Vuile handen maken

Publicatie datum: 1986-01-01
Collectie: 04
Volume: 04
Nummer: 3-4
Pagina’s: 65-70
sander van gangelen en peter dekkers vuile handen maken de reacties van de von bestuursleden over het wel of niet deelnemen aan deze studiedag waren overwrg nd negat ef de gekozen invalshoek zie de twee vragen in het kader van steven ten brinkes tekst biedt ons inziens nauwelijks aanknopingspunten voor een veldvereniging als de von om bruikbare informatie te bieden of te halen wij menen weinig kennis van zaken op het gebied van de theorievorming van de moedertaaldidactiek aan te kunnen dragen de von speelt een bescheiden rol als het gaat om een discussie over moedertaaldidactiek als wetenschappelijk bedrijf onze belangrijkste rol is het stimuleren van verbeteringen in de klassesituatie en de school als geheel op het gebied van moedertaalonderwijs nieuwe geluiden maar ook oude die in dit kader passen nemen we mee naar huis daarom zijn we toch gekomen hier proberen we vier aspecten naar voren te brengen 1 een poging tot een reactie op steven ten brinkes artikel in spiegel 2 een opsomming van klachten jegens beleidsmakers onderzoekers en vakdidactici vanuit de onderwijspraktijk 3 een zeer voorlopig kader waarbinnen wij denken dat de moedertaaldidactiek zich zou moeten ontwikkelen 4 een serie vragen aan moedertaaldidactici om verbeteringen van het moedertaalonderwijs te realiseren voor alle duidelijkheid willen wij herhalen dat wij niet de wijsheid in pacht hebben maar dat we hopen iets te halen iedereen weet dat onderwijsgevenden geen boodschap hebben aan onderzoekers vakdidactici en beleidsmakers het is opvallend dat de vakdidactici de laatste tijd wel geinteresseerd zijn in de kloof onderwijstheorie onderwijspraktijk we betreuren beide opstellingen en willen het omgekeerde vragen aan onderwijsgevenden en vakdidactici leerkrachten moeten de deuren van de klas sektie teamvergadering openstellen voor vakdidactici vakdidactici moeten in de groep gaan staan en passend taalonderwijs helpen ontwikkelen zowel de inhoud als de methode 65 spiegel 4 1986 extra nummer 65 70 als de werkwijze we vragen geen onderzoeken om de kloof theorie praktijk te overbruggen maar overwogen vakinhoudelijke en didactische keuzes van theoretici om in de groepssituatie passend taalwerk te ontwikkelen kortom vakdidactici die de beperkingen en mogelijkheden in de praktijk onderkennen en die op basis van hun theoretische kennis de kloof tussen de praktijk en de theorie versmallen we bespreken kort de vier genoemde aspecten 1 een poging tot een reactie op steven ten brinkes vragen wij streven naar meer echte interdisciplinaire projecten waarin moedertaaldidactiek als onderdeel van onderwijskunde wordt benaderd en waarin onderdelen van moedertaaldidactiek in samenhang met andere disciplines en of hulpdisciplines worden benaderd onderzoek waarin 1 de schoolcontext als o idtrceel van de hoofddiscipline onderwijskunde aan de orde komt 2 onderdelen van de moedertaaldiscipline als bijvoorbeeld taalgebruikskunde taalontwikkelingskunde aan de orde komen en 3 onderdelen van psychologie als ontwikkelingspsychologie onderwijspsychologie en onderwijsproceskunde aan de orde komen aan welke voorwaarden dit onderzoek dient te voldoen staat ons niet helder voor ogen we zien daarom af van een uitgebreide beschouwing een voorbeeld slechts het kan toch niet zo zijn dat taalgebruik dat weerbaar maakt op de middenschool centrum oudwest amsterdam dezelfde inhoud of dezelfde didactiek veronderstelt als op het stedelijke gymnasium heel kort ingaande op de genoemde voorwaarden in de tekst van steven ten brinke stellen we ons inziens dient een volgroeide moedertaaldidactiek rekening te houden met de onderwijsvragen in de schoolpraktijk er zal maatwerk geleverd moeten worden gebaseerd op case studie onderzoek per school we onderkennen drie werkterreinen wat betreft moedertaal a taal als object van beschouwing b taal als vehikel om te o a voor andere leergebieden c meertaligheid c g tweede taalverwerving het werkterrein meertaligheid c q tweede taalverwerving wordt in het stuk van steven ten brinke helaas niet genoemd ons inziens is dat kenmerkend voor een typische middle class analyse die met name in wetenschapsland veel voorkomt immers voor de anderstaligen hebben we toch een andere onderzoeksdiscipline sociologie en zo als er een gevaar is aan ten brinkes voortreffelijke betoog in the complete mothertongue curriculum dan is het wel dit dat het bij onzorgvuldige lezing kan leiden tot verenging van het specifieke terrein van moedertaalonderwijs tot letterkunde en 66 jeugdliteratuur en taalbeschouwing als een dergelijke verenging plaatsvindt dan is overbrugging van de kloof ons inziens volstrekt onmogelijk 2 een opsomming van klachten jegens beleidsmakers onderzoekers en vakdidactici vanuit de onderwijspraktijk juridisch is de integratie kleuter lager onderwijs een feit inhoudelijk zal het nog 10 tot 15 jaar duren voordat het onderwijsveld kan voldoen aan de wettelijke verplichtingen de druk om een schoolwerkplan op te leveren en de druk rond de benoeming van de directeur of de tweehoofdige leiding werkte in de hand dat onderwijsgevenden zich terugtrokken op hun eiland de klas van ontwikkeling van beter moedertaalonderwijs in de basisschool kan zo nauwelijks iets terecht komen natuurlijk had heeft dat voor een deel te maken met personele bezuinigingen maar vooral ook met beleidspunten als zorgverbreding intercultureel onderwijs roldoorbrekend onderwijs en nieuwe vakken als engels en gezondheidskunde er is sprake van een opeenstapeling van aandachtspunten en leergebieden allemaal noodzakelijke verbeteringen maar onderwijsgevenden ontbeerden noodzakelijke ondersteuning van vakdidactici begeleidingsmedewerkers onderzoekers etc publicaties van onderzoeken veroorzaken in dit kader een slechte bijsmaak bij leraren van basisscholen ik moet maar eens goed nadenken of ik daarover wil gaan nadenken of kan ik de postieve punten vertalen naar mijn lessituatie of en ik citeer dat bestuurslid die professor en de minister mogen moeten een week meedraaien in de klas het bestuurslid en de professor hebben de boodschap wel ontvangen maar zijn niet gekomen wij pleiten ervoor dat de vakdidactici die fout niet herhalen in het voortgezet onderwijs ontbreekt het aan een duidelijk beleid in de richting van een vorm van vbao er ligt nu een lyceumnota waar zowel voor als tegenstanders nauwelijks mogelijkheden tot concretisering van zien met andere woorden zowel in basis als voortgezet onderwijs eerste fase staan welwillende onderwijsgevenden gedesillusioneerd en met lege handen te wachten op hulp aan de andere kant staan vakdidactici na zo n tien vijftien jaar vernieuwingsexperimenten klaar met een boek vol nascholingscursussen net zoals leraren op de werkvloer willen zij hun kennis en inzichten tegen betaling laten gelden het stimuleren van de taalvaardigheid van de leerling is al lang uit het oog verdwenen onder het mom van het stimuleren van taaionderwijsverbeteringen in het algemeen maken betrokkenen keuzes in het beperkte aantal basisscholen dat ik ken lijkt het er anno 1985 op dat leraren zich indekken tegen kritiek van buiten meer spellingsonderwijs toch weer redekundig en taalkundig ontleden meer en verfijnder vormen van 67 niveaugroepen lezen onderwijsgevenden streven naar meer van hetzelfde hoewel ik minder op de hoogte ben van de situatie in het voortgezet onderwijs vrees ik dat het daar even erg is ik overdrijf niet als ik zeg dat neerlandici met een volledige baan niet toekomen aan het lezen van vakliteratuur als levende talen en hoer daar komt bij dat ik de indruk dat vakdidactici zich afwenden van leraren in de praktijk nauwelijks kan tegenspreken je richten op de nieuwe generatie leraren en de huidige onderwijsbegeleidingsdienstmedewerkers blijkt zoveel gemakkelijker vakdidactici gedragen zich soms als doven voor de praktijk obd ers gedragen zich soms als blinden voor de praktijk en dan zijn ze verbaasd dat leraren zich gedragen als kreupelen wij als vonners zouden wensen dat vakdidactici voorop en begeleiders daarnaast in de groep komen staan en passend taalwerk helpen ontwikkelen met de vrouw man en het team van de school we beseffen best dat we hier een moeilijke claim neerleggen de status van case study van maatwerk op kleine schaal is niet hoog in de wetenschappelijke wereld maar toch back to basic small is beautiful zoals de provo zei die een keurig ingepakt hagelslagkorreltje aanbood 3 een zeer voorlopig kader in welke richting wij denken dat de moedertaaldidactiek zich zou moeten ontwikkelen als we een grove analyse van de huidige situatie moeten geven dan kunnen we het volgende opmerken a leerkrachten in bo en vo gebruiken traditionele methodes caesar malmbergtaalbakken opbouw en functioneel nederlands wij denken dat leraren veel beter willen en kunnen b leerlingen en leraren zijn gedemotiveerd en ontevreden over de lesinhouden de ongenuanceerde kritiek in de media over de kwaliteit van het onderwijs en de taakverzwaring van vernieuwingsgezinde leraren brengt hen in verwarring en ontmoedigt hen c de homogeniteit van groepen klassen is sterk afgenomen een leraar heeft minstens te maken met twee drie taalvaardigheidsniveau s in bo en vo per groep d nascholingsprogramma s zijn vaak gericht op deel taal vaardigheden terwijl de inhouden soms als achterhaald zijn te beschouwen volgens vakdidactici zie bijvoorbeeld de kritiek op het verplichte nascholingsprogramma leesonderwijs bo in moer 85 4 en zeker vakdidactici moedertaal hebben weliswaar veel theoretische kennis van zaken in huis maar zij kunnen slechts moeizaam aangeven wat de relevantie is van hun werk voor de onderwijspraktijk daardoor wordt hun kritiek op eikaars werk 68 voor het veld ongeloofwaardig zie bijvoorbeeld alle artikelen over de diverse taalvaardigheidsscholen onze conclusie is de moedertaaldidactiek moet vanuit haar eigen wereldje terug naar de werkvloer waaraan zij dienstbaar behoort te zijn niet de vraag welke de beste taalvaardigheidsschool is de utrechtse de amsterdamse enzovoort behoort aan de orde te zijn maar de vraag als die methodes in de praktijk zo slecht zijn waarom blijven ze dan toch in gebruik 4 een serie vragen aan taaldidactici om verbeteringen van het taalonderwijs te realiseren de luisteraar heeft hopelijk als trouw lezer van moer onderkent dat de von een aantal keuzes heeft gemaakt vanuit een visie op het taalverwervingsproces die visie is o a te vinden in beleidsnota s standpuntbepalingen en artikelen we kiezen voor functionele taalvaardigheden of beter gezegd toepassingsgerichte taalvaardigheden voor leerlingen we kiezen voor functionele deeltaalvaardigheidsbeoefening in een geheel waar wij niet weten of deze deeltaalvaardigheden overeenstemmen met de mogelijkheden van de leerlingen tot taalvaardigheidsbeheersing we kiezen voor het zoeken naar lesinhouden voor groepen leerlingen waarvan we niet zeker weten of die goed gekozen inhouden wel recht doen aan specifieke interesses van individuele leerlingen we kiezen voor thematisch taalonderwijs waarin cursorische onderdelen een tweederangspositie innemen al deze keuzes hebben we gemaakt via min of meer bestaande consensus in de praktijk niet gesteund door onderzoek we voelen ons door veel bestaand onderzoek teleurgesteld we vragen ons af of er zoiets bestaat als echte landelijke functionele taalvaardigheid de vraag is nog nooit beantwoord in hoeverre klassieke grammatica nu werkelijk een bijdrage tot de taalvaardigheid levert in plaats van slechts haar eigen doelen te halen de vraag is nog nooit beantwoord of thematisch onderwijs te onderbouwen is tot cursorisch onderwijs wij vragen vakdidactici om cursorische leerlijnen in een thematisch kader op school x te i op te stellen in b0 en voscholen participerend te observeren om taallessen te ontwikkelen en om zelf lessen te geven in samenhang met de geobserveerde realiteit aan te geven hoe een leraar betekenisverlenende inhouden voor een turkse leerling in 3 lts kan achterhalen de nodige didactische vaardigheden te inventariseren voor het ontwikkelen van lesmateriaal te inventariseren hoe een leraar in zijn haar groep de taal leerprocessen kan leiden sturen en begeleiden ondersteunen in de huidige praktijk maken methodemakers en leraren bij voortduring keuzes die niet onderbouwd zijn in de huidige 69 onderzoeken leveren vakdidactici veel kritiek op mensen op de werkvloer wij vragen vakdidactici en begeleiders om vuile handen te maken op de werkvloer wij zouden graag onze visie willen voorzien van voetnoten van gefundeerde wetenschappelijke onderzoeken we vragen of fundamentele onderbouwing van onze keuze mogelijk is 70