzeg nazegzin nen gebruiken omdat gisteren of daarnet voor deze kinderen even goed morgen of straks kan betekenen wordt een zin als gisteren liep vader over een smalle plank tot een inhoudloze mededeling waarbij de kinderen v oortdurend trachten de zin te verbeteren door er gisteren lo o pt vader over een smalle plank v an te maken daarbij de functie van gisteren negerend om verledent ijdsvormen te oefenen voerden we toen werkwoordkaartjes in series van telkens drie kaartjes die steeds een situatie aangeven waarin drie handelingen worden verricht elk kaartje toont met een plaatje een handeling z o ontstaat een serie als 1 peter klimt in bed 2 pete r kruipt onder de de kens 3 peter slaapt de hele nacht de kinderen l eren de plaatjes herkennen en de standaardzin zeggen die erbij hoort daarna worden de pla a tjes omge keerd en vraagt de leidster wat deed peter eerst en wat g ebeurde er daar na op deze wijze worden de kinderen op een natuurlijke manier gedwongen te antwoorden met een verledentijdsvorm voor enkele groepen kinderen die tot de allerlaagste cultureel economische laag van de bevolking horen was het spr e ken in de verleden tij d over plaatjes die ze net gezien hadden erg bevreem dend voor hen werden series van zes plaatjes met struwwelpeter achtige situa ties getekend deze ser ies spraken zo duidelijk aan dat d e kinderen de volgende dag nog preci es wisten wat ze g ezien hadden en er toen aan wenden verleden tijdsvormen te g ebruiken eenmaal hiermee ve rtrouwd begrepen ze o ok de be doeling van de werkwoordkaa rtjes t a al en den k e n met de voorzeg nazeglessen hopen we een taalbed te leggen de kinderen nauw keurig te ler e n lu isteren en hen e ra an te wennen d at de leidster kritisch luistert naar wat zij zeggen h et t aa lgebrui k moet echter in dienst ga an st a an v a n het denken w a t inhoudt dat we de ki nderen wi l len tra inen op het adequaat omschrijven v an waa rnemin gen di e zowe l in de rui mte al s in de tij d g ed aan ku nnen worden h et is d aar om da t ve rderop in het progra mma het acce nt verleg d w ordt v a n de w erkw oor den naar de voorzetsels de rel ationele woorden de bijwoorden en bijvoeglijke n aamwoorden op deze vorm v an taa l g ebruik vooruitlopend g eb r uiken we tijdens de voorzeg nazeglessen naast de serie werkwoordkaartjes ook voorzetselkaartjes het verkeerd gebruiken van de voorzetsels komt veelvuldig voor wanneer we deze kinderen v ra gen om uitspr aken te doen over rel aties tu ssen objecte n in de ruimte het is daarom dat we het correct gebruik van de voorzetsels oefenen met behulp van kaartjes waarop bijvoorbeeld een kikkertje boven onder achter of voor een vis zwemt op de staart van de vis zit of in de bek van de vis ge raakt omdat het veel tijd e n herhaling kost om deficient taa l gebru ik te ve rbe ter en 38 hebben we een groot aantal verschillende series voorze tselkaa rtjes ontwikkeld om mee te werken didactiek en voorlopige resultate n d e streeflijst woordenschat voor 6 ja r ige ki n deren helpt ons aan inhoud voor de lessen zo oo k ons onde rzoek naar het taalgebruik van kinderen uit hogere sociale milieus en de veronderstellingen die we heb b en over voor bepaalde vormen van denken relevant taalgebruik na een jaar pre experimenteel bezig zijn en een half jaar experimenteel pro gramma is gebleken d at de k leuters ie dere dag met hetzelf de e nthousiasme aan de lessen deelnemen tot het einde van het eerste half jaar bleven de kleuters gemotiveerd ondanks het feit dat de leidsters die speciaal voor dit experiment zijn aangetrokken en die e l k iedere morgen mie groepen kleuters na elkaar twintig minuten les geven zodat er in het totaal negen groepe n beinvloed worden na al die herhalingen een beetje uitgekeken waren op de lessen d e volgende programma onderdelen waarmee de groepen op het ogen blik bezig zijn zijn sterk op het activeren van het denken gericht en vormen afgeronde taal denkspelletjes die elk vier tot zes weken duren over dit deel van het project zal binnenkort een publicatie volgen de resultaten van het afgelopen half jaar taa l programma door middel van de voorzeg nazeglesseu zijn heel be moedigend de beinvloede groepen gingen gemeten op de uta n t functioneren op het n iveau va n ki nderen wier ouders een m a v o of daaraan gel ijke opleiding hebben gehad literatuur in heek f het verborgen talent 1 968 vuttin j de verstandelijke begaafdheid van de jeugd in de verschillende sociale klasse n en woonplaatsen 1 96 5 b ollenvan th g k inderen van ongeschoolden 1 96 8 kohnstam m g a over de ak it de wppsi en de ut ant drie nieuwe tests voor 4 tot 7 jarigen 1 96 8 kohnstamm g a taa l ontwikkeling en milieu 1 969 bernstein b b social c lass linguistic c odes an d gramm atical element 196 2 lawton d social clans language and education 196 8 templin m c c ertain language skills i n chi ldren 1 95 7 loban w d the language of elementary school children 196 3 o donnell r c e a syntax of kin dergarten and eleme ntary school c hil dren a transform ational a n a lysis 1 96 7 menyuk p sentences children use 196 9 p iaget j l e language et la pensee chez l enfant 1923 39