Documenten
de autoriteit v an de school speelt hier nog een bela ng rijke rol de onderwij zer es moet het boek dat hij of zij van plan is voor te lezen eerst zelf lezen indie n m e n ni et achter de i nhoud de sfeer van het boe k sta a t k an m en het voorlezen van dat boek beter achterwege laten het contact de wi ssel w erking tussen voorl ez er en kin der e n komt dan niet tot stand h et w ordt da n niet overgebracht d aar de zin smelodie de intonatie en ook het ge baar b ij het voorleze n ee n rol spelen is het i n de hog er e kl assen mogel ijk een wat moei l ijker boek te kieze n dan de kinderen doorga ans lezen uit e raard is het vertelle n van een verha al gelukkig n og altijd een onvervang bare be zig he id zeker in de lagere klassen als overg an gsfase naar het voo rl ezen kennen we het vertellend voorlezen d w z met het boek in de hand het ver haal vertelle nd overb re ngen hierbij i s he t som s no d ig andere woorden te gebr ui ken dan in de te kst staan o m het verhaal begrij pelijk te m aken di t i n te g enste ll i ng m et d e ho g er e kl asse n uit he t z insver band moeten de k indere n lere n d e beteke nis van moei lij ke woorde n te halen slot v olg t utrechts taal denkprogramma voor kleuters c hro n o l o g isc h ran g schikke n ger r eesink de ti tel duidt een taalspel l e tje aan dat g espeel d w or dt i n het taal denkpro g ramma zie taallesse n voor kle u ters k orte beschrijvi n g 1 d e kle ute rl ei dster speelt di t spel met zes kl eut er s als hulpmiddele n ge bruikt zij een flanel bor d en series v an zes p l aatj es die verh aaltjes v er beelden van ee n bepaa l de serie wo rdt het eerste plaatje door de l eidster op he t flane l bor d g eplakt waarbij ee n vraag wordt gesteld die door de ki nderen he rha al d wordt de be doel ing is dat de ki nderen als antwoord een nie uwe zin be de nk e n wat de eerste les nog niet lu kte v e r volge ns het tweede tot en met het zesde plaatje de kin de re n zegge n da arb ij st eeds de stand aardzi n van de leidster na al s alle pl aa tjes op het bord staan met de zinne n daarbij genoemd vraag t de lei dster wie kan di t verhaaltje vertel len 2 alle kinderen heb ben een van de zes plaatjes de leidster pl akt het eerste p laatje op het bord e n vraagt wie heeft dit plaatje het kind da t di t pl aatje heeft mag het er onder plakken en de zin zeggen die bij dat pl aat je hoort 86 doe l men had gemerkt dat de kleuters die in het taal denkprogramma meedoe n erg moeilijk uitdrukking kunnen geven aan wat ze zien de juf frouw kan hen helpen door te ve rt ellen wat er te zien is een nadeel van deze methode is dat de taal die gebruikt wordt niet afwijkt van wat gezegd wordt in de voor zeg nazeg lessen dat wil zeggen dat de kinderen ook in deze lessen slechts eenvoudige zinnen nazeggen eenvoudige zinnen die gemakkelijk nietszeggend worden door een imitatie zonder meer zoals ook al in bovengen oe md art ikel van de vries werd gezegd is het echter maar de vraag of er louter ge imiteerd wo r dt cf menyuk 69 wel kan men zeggen dat het aanbeveling zou verdienen het taalgedrag niet te beperken tot het imitatieve maar ook mogelijkheden voor spontane taal aan te geven deze mogelijkheden zijn in de eerste opzet van de chronologisch rangschikles sen niet aanwezig ook zijn de structuren van de zinnen niet ingewikkelder dan ze in de imitatielessen zijn de zinnen van de voorzeg nazeglessen zoals beschreven in genoemd artikel zijn wat de structuur betreft erg beperkt de nadruk valt daarbij op werkwoordsvormen en vraagbegrip dit laatste door dat de 12 ontkennende zinnen teruggevraagd worden bijv 1 leidster peter vraagt geen limonade n o of n 2 kleuters 3 leidster vraagt peter limonade 4 kleuters nee peter vraagt geen limonade veel ingewikkelder dan een aanvulling met een adjectieve en o f adverbiale bepaling zijn de structuren in de voorzeg nazeglessen niet zouden nu ook in de rangschiklessen de structuren van gelijke complexiteit blijven en uitsluite nd imitatief dan zou er wezenlijk niets nieuws wat de taal betreft worden aangeleerd aan de eerste formulering van het doel onder woorden brengen wat je ziet wordt nu toegevoegd spontane taal uiten en wat complexere zinnen gebruiken nieuwe opze t om aan dit deel te beantwoorden worden de lessen anders ingericht als de leidster het eerste plaatje op het fl aaelbord plakt vraagt ze wie ziet wat er op dit plaatje gebeu rt de zin die door een kleuter bij het plaatje geproduceerd wordt moet dan grammatikaal en semantisch juist zijn wil hij overgenomen worden door de leidster als voorbeeld moge dienen het verhaal bij de plaatjesserie 31 van raconte mceder rijdt met twee kinderen in een auto ze stopt stapt uit en gaat menyuk p sentences chileen use 1969 raconte 55 historiettes en images par c le boeuf l ecole 11 rue de s evres paris 6e 87 een winkel binnen de jongen klimt over de bank zet de auto van de hand rem af waardoor deze tegen een lantaarnpaal rijdt moeder komt verschrikt de winkel uit bij het verzinnen van de zinnen vullen de kinderen elkaar aan zo komen ze tot nevengeschikte zinnen al s 5 moeder zit achter het stuur en peter en tessa zitten achterin 6 peter klimt over de bank achter het stuur de aldus zelfgemaakte zinnen worden tot standaardzinnen bij de plaatjes die door de gehele groep steeds herhaald worden als de hele serie op het bord staat wordt het verhaaltje uitgedrukt in de standaardzinnen nagevraagd vervolgens wordt er naar alternatieve zinnen gevraagd een nadeel is nog steeds dat er geen causale en of temporele relaties tot uit drukking worden gebracht dit is wel mogelijk als er zinnen gemaakt moeten worden die betrekking hebben op twee plaatjes immers juist deze relaties bieden gelegenheid om grammaticaal wat ingewikkelder zinnen te laten pro duceren tenslo tte is dit een van de doelen van het lesprogramma dat de kleuters een rijkere taal kunnen gaan gebruiken voor bepaalde groepen is dit ook al in de voorzeg nazeglessen geinuodu ceerd deze kinderen kregen zinnen na te zeggen waarin een aantal moeilijkheden waren opgenomen deze m oe ilijkheden kunnen aangegeven worden met trans formaties de studie van menyuk was er op gericht te onderzoeken op welke leeftijd de tr ansformaties die chomsky in syntactic structures voorstelt aan wezig waren voorzover deze te vergelijken zijn met het nederlands hebben we deze transformaties overgenomen en verspreid over de voorzeg nazeglessen aangeboden dit wil niet zeggen dat we nu in de spontane taal die in de rangschiklessen wordt uitgelokt dezelfde transformaties zullen of willen tegenkomen wel moet geprobeerd worden om zo n opzet te vinden dat ingewikkelder con structi es dwingender uitgelokt worden wanneer alle plaatjes volgens de nieuwe opzet op het flanelbord staan moeten de kleuters de ogen dicht d oe n de leidster verwisselt een paar plaatjes en vraagt als de de ogen weer open hebben ge da an fik heb een plaatje verwis seld wie ziet welk plaatje dat is ee n kind krijgt de vraag te beantwoorden waarom het verhaaltje zo niet goed is als antwoord op zo n vraag werd de volgende zin gezegd 7 peter doet het kippenhok dicht en gaat naar huis in zin 7 kunnen we een transformatie zien die ontbreekt in zin 5 in zin 5 is deze transformatie in feite onmogelijk maar waar het om gaat is te laten zien dat nu niet loutere zinnenkoppeling plaats vindt zoals in 5 maar rekening wordt gehouden met de eis die de congruentie tussen de twee subjecten stelt nl deletie van het tweede subject op de waarom vraag in een ander verhaaltje krijgt de leidster als antwoord 88 8 p eter moet eerst zaaien dan kome n pas de bloemen al zouden we in zo n geval ee n werk e lijk volgroeid e grammat ikale zin l ie v er hor e n zoal s 9 p eter moet e erst g e zaaid hebben v oorda t d e bloe m e n op kunnen komen t och zijn we al blij dat het ant woord op de waarom vra ag een i ngewikke lder constr uctie dan nevenschikking door en vraagt bov e ndi en bl ij kt ui t de antwoo rde n op deze vrag en dat kinderen van de lee f tijd van 5 jaar wel degelijk l angere zinnen dan va n 5 tot 6 woorde n ku n ne n pro duceren d eze uitspraak is in haar te ndentie missch ien nie t j ui st om da t alle en g evonden i s dat kinderen v an d eze l eeftijd gemiddeld de ze zi n s leng te gebru iken voor een co mpensatieprog ramma moet dan mij ns inzien s in de gaten worde n g ehouden dat i ndi v i duel e kinder en in concr et e g ev allen ge makkelij k zi nn e n van 10 to t 12 woorden aankunnen zowe l imi t atief al s spontaan het grootste voordeel van het spelletje chronologisch ra ngschikken zien w e in de v olg ende puntert 1 de kleuters b re ng en onder woo rde n wa t ze zi en 2 hier wordt creatief taalgebruik gev r aagd 3 het is mogelijk dat de kinderen zeldzaam aanw ezige transformaties op die l eeftijd in da t milieu zeldzaam aanwezige gaan g ebruiken om de ve r schi lle nde re lati es in he t v erhaaltj e to t u i tdrukk ing te br enge n t von informati e achteraf bekeken en vooruitgezien de enquete ove r de von samenschol ing 1 970 bij d e laatste m aaltij d op h e t evert kupersoord v onden de deel ne m er s e en enqueteformulier naast hun bordje de slotvraag lui dde wilt u de ze enquete bij de a dm in istratie neerleggen v an de 1 78 ete rs hebben 1 03 da t ge daan de andere vr age n w ar en hier e n da ar wat minder duide lijk maar e en paar conclusies kunnen we toch trekken allereerst de vraag in welk e tijd van het jaar moet de volgende conferen ti e plaatsvinden sommig e g an gers roepen h artstochtelijk zo spoedig mo gelijk of wekelijks of wa nnee r de tijd r ij p is plotsklaps beste mens en een conferentie o ord m oet een jaar van tevor e n bespro ke n worde n ma ar misschi en weet u daar ie ts op d e meeste stemmen g e de n en dat 1l 89