Vaktaal op school (1)

Publicatie datum: 1974-01-01
Auteur: Jan Sturm
Collectie: 05
Volume: 05
Nummer: 5
Pagina’s: 255-271

Documenten

vaktaal op schoo l 1 jan sturm 0 kultuur is een po t onder deze wat kryptische parafraaftitel kunt u in het artikel laat ze maar praten sturm bonset 1 9 3 een uiteenzetting vinden over het zgn leraar vakregister het jongetje uit de daar vertelde anekdote had in de geschiedenisles de vakterm kuituur geleerd alles wat de mens gemaakt heeft bij de overho ring tijdens de volgende les geeft hij op de vraag wat is kuituur als antwoord een pot meneer de leraar die het me vertelde zat met een beoordelingsprobleem wat moest hij doen hij overwoog eigenlijk heeft die leerling best begrepen wat kuituur is zeker in het kader van de les die inderdaad ook over opgegraven potscherven ging als bewijs voor het b es taan van vr oege r e kuit u re n maar zo zeg je dat to c h niet zeker niet in een gesc hiedenisles op dit kapitale probleem het gebruik van vaktaal op school wil ik in dit artikel nader ingaan dat betekent dat ik een van de vele problemen die we in het artikel laat ze maar praten hebben aangedragen wat meer ga uitdiepen in dat artikel veronderstelden we dat het begrip register veel zou kunnen bijdragen tot een verheldering van de proble men rond het gebruik van vaktaal op school de e rv aring opgedaan tijdens twee kongressen en in ander verband heeft bewezen dat deze veronderstelling juist was omdat in het vorige artikel het begrip register nogal vaag behandeld werd sturm bonset 187 wil ik beginnen daarover nog iets meer te zeggen daarna wil ik nader ingaan op een beschrijving van de kommunikatie zoals die op de meeste scholen tussen leraar en leerling plaatsvindt in een volgende paragraaf wil ik kenmer ken van vaktaal geven voordat ik probeer konklusies te trekken uit het aangedragen materiaal zal ik trachten iets zinnigs te beweren als antwoord op de vraag waarom gebruiken we eigenlijk vaktaal op school is dat wel zo zinvol 1 register vaktaal onderwijstaal schooltaa l over registers is tot nu toe vrijwel geen onderzoek gepubliceerd in het nederlands de enige nederlandse auteurs die in de buurt schijnen te komen zijn van ginneken 1914 en overdiep 1949 zij houden zich echter bezig met het taaleigen van bepaalde maatschappelijke groeperingen soldatentaal visserstaal etc en zij besteden geen aandacht aan wat ons interesseert nl hoe taalgebruik varieert naargelang de situatie waarin het plaatsvindt verschilt schrijft agnes haft van rees in een artikel waarin ze een kritische samenvatting bedoelt te geven van enige artikelen van amerikaanse en britse auteurs over het onderwerp haft van rees 434 naar ze zelf zegt roept ze daarmee meer problemen op als ze oplost 443 het registeronderzoek houdt zich voornamelijk bezig met de kwestie van de aanvaard baarheid van taaluitingen dat zeg je zo toch niet in de geschiedenisles die aanvaard baarheid de normen daarvoor verschillen per kommunikatieve gemeenschap onbe 255 waste kennis van die normen onderscheidt de leden van een bepaalde kommunika tieve gemeenschap van niet leden sturm bonset 184 het ligt een beetje voor de hand onderzoeksresultaten zijn er nog niet dat je geblokkeerd raakt als je een taaluiting hoort die je onaanvaardbaar acht dat geblok keerd raken maakt het begrijpen van zo n taaluiting moeilijk er zo niet onmogelijk je kunt bovendien niet alleen maar zeggen dat een bepaalde taaluiting onaanvaardbaar is in deze situatie je e rvaart ook dat die onaanvaardbare taaluiting de situatie veran dert en misschien wil je dat wel helemaal niet in de bijscholing nederlands gaf ik het volgende stukje protokol met een inleidend kommentaartje uit dezelfde geschiedenisles geven we nog een fragmentje dat niet op de band staat waaruit blijkt dat deze leraar ook heel goed veel minder vaktaal kan gebruiken je ziet a h w in de loop van dit fragmentje zijn taalgebruik veranderen let eens op pachten hu re n leraar ja dom mintov dominique mintov en die mintov die wil eigenlijk grote munt slaan uit het feit dat malta een vrij sterke vlootbasis heeft in dit geval door engeland gepacht via de nato en die wou daar eigenlijk meer voor hebben hij wou iets v an 100 miljoen pond hebben de engelsen betaalden geloof ik iets van 25 miljoen zo in die volgorde ligt het wel en toen heeft het kiele kiele op het kantje gestaan of engeland die vlootbasis nog wel door wilde pachten want dat vonden ze veel te duur en toen heeft de nato vergaderd en daar heeft zelfs nog een nederlander een vrij grote rol in gespeeld wie namelijk ja luns enfin die heeft de brokken weer zo n beetje gelijmd en engeland mag nou weer blijven huren goed kommentaar van een kursist populaire ouwejongensstijl uithangen hoeft van mij niet daarmee gaf hij m i aan dat taaluitingen ook de situatie bepalen definieren en dat hij niet alleen de taaluiting onaanvaardbaar vond maar ook de onderwijs situatie die erdoor geschapen werd niet geschikt vond we konstateren een wisselwerking aan de ene kant bemerken we dat taaluitingen een situatie scheppen broeders en zusters schept een duidelijke religieuze s ituatie dames en heren niet aan de andere kant zien we dat de situatie van invloed is op de taaluitingen die geproduceerd worden tijdens een promotie kun je niet onge s traft zeggen n hooggeleerde v iicii a dat meen jczeii iii e i kom nou opponens volgens halliday weergegeven in hubers 1973 5 zijn er drie situationele faktoren van invloed op de keuze 2 van een register een bepaalde va riant in het taalgebruik die past i n een bepaalde situatie 1 het domei n 2 de wijze 3 de stij l daaraan voegt hubers nog een vierde ontleend aan dames toe 4 funktie of intentie 256 de eerste faktor is in het geding als je opmerkt dat je over melk anders praat in de scheikunde les als thuis bij het koken van pudding t gaat er dus om wat je aan het doen bent tijdens het praten voorzover dat doen dan iets te maken heeft met over wat je praat t zou bv grappig zijn eens een stukje protokol van het praten tijdens het koken te leggen naast een protokol uit een les receptenleer die voorafgaat aan dat koken me dunkt dat daar de faktor domein goed aan te demonstreren is als de faktor domein van grote invloed is op het taalgeb ru ik is het praten sterk gebonde n aan h et handelen we vinden het m eest zuivere voo rbeeld d aarvan in d e monologen v an kinderen britton 47 ev waa rin de taaluitingen een ononderbroken keten van aktiviteiten begeleiden of beter gezegd daar een deel van uitmaken 48 tegenover deze embedded speech staat aan de andere kant de zgn displaced speech spreken geheel los van de situatie m a w praten over hoe een automotor in elkaar zit zonder dat er in de verste verte een in zicht is twee voorbeelden uit de schoolpraktijk het praten in het theorielokaal over de werking van de auto en het praten in de werkplaats als de leerlingen auto s aan het herstellen zijn van belang is op te merken dat a kinderen veel makkelijker embedded speech produceren en begrijpen als displaced speech en b de omgangstaal veelal duidelijk het karakter van embedded speech vertoont britton 92 ev daartegenover de school probeert steeds losser te komen van de konkrete situatie steeds meer de pro duktie van displaced speech te bevorderen dat zijn dus tegengestelde belangen tussen kind e n sch oo l de faktor wijze betrap je als je de mondelinge uitleg van een leraar vergelijkt met datgene wat hij dikteert over hetzelfde onderwerp aan het einde van de les je betrapt deze faktor ook als je het verschil in taalgebruik opmerkt tussen een gesprek dat je voert met je kollega in de leraarskamer en hetzelfde gesprek met dezelfde kollega maar nu gevoerd via de telefoon dat stijl de derde faktor v an grote invloed is op de keuze van het register illustreert het volgende voorbeeld op de speelplaats wordt gevochten een jongetje legt zijn vriendje de oorzaak en aanleiding uit dan komt de meester even denken aan zo n ouderwetse aangeschreden en vraagt aan hetzelfde jongetje toelichting u kunt het resultaat zich voorstellen bij de faktor stijl gaat het dus om de sociale relaties vooral uitgedrukt in statusver schillen maar ook om de invloed die eruit gaat van die grootte van het aantal toehoorders bv een hoorder een groepje van zes een zaal van zeshonderd de laatste faktor de intentie van de spreker die natuurlijk als zodanig ook tot de situatie behoort bepaalt evenzeer het register dat hij kiest als de onderwijzer een ondeugend meisje laat schoolblijven en haar voor ze weg mag nog eens toespreekt is zijn intentie niet meer onderwijzen maar zoiets als vermanen adviseren hij spreekt dan ook anders tegen haar als tijdens de les produceert andere taaluitingen het is u zeker al opgevallen dat ik hier geen poging doe te definieren noch voor het begrip register noch voor de verschillende faktoren waag ik me eraan de voorbeelden willen alleen aantonen dat taalgebruikers en blijkbaar notie van hebben dat zoiets als een register bestaat en dat ze ook de verschillende situationele faktoren kunnen onder scheiden 257 naast deze beschrijving van een register naar situationele fa ktoren kunnen we ook een register linguistisch gaan beschrijven dus met behulp van het apparaat dat de taal kunde ons biedt we zullen ontdekken dat we dat kunnen doen op allerlei nivo s de meest in het oog springende zaken vinden we op het gebied van de woorden het leksi kale nivo als iemand het oordeel uitspreekt zoiets zeg je to ch niet zo en je vraagt hem waarom niet dan zul je heel vaak horen dat de woordkeuze niet deugt ook op het gebied van zinsbouw ruimer gezegd op syntaktisch terrein zijn er verschil len die kenmerkend zijn voor registers probeer ambtenaren als ze geleerd hebben bv korte zinnen te schrijven eens over te halen dat ook te doen in hun ambtelijke stukken vergeet het maar dat kan toch helemaal niet zulke korte zinnetjes is hun argument dat past niet registers kenmerken zich ook door klankeigenaardigheden fonologisch nivo het is niet zo eenvoudig voorbeelden te geven zeker niet in een geschreven tekst ik vertel u een ervaring ik hoorde op de radio een e o programma onder de titel de nacht licht als de dag hield een dominee een stichtelijk bemoedigend praatje wat hij afwisselde met het laten horen van stichtelijke koorzang maar die zang moest worden aangekon digd titel en uitvoerenden zodra dat gebeurde verwisselde de dominee heel opvallend van intonatie volgens mijn interpretatie hing dat duidelijk samen met het veranderen van de faktor intentie in t ene geval bemoedigen in het andere informeren in het artikel van steven ten brinke in ditzelfde nummer vindt u ook opmerkingen over intonaties die m i kenmerkend zijn voor bepaalde registers de typische intonatie patronen waarop gewezen wordt hangen nauw samen met de intentie van de verschil lende sprekers ik vat het tot nu beweerde samen register een situationeel passende taalgebruiksvarietei t situationele faktoren die linguistische van invloed zijn beschrijvingsnivo s 1 domein 1 klank 2 wijze 2 woord 3 stij l 3 zin 4 intentie 3 gewapend met deze kennis zal ik proberen de vaktaal die op school gebruikt wordt straks nader te analyseren vo o r alle duidelijkheid wijs ik erop dat we alle taaluitingen op school en speciaal die van de leraar vanuit verschillende standpunten kunnen analy seren in onze opvatting kun je er a h w door drie verschillende kokers naar kijken en hoewel je steeds naar dezelfde taaluiting kijkt zie je steeds wat anders in dit artikel kijken we door de koker vaktaal we laten de koker onderwijstaal buiten beschouwing als je door de koker vaktaal kijkt let je erop hoe en waarom een leraar zijn taa l 258 gebruikt om zijn vak over te dragen als je door de koker onderwijstaal kijkt let je erop hoe en waarom de leraar zijn taal gebruikt om het onderwijsleerproces in al zijn facetten gestalte te geven eerder noemden we dit al het leraar leerling register priesemann gebruikt voor deze taalgebruikersvarieteiten de verhelderende aandui dingen fachbezogenes sprechen en verst ndigungs bezogenes sprechen 66 ev 4 als we door de derde koker kijken die van de schooltaal beschouwen we de taal uitingen in een veel breder maatschappelijk verband we letten er vooral op in hoe verre de op school gebruikte taal kenmerkende overeenkomsten vertoont met de taal van bepaalde maatschappelijke klassen vaktaal en onderwijstaal beschouw ik als twee registers er is duidelijk verschil in wijze stijl en intentie schooltaal lijkt me eerder een soziolekt bausch 254 2 onderwijs in f ormatie v e rstr e kken of praten met elkaa r we vergelijken het onderwijs leerproces vaak graag met een zend en ontvanginstallatie de leraar is de zender de leerling de ontvanger de leraar zendt zijn leerstof uit de leerling ontvangt die en alles is o k deze voorstelling van zaken hoe verhelderend ze op het eerste gezicht ook wezen moge doet de werkelijkheid nogal geweld aan je neemt dan nl aan dat de leraar wat hij wil meedelen precies onder woorden brengt en dat de leerling op zijn beurt uit die woorden datgene haalt wat de leraar bedoelde te zeggen in de praktijk blijkt dat er nogal eens verschil is tussen a wat de leraar bedoelt te zeggen en de inhoud van de taaluiting die hij produceert geintendeerde inhoud k linguistisch gegeven inhoud b de inhoud van de taaluiting die de leraar produceert en wat de leerling eruit haalt linguistisch gegeven inhoud geinterpreteerde inhoud c wat de leraar bedoelt en wat de leerling meent dat hij bedoelt geintendeerde inhoud geinterpreteerde inhoud dit is de eerste komplikatie daarnaast moet in het onderwijs leerproces de zaak ook omgedraaid worden de leerling treedt op als zender de leraar als ontvanger i mmers de leraar moet kontroleren of de leerling de zaak begrepen heeft in dat proces van overhoren zitten natuurlijk dezelfde mogelijkheden tot ontsporing ik geef een stukje protokol waarin zulke ontsporingen voorkomen ja leraar eens kijken hoor waar ik gebleven ben goed ja dan gaan we dus eens kijken naar amsterdam ik hoorde het al zeggen dan ga je over door het noordzeekanaal maar wat nog eerst waar moet je eerst doorheen door de sluizen door de sluizen de oranjesluizen enorme grote sluizen hoe noem je nou zo n haven met zo n sluis niet bekend 259 open haven em eh gesloten haven sorry een haven die je binnenkomt door een slui s dat is een ge sloten haven ja s luis is altijd dicht he als je erin wilt dan moet hij eerst opengedaan worden er zijn ook havens zonder sluizen nou dat zullen ze dan wel noemen open havens open havens noem er een vlissingen ja vlissingen antwerpen dat zijn dus open havens en rotterdam dat is ook een open haven want daar hoef je niet voorbij een sluis te komen waar zouden de schepen liever n aar te gaan t gaat nu even om de verwarring met het begrippenpaar open gesloten haven de leraar geeft eerst de verkeerde linguistische inhoud hij bedoelt gesloten haven maar zegt open hij herstelt b li ksemsnel zijn fout dat gebeurt lang niet altijd u zult ook wel eens meegemaakt hebben dat een klas tijdens uw betoog onrustig werd wat blijkt de klas heeft u op een fout betrapt u zei iets an ders als u bedoelde hoe vaak zal het voorkomen dat zo n vergissing niet opgemerkt wordt let erop dat de leraar via de an twoorden van zijn leerlingen kontroleert alth an s bij een of zijn intentie goed is overgekomen dat lijkt in dit geval zo te zijn de leraar doet dat o m door een logische redenering op te zetten als er gesloten havens zijn zullen er ook wel open havens zijn voorafgegaan door omschrijvingen overigens is juist zo n logische redenering of kon statering erg gevaarlijk hubers 1973 geeft daa rvan een mooi voorbeeld stel dat de leraar zegt rotterdam heeft een open haven als de leerling nu niet weet dat er ook ge sloten havens zijn dan bevat de m e dede li ng v an de leraar wiens intentie het wa s aan te geven dat rotterdam geen gesloten haven is voor de leerling nauwelijks meer als rotterdam heeft een haven als de leerling deze taaluiting van de leraar volgens zijn intentie wil interpreteren heeft hij dus een bepaalde kennis nodig ik zal verderop aantonen dat m i dit soort misver standen bij vaktaalgebruik makkelijk op kunnen treden omdat vooral bij het gebruik van vaktermen vaak veel meer oqzrztp nrl qp rd wordt als de leerling n n basis y n zij n kennis kan interpreteren als de leraar in dit geval werkt als de leraar uit het protokol en zei rotterdam heeft geen sluizen wat logisch hetzelfde is dan valt het op dat de leerling op basis van de gebruikelijke omganstaal kan konstateren er zullen ook wel havens met sluizen zijn en dat heeft inhoud voor hem in het artikel van steven ten brinke in dit zelfde nummer vindt u een enigszins vergelijkbaar voorbeeld omdat de lerares met de taaluiting dierlijk eiwit naar meer dingen verwijst als de leerling kennelijk al weet gaat het mis ten brinke een mooie illustratie van het feit dat de logische struktuur v an een taaluiting vaak niet overeenkomt met de intentie van de spreker is de volgende an ekdote de leraar zeg t 260 tegen een ve rvelend leerling of je pakt je spullen en gaat de klas uit of je houdt voor de rest van de les je mond de leerling pakt zijn spullen en verdwijnt leraar woest bij de direkteur verdedigt de leerling zich ik moch toch kiezen dus ik koos het eerste ik hoop dat uit het bovensta an de duidelijk geworden is dat je in de onderwijssituaties eigenlijk niet veel kunt doen met de werkwijze informatie geven kontrolevragen be oordelen selektie dat het gebruik van vaktaal bij deze werkwijze een kompliceren de faktor is hoop ik in het ve rv olg aan te tonen we zullen moeten zoeken naar een mogelijkheid steeds intenties aan interpretaties te toetsen en omgekeerd verst ndi gungsbezogenes sprechen 5 3 vaktaa l 3 1 walther van hahn definieert vaktaal als volgt fachsprachen dienen in erster linie der kommunikation innerhalb im weitesten sinne technisch und wissenschaftlich orientierter handlungs und arbeitssysteme hahn 283 binnen de vaktalen maakt hij onderscheid tussen wetenschappelijke of theorietaal en vaktaal zoals die gebruikt wordt tijdens het werk in fab rieken laboratoria edg die laatste vorm die natuurlijk ook op school gebruikt wordt bv in keukens op huishoudscholen in werkplaatsen op technische scholen laat ik hier buiten beschouwing we beschikken nog niet over protokollen uit deze situaties in de definitie geeft von hahn het domein en de intentie aan dat laatste werkt hij nog wat meer uit het doel van vaktaal is zo nauwkeurig mogelijk zaakge ri chte informatie over te brengen het gevolg daa rv an is volgens hahn dat bij vaktaalgeb ruik de dialoog vrijwel ontbreekt vaktaal streeft naar formalisering en standardise ri ng van de taal het gevolg daa rvan is dat vaktaal vaak sterk op schriftelijke taal lijkt wijze ik geef hieronder een stukje protokol waarin vooral het streven naar forma li se ring blijkt tevens toont het fragment aan dat er maar schijnbaar sprake is van dialoog de antwoorden van de leerlingen kunnen net zo goed weggelaten worden dan nog krijg je een sluitend betoog leraar als twee voorwerpen een kracht op elkaar uitoefenen zijn die krachten even groot maar tegengesteld dus hier werkt ook een lorentzkracht nou moeten we nog even afleiden hoe groot die kracht is daa rv oor hebben we nodig deze formule de grootte van de lorentzkracht en de sterkte van het veld wat wordt dat wel nou wat kunnen we voor sinus alpha schrijven natuurlijk hier leerling een leraar een he dus dat wordt f lorentz is b maal 1 maal i welke i is dat als ik het heb over deze kracht leerling 1 1 leraar ik heb het over de lorentzkracht die helemaal li nks staat over stroom 1 2 als ik dan hier opschrijf b x 1 x l welke 1 moet ik dan in vu llen leerling 1 2 leraar 1 2 is daar iedereen van overtuigd he want ik heb het hier d an over de b veroorzaakt door 1 1 he dus vergeet 1 1 verder maar hier is de b 1 2 zit in de b die ik hier heb aangegeven b x 1 2 x l nou b die kunnen we oo k 261 opschrijven die staat hier mu nul gedeeld door twee pi i ja welke i nou leerling i 1 leraar i 1 gedeeld door r nou dan is het verder een kwestie van wat rekenen j e kunt die b invu llen mu nul gedeeld door twee pi i 1 gedeeld door r 1 2 el of opges c hreven f 2 iii dat is de kracht die twee evenwijdige stroomdraden op elkaar uitoefenen i s dat iedereen duidelijk het schrijftaal karakter blijkt duidelijk uit de weergave van een stukje instruktie dat ik hieronder laat volgen leraar een paar dingen die we wel goed moeten onthouden en misschien gewoon i n het begin op te schrijven zijn over rusland is dat rusland in die 19e eeu w een hele eigen ontwikkeling heeft meegemaakt zo had bijvoorbeeld rusland eigenlijk min of meer los van europa een ontwikkeling meegemaakt die hele maal zelfstandig was in de zin van dat ze veel dingen die in europa ware n gebeurd eigenlijk eigenlijk helemaal niet hadden gekend bijvoorbeeld hadden ze geen last gehad v an de franse revolutie ze hadden geen last geha d van de verlichting ze hadden geen last gehad zo je dat dan al last kun t noemen van de industriele revolutie die was daar nog nauwelijks op gan g gekomen eh ook de demokratisering die daaruit voortgekomen was di e was in rusland dus helemaal nog niet tot stand gebracht rusland was een zoals we dat dan noemen tsaristische autokratie gebleven he de tsaar di e had het daar voor het zeggen een autokratie is dus een zelfregering de tsaa r had alle macht steunend op z n leger en op z n adellijke grootgrondbezitter s die hij kon vertrouwen de russisch orthodoxe kerk die was al sinds 1452 volkomen intakt gebleven je weet namelijk dat rusland rond het jaar 1000 vanaf de balkan was ge kerstend he katholiek gemaakt dus in dit geval russisch orthodox gemaakt en dat ging dus gewoon te ru g tot de byzantijnse grieks orthodoxe kerk pas als napoleon in 1812 dus die tocht tegen rusland onderneemt dan word t rusland als het ware weer betrokken bij de europese geschiedenis ja en he t is in rusland geweest wat we al moeten onthouden dat napoleon zic h eigenlijk min of meer te pletter heeft gelopen en toen hebben de russen d e taktiek van de versc hroeide aarde toeg epa s t zeker als je het bovenstaande vergelijkt met het fragmentje hieronder waar het gaat om de organisatie van het verdere onderwijsleerproces blijkt duidelijk van hoeveel invloed de verschillende situationele faktoren zijn op deze taalproduktie 262 eerste fragement tweede fragmen t domein 1 het vak geschiedeni s organisatie van een onderwijs leerproce s intentie 1 informatie snel eenduidig iets gedaan krijge n overgedragen wijze betoog inleidinkje mondelinge aanwijzingen stijl de man die het weet begeleider met natuurlijk gezag leraar misschien zijn er over dat korte inleidinkje al vragen dan wil ik daar nog wel even op inspringen of is a ll es gewoon gesnapt zoals we het nou hebben gehoord nou het was toch ook juist he wat ik gezegd heb ja goed wie be gi nt er van de twee dames in dit geval of jullie allebei samen nou ik weet niet maar ik han g dat ding rond een van jullie nek en hiermee geinstalleerd tot burgemeester van deze les leraar hangt leerling mikrofoon om uit het bovenstaande moge blijken dat we vaktaal als register mogen beschouwen naast andere registers we kunnen nu ook de vormkenmerken van vaktaal als register op lexikaal syntaktisch en fonologisch nivo gaan beschrijven 3 2 de woorden die kenmerkend z ijn voor een vaktaal zijn meestal zo opvallend dat we gauw geneigd zijn vaktaal gelijk te stellen aan een aantal bij elkaarbehorende vaktermen in het onderwijs blijkt uit de obse rv aties van barnes dat veel leraren proberen hun leerlingen ertoe te brengen een aantal vaktermen te gebruiken i p v woorden uit de omgangstaal en het daarbij laten barnes 47 51 vaktermen wor den meestal in twee opzichten gekenmerkt binnen de vaktaal hebben ze voor de gebruikers een strikt eenduidige betekenis de vakterm is gedefinieerd en wordt slechts in die betekenis gebruikt de vaktermen zijn in een hierarchisch logisch systeem geordend dat dan een weer spiegeling is van de struktuur van het vak hahn 284 285 de moe ilijkheden op leksikaal nivo die zich kunnen voordoen bij vaktaalgebruik kun nen we hoofdzakelijk terugbrengen tot twee problemen 3 2 1 de vaktaal heeft voor hetzelfde ding begrip etc in de buitentalige werkelijk heid een ander woord als de omgangstaal de meest voor de hand liggende voorbeelden vinden we in de menskunde en wel in dat deel dat zich bezighoudt met het geslachts leven van de mens het verschil tussen beide woorden bv penis lul vagina kut wordt vooral veroorzaakt door het verschil in emotionele geladenheid het ene woord verwijst naar een totaal andere e rvarings en belevingswereld als het andere heel duidelijk bleek dat uit reakties op het programma open en bloot van de vara niet het feit dat er seksuele voorlichting werd gegeven verontrustte de ingezonden brieven schrijvers 263 maar het gebruik van de niet vaktermen ik zou vreemd opkijken als mijn dokter tegen me z ei mevr ouw u mag een tijdje niet neuke n sc hre ef een dame vrij nederl a nd 3 2 2 de vakterm is kwa klank en schrijfvorm volstrekt gelijk aan een woord in de omgangstaal maar betekent net iets anders het woord in de vaktaal kan een grotere betekenisinhoud hebben als in de omgangstaal een voorbeeld daarv an is het woord gas in de scheikundige betekenis dat betekent meer en ook iets anders als waar je mee kunt koken en verwarmen aan de andere kant kan het woord uit de vaktaal ook een kleinere betekenisinhoud hebben ik verwijs naar de al eerder gegeven voorbeelden vers en ruimte sturm bonset 1 9 4 3 3 ook op syntaktisch gebied vertoont de vaktaal typerende kenmerken 3 3 1 het aantal types zinsstrukturen schijnt in vaktalen vrij beperkt te zijn een veel voorkomend type is rusland was een tsaristische autokratie gebleven de tsaar die had het daar voor het zeggen een autokratie is een zelfregering m a w een substan tivistisch begin waarmee het onderwerp aangegeven wordt gevolgd door de informatie e ro ver hahn 28 5 3 3 2 in vaktaal worden allerlei soorten woorden vooral werkwoorden tot zelfstan dignaamwoord gemaakt bv het schrijven over vaktaal is niet altijd even eenvoudig i p v als je over vaktaal schrijft stuit je vaak op moe ilijkheden 3 3 3 als gevolg van het vorige kenmerk treden in vaktaal veel betekenisarme werk woorden op als zijn en worden dat maakt vaktaal veel moeilijker te begrijpen zeker va n zinnen me t worden wet e n w e da t d ie v aak veel mo eilijke r z ij n al s zinn e n zonde r worden de groot 37 ev bv het schrijven over vaktaal wordt vaak als moeilijk e rv aren i p v als je over vaktaal schrijft vind je dat vaak moeilijk 3 3 4 de gebruiker van vaktaal laat vaak allerlei voegwoorden weg die het verband tussen twee of meer zinnen verduidelijken in een eerder artikel gaf ik daarvan al een uitgebreid voorbeeld sturm bonset 182 ontleend aan een artikel van drop drop 1971 vooral bij gesproken vaktaal levert dat moeilijkheden op voor het begrijpen je onthoudt van wat je ziet als je leest meer als van wat je hoort en bij lezen kun je nog eens herlezen dat kan bij horen niet al met al lijkt vaktaal zoals we al eerder opgemerkt hebben erg veel op geschreven taal zeker op syntaktisch nivo 3 4 op fonologisch vivo kunnen we aan vaktaal niet zoveel interessante zaken op op m prl pn 1 t hangt natuurlij k natu rlijk si aav met he merken t or m e a f 3 sciii i l i1 a ian ci 1n 1 civait de meeste 2 vaktaal maakt nu eenmaal gebruik van het medium schrift en voorzover vaktaal ge bruik maakt van gesproken taal gaat het vaak om gelezen teksten hahn 283 op deze algemene uitspraak zou ik overigens voor de school van kleuterschool tot universiteit graag een uitzondering maken de school heeft zich nu eenmaal de taak gesteld vaktalen aan te leren en dat gaat niet alleen schriftelijk 3 5 tenslotte moet ik in dit verband nog eens terugkomen op een belangrijk ken merk nl het sterk generaliserend karakter van vaktaal sturm bonset 190 191 in onze gewone dagelijkse omgangstaal hebben we nauwelijks neiging om algemeen 264 geldende uitspraken te doen als we dan iets willen betogen iets willen duidelijk maken of verklaren pakken we een voorbeeld bij de kop dat duidelijk moet maken wat we willen betogen enz ik het dagelijkse leven zijn we er nl helemaal niet opgericht een brok kennis te verwerven kennis die dan is vastgelegd in een aantal algemeen geldige uitspraken waar het ons in de dagelijkse praktijk omgaat even afgezien van het praten om het praten het sociale gespreksverkeer is praktische problemen oplossen hier en nu laat ik die manier van betogen bij voorbeeld hier ook maar gedeeltelijk volgen ik zet twee stukjes gesprek naast elkaar in het eerste zijn de i i uit een vierde klas van het atheneum aan het praten over het nut van het leger zij zijn al behoorlijk ver gevor derd in het gebruik van generaliserende taal in het tweede fragement is een groep meisjes uit een tweede klas van een huishoudschool aan het praten over hetzelfde thema zij betogen heel duidelijk bij voorbeeld erik nou ik ben dus van mening dat het leger gewoon no dig is in de huidige maatschappij ik de de westerse maatschappij die moet toch ergens beschermd worden tegen invloeden van buiten af hier doel ik voornamelijk op het op de op het oostblok arno nou daar ben ik tegen want ik denk als een leger is eigenlijk een middel tot aggressiviteit en als je nou het leger kan op een heel gemakkelijke manier misbruikt worden en als nou elke europese staat of elke staat in de wereld eigenlijk als je nou geleidelijk alle legers in zou ga an krimpen dat is volgens mij eigenlijk de manier om dan heb je geen legers nodig om te beschermen want wie moet aanvullen erik ja maar dan heb dan heb je ook nog het probleem van eenzijdige ont wapening he beide partijen moeten meewerken en dat zie ik niet zo zitten arno ah ik geloof toch wel dat als er op een gegeven moment als iedereen ongeveer tot de ontdekking gekomen is of tot het besef gekomen is dat het nodig is om die legers af te zwakken dan dan zal het echt wel gebeuren erik ja maar dat probeert men nou al tweeduizend jaar om tot dat inzicht te komen en het is nog niet gelukt er zijn tot die tijd zijn er misschien nog wel een paar duizend jaar daa rvoor ook nog altijd legers geweest en toen zal men toch ook wel gepraat hebben over ontwapening dat probleem dat bestond er toen al om een tegenwicht tegen de anderen te hebben nu heeft men ook wel een leger maar nou dus beide legers maar men gebruikt het niet en misbruiken hier in het westen zie ik niet zitten arno ja maar er zit nog altijd een groot gevaar in het leger is een grote macht kijk maar als als je nou bij verschillende partijen dat is alvast als nou iets in een land een beetje slecht gaat als je nou kijkt in griekenland het leger zegt hebbes klaar wij de macht erik en zijn die mensen onverstaanbaar arno ja dat kun ik natuurlijk niet zeggen maar het is wel dat het dan krijg je een diktatoriaal bewind met alle gevaren van dien 265 erik ja einde fragment 1 1 3 ik zou het niet eens kunnen in het leger ik ik zou ik zou dat gewoon niet du rven ik zou gewoon geen mensen durven vermoorden i i met oorlog met net als gewoon als je onder dienst moet dat dat is gewoon om te leren dat lijkt mij wel leuk 1 1 2 maar bij ons was het mijn moeder is dus naar duitsland geweest vorig jaar met een vrouw die zit bij ons op het dorp maar wat die vrouw ook meege maakt heeft met haar man die was ook in dienst en die moest die werd opgeroepen en die moest naar rusland gaan vechten of zoiets en een paar weken terug had zij nogal geen bericht van hem gehad en toen kreeg zij een week daarna kreeg zij bericht dat haar man gestorven was en dan kreeg zij al zijn kleren kreeg zij terug die zaten hardstikke onder het bloed en al zijn schoenen en zo nou en dat heeft zij al bij mekaar gepakt en dat heeft zij zo in de vuil nisbak gedaan maar die vrouw die heeft die vrouw die heeft ook wat meegemaakt hoor want dat zag je dan met die op de t v wel eens he in van die wagonnetjes en zo en dan heeft zij er drie dagen gestaan met vier huust drie dagen gestaan niet eens gezeten daar werden zij gewoon als beesten behandeld en dat vertelde zij dus allemaal ja dat kon je niet allemaal goed verstaan en dan begreep je er soms wel eens wat uit en mijn vader ja die kan wel een beetje duits en die vertaalde dat dan nou wat die vrouw al meegemaakt heeft dat is gewoon niet mooi meer i i dat is in duitsland dus l 1 2 ja maar die man moest ook gaan vechten gaan vechten maar dat is hetzelfde als in nederland of je nou in nederland of in duitsland werkt woont mijn vader die is ook niet onder dienst geweest dat viel toen net in de oorlogstijd dus als er nou oorlog komt wordt mijn vader ook opgeroepen 1 1 3 ik vind 1 1 nou mijn vader is vrijwillig gegaan 1 1 1 laat de oorlog maar wegblijven hoor ik zit er niet op te wachten 1 1 ik ook niet 1 1 ik ook niet tl 1 jk hoop tint er nooit bp van heel i i j i v i oorlog 1 1 3 wel ik vind dus net als net als hitler en zo die hebben dus eigenlijk voor oorlog gezorgd en die laten het een ander uitvechten dat vind ik ge woon lullig dat vind ik dan zou hitler dus bijvoorbeeld tegen een ander een ander hoofd van een ander land moeten vechten 1 1 2 wie zou er nou slechter wezen nixon of hitler 1 1 5 nou hitler hoor 1 1 nee nixon 1 1 ik weet he t niet ho o r 1 1 4 nou het zijn allebei wel 266 1 1 1 maar net als je dus zei van die van die man he die daar dus gesneuveld was in de oorlog maar dan kon je ook hebben dat zij net eens zeggen dat zie je wel eens in films en dat gebeu rt ook wel eens ec ht dat zij dan zeggen je man is gesneuveld en dat hij dan na een paar jaar uit de oorlog weer terug opduikt als hij er of dat hij dat hij glad niet dat hij glad niet gesneuveld is he 1 1 2 nee maar die vrouw die kreeg al al die pakken van hem thuis vol met bloed en zo en en zijn ondergoed en foto s v an haar i i ja st il alsjeblieft 1 1 2 dus 1 1 5 ja dat is bij die dingen ook bij de famili e ashton ook zoiets wel kindere n einde fragment de atheneum jongens houden allemaal kleine betoogjes het zijn polemoloogjes in de dop met hun uitspraken waarbij ze nauwelijks zelf betrokken zijn als de westerse maatschappij moet beschermd worden tegen invloeden van buitenaf een leger is een middel tot aggressiviteit het probleem van de eenzijdige ontwapening let eens op hoeveel kenmerken van vaktaal zoals we die in de vorige paragrafen hebben gegeven we in hun taalgebruik terugvinden de meisjes vertellen verhaaltjes waarbij ze zelf zo betrokken zijn dat ze a h w even een pauze moeten inlassen ja stil alsjeblieft om de zaak in de hand te houden beide groepen praten over hetzelfde maar hun doelstellingen zijn totaal anders de atheneumjongens streven naar algemeen geldige uitspraken die een brok kennis over vastleggen de meisjes gaat het helemaal niet om zo n brok statische kennis zij willen iets weten over hun eigen doen en laten in het leven van alle dag in relatie tot het gestelde probleem en die verschillende doelstelling resulteert in een totaal ander taal gebruik een poging tot generaliserende vaktaal tegenover eksemplarische omgangs taal 3 6 het zal intussen duidelijk zijn dat het gebruik van vaktaal het kommunikatie proces op school anders gezegd het onderwijs leerproces zie 2 ekstra bemoeilijkt ik wil proberen de komplicerende faktoren hier nog eens op een rijtje te zetten 1 vakt aal gebruik op school bevo rdert een ri chtingsverkeer omdat het typisch ge ri cht is op de monoloog daardoor is het voor de leraar vrijwel onmogelijk zijn intenties te toetsen aan de interprestaties van de leerlingen en omgekeerd t resultaat van dit onderwijs is verbalisme de leerling herhaalt als een papegaai alles wat de leraar zegt zonder er iets mee te kunnen doen de beste papegaai krijgt een 10 2 vaktaalgebruik vergroot de kloof die er tussen leraar en leerling toch al bestaat de weter tegenover de niet weter 3 vaktaalgebruik benadrukt het verschil tussen buitenschools leren en schools leren waardoor de school steeds meer ve rvreemd raakt van het gewone dagelijkse leven 4 als een leraar vaktaal gebruikt bedoelt hij in de meeste geva ll en meer als zij n 267 leerling redelijkerwijze uit de boodschap kan halen 5 omgekeerd zal de leraar van een leerling die vaktaal gebruikt vaak denken dat de leerling meer zegt als hij in feite bedoelt 4 waarom eigenlijk vaktaal op school nu u al het bovensta ande gelezen hebt kunt u zich misschien indenken dat ik erg veel moeite heb die vraag te beantwoorden natuurlijk ik zie best in dat vaktaalgebruik tussen vakgenoten het uitwisselen van informatie versnelt vanuit dat perspektief lijkt het mij heel aannemelijk dat een leraar z ijn leerlingen het regi s ter dat vaktaal heet leert hanteren aan de andere kant meen ik te hebben aangetoond dat het gebruik van vaktaal in het onderwijs leerproces ongelooflijk veel gevaren met zich meebrengt het vergroot de kans op mislukking in sterke mate en dan nog we weten eigenlijk helemaal niet hoe iemand een vaktaal verwerft we doen eigenlijk zomaar een beetje tot we konstateren frits die kan het die begrijpt tenminste wat ik bedoel en ja johan leert het toch nooit uit de obse rv aties van barnes bleek dat leraren zich op sommige punten bewust zijn dat ze vaktaal gebruiken opvallend genoeg betreft dat meestal het gebruik van vak termen daarmee staat natuurlijk in verband dat de meest voorkomende strategieen om leerlingen vaktaal aan te leren de volgende zijn 1 de leerling moeten de vakterm definieren 2 de leerlingen moeten de vakterm definieren de leraar herhaalt de definitie en past die nog meer aan bij de vaktaal 3 de leerlingen moeten een bepaald verschijnsel b noemen in vaktermen bij deze strategieen is het volgende op te merken als een leraar een bepaald wo o rd laat ve rvangen door een echte technische vak term bv luchtpijp door trachea betekent dat voor de leerling vaak niets voor de leraar ligt dat ander s als hij het tweede woord gebruikt praat en denkt hij veel meer vanuit zijn vak i c biologie m a w voor de leraar verwijst het woord trachea veel meer naar de ordening van de werkelijkheid zoals de bioloog die aanbrengt als het woord luchtpijp daarom lijkt het verstandig 1 de vakterm te vermijden omdat de leerling die hooguit e rv aart als alleen maar een synoniem en niets meer 2 ons ervan bewust te zijn dat veel leraren klaarblijkelijk de handigheid van de leer ling de ene term door de andere te ve rv angen aanzien voor een blijk van bekwaam heid in he t meedenken binnen een bepaald valli 3 ons ervan bewust te zijn dat voor veel leraren een vakterm een eigen waarde heeft ze menen ten onrechte dat ze zo n term verklaren als ze hem ve rv angen door een andere formulering 4 steeds te bedenken dat de meeste leraren maar van een klein gedeelte van de vaktermen die ze gebruiken weten dat ze ze gebruiken en dan er iets aan doen het grootste deel van de vaktermen gebruiken ze onbewust u ziet dat deze opmerkingen alleen het leksikale nivo betreffen daarop zijn het gemak kelijkst veranderingen te rea liseren dunkt me veel moe il ijker lijkt me dat op syntak tisch vivo en ook daar liggen voor de leerling heel wat problemen 268 voor veel leerlingen kan het on bewuste gebruik van vaktaal heel ve rv elend zijn ze onde rvinden aan den lijve dat ze er niet bij horen dat ze niet mee kunnen praten aan de an dere kant als een leerling de vaktaal wel min of meer beheerst moet het voor hem lekker zijn om met zijn leraar te praten hij kan d an een zeer sne lle kommunikatievorm gebruiken waarbij veel meer gezegd bedoeld wordt als een buitenstaan der zou vermoeden in dit laatste geval gaat vaktaal ook als groepstaal funktioneren als je de groepstaal beheerst hoor je erbij zo niet word je uitgestoten wegge selekteerd ook dat is een aspekt van vaktaalgebruik in het onderwijs dat onze aandacht verdient u ziet hoe ambivalent ik sta tegenover vaktaalgebruik op school ik geloof dan ook dat we niet zondesmeer kunnen zeggen dat vaktaalgeb ru ik in het onderwijs uit den boze is wel zou ik er twee voorwaarden aan willen stellen 1 als leraar moet je e rvan bewust zijn wanneer en hoe je vaktaal gebruikt 2 als leraar moet je over technieken beschikken de leerlingen het register dat vaktaal heet te leren h anteren in de laatste paragraaf ga ik nog wat nader in op de eerste voorwaarde op de tweede voorwaarde hoop ik in een volgend artikel terug te komen 5 wat doe je eraan als je na lezing van het bovenstaande het gebruik van vaktaal op school als problema tisch e rvaart kun je eigenlijk niet st il blijven staan bij die konstatering je moet er voor jezelf wat aan kunnen doen een stap in de goede richting lijkt mij als je eens een paar b an drekorderopnames van jezelf maakt en die gaat analyseren als je dat aandurft kun je bovendien nog een kollega van wie je weet dat je hem vertrouwen kunt vragen die lessen waarv an je een opname maakt bij te wonen en je daa rvan een verslag uit te brengen dan kun je ook samen de opnames effektiever analyseren als je dan ook nog de rollen omdraait krijg je de beschikking over een hoop kostbaar mate ri aal als je zo a an het werk gaat kom je ongetwijfeld voor een aantal boeiende problemen te staan natuurlijk kun je uiteindelijk bij de vraag wat wil ik met mijn onderwijs en wat wil ik met mijn vak maar ook rijzen er vragen als hoe ziet de vaktaal er precies uit in hoeverre weerspiegelt mijn vaktaal echt de struktuur v an mijn vak wat zijn essentiele elementen in mijn vaktaal niet all een leksikaal en welke elementen zijn alleen maar te verdedigen uit traditionalisme of neiging tot onder scheid tussen vakgenoten en niet vakgenoten tenslotte geef ik hieronder een aantal analyse vragen en opdrachten die in verschillen de werkgroepen gebruikt zijn en op basis waarvan vaak opvallende ontdekkingen ge da an zijn 1 inventariseer de taaluitingen die u zou wi ll en rekenen tot het zgn vakregister 1 motiveer uw keuze 2 in hoeverre zijn deze taaluitingen onve rvangbaar 2 probeer te analyseren of de leraar zich bewust is v an het feit dat hij vaktaal een vakregister gebruikt 269 2 inventariseer alle taaluitingen van de leerlingen waaruit blijkt dat ze een vakregister proberen te gebruiken 1 motiveer uw keuze 2 ga na of die taaluiting inhoud heeft voor de leerling 4 inventariseer alle taaluitingen van de leerlingen di e 1 bewijzen dat de leerling weet wat de leraar van hem verwacht 2 bewijzen dat de leerling dat niet weet 3 bepaal in beide gevallen de oorzaak 4 beschrijf de reaktie van de leraar 5 inventariseer de taaluitingen van de leraar die over de hoofden van zijn leerlingen heengaan zonder dat dat te wijten is aan het gebruik van een vakregister probeer een oorzaak te vinden 6 inventariseer de momenten waarop de docent naar uw mening de leerling probeert te helpen bij de hantering van een vakregister 1 welke strategie kiest de leraar daarvoor 2 hoe reageert de leerling 3 vindt u het nodig dat de leerling op dat moment het vakregister hanteert noten 1 de informati e in d it artikel is gebaseerd afgezien va n d e genoemd e literatuur op voornamelij k twee bronnen a llereerst m oet ik dan noeme n t wee artikelen in s t encilvorm die gerard h ubers resp schr eef voor stroom 3 moedertaa londerwijs en toch gee n nederlands van het v on kon gres 1 973 h u bers 19 73 e n voor d e derd e l w g dag op 16 maart 1 97 4 hu be r s 1974 z on der d eze twee publikaties zou dit artikel niet geschreven zijn of er h eel an d ers uitgezien hebben o ok heb ik gebru i k gemaakt van een syllabus d ie ik voor d e bijschol ing ned erlands heb geschr even sturm 1973 d e twee d e bron wor dt gevorm d door d e resu ltate n van de ond erzoeksgroepjes die in het kad er van het von congres 1973 en 1 97 4 en de l w g met kon krete lesprotok ollen en gelui dsop namen zijn bezig geweest steven ten b rink e heeft aan de wer kwijze van deze onderzoeks g r oe pjes een artikel in m oer gew ij d brinke 1974 dit artikel is d us niet te beschouwen als het p rod ukt van een man al blijf i k natuur lij k verantwoordelijk voor inhoud en vormgeving 2 keuze staat tussen aanh alingstek e ns h et register wordt niet gekozen o p basis van de expliciete kennis d ie de spreker heeft van een rege lsysteem dat de pr oduktie van taaluitingen reguleert vgl haft van rees 436 3 d eze opso m ming is ze ker nie t volledig in d e verschillende werkgroep en die zic h in het kader van de von en de lwg m et dit probleem hebben beziggehouden zijn we ech ter niet verder gekomen arie st urm die d it artikel voo r publikat ie kritisch d oornam wees me op de moge l ij k heid dat een register ook gek enmerkt kan word en door een eigen manier van woordvorming morfologisch n ivo h et lij kt mogelijk bewijsplaatsen ervoor heb ik op dit moment nog niet dat een biologieleraar in het kad er van z ijn vak bv sp reekt over m osse le n terwij l hij thuis aan tafel praa t over mossels haft v an ree s 44 3 wijst nog op een an der vivo nl dat van tekst amerikaans onderzoek doet vermoe den dat een register ook ge kenmer kt word t door een bepaalde tekstopbouw 4 in sturm bonset 192 e v gebruiken we een dergelijke tweedeling die was gebaseerd op barnes onderscheid t ussen concep tuel e e n d e socio kulturele funktie van de taal b ar nes 5 6 ik denk d at we met onze in terpre tatie en toepassing van die beide begripp en dichter bij de op vattingen van p r iese mann zitten 5 in een volgend art ikel zal i k na der ingaan o p deze problematiek ik zal me daar b ij voornamelijk baseren op britton 1971 en 1973 270 lit e rat uur b arnes d language in the secondary classroom a study of language interaction in twelve lessons in the first term of secondary education in barnes d language the learner and the school harmondsworth 1971 11 7 7 baus c h k h soziolek te in althaus h p u a hrsg l exikon der germanistischen linguistik tiib ingen 1 973 254 26 2 brinks s ten taalgedrag van leraar en leerling via de zg kwartslag bes tudeerd in moer 1974 s blz britton j talking to learn in barnes d e a language the learner and the school harmondsworth 1971 81 11 5 britton j de taal en h e t leren u trecht a ntwerpen 1 973 aula 50 4 dam es a the p o tion of regis ter in educational review 22 1 970 64 7 8 drop w over de effektiviteit van informatieve teksten in de nieuwe taalgids 64 1971 nr 4 287 31 0 groot j de sch rijven en gelezen worden groningen 196 8 h aft van rees a register in sp ektator 3 1973 1 97 4 nr 6 433 44 6 h ahn w von fachsprach e in alth aus p u a h rsg lexikon der germanistischen linguis tik tu bingen 1 973 283 28 6 h allid a y m a k e a the users and u ses of language in fishm an j a e d readings in th e sociology of language the hague etc 1 968 1 39 16 9 hu ber s g vaktaal op schoo i in voorinformatie voor het von kopgres 197 3 hubers g de theorie van de niet dwingende argumentatie een inleiding lezing gehouden op de derde bijeenkomst van de landelijke werkgroep moedertaalonderwijs en toch geen nederland te utrech t 16 maart 1974 in verslag van de derd e l w g dag 7 18 p ernambu colaan 7 overveen priesemann g zur theorie der unterrichtssprache drisseldorf 197 1 stu rm j de taal van de instruktie of de kloof zonder brug interne publikati e van de bijscholing nederlan d s budapestlaan 6 utrecht sturm j en h bo nse t laat ze ma ar prate n de rol van de taal in h et onderwijsleerproces i n moer 1974 3 4 178 200 271