Woordenschatverwerving bij niet-gealfabetiseerden

Publicatie datum: 1993-05-01
Collectie: 22
Volume: 22
Nummer: 5
Pagina’s: 77-78

Documenten

woordenschatverwerving bij niet gealfabetiseerden desiree derksen het aanbieden van een woordenschat is geen op zichzelf staande activiteit het gebeurt binnen en met andere onderdelen van het taalonderwijs werkvormen voor woordenschatverwenring zijn dan ook ingebed in luister en spreekvaardigheidsoe fenirgen en dergelijke een schat aan werkvormen biedt de leergang voor volwas sen anderstaligen die door vrijwel iedereen gebruikt wordt die met de betrokken doelgroep werkt in dit artikel wil ik derhalve ingaan op de specifieke accenten die gelegd moeten worden bij het woordenschatondervuijs aan niet gealfabetiseerden nalfabeten vormen een speciale school en rapport zijn makkelijker te doelgroep zij hebben geen of begrijpen dan graad en moraal nauwelijks schoolervaringen de woorden moeten aangeleerd worden en ze hebben geen kennis met concreet materiaal liefst met voor van het schrift door het gebrek werpen eventueel met foto s of tekenin aan schoolervaring kennen zij gen weinig werkvormen het aanleren de woorden moeten frequent kunnen van een nieuwe werkvorm is dan voorkomen in het dagelijks taalgebruik vaak al een doel op zich dat veel tijd en van de taalleerder een woord als kind moeite kost analfabeten kunnen moeilijk wordt makkelijker aangeleerd en onthou abstract denken concrete woorden en den dan een woord als zuigeling werkvormen zijn voor hen dan ook noodza de woorden moeten door de teerders kelijk ze hebben nooit geleerd beschouwe correct worden uitgesproken de analfa lijk naar hun eigen taal te kijken doordat ze bete taalleerders hebben namelijk geen geen kennis hebben van het schrift kunnen visueel beeld van het te leren woord ter ze geen beroep doen op de geschreven beschikking een auditief beeld wordt pas vorm van een woord geen lijstjes en goed bewaard als het door de betrokken geheugensteuntjes voor hen dus de taal perspoon zelf correct gevormd kan wor leerders moeten zich volledig beroepen op den hun auditieve geheugen de woorden moeten door de taalleerder juist kunnen worden verstaan veel oefe hieronder volgen een aantal algemene aan ning in luistervaardigheid is dan ook dachtspunten die bij het aanbieden van een noodzakelijk het is dan ook nodig dat de woordenschat aan analfabeten in acht leader de uitspraak van de woorden kan genomen moeten worden verstaan zoals die gehanteerd wordt door de aan te leren woorden en uitdrukkin de moedertaalsprekers uit zijn omgeving gen moeten zo concreet mogelijk zijn de woorden moeten vaak herhaald wor mei juni 1993 nummer 5 22e jaargang p den in allerlei situaties in allerlei vamen naarmate het proces van alfabetisering vor de woorden worden het best aangeleerd dert hebben de leerders meer steun aan in groepjes van drie als dat groepje het geschreven woord en zullen zij sneller beheerst wordt kan er een nieuw groepje nieuwe woorden leren aangeboden worden een bepaalde werkvorm wil ik warm aanbe velen het nazeggen taalleerders hebben desiree denksen oefening nodig in uitspraak zj kunnen dat pam project alfabetisering oefenen door woorden en of korte zinnen m grantenmoeders na te zeggen deze oefening traint ook de stuivenbergpjein 36 luistervaardigheid en het geheugen in 20w antwerpen groep nazeggen is niet zo bedreigend als individueel iets moeten zeggen vijf a tien minuten nazeggen per les lijkt me aanbevo len de woorden die nagezegd worden moeten natuurlijk wel gekend zijn met nazeggen kun je ook de intonatie oefe nen veel taalleerders hebben moeite om de verschillende betekenissen van een zin te begrijpen als die op verschillende manie ren wordt uitgesproken zelf deze zinnen op verschillende manieren uitspreken werkt begrip in de hand de leerkracht kan ver schillen in intonatie duidelijk maken door verschillende uitingen te demonstreren zon der woorden te gebruiken de taalleerder leert hiermee zich bewust te worden van verschillen in zinsmelodie taalleerders moeten zich ook bewust wor den van verschillen in sfijl en dialect ze noot moeten weten dat je sommige woorden in bepaalde situaties kunt gebruiken ze moe 1 de leergang waarvan sprake is ten moedertaalsprekers uit hun omgeving leren lezen en schrijven in het kunnen verstaan gesprekken op band in nederlands als tweede taal een het dialect lijken me aan te raden om de alfabetiseringsmethode die uit vier leerders opmerkzaam te maken op enkele onderdelen bestaat een zekere klankverschillen en om hen te laten wennen woordenschat 7 43 de kop erop aan de klanken die soms zo konen afwijken en tempo voor een bespreking van deze die ze in de les horen ervan verwijzen we naar vonk 21 5 tenslotte wil ik nog het belang van small mei juni 1992 en het extra nummer talk benadrukken het begrijpen van de klei ne uitingen over het weer en de tijd bijvoor van vonk als syllabus bij de studiedag nederlands aan anderstaligen een beeld van andere mensen in een wachtka mer geeft de taalleerder het gevoel erbij te materiaalverkenning februari 1992 horen hij moet dan ook eenvoudige ant nv rr woorden kunnen geven tat 22e jaargang nummer 5 mei juni 1993