Publicatie datum: 1996-01-01
Auteurs: Ludo Verhoeven, Cor Aarnoutse
Collectie: 14
Volume: 14
Nummer: 2
Pagina’s: 53-69
Documenten
ludo verhoeven en cor aarnoutse verbetering van het onderwijs nederlands een plan van aanpak 1 inleiding verschillende onderzoeken naar de opbrengst van het actuele taalonderwijs in de basisschool laten zien dat een groot aantal kinderen de school verlaat zonder dat zij in het nederlands over een zekere mate van functionele competentie beschikken deze kinderen ontbreekt het aan een breed scala aan kennis en vaardigheden die nodig zijn voor gericht vervolgonderwijs en voor een succesvolle participatie in de internationaal georienteerde samenleving daar komt nog bij dat het taalonderwijs nog altijd in grote mate de ongelijkheid in kansen van kinderen in sociaal en cultureel te onderscheiden groepen consolideert de geringe resultaten van leer lingen uit sociaal economisch lagere milieus en allochtone leerlingen bij diverse taalpeilingsonderzoeken treden daarbij op de voorgrond een groot probleem is verder dat bij veel leerlingen de uitdaging ontbreekt om taal te zien als instrument voor strategisch leren en kritisch denken de gesignaleerde magere opbrengst van het taalonderwijs valt vooral te verklaren vanuit het feit dat de didactiek van het taalonderwijs op de basisschool in nederland is achtergebleven bij internationale ontwikkelingen hoewel het inzicht in leerprocessen op het terrein van gesproken en geschreven taal de afgelopen decennia dankzij een grote internationale onderzoeksinspanning met name in de angelsaksische landen sterk is verbeterd heeft dit nauwelijks enige invloed gehad op de onderwijspraktijk in nederland in deze bijdrage wordt eerst een beknopte analyse gegeven van de problemen rondom het huidige taalonderwijs op de basisschool daarbij baseren we ons ener zijds op een aantal rapporten die recentelijk hierover zijn verschenen en anderzijds op onderzoeksresultaten vervolgens wordt een plan van aanpak beschreven ter verbetering van dit onderwijs daarbij gaan we uit van de ontwikkel en implemen tatiestrategie die vanuit het onlangs aan de katholieke universiteit nijmegen ingestelde expertisecentrum nederlands is aangegeven voorts geven we een visie op taalonderwijs in de toekomst daarbij zoeken we antwoord op de vraag hoe goed taalonderwijs eruit ziet dat bestand is tegen maatschappelijke veranderingen en hoe het expertisecentrum daaraan kan bijdragen we sluiten de bijdrage af met een bespreking van belangrijke randvoorwaarden voor het realiseren van beter onderwijs in de nederlandse taal spiegel 14 1996 nr 2 53 69 2 probleemidentificatie in het kader van het taalonderwijs op de basisschool is het van belang vast te stellen welke kerndoelen voor de nederlandse taal sedert het schooljaar 1993 1994 officieel gelden ter verduidelijking moet worden opgemerkt dat kerndoelen in nederland eisen stellen aan het onderwijsaanbod het zijn streefdoelen die betrekking hebben op kennis inzicht en vaardigheden in vlaanderen spreekt men van ontwikkelingsdoelen en eindtermen die veel specifieker zijn en eisen stellen aan de prestaties van de leerlingen vgl janssens letschert 1996 in de kern doelen voor de nederlandse taal wordt onderscheid gemaakt tussen spreken en luisteren lezen schrijven en taalbeschouwing wat spreken en luisteren betreft moeten de leerlingen weten dat men met verschillende doelen kan luisteren en spreken verder moeten ze de inhoud en bedoeling van wat er tegen hen gezegd wordt begrijpen vragen stellen om informatie te verzamelen over een door henzelf gekozen onderwerp verslag uitbrengen iets uitleggen hun ervaringen mening waardering of afkeuring op persoonlijke wijze weergeven deelnemen aan een formeel gesprek en gebruik maken van communicatiemiddelen waar dat nodig is wat betreft lezen moeten de leerlingen weten dat men met verschillende doelen kan lezen en dat ze hun manier van lezen kunnen aanpassen aan een door henzelf of de leerkracht gesteld lezersdoel bovendien moeten ze onderscheid kunnen maken tussen informatieve teksten betogende teksten verhalen poezie dialogen voor hoorspel poppenkast en toneel ook moeten ze de hoofdzaken van een informatieve tekst kunnen weergeven en bij een betogende tekst de hoofdlijnen van het betoog aangeven en weergeven hoe hun mening zich verhoudt tot de mening in de tekst verder moeten de leerlingen algemeen gebruikte schriftelijke informatie bronnen kunnen hanteren wat betreft schrijven moeten de kinderen weten dat er geschreven wordt met het oog op verschillende doelen verder moeten ze hun gedachten ervaringen gevoelens en bedoelingen kunnen uiten teksten schrijven waarin zij hun eigen ervaringen mening waardering of afkeuring duidelijk weergeven een brief schrijven volgens algemeen geldende conventies op basis van eigen kennis en waarneming of op basis van verkregen informatie een werkstuk maken en het schrijven toepassen als middel om gedachten ervaringen gevoelens en bedoelingen voor henzelf te ordenen ook moeten de leerlingen in staat zijn om de vormgeving en de presentatie van hun teksten te verzorgen door aandacht te besteden aan spelling de leesbaarheid van hun handschrift zinsbouw bladspiegel beeldende elementen en kleur wat taalbeschouwing betreft moeten de leerlingen met voorbeelden kunnen aangeven hoe talen en taalvarianten relaties tussen mensen kunnen bepalen en hoe die relaties samenhangen met culturele overeen komsten en verschillen dat de betekenis van een taaluiting mede beinvloed wordt door de situatie de vorm onuitgesproken bedoelingen lichaamshouding gezichts uitdrukking en gebaren dat een taal of een taalvariant op verschillende manieren gebruikt kan worden en dat mondelinge en schriftelijke communicatie gebaat is bij regels bovendien moeten de leerlingen een aantal taalkundige principes en regels kennen zij moeten in een zin het onderwerp het werkwoordelijk gezegde en delen 54 van dat gezegde kunnen onderscheiden en regels kennen voor het spellen van werkwoorden en andere woorden en voor het gebruik van leestekens verder moeten ze begrippen kunnen hanteren die het hun mogelijk maken over taal te denken en te spreken zoals betekenis beeldspraak letterlijk en figuurlijk taal gebruik uitdrukking en gezegde zoals bekend hebben de basisscholen tot 1998 de tijd om hun onderwijsaanbod voor de nederlandse taal in overeenstemming brengen met de hierboven vermelde kerndoelen of ze daar gezien het globale karakter van de kerndoelen in slagen en of de kerndoelen in die periode niet worden herzien moet worden afgewacht in 1994 komt de commissie evaluatie basisonderwijs ceb tot de conclusie dat de kwaliteit van het onderwijs in de nederlandse taal te wensen over laat de resultaten van het onderwijs in spreken schrijven stellen en onderdelen van begrijpend lezen voldoen volgens haar niet aan de eisen die aan het einde van de basisschool gesteld moeten worden zorgwekkend vindt deze commissie de achter standen van meertalige leerlingen op het gebied van de beheersing van de nederlandse taal op grond van deze matige opbrengsten en het feit dat een goede beheersing van het nederlands een voorwaarde is voor succesvol onderwijs in andere leer en vormingsgebieden beveelt de commissie aan het onderwijs in de nederlandse taal te stimuleren en te bevorderen dat hiervoor een actieplan wordt opgesteld de minister van onderwijs cultuur en wetenschappen vindt het wenselijk om aan het actieplan een nadere probleemidentificatie te laten voorafgaan dit om een scherper beeld te krijgen van de belangrijkste oorzaken van de matige resultaten van het taalonderwijs op de basisschool hij verzoekt een commissie onder leiding van aarnoutse deze identificatie uit te voeren en een aanzet voor een actieplan te geven in februari 1995 publiceert deze commissie haar rapport onder de titel probleemidentificatie en aanzet voor een actieplan taal aarnoutse et al 1995 in dit rapport wordt een analyse gegeven van de belangrijkste problemen op het gebied van het onderwijs in de nederlandse taal en worden voorstellen gedaan voor een actieplan taal wat betreft de probleemidentificatie onderscheidt deze commissie de volgende domeinen of aspecten lezen voorbereidend aanvankelijk en voortgezet lezen schrijven luisteren en spreken woordenschat spelling en taalbeschouwing elk domein wordt volgens eenzelfde stramien geanalyseerd eerst komt de praktijk van het onderwijs voor het betreffende domein aan de orde gevolgd door een identifi catie van problemen die uitmondt in de vaststelling van het grootste probleem daarna komen de oorzaken die aan dit probleem ten grondslag liggen aan bod en tot slot de wijzen waarop het probleem kan worden aangepakt na de analyse komt de commissie tot de conclusie dat de tekorten in het huidige onderwijs in de nederlandse taal voor een groot deel betrekking hebben op het gebrek aan systematiek in de leerinhouden en leeractiviteiten voor de verschil lende aspecten van het taalonderwijs leerlijnen op het gebied van schrijven luisteren en spreken woordenschat spelling en taalbeschouwing ontbreken voor een belangrijk deel in de huidige taalmethoden onder leerlijnen of leerroutes 55 worden in dit verband reeksen van goed geordende taken activiteiten of stappen verstaan die leerlingen in de loop van de tijd vaak over meerdere leerjaren heen moeten leren uitvoeren of zetten om zich bepaalde kennis en vaardigheden eigen te maken vgl aarnoutse 1996 daarnaast gaan veel methodenschrijvers uit van het eeuwenoude idee dat leerlingen taalvaardigheden leren door veel schriftelijke oefeningen te maken aanwijzingen voor de leerkracht en leerlingen hoe bepaalde lees schrijf luister en spreekvaardigheden het beste onderwezen en geleerd kunnen worden ontbreken veelal richtlijnen voor het onderwijzen en leren van strategieen of procedures om belangrijke lees schrijf luister en spreektaken aan te pakken uit te voeren en toe te passen ontbreken met andere woorden de commissie is van mening dat goed ontwikkelde procesgerichte taalmethoden nood zakelijk maar niet voldoende zijn voor een fundamentele vernieuwing van taal onderwijs de leerkrachten vormen de belangrijkste factor zij dienen verschillende methoden op hun waarde te kunnen schatten en vaardig te zijn in de belangrijkste procedures of technieken van strategisch taalonderwijs zoals het stap voor stap uitleggen of hardop denkend voordoen van een strategie of oplossingsmethode het zelf laten oplossen van problemen het werken in kleine heterogene groepen en het elkaar wederzijds onderwijzen van strategieen wat betreft de aanzet voor een actieplan taal stelt de commissie aan staats secretaris netelenbos van onderwijs cultuur en wetenschappen voor om een projectgroep actieplan taal voor minimaal acht jaar in het leven te roepen met als taak het verbeteren en vernieuwen van taalmethoden en van de opleiding nascholing en begeleiding van leraren deze projectgroep dient volgens de commissie uit een klein aantal personen te bestaan met een grondige kennis van de verschillende domeinen van taal van de verschillende werkvelden ontwikkeling begeleiding scholing en onderzoek en van aanverwante beleidsterreinen onder wijsvoorrang weer samen naar school e d de commissie stelt verder voor om de activiteiten van deze projectgroep in eerste instantie te richten op de groepen i tot en met 5 van de basisschool dit vanwege het feit dat de eerste leerjaren voor de kinderen van de basisschool van essentieel belang zijn voor hun verdere ont wikkeling en mogelijke tekorten of vertragingen later niet of slechts met veel moeite ongedaan kunnen worden gemaakt in totaal worden vier projecten voor gesteld namelijk ontwikkeling van een raamplan en leerlijnen taalonderwijs taal ontwikkeling en taalonderwijs in de groepen 1 en 2 leesonderwijs in groep 3 en leesonderwijs in de groepen 4 en 5 in mei 1995 verschijnt de beleidsnota een impuls voor het basisonderwijs van staatssecretaris netelenbos uit deze nota blijkt dat er een expertisecentrum taal onderwijs wordt opgericht dat er een actieprogramma voor de onderbouw op stapel staat en er extra formatie in de onderbouw komt dat er in de toekomst sprake zal zijn van beoordeling van methoden en publicatie van de resultaten daarvan en dat er toetsen moeten worden ontwikkeld waarmee scholen de resul taten van hun onderwijs kunnen vaststellen en vergelijken met die van andere scholen uit de paragrafen die handelen over het taalonderwijs 3 3 en de onder bouw 3 4 blijkt dat de staatssecretaris de uitkomsten van de probleemidentificatie 56 en een aanzet voor een actieplan taal vrijwel geheel onderschrijft de tekorten in de bestaande taal leesmethoden en in de opleiding nascholing en begeleiding van leraren en de noodzaak van een raamplan en van leerlijnen op het gebied van het taalonderwijs netelenbos 1995 verrassend is dat de staatssecretaris niet kiest voor de instelling van een projectgroep actieplan taal maar voor een expertise centrum nederlands dat na een offerteprocedure op advies van een groep van deskundigen aan de katholieke universiteit van nijmegen wordt gevestigd 3 taalonderwijs onderzocht zowel nationale als internationale peilingsonderzoeken geven aan dat de taalleer resultaten van nederlandse kinderen als zwak gekwalificeerd moeten worden bij onlangs door het instituut voor toetsontwikkeling cito gehouden taaipeilingen halverwege en einde basisonderwijs is geprobeerd op basis van een expliciet criterium een profiel van de schriftelijke taalvaardigheid van leerlingen in kaart te brengen zwarts 1990 sijtstra 1993 daarbij is de teneur dat de effectiviteit van het basisonderwijs in schriftelijke vaardigheden te wensen overlaat een recente internationale vergelijking van leesprestaties laat bovendien zien dat nederlandse kinderen op de leeftijd van 9 en 14 jaar qua leesvaardigheid duidelijk achterblijven bij leeftijdgenoten uit andere westerse landen elley 1992 er zijn duidelijke aanwijzingen dat het taalonderwijs in nederland achterblijft bij internationale ontwikkelingen postlethwaite ross 1992 lundberg linnakyla 1993 dit komt mede doordat er in ons land weinig samenspraak is geweest tussen onderzoekers en praktijkmensen het gevolg was dat in onder zoeken de aandacht vooral uitging naar atypische sterk gecontroleerde artificiele situaties aan vragen van mensen uit de onderwijspraktijk over de complexiteit van het taalonderwijs in de praktijk van alledag is grotendeels voorbijgegaan mede hierdoor borduurt het taalonderwijs in ons land nog altijd voort op sterk traditio nele kaders vernieuwing krijgt nauwelijks enige kans omdat aan de fundamenten van het onderwijs niet getornd wordt de wijze van opzet en organisatie van het taalonderwijs ziet er op veel scholen nagenoeg identiek uit als die in de jaren vijftig in meerdere opzichten is sprake van een verouderde didactiek in de eerste plaats is het taalonderwijs in zijn huidige vorm sterk verkokerd geraakt het onderwijs is als het ware verknipt in deelaspecten mondelinge taal lezen schrijven woordenschat taalbeschouwing die elk in aparte leergangen worden onderwezen vaak zijn de hier genoemde componenten nog verder verkaveld in te onderwijzen deelaspecten uit recent onderzoek blijkt dat ontwikke ling in een van deze domeinen ook een ontwikkeling in de andere domeinen met zich meebrengt vgi morrow 1989 mcginley 1992 in de didactiek kan hiervan gebruik gemaakt worden door juist een integratie van kennis en vaardigheden na te streven een gelezen tekst kan in een groepsdiscussie nader worden beschouwd en worden verwerkt in een over hetzelfde onderwerp te schrijven opstel dat vervolgens weer door andere leerlingen kan worden gelezen en bediscussieerd op 57 een dergelijke manier kan taal ook in de les als communicatiemedium worden gehanteerd een tweede probleem is dat taal leren in hoge mate als een passief verwerkings proces wordt gezien in de feitelijke onderwijspraktijk krijgen kinderen in hoge mate materialen aangereikt die om een receptieve wijze van verwerking vragen daarbij valt te denken aan series leesteksten werkboekjes en werkbladen waarin meestal wordt uitgegaan van een mogelijke leerroute en een mogelijke oplossing dit werkt een passieve orientatie van leerlingen sterk in de hand waar het gaat om aan te leren kennis en vaardigheden met een sterk algoritmisch karakter zoals bij het aanvankelijk lezen en bij het leren van de spellingsregels valt een receptieve benadering te verdedigen bij het aanleren van communicatieve vaardigheden in gesproken en geschreven taal is echter een actieve betrokkenheid van leerlingen geboden onderzoek laat zien dat hoe meer de leerlingen in het taalleerproces actief worden betrokken hoe beter de leerresultaten zijn vgl bruner 1986 gallimore tharp 1990 verder ligt binnen traditioneel taalonderwijs het accent doorgaans op het aanleren van vaardigheden zonder veel rekening te houden met de leermotivatie van leerlingen aan de hand van vooraf bepaalde teksten en lesinhouden wordt kinderen geleerd hun repertoire aan vaardigheden uit te bouwen en te onderhouden daarbij krijgen kinderen taken voorgeschoteld die een steeds groter beroep doen op hun capaciteit om zelfstandig opdrachten en taken uit te voeren op deze manier wordt er impliciet van uitgegaan dat leerlingen gemotiveerd blijven intrinsiek vanuit hun taakgerichte zelfwerkzaamheid en extrinsiek vanuit de erkenning van die zelfwerkzaamheid door de leerkracht met het oog op bevordering van de intrinsieke motivatie van kinderen verdient het aanbeveling om zoveel mogelijk uit te gaan van de leefwereld en de interessen van leerlingen door uit te gaan van interessante leerstof kan de belangstelling van leerlingen worden versterkt vgl guthrie et al 1995 verhoeven 1995 bovendien kan het zelfvertrouwen van leerlingen worden versterkt door tijdens het leerproces veelvuldig succeservaringen in te bouwen een bijkomend punt van zorg in het huidige taalonderwijs is het gebrek aan ruimte voor sociale interactie juist door middel van samenwerking tussen leer lingen blijken cognitieve strategieen versterkt te kunnen worden in sociale net werken leren kinderen geleidelijk hun eigen kennisbronnen en oplossingsstrategieen te expliciteren en te toetsen aan die van anderen bloome egan robertson 1993 door middel van sociale processen leren kinderen betekenissen binnen een bepaald domein af te grenzen hetgeen niet alleen voor de taalontwikkeling maar voor de denkontwikkeling in brede zin van belang is vgl rogoff 1990 voorts geldt dat de kwaliteit van de materialen die in het huidige taalonderwijs worden gebruikt sterk te wensen overlaat dit geldt zowel voor methodische materialen als voor het aanbod aan leesboeken er worden bovendien in het onder wijs veel te weinig verbindingen gezocht met wereldorienterende vakken en met kinder literatuur vgl mooren 1996 daarnaast is er weinig zicht op de poten tiele bijdrage aan het taalonderwijs vanuit de informatietechnologie onderzoek laat 58 zien dat moderne communicatiemedia computers cd rom cd i op zinvolle wijze in het taalonderwijs kunnen worden ingezet cameron 1989 verder blijken leerkrachten grote moeite te hebben met het omgaan met leer lingen die van huis uit sterk verschillen in niveau van hun taalontwikkeling het onderwijs aan allochtone kinderen stelt schoolteams voor grote problemen in het algemeen blijkt dat het niveau van taalbeheersing van allochtone leerlingen in het nederlands bij het begin van jaargroep 3 nog ver achterblijft bij dat van nederlandse leeftijdgenoten vgl verhoeven vermeer 1989 1996 gemiddeld komen allochtone leerlingen in de onderbouw van het basisonderwijs op alle niveaus behoudens de uitspraak lager uit dan nederlandse leeftijdgenoten zij hebben problemen op het terrein van klankonderscheiding woordenschat en bij het begrijpen en zelf vormen van grotere teksteenheden zoals zinnen en teksten de problemen zijn veruit het grootst op het terrein van de woordenschat vgl smits aarnoutse 1996 als laatste probleem geldt het gebrek aan continuiteit in het leer en vormings aanbod in het basisonderwijs er is binnen schoolteams weinig zicht op hoe abrupte overgangen in het taalonderwijs tussen voorschoolse socialisatie en de onder midden en bovenbouw van het basisonderwijs kunnen worden vermeden er is dringend behoefte aan continue leerlijnen die voor de verschillende inhouden concreet maken hoe het taalonderwijs over de periode van de basisschool het beste kan worden vormgegeven 4 expertisecentrum nederlands te concluderen valt dat het onderwijs nederlands in ons land toe is aan een funda mentele vernieuwing in dit licht is er dringend behoefte aan een goed geequipeerd centrum dat op basis van een programma van ontwikkelingsonderzoeks en scholingsactiviteiten komt tot een herorientatie inzake het onderwijs nederlands met nadruk op de eerste vier jaargroepen het centrum heeft tot doel de in ons land beschikbare kennis en ervaring wat betreft taalverwerving van leerlingen in de basisschool en met name die in de eerste vier groepen te bundelen en geschikt te maken voor leraren in de klas meer specifiek heeft het centrum tot doel de verbetering vernieuwing van taalmethoden het verbeteren van opleiding na scholing en begeleiding van leraren verder worden tot de activiteiten van het expertisecentrum gerekend het ontwikkelen van een raamplan nederlands op de basisschool met daarbij aandacht voor de samenhang tussen het onderwijs in nederlands als moedertaal en het onderwijs in nederlands als tweede taal het bijeenbrengen van expertise inzake taalverwerving in de basisschool binnen de wetenschap de lerarenopleidingen de onderwijsverzorging en de scholen het zorg dragen voor draagvlak bij het onderwijsveld voor een vernieuwing van het taalonderwijs brief van staatssecretaris netelenbos mei 1995 59 het expertisecentrum nederlands zal in de komende acht jaar proberen de kloof tussen theorie en praktijk tussen onderzoekers en praktijkmensen te overbruggen probleemsituaties in de feitelijke onderwijspraktijk vormen voor het centrum het vertrekpunt voor ontwikkelingsprojecten waarin oplossingen vanuit de praktijk en de theorie worden aangedragen in prototypen worden vormgegeven en in de praktijk worden uitgeprobeerd en op hun haalbaarheid en effect onderzocht in deze praktijkgerichte onderzoeksprojecten is een zo volledig mogelijke integratie tussen praktijk theorievorming onderzoek ontwikkeling implementatie en na scholing van groot belang samenwerking tussen leerkrachten onderzoekers begeleiders en opleiders staat hierbij centraal voor hen allen geldt dat ze van en met elkaar kunnen leren de ontwikkelingsprojecten worden voor een groot deel uitgevoerd op ontwikkel en volgscholen tezamen met onderzoekers regionale schoolbegeleiders en opleiders op drie of vier ontwikkelscholen worden gedurende twee jaar de ideeen uitgewerkt en omgezet in prototypen voor de leerlingen leerkrachten schoolbegeleiders en opleiders deze prototypen die op kernpunten van een vernieuwing betrekking hebben worden vervolgens in de scholen school begeleiding en opleiding uitgeprobeerd en op hun effect getoetst na twee jaar worden dezelfde prototypen in een groter aantal scholen volgscholen school begeleidingsdiensten en opleidingsinstituten met verschillende behoeften en kenmerken beproefd aangepast en op hun effect getoetst in verband met de implementatie van deze vernieuwingen worden netwerken geformeerd bestaande uit leerkrachten schoolbegeleiders opleiders en onderzoekers op het gebied van scholing worden jaarlijks workshops en werkconferenties georganiseerd waarop de ontwikkelde prototypen worden besproken en waarop trainingen worden verzorgd uiteindelijk zal er een begeleide overdracht van de opbrengsten van het expertise centrum plaatsvinden naar regionale kaders en naar educatieve uitgeverijen hierbij worden de landelijke pedagogische centra ingeschakeld inhoudelijk bezien worden in het expertisecentrum nederlands twee soorten activiteiten uitgevoerd die elkaar voor een belangrijk deel beinvloeden namelijk de ontwikkeling van een raamplan voor het onderwijs in de nederlandse taal en de uitvoering van een zestal ontwikkelingsprojecten het raamplan vormt de basis of het fundament voor alle andere activiteiten van het expertisecentrum het geeft de koers en het kader aan waarlangs en waarbinnen gewerkt wordt in het raamplan worden de belangrijkste uitgangspunten principes en doelen van modern en vernieuwend taalonderwijs beschreven voor elk domein worden de belangrijkste einddoelen vermeld waarbij de relatie met de herziene kerndoelen wordt aangegeven en verder de inhouden leer en onderwijsactiviteiten en evaluatievormen daarnaast bevat het raamplan leerlijnen of leerroutes die voor de verschillende domeinen kunnen worden uitgezet en die leerkrachten en leer lingen kunnen volgen om op een efficiente wijze de einddoelen te bereiken leer lijnen beschrijven in dit verband de tussendoelen en de daarmee samenhangende leerinhouden en leeractiviteiten die leerlingen in de loop der jaren moeten bereiken ze zorgen voor de noodzakelijke continuiteit opbouw en samenhang van leer 60 processen een van de eerste taken bij het opstellen van een raamplan voor groep 1 tot en met 8 zal zijn om de kennis verwachtingen en eisen die op het gebied van het onderwijs in de nederlandse taal bestaan te inventariseren en te bundelen in systematische overzichten of meta analyses omdat het van groot belang is dat het onderwijsveld het raamplan breed onderschrijft worden er verschillende hearings en conferenties georganiseerd en artikelen in bekende tijdschriften geschreven op basis van vooral de uitkomsten van de ontwikkelingsprojecten zal het raamplan periodiek worden bijgesteld en geconcretiseerd in de vorm van leerlijnen de ontwikkelingsprojecten hebben betrekking op de volgende zes aandachts gebieden woordenschatontwikkeling communicatieve vaardigheden beginnende geletterdheid begrijpend leesonderwijs vroegtijdige onderkenning van leer problemen en interventie bij leerproblemen we volstaan hier met een korte aanduiding van deze projecten woordenschatontwikkel ing uit onderzoek en signalen uit het veld blijkt dat de verschillen in beheersing van de woordenschat in het nederlands tussen allochtone en autochtone kinderen dramatisch zijn het gebrek aan woordkennis in het nederlands bij allochtone kinderen is mogelijk de hoofdoorzaak van de toename van de verschillen in school prestaties tussen nederlandstalige en niet nederlandstalige kinderen op de basis school en van het uiteindelijk falen van een aanzienlijk deel van de laatst genoemde groep in het onderwijs drie mogelijkheden dienen benut te worden het frequent aanbieden van woorden in de context het geven van directe instructie in de betekenis van woorden of begrippen en het helpen van ouders bij de ontwikke ling van de woordenschat van hun kinderen thuis nagegaan wordt hoe deze mogelijkheden het beste kunnen worden omgezet in concrete handelingen en materialen in het project staan vier groepen van doelstellingen en inhouden centraal woorden leren leren woorden leren leren over woorden en attituden belangrijke werkvormen in de klas zijn onder andere ervaringsgericht leren inter actief voorlezen in kleine groepen het herhaald lezen van prenten boeken en het gebruik van computerprogramma s op het gebied van woordenschat en van beeld woordenboeken communicatieve vaardigheden in het project communicatieve vaardigheden staat de mondelinge interactie in de klas centraal mondelinge vaardigheden vormen een belangrijke sleutel voor schoolsucces een aandachtspunt is dat het onderwijs nederlands aan jonge kinderen in veel sterkere mate dan nu het geval is zou moeten uitgaan van inter actieve onderwijsleersituaties waarin autochtone en allochtone leerlingen gezamen lijk participeren van groot belang daarbij is dat taalgebruikssituaties functioneel zijn dat wil zeggen betekenisvol en aansluiten bij de leefwereld van kinderen uitgaande van een systematische bespreking van functionele onderwerpen in groepssessies kan de luister en spreekvaardigheid van kinderen worden versterkt vooral de discussievaardigheid van kinderen dient daarbij veel aandacht te krijgen 61 tegelijkertijd kan door middel van discussie naar aanleiding van voorleesverhalen en zelfstandig gelezen prenten boeken het inzicht van kinderen in fictie en non fictieteksten worden gestimuleerd aan de hand van bestaande goed ontwikkelde methoden en aanvullend materiaal dat ontwikkeld wordt op basis van strategisch onderwijs zal samen met leerkrachten geprobeerd worden het spreek en luister onderwijs te systematiseren en te optimaliseren in het project staan de volgende vier thema s centraal de ontwikkeling van luisteren en spreken in het algemeen het onderwijs in luisteren en spreken in de groepen 1 4 luisteren en spreken in het onderwijs in de groepen 1 4 en de relatie tussen mondelinge en schriftelijke vaardigheden in het bijzonder tussen begrijpend luisteren en begrijpend lezen beginnende geletterdheid in de kleuterperiode kan door middel van taalspel en directe instructie het meta linguistisch bewustzijn van kinderen worden gestimuleerd uit onderzoek is bekend dat leren lezen en schrijven in belangrijke mate kunnen worden voorspeld vanuit metalinguistische vaardigheden die bij kinderen voor en tijdens het lees en schrijf onderwijs tot ontwikkeling komen voor veel kinderen blijkt gerichte instructie noodzakelijk om het alfabetisch principe onder de knie te krijgen lees en schrijf onderwijs moeten aan de ene kant voldoende ruimte bieden tot ontdekkend leren en aan de andere kant kinderen voldoende informatie geven voor succesvol leren in dit opzicht dient er veel meer dan nu het geval is sprake te zijn van continuiteit leerlijnen in het onderwijsaanbod in de eerste leerjaren van de basisschool een belangrijk uitgangspunt binnen het beginnend lees en schrijfonderwijs is dat het adaptief moet zijn aangepast aan de leerbehoeften van individuele leerlingen van eminent belang daarbij is dat alle kinderen op het einde van groep 3 de elementaire lees en schrijfhandeling beheersen terwijl op het einde van groep 4 een zekere mate van automatisering van de lees en schrijfvaardigheid moet zijn bereikt de vraag is hoe leerkrachten en hun assistenten met de bestaande methoden en de te ontwikkelen materialen en richtlijnen deze wensen kunnen realiseren begrijpend leesonderwijs het is bekend dat in de groepen 3 en 4 van het basisonderwijs en in de lagere groepen van het speciaal onderwijs relatief weinig onderwijs wordt gegeven in begrijpend lezen vooral kinderen die zwak zijn in decoderen en hierin veel oefening nodig hebben besteden te weinig aandacht aan het begrijpen van schrifte lijke informatie onderzoek laat zien dat begrijpend lezen met behulp van strategisch onderwijs en directe instructie hardop denkend voordoen stap voor stap uitleggen wederzijds leren in sterke mate kan worden ontwikkeld kinderen die zwak of erg zwak in decoderen zijn kunnen via luisteren strategieen leren die ze direct of later kunnen inzetten bij het begrijpen van een tekst aarnoutse gruwel oduber 1995 aan de hand van bestaande goed ontwikkelde methoden aanvullende materialen en richtlijnen zal worden nagegaan in hoeverre bepaalde begrijpend leesvaardigheden bij vooral technisch zwakke lezers verbeterd kunnen worden 62 vroegtijdige onderkenning van leerproblemen om leerachterstanden en verwijzing naar het speciaal onderwijs te voorkomen is het is van groot belang dat leerproblemen zo vroeg mogelijk worden onderkend evaluatie instrumenten in handen van de leerkracht kunnen daarbij een belangrijke rol spelen de nadruk moet dan liggen op leerlingvolgsystemen die zo dicht mogelijk tegen het te geven onderwijs en bestaande goed ontwikkelde methoden aanzitten daarnaast is er grote behoefte aan diagnostische instrumenten die de sterke en zwakke kanten van de mondelinge en schriftelijke vaardigheden in het nederlands van kinderen met uiteenlopende ontwikkelingsprofielen blootleggen bovendien moeten er concrete aanwijzingen worden gegeven in de richting van mogelijke remediering interventie bij leerproblemen van groot belang is dat eenmaal geconstateerde leerproblemen bij leerlingen in een zo vroeg mogelijk stadium worden weggewerkt daarbij wordt enerzijds gedacht aan ondersteuningsprogramma s door de leerkrachtassistent en anderzijds aan de inzet van electronische multimedia het innovatiekader van weer samen naar school treedt hierbij op de voorgrond daarbij kan de intrinsieke leermotivatie van kinderen als een belangrijke factor worden gezien 5 visie op taalonderwijs in de toekomst in antwoord op de vraag hoe het taalonderwijs beter kan aansluiten bij de leer behoeften van kinderen die verschillen in aanleg en die afkomstig zijn uit uiteen lopende sociale en culturele groepen wordt in het expertisecentrum nederlands uitgegaan van de volgende theoretische uitgangspunten taalontwikkeling als emancipatorisch proces in navolging van bruner 1986 wordt taalverwerving nadrukkelijk gezien als een emancipatorisch proces taalverwerving staat als zodanig in dienst van de persoonsontwikkeling dankzij een toenemende taaicompetentie worden kinderen steeds beter in staat om op kritische en zelfverantwoordelijke wijze deel te nemen aan het maatschappelijke en culturele leven van belang is dat het taalonderwijs aan jonge kinderen is gericht op betekenisverlening aan hun fysieke en sociale wereld en aan henzelf in die zin impliceert taalonderwijs niet alleen de overdracht van kennis en vaardigheden maar ook de vorming van het individu een en ander stelt hoge eisen aan de authenticiteit van leertaken vgl au et al 1990 taalontwikkeling als sociaal proces taalontwikkeling zien we als een proces dat bij uitstek sociaal genoemd kan worden onder invloed van voorbeeldgedrag van en interacties met ouderen in taalgebruikssituaties ontdekken kinderen de betekenis van gesproken en geschreven taal in het dagelijks leven vooral geinspireerd vanuit vygotsky s ideeen over 63 taalontwikkeling en leren in het algemeen ontstaat het inzicht dat bij een rijk taal aanbod een vroege ontwikkeling van gesproken en geschreven taal kansrijk is vygotsky 1964 stelt in het kader van een optimale persoonsvorming dat de zin van het leren voor kinderen continu helder moet zijn het leren moet voortdurend zo veel mogelijk functioneel zijn voor de school praktijk van alledag zoals kinderen die ervaren binnen de ontwikkelingstheorie van vygotsky staat de interactie tussen volwassene en kind centraal vanuit die interactie kunnen kinderen op zinvolle wijze deelnemen aan de cultuur en ontstaat bij hen de behoefte tot leren wat een kind op een zeker tijdstip op eigen kracht kan volbrengen wordt het actuele ontwikkelingsniveau genoemd van belang is dat naast dit niveau een zone van naaste ontwikkeling kan worden aangeduid dit niveau geeft aan wat het kind aan kan in geval het sociale ondersteuning krijgt van anderen binnen de zone van naaste ontwikkeling is er voor het kind de mogelijkheid om in samenwerking met anderen op een hoger ontwikkelingsniveau te komen die samenwerking gaat uit van het gezamenlijk opnieuw beleven van historisch gegroeide sociaal culturele activiteiten waarbij ouderen het kind ondersteuning bieden als zodanig wordt in de interactie tussen ouder en kind de cultuur gereconstrueerd om de motivatie van kinderen te bevorderen bepleit resnick 1987 meer natuurlijke instructievormen in de geest van de aloude meester gezel relatie leren definieert zij vervolgens als een sociaal proces waarbij functionele vaardigheden worden verworven in een rijke en realistische context aandacht voor cooperatief leren in het verlengde van het vorige uitgangspunt kennen we een groot belang toe aan vormen van cooperatief leren juist door middel van samenwerking kunnen cognitieve strategieen worden versterkt zie cazden 1988 stahl 1995 in dit verband heeft de vorming van heterogene groepen de voorkeur boven homogene groepen om cooperatieve werkvormen een kans van slagen te geven dienen leer lingen taken te krijgen toebedeeld die zij aankunnen daarnaast verdient het aan beveling om uit te gaan van gemeenschappelijke doelen en waardering en van een explicitering van de verantwoordelijkheid van ieder groepslid slavin 1990 laat zien dat in dit licht taakspecialisaties die zijn aangepast aan de individuele behoeften van leerlingen relevant zijn taalontwikkeling als actief proces taalontwikkeling wordt evenzeer opgevat als een actief proces waarin kinderen hun taalsysteem en hun kennis van de wereld voortdurend reorganiseren op basis van het taalaanbod dat zij tegenkomen onder meer uitgaande van de theorie van het constructivisme van piaget wordt aangenomen dat kinderen tot ontdekkingen omtrent gesproken en geschreven taal komen door actief met hun wereld bezig te zijn door nieuwe informatie te integreren en op te slaan in het geheugen breiden zij hun taal en kennissysteem uit door in het onderwijs uit te gaan van rijke contexten waarbij ruimte wordt geboden aan door leerlingen te maken keuzes kan 64 de activiteit van leerlingen worden bevorderd alleen door actief betrokken te zijn leren kinderen adequate aanpakstrategieen hanteren belang van metacognitie verder gaan we ervan uit dat in het proces van taalontwikkeling metacognitie een belangrijke rol speelt reeds op zeer jonge leeftijd leren kinderen spontaan stil te staan bij de vormaspecten van taal geleidelijk ontwikkelen ze een metalinguistisch bewustzijn waarin impliciete kennis over zowel functies als structuur van taal expliciet wordt gemaakt vgl verhoeven 1994 in een ondersteunende omgeving waarin kinderen op een betekenisvolle wijze met schrift in aanraking komen kunnen ze de functies van geschreven taal en een aantal schriftconventies leren kennen sulzby teale 1991 door in het onderwijs kinderen bewust te maken van hun eigen leer gedragsregels kan hun metacognitieve capaciteit worden vergroot dit kan onder meer worden bereikt in taalbeschouwingslessen door de instructie te richten op begrip inzicht en op integratie van het geleerde in het eigen kennisbestand van kinderen naarmate de metacognitie van kinderen toeneemt worden zij steeds beter in staat hun kennis en strategieen over te dragen van de ene situatie naar de andere wederkerend onderwijs als uitgangspunt er is evidentie dat het proces van taalverwerving in hoge mate wordt bevorderd door een proces van wederkerend onderwijzen in de lijn van brown palincsar 1989 kan de leerkracht door het aanbrengen en wendbaar maken van leer strategieen kinderen in steeds grotere mate richten op zelfcontrole vgl brand gruwel aarnoutse van den bos 1995 doordat kinderen leren hun eigen leer processen te controleren worden ze in hun ontwikkeling steeds minder afhankelijk van hun omgeving in het onderwijs kan de zelfcontrole bij leerlingen worden bevorderd door hen te helpen informatie te organiseren en te structureren cognitief door hen te leren zichzelf te bevragen dan wel te corrigeren evaluatief of door hen te helpen bij het richten van hun aandacht het behouden van hun motivatie en het minimaliseren van hun faalangst met het oog op bevordering van de intrinsieke motivatie van kinderen is van belang uit te gaan van de leefwereld en interesses van het kind door uit te gaan van leuke en interessante leerstof kan de belangstelling van leerlingen worden versterkt in deze optiek gaan leerkrachten en leerlingen samen op zoek naar kennis en proberen zij samen de oplossing van bepaalde problemen te zoeken daarbij krijgt de leerkracht de taak toebedeeld van het coachen van kleine groepen leerlingen in het exploreren van een bepaald vakgebied het geven van feedback en het uitleggen cognitieve en sociale doelen en taken flexibel onderwijsrepertoire we achten het van groot belang dat het onderwijsrepertoire van de leerkracht in het onderwijs breed en flexibel is daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen uiteenlopende strategieen die al naar gelang de behoeften van leerlingen kunnen 65 worden ingezet vooral bij de begeleiding van combinatieklassen is een flexibele inzet van onderwijsstrategieen vereist vgl veenman roelofs 1992 responsi viteit kan in dit licht worden gezien als een kenmerk van de bekwame leerkracht effectieve leerkrachten weten op flexibele wijze te selecteren uit verschillende technieken door bepaalde communicatieve handelingen voor te doen of door het hardop verwoorden van oplossingsstrategieen stelt de leerkracht kinderen in staat zich via imitatie of observerend leren handelingen eigen te maken scaffolding een begrip ontleend aan bruner is een cruciale strategie die inhoudt dat de leer kracht in een dialoog met de leerling de complexiteit van de leertaak aanzienlijk weet te vereenvoudigen directe instructie wordt vooral van belang geacht voor leerlingen in achterstandssituaties door bij deze leerlingen de effectieve leertijd te vergroten kunnen mogelijkerwijs leerachterstanden worden ingelopen onder leer tijd kan zowel de instructie als de oefen en verwerkingstijd worden begrepen adaptieve instructie met het oog op preventie van taalleerproblemen en in het kader van weer samen naar school stellen we vast dat een belangrijke plaats dient te zijn weggelegd voor diagnostisering en remediering door de leerkracht ten aanzien van kinderen die in hun ontwikkeling zijn bedreigd zijn we met onderzoekers als clay 1991 en slavin 1989 1990 van mening dat het nauwgezet door de extra leerkracht controleren van leerprocessen van groot belang is in affectief opzicht is een controlerende tutor vooral van betekenis als vertrouwenspersoon in cognitief opzicht als persoon die hiaten in het leren kan opsporen en aanvullen een ondersteunende omgeving waarin wordt aangesloten bij hetgeen het kind kan en weet zodat het ook succes ervaringen kan boeken is daarbij geboden door middel van observatie en registra tie kan een continue procesgerichte diagnostiek worden gerealiseerd waarin zowel de cognitieve als de affectieve dimensies van het leergedrag van zwakke leerlingen in beeld kan worden gebracht vgl valencia hiebert afflerbach 1994 voor wat betreft interventies geldt dat die zo vroeg mogelijk in het onderwijs moeten plaatshebben pikulski 1994 wijst erop dat interventies na groep 4 weinig kans van slagen meer hebben effectieve schoolorganisatie met onder meer slavin 1989 gaan we ervan uit dat het mogelijk is door middel van goed taalonderwijs de positie van kinderen van lagere sociaal economische achtergrond te verbeteren de volgende schoolkenmerken worden daarbij van belang geacht gerichtheid op de kwaliteit van het taalonderwijs gerichtheid op een beperkt aantal kerndoelen nauwe samenwerking binnen het schoolteam hoge verwachtingen ten aanzien van de taalleerprestaties en een centrale plaats voor leerlingevaluatie afstemming school buurt en gezin ten slotte geven we de afstemming tussen school en de omgeving van het kind de nodige aandacht in het verlengde van taalactiviteiten op school kunnen aansluiten 66 de programma s buiten de school worden uitgevoerd zoals bijvoorbeeld de programma s opstap en overstap vgl kurvers vallen 1995 met behulp van dergelijke programma s kan de interactie tussen ouders en kind worden versterkt en kunnen tegelijkertijd ouders worden betrokken bij taalactiveringsactiviteiten die op school plaatshebben 6 besluit samenvattend kunnen we stellen dat het expertisecentrum nederlands bij de vernieuwing van het taalonderwijs uitgaat van krachtige leeromgevingen met authentieke taakstellingen die aanzetten tot sociale processen waarin kinderen zoveel mogelijk actief betrokken raken met ruime mogelijkheden voor cooperatief leren als centrale taakstelling van de leerkrachten geldt uitgaand van een breed en flexibel onderwijsrepertoire kinderen bewust te maken van hun eigen leergedrag en hen in toenemende mate te richten op controle van de eigen leerprocessen met het oog op kinderen die in hun ontwikkeling zijn bedreigd spitst de taak van leer krachten zich toe op een vroegtijdige onderkenning van leerproblemen en het bieden van een adaptief onderwijscurriculum dat gericht is op een beperkt aantal kerndoelen naast een goed afstemming tussen de school en de naaste omgeving van het kind om tot een verbetering van het taalonderwijs op de basisschool te komen is van belang dat er een raamplan komt dat gebaseerd is op een bundeling van beschik bare landelijke expertise zo n raamplan beschrijft de belangrijkste uitgangspunten principes en doelen van modern taalonderwijs daarbij zullen de kerndoelen zodanig vormgegeven moeten worden dat ze een duidelijke richting schetsen maar ook voldoende flexibel zijn eendrachtige samenwerking tussen onderzoekers en het onderwijsveld is nodig om een dergelijk raamplan tot stand te brengen een goede aanpak lijkt het samen ontwikkelen en uitproberen van prototypen op het terrein van de taaldidactiek door middel van ontwikkelingsonderzoek de sterke kant van deze wijze van aanpak is dat leerkrachten opleiders en begeleiders van meet af aan intensief bij de problematiek worden betrokken en worden uitgedaagd om haalbare oplossingen aan te reiken via netwerkvorming workshops en conferenties kunnen zinvol geachte prototypen worden overgedragen aan het onder wijsveld bij de implementatie van het raamplan is een belangrijke taak weggelegd voor opleiders en begeleiders veel meer dan nu het geval is moeten leerkrachten in initiele en vervolgopleidingen worden toegerust om kinderen met uiteenlopende taalontwikkelingsprofielen vooruit te helpen van groot belang is daarbij het inzicht dat taal als instrument voor communicatie en kennisverwerving altijd functioneert binnen een sociale en culturele context onderzoek in de verenigde staten maakt duidelijk dat alleen met een zeer intensieve scholing de responsiviteit van leer krachten kan worden verbeterd het ultieme doel van scholing zou moeten zijn dat leerkrachten leren te reflecteren op hun eigen gedrag zodat zij geleidelijk aan hun 67 onderwijsstrategieen kunnen optimaliseren vgl gaffney anderson 1991 stephens meyer reimer 1990 het expertisecentrum nederlands wil de komende acht jaar een platform tot stand brengen van waaruit de ontwikkeling en implementatie van prototypen en leerlijnen ten behoeve van adequaat taalonderwijs in met name de eerste vier jaar groepen wordt gerealiseerd daarbij is het nadrukkelijk de bedoeling dat een en ander zoveel mogelijk geschiedt langs bestaande innovatielijnen en in samenspraak met vertegenwoordigers van universiteiten begeleidingsinstituten opleidings instituten en het onderwijsveld zelf alleen door middel van een gezamenlijke inspanning van al degenen die direct of indirect bij het taalonderwijs zijn betrokken kan het beoogde raamplan voor vernieuwend taalonderwijs worden gerealiseerd bibliografie aarnoutse c 1996 op weg naar beter onderwijs in de nederlandse taal moer i 5 12 aarnoutse c k de glopper t hendriks p litjens j sijtstra k vernooy 1995 probleemidentificatie en aanzet voor een actieplan taal ministerie van onderwijs cultuur en wetenschappen velddirectie primair onderwijs den haag aarnoutse c s gruwel r oduber 1995 verwerven van leesstrategieen via luisteren tijdschrift voor orthopedagogiek 34 269 284 au k j scheu a kawakami p herman 1990 assessment and accountabilitv in a whole language curriculum the reading teacher 43 574 577 bloome d a egan robertson 1993 the social construction of intertextuality in classroom reading and writing lessons reading research ouarterly 28 4 304 333 brand gruwel s c aarnoutse k van den bos 1995 het verbeteren van tekst verwerkingsstrategieen bij zwakke lezers via lezen en luisteren pedagogische studien 72 340 356 brown a a palincsar 1989 guided cooperative learning and individual knowledge acquisition in l resnick ed knowing learning and instruction essays in honor of robert glaser killsdale lea 393 451 bruner j 1986 actual minds possible worlds cambridge ma harvard university press cameron k 1989 computer assisted language learning norwood nj ablex cazden c 1988 classroom discourse the language of teaching and learning portsmouth nh heinemann clay m 1991 becoming literate auckland heinemann elley w 1992 how in the world do students read den haag iea gaffney j r anderson 1991 two tiered scaffolding congruent processes of teaching and learning technical report 523 champaign center for the study of reading gallimore r r tharp 1990 teaching mind in society teaching schooling and literate discourse in l moll ed vygotsky and education cambridge cambridge university press guthrie j w schater y wang p afflerbach 1995 relationships of instruction to amount of reading an exploration of social cognitive and instructional connections reading research quarterly 30 1 8 25 68 janssens a j letschert 1996 ontwikkelingsdoelen eindtermen kerndoelen vergelij kingen het vlaamse kleuter en lager onderwijs en het nederlandse basisonderwijs brussel enschede dienst voor onderwijsontwikkeling dvo en instiuut voor de leer planontwikkeling slo kurvers j t vallen 1995 vroeg beginnen is in over de rol van taal in gezinsgerichte stimuleringsprogramma s spiegel 13 2 7 30 lundberg i p linnakyla 1993 teaching reading around the world den haag iea mcginley w 1992 the role of reading and writing while composing from sources reading research quarterly 27 3 226 248 mooren p 1996 waar is sebastiaan gebleven moer 1 34 43 morrow l 1989 literacy development in the early years helping children read and write boston allyn bacon netelenbos t 1955 een impuls voor het basisonderwijs ministerie van onderwijs cultuur en wetenschappen den haag sdu dop pikulsky j 1994 preventig reading failure a review of tlve effective programs reading teacher 48 30 39 postlethwaite t k ross 1992 effective schools in reading implications for educational planning den haag iea resnick l 1987 learning in school and out educational researcher 16 9 13 20 rogoff b 1990 apprenticeship in thinking oxford oxford university press sijtstra j 1993 balans van het taalonderwijs halverwege de basisschool arnhem cito slavin r 1989 school and classroom organization hillsdale nj lea slavin r 1990 cooperative learning theory research and practice englewood clitfs nj prentice hall smits d c aarnoutse 1996 een longitudinaal onderzoek naar verschillen in taal en leesprestaties van autochtone en allochtone kinderen nederlands tijdschrift voor opvoeding vorming en onderwijs aangeboden stahl r 1995 cooperative learning in language arts menlo park ca addison wesley stephens d k meyer reimer 1990 explorations in reflexive practice technical report 511 champaign center for the study of reading sulzby e w teale 1991 emergent literacy in r barr d pearson eds handbook of reading research new york longman 727 757 valencia s e hiebert p afflerbach 1994 authentic reading assessment newark de ira veenman s e roelofs 1992 leesonderwijs in klassen met heterogene groepen in l verhoeven red handboek lees en schrijfdidactiek lisse swets zeitlinger 312 327 verhoeven l 1994 ontluikende geletterdheid lisse swets zeitlinger verhoeven l 1995 leesbevordering naar een integratieve aanpak in l verhoeven a wald red lezen op school en in het gezin delft eburon 15 32 verhoeven l a vermeer 1989 diagnose van kindertaal tilburg zwijsen verhoeven l a vermeer 1996 taalvaardigheid in de bovenbouw tilburg tilburg university press vygotzky l 1964 thought and language cambridge university press zwarts m 1990 balans van het taalonderwijs aan het einde van de basisschool arnhem cito 69
Gerelateerd:
- Fictie in de basisvorming, een leerplan
- Een spiegelcurriculum voor communicatief taalonderwijs: een veldaanvraag nader beschouwd
- Verscheidenheid in eenheid en eenheid verscheidenheid. Twaalf docenten Nederlands over hun literatuuronderwijs in de bovenbouw van havo en vwo.
- Het afleiden van woordbetekenissen uit context: een poging deze vaardigheden te trainen.