Voorstel voor een leerplan jeugdliteratuur in de basisvorming

Publicatie datum: 1991-01-01
Collectie: 22
Volume: 22
Nummer: 7-8
Pagina’s: 258-265

Documenten

koos hawinkel s aan te gaan vandaar dat ik hier een voorstel presenteer voor zo n leerplan jeugdliteratuur in de basisvorming ik heb dat niet alleen aan de slo gestuurd maar ook aan levende talen en voorstel voor ee n aan leesgoed omdat ik vind dat over die kern doelen een zo breed mogelijke discussie zou leerplan jeugdliteratuur moeten plaatsvinden er zijn onder de lezers van moer toch hopelijk in de basisvorming genoeg mensen die ook ideeen hebben over hoe dat onderwijs in jeugdliteratuur in de basis vorming er zou moeten uitzien zorg ervoor dat u straks niet met mijn leerplan opgescheept zit als u er niks in ziet de basisvorming in het voortgezet onderwijs nog niet alle beslissingen erover zijn genomen maar de e e n kwest ie van i n ter pretati e kerndoelen voor nederlands staan vast en dat er met ingang van 1993 naargewerkt moet worden ook zoals bij alle wetten voorschriften en regels koos hawinkels is verbaasd dat het zo stil blijft heb je de letter maar ook de uitleg de inter we moeten toch bedenken wat er in de lessen moet pretatie op basis van het summiere kerndoel lo gebeuren en hoe als de kerndoelen moeten worden waarin fictie aan de orde komt kun je volgens bereikt hij geeft hieronder weer wat hij bedacht mij twee dingen doen misschien voor u een prikkel om daarop te reageren interpretatie kan aanleiding zijn tot vrijblij vendheid en oppervlakkigheid je kunt rede neren er is bijna niets vastgelegd dus ik hoef id eee n niet veel te doen of je kiest liever voor een tweede benadering je neemt de vrijheid om de basisvorming wordt wel lang uitgesteld ruim te interpreteren en elementen uit andere maar dat ze ingevoerd wordt mag je nu toch kerndoelen erbij te betrekken waardoor je tot wel voor zeker houden een ruimhartig programma kunt besluiten de eindtermen voor de basisvorming zijn ik kies voor de tweede benadering omdat ik geglobaliseerd tot kerndoelen en nu lijkt onderwijs in jeugdliteratuur van belang vind het alsof er niks meer gebeurt de landelijke pedagogische centra li c en de lerarenoplei taalonderwijs en functionalitei t dingen bereiden een scholingsprogramma de commissie die de eindtermen heeft vast voor leraren voor maar op basis waarvan gesteld geeft als verantwoording voor het voorlopig maar op basis van eigen inzichten taalonderwijs drie argumenten want andere zijn er nog niet althans niet gepu maatschappelijk functioneren bliceerd persoonl ijke ontwikkeling e n het verbaast me dat er nog nergens een voor voorbereiding op verdere studie en op beroep stel is verschenen om de kerndoelen te concre tiseren om aan te geven tot welk onderwijs de voor het literatuuronderwijs somt de com realisering van die kerndoelen voor de diverse missie een tweetal eisen op leerlingen moete n onderdelen van het vak nederlands zou moe ervaren de waarde van taal voor hun cognitieve ten leiden stelt niemand een programma voor en affectieve ontwikkelin g dan komt over een tijdje de stichting leerplan leren gebruiken de mogelijkheden van taal in ontwikkeling sto met een voorstel en dan manieren van lezen voor hun ontwikkeling wordt er weer geklaagd over centralisme over teksten ervaren dus en teksten kunnen ge een overval of over gebrek aan inspraak van het bruiken dat is veel meer dan teksten bestu veld bij het tot stand komen van dit leerplan deren dat bestuderen staat in dienst van het het lijkt mij een zinvolle taak voor de veld gebruiken je zou kunnen zeggen dat een func verenigingen en dus voor de vort om de dis tioneel literatuuronderwijs wordt voorgeschre cussie over de concretisering van kerndoelen ven dat lijkt me een belangrijke conclusie 2 8 moer 1991 7 8 kerndoelen voor jeugdliteratuur i n te midden van de andere kerndoelen staan nog het document kerndoelen voor de basisvorming in heel wat opmerkingen die rechtstreeks of in het voortgezet onderwijs lijkt alleen het volgende direct ook met het onderwijs in jeugdlitera kerndoel in verband te staan met het onderwijs tuur te maken hebben het is de uitdrukkelijke in en met jeugdliteratuur bedoeling van de commissie geweest om aan te geven dat jeugdliteratuur veel minder dan in kerndoel lo het verleden een apart onderdeel van het curri de leerlingen kunnen in fictionele en niet culum zou zijn de commissie heeft herhaal fictionele teksten die aansluiten bij hun er delijk gezegd te hebben gestreefd naar opname varingswereld en ontwikkelingsniveau en voor van fictie in zo veel mogelijk onderdelen van het hen geschikt taalgebruik bevatten ant vak woord geven op vragen over de ruime interpretatie die hieronder wordt het denken en handelen van de personages in voorgesteld lijkt dus in de geest van de com de teks t missie te zijn dat lijkt me een tweede belang de beschreven situati e rijke conclusie de relatie tussen tekst en werkelijkhei d de waarde van de tekst voor henzelf en ande and ere k ernd oe l e n en fic t i e ren ik geef telkens eerst uit de tekst van de bro bij de paragraaf kennis over taal en taalver chure over de kerndoelen nederlands wat daar schijnselen echter staan nog enkel e kerndoelen letterlijk staat deze teksten worden cursief die rechtstreeks met jeugdliteratuur te maken weergegeven daarna volgt mijn commentaar hebben waarin ik duidelijk probeer te maken waarom ik vind dat deze kerndoelen ook met jeugd kerndoel 17 literatuur te maken hebben of andersom ten dienste van de toepassing bij het taalge waarom je met onderwijs in jeugdliteratuur bruik kennen de leerlingen kunt bijdragen aan het bereiken van deze kern tenminste de volgende middelen waarmee de doelen luisteraar of lezer gemanipuleerd kan worden figuurlijk taalgebruik cliches persuasieve en spr e ken luisteren suggestieve elementen i de leerlingen kunnen in situaties met een meer for de karakteristieke eigenschappen van tenmin meel karakter aan een dialoog deelnemen met het ste de volgende tekstsoorten het gedicht het oog op stripverhaal het toneelstuk of de televisie hergeven of krijgen van de nodige informatie serie het verhaal het dagboek de het weergeven van een eigen mening de functie van beeld en opmaak in een tekst en 2 de leerlingen kunnen in klas of schoolverband aan hebben zij inzicht in een polyloog deelnemen met het oog op hergeven of verkrijgen van de nodige informatie al deze kennis deze inzichten en vaardigheden het weergeven van een eigen mening worden uiteraard niet om zichzelfs wille ver worven ze staan in dienst van maatschappe die informatie kan betrekking hebben op fictie lijk functioneren persoonlijke ontwikkeling gelezen of nog te lezen om te weten welke in en voorbereiding op verdere studie en beroep formatie je moet vragen moet je enig inzicht van de leerlingen hebben in het paradigma verhaal strip etc vergelijking met de oorspronkelijke eindter spreken luisteren is een belangrijke werkvorm men leert dat er voor fictie alleen de film is bij onderwijs injeudliteratuur afgegaan daar is niks mee verloren want die eigen mening kan betrekking hebben t v series zijn gehandhaafd en de film stond op iets literairs je moet die mening kunnen er natuurlijk alleen maar bij om de technische verantwoorden en dus weten waar je bij het filmische elementen zoals je die ook aantreft vormen van een mening op kunt letten in strips en t v verhalen het is nooit de bedoe ling geweest filmgeschiedenis of iets dergelijks te geven 1991 7 8 mo e r 259 spreken verwoorden van een persoonlijke reactie op 3 de leerlingen kunnen in de vorm van een kort e een literaire tekst dan gaat het hier om litera monoloog voor een bekend publiek een persoonlijke tuuronderwijs beleving vertellen ojeen situatie beschrijven 1 6 de leerlingen hebben inzicht in de maatschappelijke die bel eving kan zeer goed een leesbeleving rol die de media spelen in de communicatie zijn de media zijn niet alleen de radio en de t v dat l u isteren kijk e n zou audiovisuele media hebben geheten maar 6 de leerlingen kunnen van een voor hen bestemd ook kranten magazines weekbladen en tijd radio of televisieprogramma een globale samen schriften die media kunnen bovendien van vatting geven of de voornaamste elementen ervan literaire aard zijn of betrekking hebben op vertellen literatuur in dat geval behoren ze tot het object van literatuurstudie als die uitzending van fictionele aard was hoorspel gedramatiseerde documentaire bij de informatievaardigheden is er ook niets film aflevering van een t v serie of iets derge wat de literatuur als object uitsluit ik ga daar lijks dan moeten de leerlingen heel wat litera kortheidshalve niet op in tuuronderwijs krijgen om een globale samen vatting te geven of de voornaamste elementen c on cl u s ie de conclusie die ik trek uit het ervan te vertellen feit dat al deze elementen in de kerndoelen voorkomen zou kunnen luiden basisvorming lezen moet een bijdrage leveren aan de vorming van de de leerlingen kunnen globaal lezen doelgericht literaire competentie van de leerlingen ik noem lezen en studerend lezen leerlingen literair competent als ze na het ver laten van de school bereid en in staat zijn in globaal en doelgericht lezen kun je bij voor de eerste plaats als lezer dee l te nemen aan het beeld moeten doen om te achterhalen of een literaire leven anders geformuleerd als ze boek de moeite van het kopen of lenen waard willen lezen en in staat zijn om hun literatuur is studerend lezen kan gebeuren om van ver uit te kiezen met smaak en onderscheidings haal gedicht etc datgene te vinden wat in vermogen te lezen en als ze het lezen en het kerndoel zo staat gelezene kunnen inpassen in hun dagelijks le ven hetgeen ook inhoudt dat ze inzicht heb kennis over t aal en taalgebr u i k ben in het literaire systeem alles op hun eigen 13 de leerlingen kunnen onderscheid maken tussen niveau meer en minder formele taalgebruikssituaties en ik vind deze conclusie niet onverantwoord weten welk taalgebruik in deze situaties gehanteerd of vergezocht ze wortelt zeker ook of mis wordt schien wel vooral in de algemene doelen maatschappelijk functioneren en persoon dit heeft alles te maken met het onderkennen lijke ontwikkeling daarmee is jeugdlitera van het wel of niet terechte gebruik van for tuur in de onderbouw als eigenstandig object mele taal stadsdialect regionale varianten en aangewezen maar in de formulering van de dergelijke in fictie dit kan een evaluatiecrite brochure voorbereiding op verdere studie rium voor een tekst zijn ligt besloten dat in de onderbouw ook voorbe reid moet worden op de studie van literatuur 15 de leerlingen kennen schrijfprocessen en schrijfpro in de bovenbouw of andere vervolgstudie cedures zij kunnen vooraf of na afloop van het schrijfkarwei aangeven welke keuzes zij gemaakt d i d actisc h e gevol ge n hebben hoe is de conclusie dat leerlingen in de basis als het schrijfkarwei het afmaken van een ver vorming al enigszins literair competent ge haal betrof het maken van een haikoe of het maakt moeten worden nu te concretiseren i n 2 6 0 moer 1991 7 8 kennis inzichten vaardigheden en houdin ver wereld tekst en lezer de verhoudingen gen tussen die vier elementen zijn zeer complex schrijver en lezer maken deel uit van een we kennis vaardigheden en houding de reld en maken bij hun schrijf en leesarbeid vragen die beantwoord moeten worden zijn gebruik van elementen van die wereld de wat moeten leerlingen kennen aan begrippen tekst maakt ook deel uit van een wereld en ver feiten en regels wijst naar een wereld al die werelden zijn niet wat moeten leerlingen kunnen welke intel identiek of statisch ze bestaan in en uit een lectuele sociale en motorische vaardigheden heden verleden en toekomst ze bevatten bo moeten zij zich eigen maken vendien elementen van de realiteit van fantasie welke inzichten minimaal en liefst hou en van interpretatie van die twee en ook nog dingsaspecten moeten leerlingen zich eigen enige vorm van waardering van en houding maken ten opzichte van het lezen schrijvers ten oopzichte van realiteit fantasie en interpre boeken et cetera tatie de zaak wordt nog veel complexer als je ik zal deze vragen toelichten denkt aan het multiculturele karakter van de samenleving wil je daaraan rechtdoen en je om nu en later te kunnen deelnemen aan het zult wel moeten als je wilt dat je literatuur literaire leven wordt van leerlingen verwacht onderwijs voor alle leerlingen waardevol is dat zij dan zal ieder literatuurcurriculum een inter de houding hebben van te willen lezen om die cultureel karakter moeten hebben vereiste houding te kunnen hebben moeten literatuuronderwijs kan zich gezien het leerlingen positieve ervaringen met het lezen bovenstaande ook niet beperken tot teksten van literatuur hebben opgedaan vaak in school teksten zijn gewoonlijk de aanleiding maar dat betekent dat het lezen van literatuur posi de leerstof wordt ontleend aan alle daarstraks tief benaderd moet worden onder andere door genoemde elementen wereld schrijver tekst een school en of klassebibliotheek dat de en lezer dat heeft belangrijke consequenties leraar zelf veel leest dat er veel aandacht aan voor de interpretatie en concretisering van boekpromotie besteed moet worden maar ook kerndoel io dat er gelegenheid gegeven moet worden tot voor mij is de hierboven aangeduide samen vrij lezen zonder vragen en opdrachte n hang in literatuuronderwijs vanzelf concen kennis inzichten en vaardigheden hebben op de trisch volgende deelterreinen produktie waarom en hoe schrijft iemand g lobale leer s tofbe sc hrijving welke bemiddeling uitgeverij boekhandel biblio leerstof zou of moet er dus minimaal voor de theek huidige lso leerlingen en maximaal voor receptie lezen kijken luisteren et cetera de huidige potentiele vwo leerlingen aan de verwerking eigen en andermans reacties op orde komen ik deel die leerstof in naar de on literatuur prive en in de maatschappij als derdelen van het literaire systeem produktie zodanig bemiddeling receptie en verwerking ook deze deelterreinen samen worden ook wel geef ik telkens zo goed mogelijk aan welke di genoemd het literaire systeem ik heb hierbo dactiek en organisatie daarbij toegepast zouden ven geschreven over deelnemen aan het lite kunnen worden raire leven ik bedoel daarmee de concrete uitingen of verschijningsvormen van dat lite vooraf nog een opmerking omdat literatuur raire systeem onderwijs concentrisch moet zijn binnen de onderbouw maar ook tussen de onder en bo 2 om inzicht te hebben in de relatie tussen tekst venbouw is het dikwijls niet mogelijk aan te en werkelijkheid zie kerndoel to moet de geven welke leerstof voor de zwakste leerlin leerling op zijn niveau iets weten van het vol gen noodzakelijk is en welke daar voor de bes gende onderwerp literatuur is geen op zichzelf ten nog aan toegevoegd kan worden heel staand fenomeen zij is deel van een circu vaak is het een kwestie van meer of minder lair proces waarvan de elementen zijn schrij theoretische reflectie van kennis en inzichte n 1991 7 8 moer 2 6 i expliciet in regels laten leren of genoegen ne leerstof men met min of meer impliciet blijvende ken minimaal een allochtone leerling moet boeken nis en inzichten makkelijker of moeilijker leren vinden die voor allochtonen geschikt teksten als voorbeeld of uitgangspunt die zijn waaronder tweetalige uitgaven moeilijk twee uitersten worden in onderstaande tekst lezenden moeten weten welke reeksen boeken aangeduid met minimaal en maximaal en cassettes er zijn voor moeilijk lezenden en waaraan je ze kunt herkennen ze moeten ze voor een gewenste volgorde geldt mutatis ook kunnen vinden alle leerlingen moeten mutandis hetzelfde de volgorde van boven hun weg vinden naar en in een bibliotheek naar beneden bij opsommingen in onderstaan abonnement met rechten en plichten gang de tekst geeft aan in welke volgorde in en over van zaken bij bezoek waar en hoe vraag je de jaren de leerstof volgens mij aangeboden informatie voor wat voor soort informatie kun zou kunnen worden je terecht lenen kopieren inrichting en inde ling van de ruimte en van het bestand idem produktie het gaat hier om kennis en inzich van de jeugdafdeling in elk geval s c j en ten voor zover er geschreven wordt door de soms d boeken titel auteurs en onder leerlingen is dat alleen bedoeld om enige erva werpcatalogus ook geautomatiseerd naslag ring op te doen en zich zo beter bepaalde zaken werken knipsel en documentatiemappen te kunnen voorstellen tvslc keuzelijsten welke tijdschriften zijn er en wat staat daarin ook verschil tussen com leerstof merciele reclame enerzijds en bibliotheek en minimaal hoe gaat een schrijver te werk hoe nblc folders en dergelijk e komt hij aan zijn onderwerpen hoe komt hij leren hoe je bepaalt of een gewenst boek echt aan kennis over een onderwerp waarom wel wat voor jou is auteur genre reeks om schrijft hij wel over het een en niet over het slag illustratie flaptekst illustraties en lay andere onderwerp wat vindt hij moeilijk et out begin of ander fragment lezen et cetera cetera waarom schrijft hij plaats van de orale om moeilijkheidsgraad vast te stellen aan literatuur in onze en andere culturen sprekendheid stijl vertelwijze en onderwerp maximaal wat is de culturele en sociaal eco informatie weten te staan en kunnen gebrui nomische positie van een schrijver in verschil ken in krant tijdschrift en omroepgids om een lende maatschappijen kun je van schrijven boek een film een video of en t v program et leven hoe is dat in andere culturen cetera uit te kiezen aankondigingen bespre kingen reclame didactiek hun weg vinden naar en in een reguliere en minimaal klassegesprekken bezoek van schrij tweedehands boekhandel welke zijn er in ver aan school bij voorbeeld via schrijvers onze plaats vertonen ze karakteristieke trek school samenleving lezen bekijken beluiste ken hoe zijn ze ingedeeld welke daarvan ken ren of afnemen van interviews en auto biogra nen een jeugdafdeling wat kun je van het fische geschriften zelf vertellen of voorlezen personeel verwachten hoe gedraag je je daar zelf schrijven onder aandere eigen belevenis binnen zijn boeken duur in verhouding tot sen opschrijven verhaal afmaken fantasie video film en sport en dergelijke het fenomeen verhalen schrijve n ramsj maximaal zelf schrijven dialoogjes maken wat is een kinder boekenweek waarom wordt herschrijven met ander perspectief zelf ge die gehouden wanneer is hij ieder jaar wat dichtjes maken nieuwe informatie in gegeven gebeurt er dan verhaal verwerken maximaal welke literaire prijzen zijn er voor jeugdboeken hoe groot zijn ze een aantal na bemiddeling het gaat hier vooral om kennis men van prijswinnaars wat gebeurt er met een en vaardigheden rond de vragen waar en hoe manuscript voordat het in de handen van een komt de leerling aan zijn literatuur wat is een lezer terechtkomt hoe werkt een uitgeverij en kinder boekenweek waarom wordt die ge de rest van het boekenvak dus de distributie houden wanneer is hij wat gebeurt er dan de boekhandel boekenclubs hoe komt de prijs van een boek tot stand 26 2 moer 1991 7 8 didactiek zowel jongens als meisjes aanspreken histo praktische leergang bibliotheek en boekhan rische realistische fantastische humoristische del roman en verhaal poezie dagboek biografie aanbieden informatie en autobiografie klassiek boe k oefenen met informatiebronnen poezie is altijd literatuu r algemene kenmerken van poezie de regels zijn receptie ofwel hoe kan of moet literatuur ge meestal niet vol de pagina bevat veel wit lezen worden hier gaat het om de volgende algemene kenmerken van roman en verhaal kwesties waarop ik achtereenvolgens inga mogelijke doorbreking van de chronologie de leerling kan literatuur onderscheiden van onaangekondigde en aangekondigde tijd niet fictie zowel bij teksten drama radio als sprongen begin mediis in rebus terug en film of t v vooruitwijzingen perspectief van buitenaf of welke technische problemen kan een literaire van binnenuit zinvolheid van alles binnen een tekst bevatten en wat moet een leerling weten tekst notabene veel hiervan vertonen journa en kunnen om die op te losse n listieke verslagen ook de leerling leert verwachtingen ten aanzien van iedere literaire tekst moet binnen zijn eigen een tekst van een bepaald genre oproepen door genre beoordeeld worden vragen te stellen maximaal hetzelfde maar explicieter theore de leerlingen kent een aantal technische ter tische reflectie en ingewikkelder teksten men en begrippe n hoe bepaalt een leerling welke waarde een tekst technische problemen welke technische pro voor hem of voor een ander heeft gehad heeft blemen kan een literaire tekst bevatten en wat of zou kunnen hebben moet een leerling weten en kunnen om die op telossen literatuur onderscheiden van niet fictie de leer ling kan literatuur onderscheiden van niet leerstof fictie zowel bij teksten drama radio als film a minimaal of t v een literaire tekst bestaat uit personages han ns hier past grote terughoudendheid de delingen en gebeurtenissen beschrijvingen en literatuurwetenschap is er ook niet uit via beschouwingen gesitueerd in tijd en plaat s inductieve als dan redeneringen komt een alle literatuur wordt bedacht en verteld lezer tot de conclusie dat hij waarschijnlijk wel personages zijn nooit gelijk aan reele personen met literatuur te maken zal hebben het blijft ten aanzien van tijd in verhalen soms verloopt toch vooral een kwestie van per geval bekijken die zoals in het echt sommige verhalen begin waarbij de omgevingsfactoren een grote rol nen midden in de gebeurtenisse n spelen ik bedoel daarmee zaken die bij taal wat betreft handelingen en gebeurtenissen vaardigheid de pragmatieke kant heten moet de leerling kunnen aangeven a wat er gebeurt en b het verschil tussen gebeurtenissen leerstof in de realiteit en gebeurtenissen die verteld minimaal worden en weer andere die in het verhaal gefan de belangrijkste aanwijzingen biedt de pre taseerd worde n sentatie van een tekst titel auteursnaam personages worden a soms rechtstreeks be plaats en wijze van uitgave of in een groter schreven aan de hand van hun uiterlijk en of geheel plaatsing zoals columns of cursiefjes hun innerlijk b soms leer je ze kennen via bij teksten die op deze wijze worden gepresen anderen c soms door hoe zij denken en doen teerd is de vraag waar of niet waar niet van vaak in combinatie van deze dri e toepassin g ten aanzien van beschouwingen verschil tus de vraag wel of niet fictie is mede te beant sen beschouwingen van de verteller vertelin woorden als de leerling kennis heeft van enkele stantie en van een personage belangrijke kenmerken van de volgende lite ten aanzien van poezie weten dat poezie be raire genres jongens meisjes en josjesboek staat kennis gemaakt hebben met enkele gen ik heb die term gemaakt voor boeken die res ervaren hebben dat het een bijzondere manier is om met taal iets te maken 1991 7 8 moer 263 maximaal komst van dichtbij eigen omgeving westerse ten aanzien van tijd soms tijdsprongen te cultuur eigen cultuur et cetera en veraf on rug en vooruitwijzingen soms voor de span bekende landen volkeren en culturen ning tijd uitgerekt ironie wegens verhouding tekst werkelijk didactiek bij alle receptie heid gestuurd inductief poezie meestal geen verhaal soms beschrij veel groepswer k vend stemming sfeer gebeurtenis toestand dramatische expressie onderwijzen in verband soms stemmingoproepend evocatief veelal as met inleving en uitbeelding van personages en sociatief soms alleen zichzelf presenterend hun onderlinge verhoudinge n doceren van feiten en gegeven s verwachtingen oproepen de leerling leert ver zelf lezen en studeren in non fictie wachtingen ten aanzien van een tekst van een bepaald genre oproepen door vragen te stellen verwerking bij de verwerking gaat het om als wat is dit voor genre waar gaat het over de vraag hoe kan ik mijn reactie op literatuur wat vind ik wat weet ik van onderwerp auteur optimaliseren genre reeks uitgeverij en dergelijke hoe staat deze krant dit tijdschrift deze omroep be leerstof kend a minimaal praten en schrijven over het gelezene allerlei technische termen en begrippen daarbij gaat het gespreksvormen en een leesversla g om weten waar reacties van anderen te vinden zijn op de nu gelezen literatuur en op literatuur in leerstof het algemee n minimaal poezie gedicht strip toneelstuk recensies en radio en t v programma s over cabaret t v serie verhaal sprookje mop dag boeke n boek vergelijking auteur historisch verhaal hoe beoordeel ik die reacties toekomstverhaal of science fiction avontu b maximaal renverhaal detective humor spanning rijm weten hoe men schrijft over boeken welke strofe couplet refrein eventueel ook proza maatstaven men daarbij hanteer t realistische en humoristische strip t v spel deze reacties kunnen bestuderen en kritisch fabel anekdote beeldspraak beoordelen maximaal enkele spanningverwekkende tech nieken enkele technieken om een tekst humo n a nogmaals op het niveau van de leerling ristisch te maken van zijn leeftijd en zijn vermogens ik hou geen verkapt pleidooi voor invoering van waarde bepalen hoe bepaalt een leerling wel algemene literatuurwetenschap in de basis ke waarde een tekst voor hem of voor een ander vorming heeft gehad heeft of zou kunnen hebben ra ndvoo r waard en leerstof minimaal de leerling moet kunnen aangeven willen de zittende leraren dit programma zon hoe een tekst op hemzelf betrokken is of kan der hartklachten kunnen uitvoeren dan zullen zijn dat kan zijn doorda t er heel wat zijn die veel na en bijscholing hij er plezier aan beleeft nodig hebben de tekst echt of gewenst belang heeft of kan de samenwerking tussen scholen en biblio hebben voor de lezer bruikbaar is voor hem als theken zal verbeterd moeten worden er zal individu of als lid van een groep veel jeugdliteratuur moeten zijn in school of maximaal de leerling moet historische socio klassebibliotheek logische psychologische et cetera verbanden er is in de klaslokalen ruimte nodig om in kunnen leggen tussen deze tekst en gegevens groepen te werken met andere woorden de uit de realiteit van verleden heden en toe toekomstige lokalen zullen iets groter moeten zijn of de klassen kleiner 2 64 moer 1991 7 8 ruimte buiten het klaslokaal voor leerlingen om presentaties voor te bereiden voor neder lands zou er eigenlijk op iedere school een vast lokaal moeten zijn met audio en videoappa ratuur tekstverwerker en eenvoudige drukfa ciliteiten docenten van alle vakken zullen bijgeschoold moeten worden om hun enig inzicht te geven in de mogelijke rol van jeugdliteratuur bij an dere vakken niet alleen talen en om hun te leren met die jeugdliteratuur didactisch om te gaan al ge m en e o pme rkin ge n tot s l o t voor leerlingen die niet spontaan en graag le zen die vind je wel veel in lbo scholen maar lang niet alleen daar moet het onderwijs extra aandacht hebben voor hen geldt nog sterker dan voor de anderen dat het lezen in een be paald kader moet worden gezet de samen hang tussen het lezen en andere activiteiten de samenhang met andere leerstof of met eigen kennis en ervaringen van de leerlingen moet benadrukt worden duidelijk moet zijn voor de leerlingen wat heb ik eraan ze zoeken naar de zinvolheid van een leestaak leraren zijn geneigd tot beschouwing van de ideele wereld terwijl hun leerlingen behoefte hebben aan beheersing van de materiele we reld wat zij doen moet nut hebben mede om dat nut te laten ervaren is directe en procesgerichte feedback nodig gericht op ver betering van de uitvoering van de volgende leestaak anders gezegd gericht op vergroting van de literaire competentie van de leerlingen daarnaast is veel aandacht nodig voor het zelfbeeld van de leerling het onderwijs moet erop gericht zijn de leerlingen een positief zelfbeeld te geven of te laten behouden ook bij lezen geldt dat vooruitgang wordt geboekt door de combinatie van oud en nieuw voorkennis van de leerling oud en het nieuwe dat dit boek eraan toevoegt zonder oude kennis blijft de nieuwe in het luchtledige hangen wordt niet beheers en bruikbaar om dat ze nergens bij aansluit en als geen nieuwe kennis of ervaring zijn opgedaan heeft het onderwijs geen zin gehad dan is literatuuron derwijs geen functioneel literatuuronderwijs geweest en dat is toch wat de kerndoelen beogen 1991 7 8 moer 2 65