‘Zijn er nog problemen?’ Docentvragen in het literatuuronderwijs.

Publicatie datum: 1997-01-01
Collectie: 28
Volume: 28
Nummer: 5
Pagina’s: 226-237

Documenten

tanja janssen het leed van die overledene die hij in leven probeert te houden adriaan nee docent nee waaruit blijkt dat 6 sec stilte zijn er nog problemen adriaan onverstaanbaar docent ja maar dan geef je geen antwoord op docentvragen in het de vraag die ik net stelde literatuuronderwijs dit fragment laat een herkenbaar patroon zien de docent stelt vragen leerlingen ant woorden de docent probeert met zijn vra gen de leerlingen iets te laten doen met een literaire tekst leraren stellen over het algemeen veel vragen naar aan het instituut voor de lerarenopleiding schatting zo n s o ooo per jaar tenmins te een deel van de universiteit van amsterdam wordt daarvan is op de leerstofgericht in de lite ratuurles onderzoek verricht naar de wijze waarop b estaat die stof uit literaire kennis zowel feitelijke leerlingen worden geacht om te gaan met kennis van schrijvers stromingen en termen als literatuur welke verwerkingsprocessen geacti vaardigheden met betrekking tot het lezen van veerd worden en welke processen onder li teratuu r hoe wordt nu deze l ite ra tuurke nnis op belicht blijven in het deelonderzoek waar s chool aangeleerd van in dit artikel verslag wordt gedaan staan hiernaar verricht tanja janssen onderzoe k aan het twee leraren nederlands centraal chantal instituut voor de lerarenopleiding in am s terdam en alex beiden zijn ervaren maar zij in dit a rt ikel beschrijft z ij m e t behulp van les verschillen in doelstellingen tekstkeuze en protocollen docentvragen en opdrachten die erop didactische aanpak de vragen die zij over ge richt zijn dat le erlingen iets doen met literaire teksten stellen en de opdrachten die zij geven teksten daarnaast geeft ze aan welke belangrijke zijn geanalyseerd en met elkaar vergeleken activitei ten onderbelicht blijven en doet ze sugges het onderzoek is beschrijvend van aard en te ties om hieraan aandacht te besteden kleinschalig om generaliserende uitspraken te kunnen doen dit neemt niet weg dat het vraaggedrag van de leraren uit het onder een gewone schooldag een les nederlands zoek voor velen herkenbaar zal zijn en dat in s vwo zojuist is het verhaal no 4 7 0 reflectie op herkenbare praktijkvoorbeelden hogewoerd van verhue ll gelezen inzichten oplevert waar leraren iets aan kun nen hebben docent waarom is dit romantisch 3 sec stilte welke tegenstelling zit heel sterk in d it verhaal verwerkings a c tivite it e n bij li teratuur verpakt hetty 5 sec tussen wie gaat t nou le z en wat is nou waar gaat het verhaal nu om vertel eens 5 sec geroezemoes t is een vraag een van de functies van docentvragen is het waar iedereen zich over zou buigen adriaan dus sturen van het denken van de leerlingen via ook waar gaat het om in dit verhaal vragen doet d e leraar een appel op mentale adriaan het gaat om roem krijgen onsterfelijk activiteiten van leerlingen om welke activi worden teiten zou het kunnen gaan bij het lezen van docent ja maar wat wat doet die student literatuur dan wat heeft ie gedaan het structure of inte ll ect model van guil adriaan hij heeft een kunstmatig lichaam ford 1 96 7 biedt een hierarchie van denk gemaakt activiteiten van eenvoudig naar complex docent ja en is het hoofd daar blij mee deze indeling is meermalen toegepast op gelach literatuuronderwijs zie geljon 1 994 de adriaan niet echt volgorde van handelingen sluit aan bij de docent niet echt heeft de student oog voor structuuranalytische benade ri ng eerst resume 226 moer 1997 5 ren van de inhoud reproductie vervolgens vormen discussie klassengesprek en groeps analyseren en interpreteren van de tekst werk convergente en divergente productie en ten de lessen zijn vanaf de band uitgeschreven slotte het geven van een waardeoordeel in protocollen in de protocollen zijn de evaluatieve productie deze ideaal typische tekstgerichte vragen en opdrachten geiden volgorde vormt vermoedelijk geen weer tificeerd vragen los van teksten organisa spiegeling van hoe lezers gewoonlijk met een torische vragen en retorische vragen zijn tekst omgaan buiten beschouwing gelaten de vragen en hoe gewone lezers omgaan met li teratuur opdrachten zijn gescoord met behulp van het is onder andere onderzocht door andringa schema in afbeelding t 1 990 1 99 1 1 995 door hardop denkproto co ll en te analyseren vond zij een aantal lees resultate n activiteiten waa rvan jongeren geb ruikmaken bij het lezen van li t e ratuur zoals bijvoorbeeld in de lessen stelt chantal 126 tekstgerichte voo ru it en terugkijken identificeren van vragen en alex 239 wat betreft de cognitie genre en het maken van inferentie s and ri nga ve taken komt naar voren dat chantal over c onstatee rt dat minder ervaren lezers over een wegend reproductieve en convergente vra beperkter repertoire van leesactiviteiten be gen stelt respectievelijk 3 7 en 46 procent van schikken dan ervaren lezers met uitbreiding de 126 vragen alex stelt relatief veel inter van dat repertoire wordt de respons op de pretatieve en evaluatieve vragen respectieve tekst omvangrijker en genuanceerder lijk r9 en 25 procent van de 2 39 vragen bij voor het analyseren van vragen opdrach beiden komen divergente vragen weinig voor ten verzoeken bevelen etcetera is een sche chantal i procent van haar vragen alex 7 ma opgesteld gebaseerd op guilford en procent van zijn vragen and ri nga het schema omvat twee dimensies qua verwerkingsactiviteiten laten de proto cognitieve taken en tekstverwerkingsactivi collen zien dat bij beide leraren re construc teiten zie afbeelding t elke vraag kan op tievragen een belangrijke plaats innemen beide dimensies gescoord worden ruim eenderde van de vragen 38 procent valt in deze categorie beiden stellen ook opzet van het onderzoe k ongeveer even vaak vragen naar verbanden chantal 12 procent en alex 18 procent bij twee leraren nederlands zijn circa twintig verder valt op dat anticipatie en trans li teratuurlessen geobserveerd en op band vast formeervragen bij beiden niet voorkomen gelegd de docenten zijn gekozen op grond reflectievragen en vragen om problemen te van hun zelfge rappo rt eerde sterk van elkaar signaleren komen in de lessen van chantal ver s chill ende praktijk janssen 1994 janssen niet en in die van alex weinig voor respec rijlaarsdam 1 996 chantal vert eg e nwoor tievelijk 3 en 2 procent van de vragen digt een literair historische benade ri ng bin met behulp van lesfragmenten probeer ik nen het literatuuronderwijs met als belang hieronder meer inzicht te geven in de precie rijkste doelstelling culturele vorming de leer ze inhoud van de vragen en de manier stof is overwegend geri cht op kennisover waarop zij in de lessen functioneren dracht en wordt onder andere gevormd door literatuurge schiedenis stilistiek en versleer directe handeling didactisch kenmerkt haar onderwijs zich door een frontale klassikale aanpak het accent ligt directe handelingsvragen komen in de lessen op doceren verte ll en en voorlezen van chantal vrij vaak voor zo procent van de alex benadrukt doelen op het gebied van 126 vragen het gaat daarbij om drie activi persoonlijke vorming de kern van zijn teiten meelezen voorlezen en uit het hoofd onderwijs is het lezen van fictie en erover voordragen vrijwel steeds wanneer zij een praten zijn aandacht gaat vooral uit naar literaire tekst voorleest geeft chanta de identificatie en beleving van de leer li ngen opdracht om met haar mee te lezen kijk didactisch geeft hij de voorkeur aan gesprek s maar eens mee of lees maar mee 1997 5 moer 227 taken activiteiten voorbeeld 1 cogn i tieve taken 1 reprodu ctief hoe heet de hoofdpersoon 2 productief interpretatief verklaar de titel 3 productief convergent tot welk genre behoo rt de tekst 4 productief divergent schrijf een verrassend slot bij dit verhaal 5 productief evaluat ief vond je het lezen van deze tekst de moeite waard zo ja waarom 11 tekstverwerkingsactiviteite n 1 directe handeling wat staat daar precies lees eens voor 2 signaleren van problemen wat is er moeilijk of onduidelijk in dit verhaal 3 evalueren wat vind je van deze tekst licht toe 4 identificeren tot welke stroming behoort deze tekst 5 anticiperen waar denk je dat dit verhaal over gaat als je kijkt naar de titel 6 re construeren waar leid je uit af dat de ik figuur een vrouw is 7 verbanden leggen wat zijn verschillen tussen de verfilming en het oorspronkelijke verhaal 8 elaboreren wat zou jij doen als je de hoofdpersoon was 9 refle ct eren verstoort het zoeken naar een diepere betekenis je leesplezier of ga je dan juist meer van het verhaal genieten 10transformeren schrijf een eigen moderne versie van dit gedicht afbee lding 1 analyseschema voor docentvragen en opdrachten met voorb eelden ook vraagt zij regelmatig aan een leerling rend is een understatement gezien de dreun om een tekst voor te lezen dit voorlezen waarmee kees de regels opzegt dit verklaart gebeurt niet onvoorbereid eerder in de les misschien de hilariteit in de klas hebben de leerlingen de gelegenheid gekre in vergelijking met chantal stelt alex gen de tekst voor zichzelf stil door te lezen weinig directe handelingsvragen 3 procent af en toe vraagt chantal om een uit het hoofd van de 2 39 vragen ze zijn ook van een geleerde tekst voor te dragen of op te zeggen andere aard namelijk overwegend herlees opdrachten of verwijzingen naar de tekst als d nou jos kun jij de eers te strofe van het leerlingen het spoor bijster zijn of als hij wilhelmus opzeggen zelf op een bepaald fragment de aandacht dos zegt de eerste strofe op wil vestigen d dat is fantastisch goed zo jij kees mag voorlezen komt bij alex zelden voor een het zesde couplet opzeggen van t wilhelmus dat maal vraagt alex aan een leerling om vers begint met mijn schild ende betrouwen ik zal je regels uit vromans voor wie dit leest voor een klein beetje helpen te lezen kees zegt de zesde strofe op d nou ik vond het niet ontroerend maar t is d wat staat daar nou heel letterlijk leest wel knap gelach voor verzacht nee ik ga niet lezen want dan interpreteer ik ik kan niet lezen zonder te laten doel van deze opdracht is het fou tl oos kunnen blijken reproduceren van de tekst de manier waarop l1 welke zin dit gebeu rt lijkt minder v an belang chantals d nou regel zeven en acht nou lees het maar commentaar op kees voordracht niet ontroe marja als je wil 228 m oer i997 5 l verzacht het vreemde door de druk verstenen kan beschouwd worden als een pre closer van het geschreven woord of spreek het uit van dam van isselt 1993 met de vraag d ja als ik het zo hoor denk ik van jeetje kondigt de leraar een overgang aan van misschien begrijpt ze het wel problemen van individuele leerlingen ik l lacht naar het eigenlijke collectieve lesdoel we d ja want als je t niet begrijpt kan je het praten over het verhaal uit de formulering volgens mij ook niet lezen van de vraag is af te leiden dat het signaleren van problemen op het niveau van woord voorlezen is hier een middel om te zien of de betekenissen voor de leraar niet tot het tekst door de leerling begrepen is het staat in collectieve lesdoel praten over het verhaal dienst van het reconstrueren van de tekst behoort tegelijkertijd is het een middel om een gedurende deze episode in de les neemt de zekere inbreng van de leerlingen te bewerk aandacht van de klas af er is veel geroeze stelligen en de interpretatie van de leraar op moes en alex moet de klas herhaaldelijk tot de achtergrond te houden de orde roepen hetzelfde zien we in andere fragmenten waarin hij informeert naar pro signal e ren van probl emen blemen aandachtsverlies bij de klas en mede daardoor aarzelingen om met problemen voor alex vraagt leerli ngen af en toe naar proble de dag te komen misschien hangt dit samen men die de tekst bij hen oproept 2 procent met het gebruik van deze vragen als pre van zijn vragen leerlingen komen ec hter closers leerlingen herkennen de vraag als ook spontaan met onbeantwoorde vragen zo overgang naar een ander onderwerp en kunnen vragen de leerlingen bijvoorbeeld naar de het idee krijgen dat zij de les ophouden betekenis van a ll erlei woorden in het verhaal de dood van jelgersma woorden als snuis evaluere n terijen gesticuleren en buitenspo rig blij ken onbekend chantal stelt een keer een evaluatieve vragen reeks in de betreffende les bespreekt zij d zijn er nog andere mensen die zeggen van ik wil verschi ll ende humo ri stische gedichten een eerst iets weten voordat we over t verhaal kunnen bespreking die zij als volgt besluit gaan praten want ik vraag me nu ook af of iedereen wel door heeft d wie vertelt eventjes aan mij wat zijn favoriet is l1 ik snap niet waar t verhaal nou over ging van deze ve rzameling d geen mooi verhaal leerlingen steken hun vinger op l1 ik weet niet waar t verhaal over ging een d geeft beurt kees dom verhaal kees voor karel l2 ja ik begreep er geen reet van d voor karel dat vond jij het aardigste kun je l1 ja met die suiker geroezemoes uitleggen waarom d meen je dat nou goed maar ssst kees ja t is gewoon leuk l1 onverstaanbaar d t is gewoon leuk omdat die ladder is d hee maar waar liep dat spaak waar zeg je van weggehaald dat kun jij je voorstellen je gaat het nu haakte ik af toch niet doen hoop ik l1 ja aan t eind wist ik niet meer waar t kees nee begin d nee en wie heeft er een ander die hij leuker l2 t t liep gewoon een beetje door elkaar de vindt 3 sec wat vind jij bijvoorbeeld aardig zin hield zo op en toen ging t ineens ergens mensje 3 sec anders weer over mensje ja eh drie d drie vond jij wel leuk van dat scheermesje opmerkelijk is de formuleri ng v a n alex ja best wel een cynische voorkeur en wat vind jij zijn er nog andere mensen die zeggen van ik e rvan f os wil eerst iets weten voordat we over t jos eh verhaal kunnen gaan praten deze uiting d we hebben ze niet eens allemaal gedaan 1997 5 moer 229 maar 4 sec vind je ze geen van alle leuk of ren wijst erop dat leraar en leerlingen ver vind je het gewoon moeilijk kiezen trouwd zijn met de opdracht jos ik vind het moeilijk kiezen opva llend in dit fragment is dat alex de d je vindt het moeilijk kiezen leerlingen niet op de man af vraagt naar hun oordeel en de bijbehorende motive ri ng wat antwoorden op evaluatievragen onttrekken vind jij waarom geef jij een zes hij stelt zich aan de mogelijkheid om ze te beoorde evaluatievragen aan de klas als geheel en len in termen van goed of fout hoe dan te kleedt de vragen voorzichtig in ik kan nooit reageren op de leerlingantwoorden chantal precies achter de waarde van cijfers kijken doet dit op verschillende manieren aan kees dus je mag gewoon heel eerlijk zijn vraagt zij om een motivering van het gegeven antwoord als een duidelijke motivering ach identificeren terwege blijft vult chantal die voor hem in en maakt een grapje in reactie op mensjes identificatievragen komen bij chantal regel antwoord geeft zij een typering van het matig voor 35 procent van de 12 6 vragen gedicht een typering die ook op mensje zelf de identifi catievragen van alex i procent betrekking kan hebben ja best wel een betreffen uitsluitend structuureigenschappen cynische voorkeur van teksten zijn vragen zijn ge ri cht op de wat zich in het hoofd van de leerlingen functie van structurele middelen zo tracht hij afspeelt weten we natuurlijk niet kan jos in het volgende fragment via vragen de werkelijk niet kiezen uit de gedichten lette werking v a n perspectief in de dood van hij even niet op of houdt hij zich bewust op jelgersma te demonstreren de vlakte om een moeilijke waarom vraag of een typering van zijn voorkeur te ver d het perspectief in t verhaal is subjectief ik mijden hoop dat ik daar geen nieuwigheden mee verkon alex stelt meer evaluatieve vragen een dig 3 sec waarom is het zo verdomd handig dat kwart van zijn vragen meestal start hij de je met name in deze passage dat je te maken hebt bespreking van een verhaal met vragen naar met subjectief perspect ief 3 sec ik kan t ook een oordeel over het verhaal als geheel anders vragen wat zou er overblijven als je objectiefperspectief gehad zou hebben 3 sec en d ja goh waar beginnen we even kijken naar dat moet je dus heel le tterlijk nemen wat zou er een cijfer voor dit verhaal late mei van thijssen dan overblijven dat zou dus betekenen dat je in gewoon maar weer scoren vond ik t nou leuk of niet gedachten dingen zou moeten schrappen en wat leuk zinvol niet zinvol ik kan nooit precies achter hou je dan over de waarde van cijfers kijken een drie of lager l1 citeert uit de tekst je bent stil jongen dus je mag gewoon heel eerlijk zijn d wat ben je stil jongen geroezemoes nee leerlingen geven een cijfer d m v hand opste sst wat ben je stil jongen dat staat op de band ken alex inventariseert de cijfers van drie of en wat nog meer lager tot en met acht of hoger en formuleert l1 ik bak zandrozen een conclusie d ik bak zandrozen en wat is nou t leuke van d n ou t is voldoende maar om te zeggen van het subjectief perspectief jemig als ik nou zo hoor van zes a zeven l2 je weet waarom eh getwijfel en je had t liefst gekozen uit zes d wij wij weten dat en wat kan je je voorstellen komma een en zes komma negen of zo dat van die mensen die daar zitten gevoel heb ik eh waarom zo vlak l2 die weten t niet geroezemoes d wat ben je stil pim ik laat vliegers op l1 t vliegt er overheen z n leven of zo wordt haast niet beschreven na de eerste bladzijde is de vragen van chantal naar structuur zijn hij allang opa of zo meer gericht op het kunnen herkennen van bepaalde stilistische of structurele verschijnse de formuleri ng van de vraag naar een cijfer len zoals beeldspraak enjambement sonnet voor het verhaal gewoon maar weer sco vorm etcetera 230 moer 1997 5 andere identificatievragen van chantal zijn d nu ja de hemel daar kom je niet zomaar ge ri cht op het benoemen van de pe ri ode of m aar de dood dus he het hele gedicht sugge auteur van een tekst of het genre waa rtoe de reert van het andere land is niet de overkant tekst behoort waar het schip naar onderweg is maar het is waarschijnlijk de dood d we hebben de definitie geleerd van humor he gerben heeft dat nog netjes voor de klas zo het fragment toont overigens dat er geen naar voren gebracht is er nou volgens jullie werk bij scherp onderscheid is tussen re construeren waarvan je zegt dat voldoet aan die definitie op lokaal niveau en re construeren van de leerlingen steken hun vinger op tekst als geheel er is sprake van een wissel d wat denk jij claudia werking tussen de interpretatie van de vers claudia de allereerste in memoriam van pie regel en re constructie van het gedicht als ter beek geheel d de eerste vertel eens waarom kan je dat uitl eggen 3 sec ja t eerste dat is eigenlijk een ook alex stelt vragen naar re const ru cties op reeks gedichtjes he leest kopjes voor wim lokaal niveau waaronder vragen naar de voor karel voor jan voor dirk ja ehm is betekenis van woorden vaak gaat het initia er nog zo n versje dat aan die norm voldoet denk je tief tot dergelijke vragen van leerlingen uit alexander vragen naar de betekenis van metaforen alex de derde opdracht van b ernlef symboliek of andere vormen van indirect d de derde ook ja taalgebruik zijn in alex lessen schaars sym bo liek komt ter sprake bij de titel late mei in dit fragment wordt genre identificatie het van thijssen en bij het gebruik van de indelen van een tekst bij een genre humor kleuren blauw en roze in de dood van als betrekkelijk onproblematisch gepresen jelgersma teerd chantal spreekt van een definitie of de re constructievragen die hij stelt lopen een norm waaraan de tekst al dan niet uiteen hij vraagt de belangrijkste gebeu rt e voldoet antwoorden van leerlingen evalu nissen in het verhaal na te ve rtell en afleidin ee rt zij met verwijzing naar die norm als gen te maken over verhaalfiguren en concrete goed of fout gebeurt enissen in het verhaal te abstraheren tot motieven en thema s re construere n ve rbanden legge n vragen om de samenhang in een tekst te re construeren nemen zowel bij chantal als hierbij gaat het om verbanden tussen in bij alex een belangrijke plaats in bij beiden volgorde van frequentie een tekst en de 38 procent de vragen zijn bij de docenten buitentextuele werkelijkheid teksten onder echter verschi ll end van aard chantal stelt li ng en een tekst en een andere kunstvorm overwegend vragen naar re constructies op lokaal niveau vragen naar de betekenis van de buiten textuele werkelijkheid dit een woord woordgroep zin of versregel zijn vragen om de wereld in woorden op vaak gaat het daarbij om de lexicale betekenis een werkelijke wereld te betrekken en vice van een woord in andere gevall en gaat het versa dergelijke vragen stelt alex vrij fre om het begrijpen van metaforen en andere quent hij maakt gebruik van gedeelde erva vormen van indirect taalgebruik ringen van de leerlingen om aspecten van verhalen te verhelderen een belangrijke bron d citeert uit m aannacht van m arsman neem daarvoor is de televisie de werkelijkheid dan nu afscheid van haar misschien zult gij den zoals gepresenteerd in populaire televisie morgen niet halen tenzij in een ander land dit programma s brengt alex in verband met klinkt niet erg troostrijk want wat zal dat andere aspecten van een tekst zoals taalgebruik land wel eens kunnen wezen sfeer ruimte namen van personages en motie l1 de hemel ven zo noemt een leerling op een vraag naa r 1997 5 moer 231 motieven in het verhaal de dood van jel laten ontdekken zo stelt hij het verband tussen gersmal rococo liefde twee gelezen verhalen als volgt aan de orde d ja eh rococo liefde hebben ja kan je je iets d goed zullen we eens kijken herkent trou voorstellen bij rococo wens iemand dit verhaal de dood van jelgersma l lin nee volgens mij heb je t al een keer gelezen d gisteren naar all you weed is love gekeken lin in koor nee lin in koor ja d durf ik je dadelijk zeg je 0 ja god dat is d van die overdreven jongens met van die lange waar ook wedden jassen aan en van die rare haren l1 ja ik weet t wel lln in koor ja d nou roept u maar d die kerels hadden toch allemaal van die wi tt e l1 nou over een verjaardag waar een jongetje pruiken op met van die lange haren en zo buiten gaat spelen met een ander jochie dat er lln ja eentje verdrinkt en hij onverstaanbaar volgens d allemaal van die frutsels en fratsels nou dat mij dat ze buiten aan t spelen zijn terwijl die is nou rococo anderen binnen aan t lachen zijn l2 ja lite rair e tek ste n on d e r l i ng dit zijn d het verhaal hoela van cees nooteboom vragen om gelezen teksten met elkaar te hetzelfde verhaal toch kan iemand het vergelijken en verschillen en of overeen belangrijkste verschil aangeven lettend op de afloop komsten tussen die teksten aan te wijzen een voorbeeld van dit type vragen is te vinden in l3 hij zit er wel mee een les over humoristische poezie van chan d hij zit er wel mee tal andere kunstvorm vragen naar verban d wat hebben deze gedichtjes nou allemaal den tussen literatuur en andere kunstvormen gemeenschappelijk wie weet dat dat reeksje van worden door alex in een les gesteld in die les vier met al die jongensnamen erboven gedich laat alex de leerlingen in groepjes uit een ten van pieter b eek zeg het maar gerben map met zwart wit foto s photos symboli gerb ze gaan allemaal dood ques er een kiezen die het beste past bij het d ze gaan allemaal dood en wie weet er nog iets gelezen verhaal de leraar van peskens ver dat ze gemeenschappelijk hebben volgens vraagt hij leerlingen hun keuze te l2 t is allemaal een rare dood motiveren naar aanleiding van de foto s d t is allemaal wel een rare dood laten we wordt over het verhaal gepraat zeggen een beetje onverwacht of er is iets mee als je nou kijkt naar die gedichtjes en je vergelijkt de elaborere n vorm valt iemand dan iets op voor wim voor karel voor jan voor dirk 5 sec hoe zit het alleen alex stelt elaboratievragen 12 procent met de lengte van die gedichtjes van zijn vragen meestal zijn het vragen naar l3 voor wim is die veel langer asso ciaties met eigen belevenissen of erva rin d ze worden als maar korter zie je dat gen vragen in de trant van heb je zoiets zelf wel eens meegemaakt of hij vraagt situaties het vergelijken van zojuist gelezen teksten gebeu rt enissen of personen te bedenken die komt a lleen in dit fragment voor in a ll e overeenkomst ve rt onen met die in de gege andere gevall en gaat het om het leggen van ven tekst bijvoorbeeld naar aanleiding van verbanden met ooit eerder gelezen teksten of het verhaal de leraar van peskens waa ri n de met teksten die de leraar bij de leerli ngen ik figuur een jongetje op school gepest bekend veronderstelt chantal brengt de tekst wordt en zijn moeder uiteindelijk een leraar die zij op het oog heeft in he ri nne ri ng of laat in elkaar slaat de inhoud nave rte llen het verband met de onderhavige tekst legt zij zelf in haar betoog d kan je zelf ook situaties bedenken waarvan je alex probee rt de leerlingen die verban den te zegt ik weet n i et wat ik zou doen 2 sec praten 232 m o er 1997 5 7 l foto chris van houts of slaan zal ik maar zeggen want dat is het reflecteren dilemma he die vader zegt van praten he zij zegt van wat praten pfft ja dat gaat me te alex stelt af en toe reflectievragen 3 pro langzaam dat moet je gewoon volstrekt duidelijk cent hij vraagt bijvoorbeeld naar stadia in maken wat je vindt kun je daar zelf een situatie bid d e receptie van een verhaal in hoeverre bedenken 2 sec misschien moeilijk hoor verschilt hun eerste reactie op het verhaal van l1 zoiets dat je niet weet of je moet huilen of hun reactie nu ook vraagt hij leerlingen lachen of zo naar reacties op elkaars interpretaties vragen d ja maar dan veel erger denk ik ja die wellicht al s reflectievragen beschouwd l2 zoals met die schroevendraaier nou hij kunnen worden marli es heeft bijvoorbeeld wilde niet meer praten hij pakt gelijk een een samenvatting gegeven van het verha al schroevendraaier en hij hakt er gelijk op in beng mademoisell e van carmiggelt l2 verwijst blijkens de context naar een vecht pa rt ij op het schoolplein enkele dagen daa rvoor d oke zijn er opmerkingen over deze samenvat ting alex vraagt ook af en toe naar alternatieve marlies onverstaanbaar gedragingen van personages of naar alternatieve d nee hoor behalve dat ik het hartstikke goed oplossingen voor probleemsituaties in de tekst vind ik heb geen idee wat voor motieven je hebt bij het verhaal de leraar zijn dit vragen als opgeschreven maar volgens mij heb jij alle wat zou ze de moeder dan moeten doen belangrijke momenten uit het verhaal haarfijn je herkent zo n jongen als t zwarte schaap eruit gehaald je kan nog wel wat schrappen van de groep wat zou je daar dan tegen maar dat maakt me niet uit alle momenten die moeten doen heel concreet van belang zijn voor het verhaal die zitten erin in een derde soort elaboratievragen vraagt nou perfect ik denk dat ik je gewoon maar even alex naar uitbreidingen van de gegeven tekst de gelegenheid geef om die motieven te noemen bijvoorbeeld naar het verdere verloop van het verhaal na de laatste regel de leerlingen wordt gevraagd te reageren o p 1997 5 moer 23 3 marlies samenvatting van het gelezen ver gaat het bij chantal om verbanden tussen haal alleen marlies zelf reageert hoewel teksten onderling alex vraagt daarnaast naar haar reactie op de band onverstaanbaar is verbanden tussen tekst en werkelijkheid en blijkt de teneur ervan uit de context marlies tussen tekst en een andere kunstvorm leidt uit de vraag naar opmerkingen af dat daar staat tegenover dat twee activiteiten de leraar zelf commentaar op haar recon die bij chantal een rol spelen bij alex structie heeft zij interpreteert de vraag als nauwelijks aan bod komen directe handeling een display question terwijl de leraar kennelijk en identificeren van de soort tekst op het een authentieke vraag stelt gebied van identificatie vraagt chantal meer en meer verschillende activiteiten dan alex samenvatting en conclusie s identificatie van periode auteur genre en van stilistische of structurele middelen die de uit de analyse komt naar voren dat de vragen schrijver hanteert van de beide leraren verschillen de verschil ten slotte is er een verschil in complexiteit len lijken te sporen met verschillen in opvat van de activiteiten die de leerlingen moeten tingen over literaire kennis en de wijze verrichten in termen van guilfords theorie waarop die kennis overgedragen wordt alex doet minder een beroep op het geheu in de eerste plaats is er een verschil in gen en het vermogen van de leerlingen tot frequentie alex stelt twee maal zoveel vragen deductief denken en meer een beroep op als chantal ook de vraagdichtheid verschilt kritisch en creatief denken dan chantal alex behandelt een tekst per les en stelt daar of leerlingen daadwerkelijk die activiteiten veel vragen over chantal behandelt in iedere verrichten die de docenten op het oog heb les verschillende teksten waarover zij betrek ben blijft de vraag verschillende dingen kelijk weinig vragen stelt alex aanpak is met kunnen hierbij een rol spelen de precieze andere woorden intensiever en vraagt meer formulering van de vraag de positie van de activiteit van leerlingen dan chantals aanpak vraag in het discours het al dan niet pauze in de tweede plaats verschilt de mate van ren na een vraag doorvragen het al dan niet variatie in de verwerkingsactiviteiten alex stellen van hulpvragen en de wijze waarop op spreekt een breder handelingsrepertoire aan leerlingantwoorden gereageerd wordt zo zal dan chantal sommige activiteiten die bij de pre closer zijn er nog problemen leerlin alex een rol spelen zijn in de geobserveerde gen vermoedelijk niet stimuleren om ondui lessen van chantal niet of nauwelijks waar delijkheden aan de orde te stellen genomen dit geldt voor het signaleren van problemen evalueren elaboreren en reflecte het onderzoek maakt nog eens duidelijk hoe ren deze activiteiten hebben met elkaar moeilijk het stellen van vragen bij teksten is in gemeen dat zij een individuele persoons de literatuurles als leraar word je hiervoor gebonden verwerking van literatuur behelzen niet of nauwelijks opgeleid je leert het in de iets wat alex nastreeft en chantal juist afwijst dagelijkse praktijk en bouwt al doende een kijken we naar activiteiten die bij beiden zekere routine op het zou goed zijn als in de frequent voorkomen re construeren en ver lerarenopleiding en nascholing meer aandacht banden leggen dan vinden we bij alex een besteed wordt aan het vragen stellen ik denk andere focus dan bij chantal chantal vraagt aan een praktijkgerichte cursus waarin leraren overwegend re constructies op een niveau in opleiding leren te reflecteren op eigen en betekenis toekennen aan een enkel woord andermans vraaggedrag en de leerlingactivitei een zin of een regel ook wel bottom up ten waarop vragen een beroep doen verwerking genoemd de leerlingen van de bestaande schoolboeken voor de twee alex moeten de tekst op meer niveaus de fase xnvo vwo schieten te kort daarin reconstrueren woordbetekenissen geven wordt aan vragen en opdrachten over het gebeurtenissen op een rijtje zetten infe algemeen minder zorg besteed dan aan tekst renties maken over verhaalfiguren en abstra keuze leerstof en illustraties in de meest heren of generaliseren door thema s en mo gebruikte literatuurmethode nederlands calis tieven te formuleren bij verbanden leggen onze literatuur ontbreken opdrachten ande 234 moe r 1997 5 foto chris van houts re methoden bevatten wel vragen bij teksten een negatief oordeel ik snap er niks van of maar die maken vaak een willekeuri ge indruk stom verhaal de meerduidigheid die inhe zijn uitsluitend te s tvragen of vragen waarover rent is aan li teratuur wordt door leer lingen geen disc uss ie mo gelijk is zie het themanum vaak niet herkend of stuit op weerstand mer over literatuurmethoden van lev e nde a ll een daarom al is het zaak de problemen talen nr 495 van leerli ngen met de tekst en hun vragen serieus te nemen en er expliciet op in te gaan het schema in dit art ikel kan leraren welli c ht in plaats van te zoeken naar antwoorden die van pas komen bijvoorbeeld als checklist bij de leraar op het oog heeft zouden zij gesti het beoordelen van de va ri atie in en com muleerd moeten worden te zoeken naar plexiteit van opdrachten of als bron voor het vragen die zij zichzelf als lezer ste llen enkele bedenken van vragen naar aanleiding van suggesties voor de praktijk gelezen literatuur laat leerlingen in groepjes vragen bedenken in het schema zijn vier activiteit e n opgeno bij gelezen literaire teksten benadruk dat de men die mijns inziens bijzondere aandacht leerlingen ge en schoolmeeste rtje moeten gaan verdienen problemen signaleren anticipe spelen maar dat het gaat om echte lezersvra ren reflecteren en transformeren deze acti gen de vragen kunnen door andere groepjes viteiten blijken niet of nauwelijks voor te op kwali teit beoordeeld en eventueel beant komen in de geob s e rv eerde lessen van beide woo rd w o rde n leraren en s core n ook laag in literatuur een mogelijke groep s opdracht bijvoorbeeld methoden voor de bovenbouw daarom bij het verhaal sprookje van kristien hem besluit ik met enkele suggesties voor deze merechts inventari seer alle open plekken in activiteiten het verhaal all e vragen waarop je als lezer geen antwoord krijgt winnaar is het groepje sugge s ti es v oor de praktijk dat de m eeste open plekken heeft gevonden een groepje fungee rt daarbij als ju ry problemen signaleren leerlingen kun nen soms geen touw vastknopen aan een anticiperen lezers hebben al voorafgaand gedicht of verhaal en komen dan al gauw tot aan het eigenlijke lezen all erlei verwachtin 1997 s moer 235 gen over de inhoud van een tekst flexibele slag kan opgenomen worden in het leesdos lezers zijn in staat hun verwachtingen tijdens sier en eventueel meetellen voor de leeslijst het lezen voortdurend bij te stellen door het een middel om leerlingen aan te zetten tot leesproces enigzins te vertragen kunnen leer reflectie op eigen leeservaringen is het lees lingen zich bewust worden van hun verwach journaal rijlaarsdam janssen 1992 de tingspatroon en van eventuele afwijkingen werkwijze is eenvoudig leerlingen lezen een van de verwachtingen die de tekst biedt boek en schrijven daarover een aantal keren suggesties in een schrift een keer voordat de leerling neem een stapel literaire boeken mee ver echt aan het boek begint twee keer tijdens schillende genres omslagontwerpen uitge het lezen en een keer als het boek uit is het vers etcetera laat leerlingen op grond van schrift wordt van tijd tot tijd ingeleverd bij de uiterlijk en informatie op de voorkant sta docent die leest het en reageert in de marges peltjes van gelijksoortige boeken maken met persoonlijke bemoedigende vragen en bespreek de resultaten inventariseer welke opmerkingen de leerlingen kunnen daar informatie de leerlingen over de boeken weer op reageren het leesjournaal kan dus hebben gekregen en welke criteria zij beschouwd worden als een vertrouwelijk gebruikten voor groepslidmaatschap gesprek op papier laat leerlingen een flaptekst of korte aankon diging verzinnen voor een boek dat zij ge t ran sfo rm e r en het herscheppen van de zien maar nog niet gelezen hebben lees het vorm of inhoud van een literaire tekst is een boek en bespreek daarna de verzonnen flap speelse creatieve activiteit die meestal voor teksten of aankondigingen welke verwach behouden blijft aan leerlingen in het basis tingen zijn uitgekomen welke niet onderwijs of de basisvorming en geen vervolg laat in een gedicht enkele woorden weg en vindt in de tweede fase van het voortgezet vraag leerlingen deze open plekken in te onderwijs mijns inziens ten onrechte bij vullen inventariseer de opbrengst op het transformeren kan gedacht worden aan aller bord geef leerlingen dan de gelegenheid hun lei vragen en opdrachten keuzes te veranderen en bespreek veranderin het maken van persiflages van bekende ge gen welke invullingen zijn het meest pas dichten voor sinterklaas send gezien eerdere strofen of ander werk het navertellen van beroemde klassieke ver van dezelfde dichter halen voor kinderen het maken van scenario s illustraties enzo reflecteren reflecteren wil zeggen naden voorts ken over eigen en andermans leeservaringen dergelijke opdrachten lenen zich ook heel en aanpak bij het lezen van een tekst deze goed voor samenwerking met andere vakken reflecties kunnen dus zowel productgericht bijvoorbeeld vreemde talen en voor het bijvoorbeeld reflecties op het gelezene en op nieuwe vak culturele en kunstzinnige vor interpretaties van een tekst als meer proces ming in de tweede fase van het voortgezet gericht zijn bijvoorbeeld reflecties op hoe je onderwijs literatuur leest en interpreteert veranderin gen in leesgedrag en dergelijke een paar noten en literatuu r suggesties wie kent niet de ervaring dat een geliefd i het onderzoek maakt deel uit van het ilo boek bij herlezing tegen blijkt te vallen of onderzoeksprogramma leren en instrueren dat een boek waar je bij eerdere pogingen van cognitieve strategieen niet doorheen kwam plotseling deuren voor je openzet herlezen kan een eye opener zijn 2 in de fragmenten zijn docentvragen gecursi voor ontwikkelingen in leessmaak laat leer veerd de symbolen n en i staan voor lingen een favoriet boek na enige tijd her docent en leerling wanneer meer leerlin lezen en vastleggen welke veranderingen zij gen aan het woord komen zijn zij aangeduid in hun leeservaring signaleren en waar zij die met ir i2 enzovoo rt stiltes zijn aangegeven veranderingen aan toeschrijven dit leesver in aantal seconden x sec korte aarzelinge n 236 moer 1997 5 of onderbrekingen door puntjes soms is ik niet authenticity in the l2 classroom amster een fragment ingeko rt dit is aangegeven met dam dissertatie 1993 vierkante haken geljon c literatuur en leerling een praktische didactiek voor het literatuuronderwijs bussum andringa e leeserv a ring wat maakt het uit coutinho 1994 leesprocessen bij het verhaal eb en vloed guilford j p the nature of human intelligente van f b hotz in andringa e d schram new york mcgraw hill 1967 red literatuur in fun ctie empirische literatuur janssen t verscheidenheid in eenheid en weten s chap in didactisch perspec tief houten eenheid in verscheidenheid twaalf docenten bohn stafleu van loghum i99o blz 27 50 nederlands over hun literatuuronderwijs in and ri nga e verbal data on li terary under de bovenbouw van xnvo en vwo in spiegel standing a proposal for protocol analysis on jrg 12 nr 3 1994 blz 7 43 two levels in poetics journal of empiri cal janssen t g rijlaarsdam approaches to research on literature th e media and the arts the teaching of literature a national survey of vol r9 1 990 blz 2 3 1 2 57 literary education in dutch secondary schools andri nga e talkmg about literature in an in r j kreuz m s macnealy eds empi instructional context an empiri cal approach rical approaches to literature and aesthetics nor in poetics journal of empirical res earch on wood new jersey ablex 1996 blz 5 13 539 literature the media and the arts vol zo no rijlaarsdam g t janssen reflectie op de 2 i99i blz 157 172 literaire competentie van de leerlingen aan de andringa e stra tegieen bij het lezen van hand van leesverslagen in moor w de literatuur in spiegel jrg 1 3 nr 3 1 995 blz m van woerkom red neem en lees literai 7 33 re competentie het doel van het literatuuronder dam van isselt j van he r name is uh dat weet wijs den haag nblc 1992 blz 209 223 ingezonden mededeling nascholingsaanbod r ijksuniversiteit g roningen 1997 98 studiedag begrijpend en studerend lezen in de basisvorming in de basisvorming en straks in het studiehuis wordt een groot beroep gedaan op de vaardigheden begrijpend en studerend lezen van leerlingen maar hoe kunnen deze vaardigheden worden vergroot en hoe kunnen we ervoor zorgen dat leerlingen de geleerde vaardigheden toepassen bij alle vakken op welke manier kunnen we extra ondersteuning bieden aan leerlingen die onvoldoende vaardig zijn groningen 11 november 1997 9 00 16 00 uur kosten 200 incl materiaal lunch koffie thee cursus leren lezen van poezi e op de vraag hoe poezie kan functioneren in het zich vernieuwende literatuuronderwijs wil de cursus pogen antwoord te geven via het aandragen van materiaal en het aanbrengen van ideeen groningen 6 bijeenkomsten 13 januari 17 februari 1998 dinsdags van 17 00 20 00 uur kosten 675 incl materiaal koe thee en warme maaltijd zesde studiedag nederlands centraal zullen staan ervaringen met het studiehuis het nieuwe examenprogrammaonderdeel argumenteren en de plannen van het cito voor het nieuwe examen nederlands groningen 13 maart 1998 10 00 17 00 uur kosten 100 incl materiaal koffie thee lunchen drankjes informatie en aanmeldin g mw n meijer van der kooi tel 050 363 6878 5858 1997 5 moer 237