Publicatie datum: 1997-01-01
Auteur: Folkert Kuiken
Collectie: 15
Volume: 15
Nummer: 3
Pagina’s: 91-99
Documenten
folkert kuiken woorden schieten tekort kanttekeningen bij woordenschatonderwijs binnen een basisleer gang nederlands als tweede taal 1 inleiding in het talenonderwijs wisselen modes en trends elkaar af werd aan het eind van de jaren zestig met de komst van de functioneel notionele methode min of meer de ban vloek over grammatica uitgesproken finocchiaro brumfit 1983 nauwelijks der tigjaar later is er sprake van een ware revival van grammaticaonderwijs ook al lijkt de manier waarop tegenwoordig aandacht aan grammatica wordt besteed in niets meer op de aanpak van de grammatica vertaalmethode of de audio linguale benadering met de aandacht voor woordenschat is het niet veel anders gesteld wie in de veron derstelling leefde dat het belang dat aan woordkennis wordt gehecht een typisch feno meen van het fin de siecle is hoeft niet verder dan naar het begin van deze eeuw terug te gaan om te constateren dat de aandacht voor woorden ook in de jaren twintig en dertig een duidelijke hausse heeft beleefd het werk van de britse linguist palmer vormt daar een voorbeeld van en voor wie dieper in de geschiedenis van het talenon derwijs duikt worden nog veel meer van dergelijke slingerbewegingen zichtbaar ho watt 1984 richards rodgers 1986 het goede van een trend is dat een bepaald onderdeel dat even naar de achter grond dreigde te verdwijnen weer in de belangstelling komt te staan op die manier komen we daardoor elke keer een klein stapje verder wie kan er na de introductie van de zogeheten directe methode aan het eind van de negentiende eeuw nog om het belang van inductief grammatica onderwijs heen en wie durft de metafoor van ap pel 1989 te weerleggen die de taalverwerver vergelijkt met een reiziger die beter uit is met een knapzak met de hoognodige spullen woorden dan met een prachtige koffer waar niets in zit kennis van regels die niet toegepast kunnen worden bij ge brek aan woorden de keerzijde van de medaille is dat door een trend een bepaald aspect zo in de schijnwerpers wordt geplaatst dat het lijkt alsof andere componenten plotseling niet meer van belang zijn beide verschijnselen kunnen geillustreerd worden aan de hand van enkele basis leergangen nederlands als tweede taal nt2 die de afgelopen vijftien jaar zijn uitge bracht spreken is zilver en de delftse methode zijn voorbeelden van leergangen waarin de aandacht voor woordenschat volledig centraal wordt gesteld in de woorden van van der ree 1988 taalleren is woordjes leren in sciarone montens 1984 vinden we uitspraken van gelijke strekking de grote verdienste van beide leergangen is dan ook vooral gelegen in de systematische manier waarop woorden worden aan geboden en herhaald maar ook in latere leergangen heeft woordenschatverwerving een substantiele plaats toegewezen gekregen ik denk dan vooral aan basisleergangen spiegel 15 1997 nr 3 91 99 nt2 voor volwassen anderstaligen code nederlands ijsbreker en startpunt en in leergangen waarin nog geen volwaardige woordenschatcomponent was opgenomen werd deze alsnog toegevoegd zo werd kort na de verschijning van zestien plus het katern woordenschatoefeningen bij het basisprogramma uitgebracht voor kleuters werd in aansluiting op knoop het in je oren en laat wat van je horen het programma taaiplan kleuters ontwikkeld gericht op de vergroting van de woordenschat het ver schil tussen enerzijds spreken is zilver en de delftse methode en anderzijds code ne derlands ijsbreker en startpunt is dat de aandacht in de eerstgenoemde leergangen vrijwel uitsluitend op vergroting van de woordenschat is gericht terwijl in de laatstge noemde woordenschatverwerving weliswaar een essentieel onderdeel van de leer gangen vormt maar daarnaast ook andere andere onderdelen de nodige aandacht krij gen zoals taalfuncties spreekvaardigheid en verstaanbaarheid blijkbaar schiet een leergang die eenzijdig op woordenschatvergroting gericht is toch tekort getuige de aanvullende katernen die in de loop der jaren bij spreken is zilver zijn verschenen in gesprek en schrijfaardigheid en de herziene editie van de delftse methode die in 1991 is uitgebreid met een aantal grammaticakaders en con versatievragen naar mijn idee zijn deze aanpassingen te beschouwen als signalen die aangeven dat de focus op woordenschat in het talenonderwijs over zijn hoogtepunt heen is dat neemt niet weg dat leermiddelenontwikkelaars de erfenis van de her nieuwde belangstelling voor woordenschatonderwijs zeker in toekomstig te verschij nen leergangen zullen neerleggen zij hebben het in dat opzicht gemakkelijker dan hun voorgangers nu de laatste jaren meer bekend is geworden over het soort en aantal woorden waarover iemand zou moeten beschikken en over de manier waarop die woorden aangeleerd zouden moeten worden dat er desondanks kanttekeningen bij woordenschatverwerving binnen het kader van een leergang zijn te plaatsen zal ge illusteerd worden aan de hand van een in ontwikkeling zijnde basisleergang nt2 voor neveninstromers in het voortgezet onderwijs van deze leergang getiteld zebra wordt eerst een korte karakterisering gegeven waarna de manier waarop in deze leer gang aandacht aan woordenschat wordt besteed zal worden toegelicht daarbij ko men de omvang van de aan te leren woordenschat de selectie van de aangeboden woorden en de manier waarop de woorden worden aangeleerd aan de orde 2 contouren van zebra met financiele steun van de projectgroep nt2 wordt op dit moment gewerkt aan ze bra een basisleergang nt2 voor 12 tot 16 jarige neveninstromers in het voortgezet onderwijs de leergang wordt ontwikkeld in een samenwerkingsverband tussen de universiteit van amsterdam de rijksuniversiteit groningen en het projectbureau te rotterdam en heeft tot doel leerlingen die zonder enige kennis van het nederlands uit het land van herkomst naar nederland zijn gekomen in de periode van eerste opvang zo goed en zo snel mogelijk toe te rusten voor het reguliere onderwijs door de bank genomen moet daarvoor een tot anderhalfjaar worden uitgetrokken zebra biedt leer stof voor ruim 500 lesuren verdeeld over 40 thema s 92 de leergang bestaat uit drie delen in het eerste deel dat tien thema s omvat staat de receptieve verwerking van het nederlands centraal en dan met name de luistervaar digheid daaraan voorafgaand zullen analfabete leerlingen een apart voortraject moe ten doorlopen in het tweede deel 20 thema s wordt voortgebouwd op de receptieve beheersing met daarnaast aandacht voor de productieve verwerving van het alledaagse nederlands in het derde deel 10 thema s wordt steeds meer toegewerkt naar de ver schillende vormen van voortgezet onderwijs die de leerlingen na de eerste opvangpe riode gaan volgen waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen leerlingen die naar het vbo mavo gaan en naar mavo havo vwo in deze fase wordt veel aandacht besteed aan de ontwikkeling van schoolse taalvaardigheden aan het eind van deel 3 gekomen moeten de leerlingen over zoveel kennis van het nederlands beschikken dat ze zonder al te veel problemen het onderwijs in de ver schillende vakken kunnen volgen wat het nederlands betreft kunnen de leerlingen overstappen op schoolslag een geintegreerde ntl nt2 methode voor de basisvor ming die momenteel eveneens met steun van de projectgroep nt2 wordt ontwikkeld en qua uitgangspunten aansluit bij zebra 3 taakgericht en geintegreerd nt2 onderwijs zebra wordt ontwikkeld vanuit een taakgerichte benadering binnen deze benadering vormen taal taken de basiseenheid vanwaaruit het onderwijs georganiseerd wordt en dus niet zoals dat bij andere leergangen het geval is taalfuncties grammaticale struc turen of woorden vanuit het perspectief van de leerling zijn dergelijke categorieen weinig zinvol omdat je als taalleerder geen geisoleerde items in opeenvolging achter elkaar leert maar als delen van complexe vorm functierelaties in die zin is de taakge richte benadering te beschouwen als een vorm van analytisch taalonderwijs taalleerders leren een taal om bepaalde taken uit te voeren de taken die in de les geoefend worden moeten aansluiten bij de activiteiten van alledag en bij de opdrach ten die de leerlingen op school krijgen enkele voorbeelden van taaltaken zijn het begrijpen van een vraag en deze beantwoorden het vragen om informatie het deelne men aan een gesprek het invullen van een formulier het schrijven van een brief meer informatie over de taakgerichte benadering is te vinden in van avermaet van den branden 1996 kuiken vedder 1995 van den branden kuiken 1997 en von werkgroep nt2 1996 het uitvoeren van veel taken houdt in dat tegelijkertijd op verschillende vaardig heden een beroep wordt gedaan bij het voeren van een gesprek moet de leerling zo wel spreken als luisteren bij het noteren van huiswerk zowel luisteren als schrijven en bij het maken van een proefwerk zowel schrijven als lezen bij taakgericht onder wijs komen de verschillende vaardigheden dan ook geintegreerd aan bod de leergang kent dus geen aparte lees luister spreek schrijf of woordenschatlijn wel wordt aan al deze vaardigheden in ruime mate aandacht besteed maar dan steeds in het ka der van een functionele taaltaak voor meer informatie over zebra zie kuiken 1995 1996 te verschijnen in wat volgt wordt nader ingegaan op de aandacht voor woor denschat binnen de leergang 93 4 hoeveel woorden hoewel de doelgroep van zebra duidelijk is en wat leeftijdsgrenzen betreft overzich telijk en beperkt lijkt 12 tot 16 jarige neveninstromers varieren de leerlingen in concreto van kinderen die in het land van herkomst nauwelijks onderwijs hebben ge noten tot bijna volwassenen met drie of vier jaar vervolgonderwijs en soms ingrijpen de levenservaringen achter de rug die binnenkort naar een vorm van tertiair onder wijs moeten doorstromen vanuit dat oogpunt is het enige wat deze leerlingen met elkaar gemeen hebben het feit dat ze bij binnenkomst geen kennis van het nederlands hebben en leerplichtig zijn welke doelstelling zou nu met de leergang bereikt moeten worden wat de omvang van de aan te leren woordenschat betreft is dat de receptie ve woordenschat van een jong volwassene met een vwo opleiding die op zo n 50 000 a 70 000 woorden geschat wordt dijkstra kempen 1984 die van een neder landse leerling bij binnenkomst in het voortgezet onderwijs van zo n 15 000 woorden sanders 1990 of die van een allochtone leerling die enkele jaren nederlands basi sonderwijs heeft gevolgd en aan het begin van het voortgezet onderwijs receptief ge middeld zo n 11 000 woorden kent sanders 1990 als we de duur van de periode van eerste opvang die de neveninstromers ter be schikking staat om zich op het reguliere voortgezet onderwijs voor te bereiden in aan merking nemen wordt al snel duidelijk dat bovengenoemde aantallen bij lange na niet gehaald kunnen worden raadpleging van de literatuur over het aantal benodigde woorden voor het kunnen lezen van een willekeurige tekst levert de volgende infor matie op volgens sciarone 1979 zou een woordenschat van zo n 3000 a 4000 woor den 90 van de woorden in een tekst dekken schouten van parreren 1985 noemt een aantal van 5000 a 6000 en coumou e a 1987 komen tot 7000 van consensus is dus op dit punt geen sprake aangezien de ene auteur een bijna twee maal zo hoog aantal noemt als de andere praktisch redenerend zouden we kunnen zeggen dat leer lingen in een opvangperiode van een tot anderhalfjaar per dag gemiddeld tien tot vijf tien nieuwe woorden productief moeten leren aan het eind van het eerste opvangpro gramma beschikken ze dan over een productieve woordenschat van 3000 woorden de receptieve woordenschat van de leerlingen zal na het doorlopen van de basisleer gang uiteraard groter zijn en wordt geschat op 5000 a 6000 woorden dat is nog niet de helft van het aantal woorden waar nederlandse leerlingen bij binnenkomst in het voortgezet onderwijs over beschikken voor een deel wordt in de geintegreerde ntl nt2 leergang door middel van extra oefenmateriaal geprobeerd dit verschil te overbruggen daarnaast zullen docenten met neveninstromers in de klas voortdurend alert moeten zijn op deze achterstand en zullen zij in hun lessen met de problemen van deze leerlingen rekening moeten blijven houden 5 welke woorden om te bepalen welke woorden in zebra moeten worden aangeboden is door bongenaar sanders 1995 een vooronderzoek verricht waarbij een zestal bestaan de woordenlijsten was betrokken te weten 94 1 basiswoordenlijst alons halewijn 1992 deze lijst bestaande uit 1070 woorden is samengesteld ten behoeve van de ont wikkeling van een woordenschattoets in de eerste fase van het opvangprogramma voor neveninstromers in het voortgezet onderwijs de lijst is gebaseerd op de leer gangen spreken is zilver berlage taalcursus en teksten bij de berlage taalcur sus 2 woorden in het basisonderwijs 15 000 woorden aangeboden aan leerlingen schrooten vermeer 1994 de woorden uit deze lijst die representatief verondersteld mag worden voor het taalaanbod aan kinderen op de basisschool komen uit verschillende domeinen interactie taalaanbod van leerkrachten literatuurtaal prentenboeken en leesboe ken en schoolboeken zaakvakmethoden en leergangen nederlands 3 basiswoordenboek nederlands de kleijn nieuwborg 1987 een woordenboek met 2044 woorden voor volwassen nt2 leerders gebaseerd op frequentietellingen van het nederlands 4 h h lijst hazenberg 1994 een lijst bevattende 11 123 woorden ten behoeve van het onderwijs nt2 aan anderstalige studenten gebaseerd op het basiswoordenboek nederlands van van dale 5 woordenlijst 12 tot 15 jarigen coenen olijkan sanders 1992 een streeflijst bestaande uit 18 000 woorden voor het woordaanbod van leerlin gen in de eerste driejaar van het voortgezet onderwijs 6 algemene school en instructietaalwoordenlijst alons te verschijnen een lijst van 588 school en instructietaal woorden gebaseerd op zaakvakmetho den voor wiskunde natuurkunde biologie en handel in het voortgezet onderwijs bij deze lijsten gaat het zowel om lijsten die gebaseerd zijn op frequentiegegevens lijst 1 2 3 4 en 6 als op docentenoordelen lijst 5 en 6 alle lijsten geven informa tie met betrekking tot schriftelijke taal lijst 2 waarbij het mondelinge taalaanbod van leerkrachten is geanalyseerd geeft daarnaast ook informatie over mondeling taalge bruik op deze lijsten is vervolgens een aantal selecties uitgevoerd wat in een lijst met in totaal 2695 woorden heeft geresulteerd het voert hier te ver om uitgebreid op deze selectieprocedure in te gaan zie daarvoor bongenaar sanders 1995 in het kort komt het erop neer dat geprobeerd is om een lijst van om en nabij de 3000 woorden samen te stellen bestaande uit zoveel mogelijk woorden die de zes bestaande lijsten met elkaar gemeen hadden daarnaast is er een zogenaamde vangnetlijst opgesteld met 2493 woorden die bij de gemiddelde leerling in het reguliere voortgezet onder wijs bekend zijn de resterende 300 woorden voor de basisleergang kunnen uit deze lijst worden gehaald dat geldt eveneens voor de woorden die in het extra oefenmate riaal van schoolslag aan de orde komen overigens zij opgemerkt dat in de meeste lijsten die als bron zijn gebruikt geen rekening met de verschillende betekenissen van een woord is gehouden om die reden is in de uiteindelijke lijsten evenmin naar bete kenis gedifferentieerd in het lesmateriaal zullen dergelijke betekenisverschillen uiter aard wel in aanmerking genomen moeten worden 95 vervolgens zijn de geselecteerde woorden verdeeld over de verschillende thema s omdat in elk vijfde thema de leerstof van de vier voorgaande wordt herhaald zijn de 3000 woorden verdeeld over 32 weken er zijn acht herhalingsthema s op grond van hun betekenis zijn de woorden zoveel mogelijk bij een thema ingedeeld bij elk thema worden dus gemiddeld zo n 90 tot 100 woorden aangeboden 6 aanpak en didactiek van het woordenschatonderwijs de taakgerichte benadering is procesgeorienteerd dat wil zeggen dat voor het uitvoe ren van een taak steeds een bepaald proces moet worden doorlopen bij het invullen van een formulier bijvoorbeeld is het handig om het formulier door te lezen alvorens met invullen te beginnen de voorbereiding vervolgens kunnen de verlangde gege vens worden ingevuld de uitvoering waarna het formulier nog een keer wordt door gelezen om te controleren of alles goed is ingevuld het terugkijken de taaltaken die in de leergang worden aangeboden worden steeds volgens deze trits van voorberei den uitvoeren en terugkijken kortweg het vut model genoemd aan de leerlingen voorgelegd nieuwe woorden worden in het kader van een dergelijke taaltaak aan geboden de taaltaken zijn op hun beurt ingebed in een thema op die manier is het aanbod van nieuwe woorden binn n een duidelijke relevante context gegarandeerd doordat begrip en soms ook productie van de nieuwe woorden nodig is bij de uit voering van een taak worden leerlingen als het ware vanzelf gestimuleerd om op ba sis van de context achter de betekenis en het gebruik van een bepaald woord te ko men anders kan de taak niet naar voldoening worden uitgevoerd ter illustratie een voorbeeld in thema 14 het weer gaat het om het begrijpen van informatie ter voorbereiding krijgen leerlingen een weerkaartje van nederland aangeboden met daarbij als opdracht wat voor weer denk je dat het wordt vervolgens lezen ze het weerbericht dat bij het kaartje hoort en beantwoorden ze meerkeuzevragen over de tekst de inhoud van de tekst luidt als volgt vannacht gaat de temperatuur omlaag het wordt 10 graden morgen overdag zijn er eerst perioden met zon de temperatuur gaat in het zuiden van nederland omhoog naar 25 graden de westenwind is hard s avonds is er bewolking nieuw in deze tekst zijn de woorden temperatuur graad en periode de context waarin deze woorden worden aangeboden is samen met de visuele informatie die in het kaartje wordt verstrekt rijk genoeg om leerlingen zelf de betekenis van deze woorden te laten ontdekken in gevallen waarin het niet mogelijk of lastig is de bete kenis van een woord op basis van de context te achterhalen vindt voorafgaand aan de taaltaak aanbieding en semantisering van het woord plaats in een zogenaamde bouw steenoefening consolidering van woorden en hun betekenissen vindt zonodig even eens plaats in bouwsteenoefeningen volgend op de taaltaak het gaat daarbij in feite om klassieke woordherhalingsoefeningen bij deze oefeningen wordt geput uit een breed scala aan werkvormen zoals geinventariseerd in verhallen verhallen 1994 96 oefeningen waarbij taal aan handelingen wordt gekoppeld sorteeroefeningen vul het schema in wat betekent hetzelfde wat hoort er niet bij enzovoort omdat in de leergang aan de ontwikkeling van strategische taalvaardigheid bijzon dere aandacht wordt geschonken worden de leerlingen op meer of minder expliciete manier op een aantal woordleerstrategieen gewezen voorbeelden van deze strategie en zijn herhaal nieuwe woorden hardop voor jezelf gebruik watje weet om de bete kenis van een woord te achterhalen maak woordvelden slijp nieuwe woorden in maak gebruik van de context enzovoort in thema 4 het lichaam bijvoorbeeld leren leerlingen dat het soms handig kan zijn om een tekening van een woord te maken zodat het woord met steun van visuele input beter wordt onthouden bij de hierboven genoemde tekst over het weer wordt leerlingen aangeraden om hun kennis van de we reld en van de omringende context te gebruiken om de betekenis van nieuwe woorden te achterhalen de controle op het aanleren van de woorden vindt op verschillende manieren plaats aan het eind van elk thema worden de leerlingen onderworpen aan een zelf evaluatie waarbij ze moeten aankruisen of een selectie van de bij dat thema aangebo den woorden bij hen bekend is afhankelijk van het resultaat van die evaluatie krijgen de leerlingen vervolgens herhalings dan wel verdiepingsstof aangeboden zoals eer der werd vermeld is elk vijfde thema een herhalingsthema door middel van toetsen wordt bepaald in hoeverre de kennis van de woorden die in de vier voorgaande thema s zijn aangeleerd beklijft vervolgens gaan de leerlingen ook nu afhankelijk van de toetsresultaten een herhalings of verdiepingstraject in het herhalingsthema wordt afgesloten met een eindtoets daarbij gaat het vooral om toetsing van de taalta ken en de daaraan gerelateerde woorden die in de voorgaande thema s zijn aangebo den bij de eindtoets van thema 10 gaat het bijvoorbeeld om de taaltaken formulieren lezen en invullen leerlingen moeten hun persoonlijke gegevens in een agenda invul len en om het begrijpen en vragen van informatie uitleg en toelichting leerlingen moeten inlichtingen inwinnen over het lidmaatschap van een voetbalclub op basis van informatie die in een clubblaadje is opgenomen er vindt dus geen toetsing van geiso leerde woorden plaats maar de controle op de woordenschatkennis van de leerlingen is ingebed in functionele taaltaken die in de leergang centraal staan het ligt eveneens in de bedoeling een softwareprogramma te ontwikkelen voor leerlingen die extra on dersteuning nodig hebben op het gebied van woordenschatverwerving 7 tot slot uit het voorgaande zal duidelijk zijn geworden dat op de golven van een hernieuwde belangstelling voor woordenschatonderwijs in de afgelopen decennia in zebra op systematische wijze aandacht wordt besteed aan de vergroting van de woordenschat bij 12 tot 16 jarige neveninstromers in tegenstelling tot leergangen nt2 die aan het begin van de jaren tachtig zijn ontwikkeld vormen woorden niet het leidend principe van de leergang maar is de verwerving van woorden ingebed in taaltaken die op hun beurt aan een aantal thema s zijn gekoppeld op basis van onderzoeksverslagen woordenlijsten en op de lespraktijk gerichte publicaties van de laatste 15 jaar wordt 97 getracht een zo verantwoord mogelijke invulling van het woordenschatonderwijs te geven wat betreft omvang selectie en manier waarop de woorden worden aangeleerd dat neemt niet weg dat de leergangontwikkelaar daarbij hindernissen op zijn pad te genkomt opvattingen over de grootte van een basiswoordenschat blijken te verschillen en de haalbaarheid van het aantal aan te leren woorden wordt daarnaast ingegeven door gevestigde ideeen over de duur van een eerste opvangprogramma de kanttekening die bij de selectie van de woorden geplaatst kan worden is dat weliswaar een beroep kon worden gedaan op zes bestaande woordenlijsten maar dat deze lang niet allemaal op de doelgroep betrekking hebben en dat slechts een lijst mede gebaseerd is op mondeling taalgebruik wat de didactiek van het woordenschatonderwijs betreft kan menig taaldocent de laatste jaren zijn hart ophalen aan de talloze suggesties die op dit gebied zijn gedaan in hoeverre deze suggesties effectief zijn is in veel gevallen echter nog een open vraag zeker in het geval van adolescenten met zeer uiteenlopende ach tergronden leerstijlen en onderwijservaringen zal vooralsnog vaak in de praktijk moeten blijken welke manier de beste is wat voor de een een goede werkvorm of strategie is kan bij een ander juist minder aanslaan of zelfs aversie oproepen variatie in aanpak en werkvormen om aan zoveel mogelijk verschillende leerlingen tegemoet te komen lijkt dan het beste adagium tot slot zij opgemerkt dat wc rden weliswaar voor een groot deel dragers van de boodschap zijn en in die zin een grote investering rechtvaardigen maar dat deze be langstelling niet ten koste mag gaan van aandacht voor de ontwikkeling van andere linguistische vaardigheden en van de strategische en pragmatische vaardigheid bibliografie alons l te verschijnen algemene school en instructietaalwoordenlijst amsterdam itta uva alons l e halewijn 1992 basiswoordenlijst amsterdam itta uva appel r 1989 tweede taalonderwijs en onderzoek naar tweede taalverwerving in m kienstra red onderwijs aan anderstaligen dordrecht foris publications 1 16 avermaet p van k van den branden 1996 taakgericht onderwijs theoretische uitgangs punten levende talen 513 497 500 bongenaar s m sanders 1995 woordenschatselectie begin en eindniveau vooronder zoek woordselectie t b v basisleergang nt2 en geintegreerde methode nt2 nt1 amster dam intern rapport itta uva coenen m e olijkan m sanders 1992 woordenlijst 12 tot 15 jarigen rotterdam het projectbureau ovb coumou w j michorius m van der wouw w bronzwaer m geertsen 1987 over de drempel naar sociale redzaamheid omschrijving van een drempelniveau en een niveau sociale redzaamheid ten behoeve van het onderwijs van het nederlands als tweede taal aan volwassen buitenlanders utrecht nederlands centrum buitenlanders dijkstra t g kempen 1984 taal in uitvoering inleiding tot de psycholinguistiek gro ningen wolters noordhoff finocchiaro m c brumfit 1983 the functional notional approach from theory to prac tice oxford oxford university press 98 hazenberg s 1994 een keur van woorden de wenselijke en feitelijke receptieve woorden schat van anderstalige studenten dissertatie amsterdam vrije universiteit howatt a p r 1984 a history of english language teaching oxford oxford university press kleijn p de e nieuwborg 1987 basiswoordenboek nederlands groningen wolters noordhoff kuiken f red 1995 ontwikkelrationale basisleergang nt2 voor neveninstromers in het voortgezet onderwijs intern rapport amsterdam itta uva kuiken f 1996 thema s en taaltaken nieuwe basisleergang nt2 voor neveninstromers entree 9 1 4 kuiken f te verschijnen de implementatie van zebra een basisleergang nt2 toegepaste taalwetenschap in artikelen 58 kuiken f i vedder 1995 grammaticaonderwijs vanuit een taakgerichte aanpak levende talen 505 598 602 ree s c van der 1988 spreken is zilver basisteksten en docentenhandleiding leiderdorp de kangoeroe richards j c t s rodgers 1986 approaches and methods in language teaching a de scription and analysis cambridge cambridge university press sanders m 1990 met andere woorden een onderzoek naar de omvang van de receptieve woordenschat van anderstalige brugklasleerlingen scriptie neerlandistiek amsterdam uva schouten van parreren m c 1985 woorden leren in het vreemdetalenonderwijs apeldoorn van walraven sciarone a c 1979 woordjes leren in het vreemdetalenonderwijs coutinho muiderberg sciarone a c f montens 1984 hoe leer je een taal de delftse methode meppel am sterdam boom schrooten w a vermeer 1994 woorden in het basisonderwijs 15 000 woorden aan geboden aan leerlingen tilburg tilburg university press van den branden k f kuiken 1997 taakgericht taalonderwijs een nieuw geluid moer 6 281 290 verhallen m s verhallen 1994 woorden leren woorden onderwijzen handreiking voor leraren in het basis en voortgezet onderwijs hoevelaken cps von werkgroep nt2 red 1996 taakgericht onderwijs een onmogelijke taak deurne plantijn 99