Taalvaardigheid in de basisschool: een aardige grabbelton

Publicatie datum: 1990-01-01
Auteur: Henk Blok
Collectie: 08
Volume: 08
Nummer: 2
Pagina’s: 81-85
henk blok taalvaardigheid in de basisschool een aardige grabbelton een bespreking van lentz l en tuijl h van red taalvaardigheid in de basisschool enschede instituut voor leerplanontwikkeling slo 1989 prijs 35 20 excl porto 1 inleiding een pil van meer dan 600 pagina s ligt er voor mij een van de aardige dingen van deze bundel van de slo is dat er voor bijna iedereen wel wat leuks nuttigs of leerzaams in te vinden is het verrassendste is om het boek op een willekeurige plaats open te slaan en daar het lezen te starten je hebt dan een gerede kans op iets aardigs te stuiten maar voor wie niet van een grabbelton houdt is er ook een inhoudsopgave een inhoudsopgave overigens die nog niet alle grabbelplezier wegneemt wat te verwachten onder titels als de o van koln de zin van koken feestjes en uitstapjes schrijven woordenrijk of taal goed voor je gezondheid zelf beleefde ik veel genoegen aan de bijdragen van de medewerkers van het amsterdamse project taaldrukken maar laat ik eerst de achtergrond van de bundel belichten in de jaren 80 heeft het instituut voor leerplanontwikkeling slo twee projecten gekend die zich met het taalonderwijs op de basisschool bezighielden werken met boeken en taalvaardigheid in de basisschool het laatstgenoem de project heeft voor het onderwijs het meeste opgeleverd in de loop van een jaar of acht is een grote stroom van publikaties voor het veld beschikbaar gekomen een continu element in deze stroom waren de afleveringen in de reeks katernen taalvaardigheid in de basisschool vele tientallen artikelen zagen in deze reeks het licht wie deze reeks gemist heeft kan nu de schade inhalen in een voorkomende handreiking heeft de slo zo n 75 artikelen uit de reeks gebundeld onder de titel taalvaardigheid in de basisschool het resultaat is een kloeke bundel in een sober maar toch verzorgd jasje volgens het woord vooraf zijn de artikelen ongewijzigd overgenomen uit de reeks katernen de artikelen zijn van de hand van zeer veel verschillende auteurs een flink aantal zijn er geschreven door medewerkers van de slo zelf maar nog meer zijn er op uitnodiging gemaakt door leerkrachten schoolbegeleiders taaidruk kers opleiders en onderzoekers als ik me niet vergist heb zijn er in totaal wel 52 auteurs de aardige kant hiervan is een uiterst gevarieerde kijk op het taalonderwijs in de jaren 80 2 acht rubrieken de artikelen zijn over acht rubrieken verdeeld aan elk daarvan wijd ik een kort woord maar volledig kan ik natuurlijk niet zijn de eerste rubriek is geschreven door de beide redacteuren van de bundel ze behandelen de uitgangspunten en achtergronden van het project taalvaardigheid in de basisschool in negen maximes wordt gepleit voor een taalonderwijs dat de taal spiegel 8 1990 nr 2 81 85 van de leerlingen en niet van de volwassenen als vertrekpunt neemt leerlingen vergroten hun beheersing van de taal door deze actief te gebruiken in uiteenlopende situaties en niet alleen in de taallessen door zich bewust te worden van de verschillende doelen waarvoor taal gebruikt kan worden door te spelen met taal door te reflecteren op de regels voor taal en taalgebruik enz de bijbehorend bepleite onderwijsvorm is de thematisch cursorische leerstof wordt zowel in thema s als in deelcursussen georganiseerd het pleit voor de karaktervastheid van het project dat de meeste artikelen een concretisering vormen van een of meer van deze uitgangspunten in de tweede rubriek wordt belicht hoe thema s in de praktijk kunnen functioneren hier wreekt zich een beetje dat de meeste artikelen al enkele jaren oud zijn het werken met thema s is op veel scholen zozeer ingeburgerd dat de onderhavige rubriek weinig nieuws meer bevat de rubriek cursorisch taalonderwijs is actueler vier van de twaalf bijdragen zijn gewijd aan het werken met een tekstverwerker dat is haast wat te veel van het goede want met de norm van 60 leerlingen per computer kan het met tekstverwerking nog niet zo n vaart lopen eigenlijk vormen deze bijdragen ook een schending van het uitgangspunt dat de wereld van het kind het vertrekpunt hoort te zijn en niet de volwassenen wereld een belangrijke vraag in verband met cursorisch taalonderwijs is natuurlijk welke deelgebieden cursorisch en welke thematisch onderwezen kunnen worden niet onverwacht worden spelling grammatica en idioom als typisch cursorisch aan te bieden onderdelen ge noemd maar er zijn er meer wie het boeiende artikel van ter heerdt over schrijfonderwijs goed leest zal ook voor dit onderdeel tot de conclusie komen dat er behoefte bestaat aan een cursorische opbouw het doet de kwaliteit van het onderwijs geen goed dat het vraagstuk wat thematisch wat cursorisch zo weinig doordenking heeft gekregen de twee volgende rubrieken gesprekken in de klas en werken met teksten brengen artikelen samen over respectievelijk de mondelinge en de schriftelijke taalvaardigheden de bijdrage van gribling is een ontwapenende beschrijving hoe een leerkracht in de praktijk stapsgewijs werkt aan de ontwikkeling van kringgespreksvaardigheden wat hierin treft is niet alleen de geworteldheid in de praktijk het zijn ook de reflecties op het stapsgewijze cursorische zo men wil karakter van de gevolgde aanpak de praktische inslag is ook het kenmerk van de bijdragen van de taaidrukkers dellesen en van faassen het zijn boeiend beschreven lessen en lesideeen van goede kwaliteit de bijdragen over lezen zijn zowel kwalitatief als kwantitatief de mindere van de bijdragen over schrijven vormt hiervan de afperking naar het zusterproject werken met boeken de achtergrond de rubriek taalbeschouwen behoort met 96 pagina s tot de omvangrijkste rubrieken veel bijdragen zijn praktisch van aard suggesties lesvoorbeelden en didactische aanwijzingen dat maakt de rubriek tot een van de aardigste in de bundel de bijdragen van dekkers en van boschman blinken uit ze geven veel suggesties waarbij de leerkracht start vanuit de taal van leerlingen om deze vervolgens ontdekkenderwijs uit te bouwen bepaald origineel zijn de artikelen in de rubriek taaldrukken van deze rubriek heb ik persoonlijk het meeste genoten er worden inspirerende ideeen ontvouwd hoe je je taalonderwijs met weinig middelen een enorme stimulans kunt geven taal gebruiken is niet alleen taal produceren het is je eigen taal 82 creeren veel van wat in de doorsnee taalles fout gerekend wordt kan nu ineens wel als individuele expressie van je individuele emotie het ware te wensen dat alle leerkrachten kennis namen van de ideeen van de taaidrukkers en daaruit zorgvuldig selecteerden wat zij als een verrijking beschouwen er is overigens een niet onaanzienlijke inhoudelijke overlap tussen de slo bundel en het boek taaldrukken verder dan zeggen en schrijven dat door bekadidact reeds in 1987 in een heel mooi jasje op de markt is gebracht de laatste rubriek taal overal behandelt de rol van taal in de andere leergebieden dan het taalonderwijs zelf het is moeilijk om onder woorden te brengen waarom de artikelen in deze rubriek mij minder bevrediging schonken is het omdat het een thema zonder grenzen is of is het zo obligaat wat door de meeste auteurs naar voren wordt gebracht 3 leerplan nederlandse taal voor de basisschool de laatste 60 pagina s van de bundel zijn ingeruimd voor het leerplan neder landse taal een gezamenlijk resultaat van de twee al eerder genoemde slo projecten het leerplan geeft een verdeling van de leerstof over vier bouwen de kleuterbouw de onder de midden en de bovenbouw het is bedoeld als houvast bij de planning van het taalonderwijs welke leerstof zou in welke bouw aan de orde gesteld kunnen worden de leerstof wordt hier over zes domeinen verdeeld mondelinge taalvaardigheid handschriftontwikkeling schrijven spelling taalbeschouwing lezen bij de opstelling van het leerplan zijn acht auteurs betrokken het is jammer dat de redacteuren niet strakker hebben vastgehouden aan het eenheidsprincipe die eenheid is er vooral naar de vorm naar de inhoud zijn de domeinbeschrij vingen van wisselende kwaliteit taalbeschouwing en lezen blijven onder de maat de beschrijvingen zijn zo algemeen dat ze leerkrachten niet de bedoelde steun bij de planning kunnen verschaffen de mondelinge taalvaardigheid het schrijven en de spelling zijn veel specifieker beschreven ook het domein van de handschriftontwikkeling dat hier eigenlijk een beetje vreemde eend in de bijt is biedt houvast de voorgestelde leerstofverdelingen zijn natuurlijk niet nieuw ze weerspie gelen in grote lijnen hoe de basisschoolleerstof vandaag de dag over de leerjaren verdeeld is dat is niet bedoeld als kritiek want de informele consen sus die we hierover in nederland hebben is niet slecht het voorgaande neemt niet weg dat naar mijn mening hier en daar toch wel wat optimistisch geoor deeld wordt over de haalbaarheid welke bouw te denken bij de volgende omschrijving in de grote groep worden open kringgesprekken en themage sprekken gevoerd de kinderen leren er de beurt door te geven elkaar te laten uitpraten wat langer bij een onderwerp te blijven en kort over het gesprek te praten in veel bovenbouwgroepen zou deze leerstof die hier als onder bouwleerstof gekenschetst wordt goed passen zulke kritische opmerkingen zijn 83 evenwel toch maar van betrekkelijke waarde gezien de soms grote verschillen die er tussen scholen bestaan 4 discussie de doelgroep waarop de bundel mikt is niet zo duidelijk de redacteuren doen daarover geen uitspraak ze vermelden slechts vanuit welke hoek de bijdragen afkomstig zijn dat is op een enkele uitzondering na de hoek van de onder wijsverzorging het gevaar bestaat daardoor dat de bundel een verspreiding krijgt die hoort bij de categorie door de verzorgers voor de verzorgers dat zou jammer zijn omdat het geen recht doet aan de vele praktische artikelen die ik tegengekomen ben het is te hopen dat de druk op degenen die in het onderwijs werkzaam zijn wat af zal nemen zodat ook zij zichzelf de broodno dige luxe van studie en reflectie kunnen gunnen er is nog een punt waaraan ik gaarne enige aandacht besteed strikt genomen heeft dat niet met de bundel te maken maar met het project zelf het is treurig hoe weinig vruchtbaar de relatie tussen leerplanontwikkelaars en onderzoekers is gebleken zo valt het op dat de bundel van onderzoekswege maar weinig bijdragen bevat en die er zijn staan betrekkelijk los van de andere bijdragen in de bundel ze missen voorts de praktische inslag die veel andere bijdragen wel kenmerkt in wezen worden de activiteiten van het projectteam nauwelijks gesteund door empirisch onderzoek dat geldt bijvoor beeld voor de negen uitgangspunten die aan de basis van het project gelegen hebben het is volstrekt onzeker of deze uitgangspunten ertoe bijdragen dat de kwaliteit van het taalonderwijs stijgt dat maakt een goede lezer begrijpt dit de uitgangspunten niet van mindere maar wellicht wel van tijdelijke waarde even gemakkelijk kunnen de bordjes met de uitgangspunten over enkele jaren verhangen worden tegen zo n poging kunnen tot op heden weinig andere dan ideologische argumenten gesteld worden dat klemt te meer omdat de vernieu wingspogingen van de slo die door deze uitgangspunten gedragen worden evenmin een empirische follow up gekregen hebben nu het project is afgelo pen is onbekend wat de bijdrage ervan is geweest aan de verbetering van het taalonderwijs wie zou willen beweren dat die bijdrage nihil is geweest zou op weinig empirische tegenwerpingen hoeven te rekenen deze stand van zaken staat in schril contrast met de situatie rond het reken en wiskunde onderwijs op de basisschool in het vroegere wiskobasproject is in eendrachtige samenwerking tussen leerkrachten en vakdidactici vrijwel het gehele reken en wiskunde onderwijs op een nieuwe leest geschoeid de nieuwe uitgangspunten vertonen interessante parallellen met die van het project taalvaardigheid in de basisschool ook hier in het realistische reken en wiskunde onderwijs gaat het er bijvoorbeeld om dat de leerstof aangeboden wordt in een context die past binnen de kinderlijke belevingswereld ook hier gaat het er om dat de leerlingen actief omgaan met de leerstof in uiteenlopende toepassingssituaties het effect van die vernieuwingsinspanning kan nu langza merhand zichtbaar gemaakt worden dankzij de zorgvuldige empirische follow up die de vakdidactici ontwikkelingsonderzoekers noemen zij zichzelf aan hun activiteiten hebben verbonden gewezen kan worden op de recente proef schriften van medewerkers van de vakgroep onderzoek wiskunde en onderwijs 84 computercentrum gewezen kan nu ook worden op de resultaten van de eerste rekenpeiling van het project periodieke peiling van het onderwijsniveau waaruit blijkt dat de zogenoemde realistische methoden in bepaalde opzichten tot een hoger beheersingsniveau bij de leerlingen hebben geleid hiermee vergeleken is het project taalvaardigheid in de basisschool eigenlijk een gemiste kans dat wordt door de besproken bundel nog eens pijnlijk duidelijk 85 m