Vertellen: literaire kunst van het levende woord

Publicatie datum: 1991-01-01
Collectie: 01
Volume: 01
Nummer: ?
Pagina’s: 67-69

Documenten

jacques de vroomen vertellen literair e kunst va n het levende woord een universitaire studie nederiandse letterkunde kon je in mijn jonge jaren de zestiger jaren niet anders beginnen dan aan de leiband van gerard knuvelder zijn handboek tot de geschiedenis der nederiandse letterkunde was het eerste studie boek dat wij als eerstejaars studenten nederlands aanschaften ik herinner me dat knuvelder zijn behandeling van de geschiedenis van de nederiandse iiteratuur be gon met enkele pagina s over de orale traditie die vooraf zou zijn gegaan aan de periode va n d e geschreven iiteratuur er staa t me nog een e n ander bij over strijdliederen oogstliederen en drinkliederen na die paar inleidende pagina s stort knuvelde r zic h handenwrijven d o p he t oudste i n schrif t overgeleverd e nederiandse zinnetje hebban olla uogala nestas bigunnan hinase hie enda thu met dat zinnetje begint het handboek eigenlijk pas echt en gedurende vier dikke delen zal het begrip orale iiteratuur niet meer vallen echte iiteratuu r i s wat literatoren hebben opgeschreven echte taal mondelinge taal honderd jaar geleden in 1891 dus werd door j h van den bosch het tijdschrif t taal en letteren opgericht voor de geschiedenis van de nederiandse taalkunde betekende he t uitkome n va n di t nieuw e tijdschrif t ee n revolutie i n taal en letteren werd een harde en doordachte aanval gelanceerd op de 19e eeuwse taal kundige traditie echte taal zeiden van den bosch en zijn mederedacteur buiten rust hettema is mondelinge taal schrijftaal i s niet meer dan een aftreksel va n datgene waar het eigenlijk o m gaat het mondelinge woord taal en letteren wierp een stevige knuppel in het hoenderhok der 19e eeuws e taalkundigen die plotseling te horen kregen dat ze niets begrepen van het vak waar ze zulke deftige artikelen ove r schreven taal en letteren won d e strijd d e opvattin g da t geschreven taal gezien moet worden als een afgcleide va n gesproken taal is te genwoordig onomstreden de revolutie die het gezicht van de taalkunde drastisch veranderde heeft binnen de wetenschappelijke bestudering van de letterkunde nooit plaatsgevonden toch is er iets veranderd sinds de tijd dat gerard knuvelder een paar obligate pagina s vulde over orale literaire tradities de literaire kunst van het levende woord dat is dus de kunst van het vertellen lijkt de laatste jaren een renaissance te beleven amateuristische en professionele vertellers treden op in programma s waarin het niet gaat om het gedrukte maar om het vertelde woord er zijn naar analogie van bestaande literaire caf6 s in verschillende plaatsen in ons land vertelcafe s opgericht er worden vertelfestivals georganiseerd in de programmering van bij voorbeeld culturele centra worden cursussen aangeboden waarin de kunst van het 67 vertellen geleerd kan worden en er verscheen een boek het verhaal gaol verder van jan swagerman een bekende naam binnen het gilde der vertellers ook be kend vanwege de vele cusussen die hij heeft gegeven het verhaal goat verder was al lange tijd in de vertelcircuits aangekondigd ik keek emaar uit en begon het boek toen het in 1991 verscheen met grote gretig heid te lezen helaas was mijn teleurstelling groot het is goed mogelijk dat jan swagerman een boeiend verteller is en een gekwalificeerd schole r ik heb hem persoonlijk nooit ontmoet maar een schrijver is hij allerminst een verteller is nog geen schrijve r het verhaal goat verder i s een slecht gestruktureerd uiterst rommelig geheel het grootste bezwaar dat ik tegen het boek heb is de volstrekt afwezige afbake ning van de thematiek mensen die elkaar opbellen lieden die in vergadering bij een zijn rondtrekkende troubadours in de middeleeuwen bij swagerman heet dat allemaal vertellen als een boek over zoveel zo uiteenlopende zaken kan gaan gaat he t over alles e n alles lig t i n zo n geva l hee l dicht bi j niets een enke l voorbeeldje uit de rijstebrijberg he t eerste hoofdstuk behandelt het traditionele vertellen een aantal culturen passeert hier de revue drie pagina s ierland twee frankrijk drie duitsland twee rusland drie pagina s eskimo s drie india enzo voorts kan de uitkomst in zo n geval anders dan oppervlakkig en te hooi en te gras uitpakken zeer hinderlijk vin d ik in dit eerste hoofdstuk maar helaas ook op andere plaatsen in het boek de christelijk joodse apostolisch e toon ronduit onverdraagzaam wordt swagerman op pagina 33 waar hij schrijft jupite r is een symbool maar jesaja is een inspiratie een overtuiging zeus is dood zonder ge leefd te hebben maar mozes is levend gebleven de grieks e mythologi e me t onsterfelijk e verhale n al s d e oresteia d e promotheusttagedie orpheus en euridice heeft naast de bijbelverhalen meer dan tweeduizend jaar lang kunstenaars geihspireerd tegen de achtergrond van die constatering is de opmerking zeus is dood zonder geleefd te hebben niet alleen onwaar maar ook dom en tendentieus ik kan er ook niet tegen dat swagerman alles wat oud lang geleden en voltooid verleden tijd is constant i n de sacrale toon van de heiligverklaring bespreekt alsof alles in die oude culturen van de noordpool tot india en van india tot ja pan diep wijs waar schoon enzovoorts was ik vind het naief romantisch om daartegenover voortdurend af te geven op onze eigen cultuur daar deugt helemaal niets van en het grootste kwaad is uiteraard weer de computer vroeger ja toen we nog geen gas electriciteit en leidingwater hadden ja toen was het allemaal botertje aan de boom een betrekkelijk klein deel van het boek gaat over verteltechniek dat biedt een en ander aan bruikbaars nuttig vind ik ook de informatie die swagerman biedt op het terrein van vertelorganisaties en adressen schrijvers zijn lieden die met succes iets kunnen opschrijven het feit dat schrij vers vooral als ze goed verkopen voortdurend opduiken in babbelprogramma s en zich ook voo r allerlei blade n late n interviewen he b ik nooit goed kunnen 68 plaatsen d e mondelinge schrijver val t bijna altij d tegen goede voorlezende schrijvers zijn ook eerder een uitzondering dan een regel carmiggelt was zo n uitzondering helaas lijkt oo k het omgekeerde waar te zijn goede verhalenvertellers zij n doorgaans geen goede schrijvers aandacht voor de vertelkuns t de vertelkunst geniet een wereldwijde opleving voor de didactiek van het litera tuuronderwijs lijkt me dat een uiterst interessant verschijnsel in ieder geval zou de literatuurdidactiek voor deze ontwikkeling niet doof moeten blijven bij een goede didactische aanhaking bij het vertelde verhaal hggen interessante nieuwe mogelijkheden waarschijnlijk oo k ter promoting van de geschreven literatuur en als he t laatste nie t het geval zo u zijn s o what d e ontwikkeling word t daardoor niet van minder belang tsjip moet er nog maar eens plaats voor inruimen jan swagerman het verhaal goal verder ankh hermes devente r 1991 69