Zo helder en toch zoveel fouten! Wat leren we uit psycholinguïstiek onderzoek naar werkwoordfouten bij ervaren spellers?

Publicatie datum: 2001-01-01
Collectie: 30
Volume: 30
Nummer: 3
Pagina’s: 3-20

Documenten

zo helderen toch zoveel fouten wat ieren we uit psycholinguistisch onderzoek naar werkwoordfouten bij ervaren spellers dominiek sandra frans daems steven frisson in deze bijdrage bespreken wij de resultaten van psycholinguistische experimenten waarin de oorzaken onderzocht worden van het ontstaan van spelfouten tegen de nederlandse werkwoorden bij spellers die de regels beheersen alvorens het onder zoek zelf te presenteren stellen we ons de vraag waarom de werkwoordspelling zulke grote aandacht geniet zowel in het onderwijs als bij het grote publiek wij stellen vast dat ook ervaren spellers zich vaker vergissen bij de spelling van een werkwoordvorm dan men op grond van de beschrijvingseenvoud van de regels zou verwachten in ons experimenteel onderzoek hebben wij getracht een antwoord te vinden op de vraag hoe dat komt ten slotte wijzen wij op enkele implicaties die ons onderzoek voor het onderwijs kan inhouden zware overtredingen werkwoordfouten hebben zelfs een eigen in de spelling naam gekregen dt fouten hoewel lang niet al deze fouten met het eindcluster dt te maken hebben sommige leerkrachten einig aspecten van de nederlandse nederlands hanteren zware sancties wan spelling zijn zo goed bekend bij het neer hun leerlingen zulke fouten in een grote publiek als de werkwoordspel schrijftaak maken ook ling bekend betekent overigens niet leerkrachten die andere noodzakelijk gekend want sommige vakken geven zoals de spelling van de ervaren schrijvers beheersen sommige aardrijkskunde biolo nederlandse regels van de werkwoordspelling kennelijk gie verlenen soms werkwoorden is niet d w z ze passen ze niet of verkeerd steun aan hun collega s berucht omdat ze toe zo schrijven veel studenten germaanse nederlands om op die een van de talen bij de aanvang van hun eerste kandi manier een collectieve grootste struikel datuur nog fouten van het type de onbe strijd tegen dt fouten te blokken in onze antwoordde vraag of de vergrootte foto ze voeren op overhorin spelling blijkt doen dat zelfs in een dicteetaak waarbij ze gen kunnen leerlingen te zijn voldoende tijd krijgen om over de toepas een onvoldoende halen sing van de regel na te denken wanneer op basis van zulke fou we schrijven dat de nederlandse werk ten zelfs bij een sterke beheersing van de woordspelling bekend is verwijzen wij voor vakinhoud er zijn weinig andere domeinen in al naar haar negatieve bekendheid de spel de spelling of de taal in het algemeen waar ling van de nederlandse werkwoorden is aan het onderwijs zoveel collectieve energie berucht omdat ze een van de grootste strui besteedt kelblokken in onze spelling blijkt te zijn jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang nn de maatschappelijke houding tegenover dit van de spelling enkel gememoriseerd kan soort fouten is niet verbazingwekkend een worden worden doorgaans als veel minder reflectie van die onderwijsattitude weinig erg ervaren daartussenin liggen woorden mensen maken zich er druk over of er een waarvan de spelling beregeld is maar die tussen n in een woord als waardemeter relatief complexe en weinig heldere regel moet staan of elektrode met een c of een k systemen impliceren waardoor spellers wel gespeld moet worden of cartesiaans met eens een fout kunnen maken de spelling een hoofdletter moet of niet de meesten van de tussen n is zo een regio binnen de steigeren echter wanneer iemand een werk nederlandse spelling we schrijven spinnen woordfout durft te spellen het verhaal van web omdat spin maar een meervoud heeft de sollicitatiebrief die in de prullenmand spinnewiel omdat spin hier geen substantief terechtkomt omdat er een dt fout in staat maar een werkwoord is waardemeter zal wel niet uit de lucht gegrepen zijn omdat er naast een meervoud op n ook werkwoordfouten worden niet ervaren als nog een meervoud op s bestaat paarde gewone spelfouten het zijn zware overtre bloem omdat niettegenstaande het unieke dingen tegen de spelling meervoud paarden de samenstelling de combinatie is van een diernaam en een waarom staan werkwoordfouten in zulk plantennaam en als geheel zelf een plant kwaad daglicht zijn er redenen waarom aanduidt het erger is om ik word foutief te spellen ik wordt dan het woord mensen kunnen er best mee leven dat spel waardemeter foutief als lers af en toe weetwoorden vergeten het waardenmeter te spel menselijke geheugen is nu eenmaal feilbaar de stilzwijgende len of het woord en dat spellers struikelen over regelwoorden afspraak lijkt onmiddellijk voor de waarvan de spelling tegen de achtergrond echter te zijn dat honderdste keer als van een complex stel regels moet worden een spelfout onmiddelijk te spellen geplaatst3 ze kunnen het echter moeilijk zwaarder door het antwoord op deze accepteren dat spellers fouten maken tegen weegt wanneer er vraag is uiteraard af precieze grammaticaregels waarvan er niet een precieze hankelijk van hoe we eens zoveel zijn en die bovendien op basis spellingregel aan het begrip erg om van een vergelijking met andere woorden het te spellen schrijven de stilzwij analogie telkens opnieuw teruggevonden woord ten gende afspraak lijkt kunnen worden bijvoorbeeld in de der echter te zijn dat een de persoon onvoltooid tegenwoordige tijd grondslag ligt zwaarder spelfout vindt naar analogie met loopt kortom van doorweegt wanneer er spellers wordt getolereerd dat hun geheu een precieze spellingre gen hen soms in de steek laat maar niet gel aan het te spellen woord ten grondslag dat ze hun grammaticaregels niet toepas ligt woorden waarvan de spelling op een sen duidige wijze van een stel regels kan wor den afgeleid rege woorden zoals ze in de dat komt overeen met een onderscheid dat spellingdidactiek genoemd warden zijn taalkundigen vaak maken tussen het lexicon vanuit een dergelijke optiek woorden waar wat ze definieren als de lijst van alle niet tegen geen fouten mogen worden gemaakt voorspelbare vormen en de grammatica wie immers de regels kent en consequent alles wat met behulp van regels is vastge toepast kan nooit fouten maken legd in tegenstelling tot het spellen van weetwoorden waarvoor de speller per fouten tegen zogenaamde weetwoorden definitie op zijn woordgeheugen of mentale parallelogram onmiddellijk weids waar lexicon moet terugvallen doet hij bij het 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001 spellen van regelwoorden die grammaticaal verwachte staat tussen een lidwoord en beregeld zijn een beroep op grammaticale een substantief en verbogen adjectieven kennis aangezien grammaticale analyse het achtervoegsel e krijgen groen groe een analytische houding tegenover taal ver ne dus ook verwacht verwachte de spe eist worden dt fouten daarom doorgaans cifieke vormgeving van de regels is wellicht beschouwd als een indicatie dat de speller niet dwingend men had ook andere even niet goed kan nadenken gebrekkig ab logische regels kunnen opstellen 4 maar stractievermogen of onvoldoende nage over de taalkundig heldere beschrijfbaarheid dacht heeft oppervlakkige schrijver ervan kan geen twijfel bestaan wie de werkwoordspelling in het neder op welke regels zijn de toepassingen in de lands vanuit het perspectief van een taal bovenstaande voorbeelden nu gebaseerd kundige bekijkt moet zowel de stam als de achtervoegsels in de aangezien het toegeven op taal vervoeging van de nederlandse werkwoor grammaticale kundig beschrijvend den volgen spelregels met eenzelfde logica vlak vormen de werk gebruik voor dezelfde eenheid van vorm en analyse een woorden inderdaad betekenis of voor dezelfde eenheid van analytische een van de meest hel vorm en grammaticale functie altijd dezelfde houding tegenover der en ondubbelzinnig spelling bijvoorbeeld overal paard ook in taal vereist beregelde domeinen in vormen waar je iets anders dan d hoort worden dt fouten de nederlandse spel zoals in paard en paardje wegens de vorm daarom doorgaans ling een aantal voor paarden overal het achtervoegsel te of beschouwd als beelden maakt dat de in de onvoltooid verleden tijd of je t of een indicatie dat meteen duidelijk in hij d van het achtervoegsel kan horen of niet de speller niet wordt is de gemo wachtte wegens werkte wendde wegens goed kan naden tiveerd door de vorm kende deze systematische koppeling tus ken of onvoldoen worden en de door sen spelling en vorm betekenis eenheden andere derdepersoons noemt men het morfologisch principe van de nagedacht vormen als hij werkt in het nederlands dit heeft de vorm het gebeurt morfologisch principe er zijn schrijven we geen manifesteert zich niet omdat er in de overeenkomstige infinitief enkel in de spelling van storingsbronnen in gebeuren geen voorkomt die de werkwoorden maar ons taalverwer wordt dan weer wel gespeld in het is het is ook heel sterk kingssysteem aan gebeurd omdat het achtervoegsel bij een aanwezig in de spelling wezig die werk voltooid deelwoord gebaseerd is op de van substantieven en woordfouten overeenkomstige vorm in de onvoltooid ver adjectieven hoed met veroorzaken zelfs leden tijd gebeurde we schrijven hij wegens hoeden bij goede regel wachtte met een dubbele de eerste goed wegens goede beheersing die komt van het werkwoord wachten de storingsbronnen tweede van het achtervoegsel voor de het principe vertegen verklaren het onvoltooid verleden tijd vgl werkte wij woordigt in wezen een ontstaan en de schrijven daarentegen hij lachte met slechts streven naar constantie een omdat er geen in de stam van hardnekkigheid in de spelling van bete het werkwoord lachen voorkomt en dus keniseenheden5 daar van deze fouten enkel het achtervoegsel een levert ook om is het vanuit het in het lang verwachte succes staat slechts beschrijvend standpunt van taalkundigen een omdat de werkwoordvorm hier de een optimaal transparante constructie wie functie van een bijvoeglijk naamwoord heeft een analyse kan maken van de onderdelen jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang nit van een werkwoord de zogenaamde morfe regelkennis niet steeds tot een correcte men dat zijn die pakketjes van vorm en spelling leidt betekenis of van vorm en grammaticale functie zou dus nooit een fout mogen in het onderzoek waarvan we verderop de maken tegen de spelling ervan als iemand resultaten presenteren vroegen we ons af toch een fout maakt dan komt dat omdat hoe het mogelijk is dat ook nog zoveel fou hij de regels niet voldoende begrijpt of ten worden gemaakt in deeldomeinen van beheerst het psycholinguistisch onderzoek de werkwoordspelling waarvan we mogen dat wij aan de universiteit antwerpen heb aannemen dat de speller wel een goede ben uitgevoerd laat zien dat die verklaring regelbeheersing heeft opgebouwd met niet klopt er zijn storingsbronnen in ons andere woorden wat verklaart die hardnek taalverwerkingssysteem aanwezig die werk kigheid van werkwoordfouten woordfouten veroorzaken zelfs bij goede regelbeheersing die storingsbronnen ver de stelling dat werkwoordfouten ook bij klaren het ontstaan en de hardnekkigheid ervaren spellers voorkomen poneren wij van deze fouten niet zomaar maar leiden we af uit de vast stelling dat deze fouten overal te vinden zijn in teksten van universiteitsstudenten in e mails van hun professoren in kwaliteitskran observaties van ten en dito weekbladen romans teksten werkwoordfouten in teksten van de minister van onderwijs ondertitelin gen van films advertenties teksten op van ervaren spellers websites enz wie zelf geregeld teksten schrijft weet dat hij zij bij het intikken het feit dat onderwijsmensen veel energie opschrijven van werkwoordvormen soms besteden aan het bestrijden van werk eerst de verkeerde vorm produceert en pas woordfouten en de vaststelling dat dergelij in tweede instantie zichzelf op de fout ke fouten ondanks deze volgehouden betrapt soms betrappen we onszelf inspanningen ook nog in de teksten van onmiddellijk bijna reflexmatig zoals we een ervaren schrijvers voorkomen onderstrepen verspreking soms meteen corrigeren maar twee van elkaar te onderscheiden aspecten het taalmechanisme heeft de fout wel van het probleem van de nederlandse geproduceerd en dus zijn er processen werkwoordvormen operationeel die zulke fouten in de hand werken soms ontdekken we de fout echter 1 een verwervingsprobleem pas bij het nalezen de regels zijn weliswaar helder vanuit het perspectief van iemand met een dat de meest ervaren spellers zich wel eens zeker taalkundig abstractievermogen kunnen vergissen blijkt uit het van dale maar voor veel jonge spellers zijn ze woordenboek vanaf de 10e editie tevoren blijkbaar in bepaalde opzichten te ab niet waar we een werkwoordfout vinden stract of te weinig inzichtelijk of iets onder het lemma vermijden vermijdt alles dergelijks wat de maag prikkelt terwijl hogerop in het lemma in een ander voorbeeld wel de cor 2 een verwerkingsprobleem recte vorm staat vermijd de verleiding het foutrisico bij ervaren spellers ligt hieronder volgen voorbeelden van diverse hoger dan normaal wat suggereert dat foutentypes die wij in de hierboven er zelfs bij voldoende regelkennis facto genoemde teksttypes genoteerd hebben ren aan het werk zijn waardoor die geen enkel voorbeeld is verzonnen nil 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001 voorbeelden van foutentypes 1 eerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd ott derde persoon enkelvoud ott ik weet echter niet wanneer ik verwacht wordt van dat overdreven vertalen wordt ik pas echt niet goed je verdere suggesties begrijp ik niet altijd maar ik wordt graag overtuigd 2 derde persoon ott voltooid deelwoord wat bedoeld men precies met maar het feit dat kennis steeds sneller verouderd is ook een niet te ontken nen factor een modale man uit een modaal gezin in een modale wijk ontdekt dat zijn vrouw of omgekeerd natuurlijk vreemd gaat en vermoord per ongeluk zijn vrouw als ze thuiskomt na zich de nodige moed ingedronken te hebben zij past het totale aantal uren aan maar verrekend waarom willen we weten watermiljoenen kilometers hie rvandaan gebeurd terwijl we nog niet weten wat er 500 meter onder de zeespiegel gebeurd 3 tweede persoon enkelvoud ott eerste persoon voltooid deelwoord het zou goed zijn als jij tegen dan het gesprek voorbereid in volgende zin maar het lijkt me datje het ook zonder mij wel red 4 voltooid deelwoord derde persoon ott misschien is dit nogal cru opgevat en verwoordt doch het ligt niet ver meer van ons ire die tabel staan de volgende tewerkstellingspercentages als lesgever ver meldt voor de coordinatoren dit natuurlijk evenwicht kan gemakkelijk verstoort worden door ongewone gebeurtenissen zoals niet natuurlijk ingrijpen van de mens 5 gebiedende wijs enkelvoud derde persoon enkelvoud ott verwijder godsdienst welke ook en zedenleer uit het programma en biedt het zoals tekenen en muziek buiten de school aan schaf die toelatingsexamens af en biedt middelbare scholieren een verplich te maar niet bindende selectieproef aan waarmee ze zelf hun slaapkansen kunnen inschatten schrijf ei in in onze svm database of houdt ons op de hoogte van uw mening over onze site koop nu een pentax en wordt miljonair jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang mn psycholinguistisch onderzoek 2 omdat homofone vormen op twee naar wetmatigheden bij spel manieren gespeld kunnen worden ter fouten tegen de werkwoorden wijl niet homofone vormen dat slechts op een manier kunnen kan de speller de twee spellingvormen onderling ver in ons onderzoek richtten wij onze aandacht warren niet omdat hij de regel niet in het bijzonder op de spelling van de eerste beheerst maar omdat hij door het versus derde persoon ott van werkwoor bestaan van een alternatieve vorm een den waarvan de stam op een d eindigt concurrent in de war wordt gebracht treed treedt en op de spelling van de der de persoon enkelvoud ott versus het door spelfouten te bestuderen bij ervaren voltooid deelwoord van werkwoorden waar spellers waarvan mag worden aangenomen van de stam niet op een d eindigt dat zij de morfologische en syntactische gebeurt gebeurd zoals uit de voorbeelden analyse kunnen uitvoeren kunnen we beide blijkt geven deze twee contrasten aanlei verklaringsmogelijkheden uit elkaar houden ding tot zogenaamde homofone vormen dit was de doelstelling van ons onderzoek d w z vormen die eenzelfde uitspraak heb kunnen werkwoordfouten ontstaan uitslui ben maar toch verschillend gespeld wor tend door de aanwezigheid van verwarren den precies hieruit blijkt de sterke morfolo de vormen in het woordgeheugen verkla gische fundering van de nederlandse ring 2 en dus niet ten gevolge van een spelling geschreven woorden geven niet zwakke regelbeheersing verklaring 1 uitsluitend de klanken van een woord weer maar tevens de onderliggende morfologie om deze vraag te bestuderen voerden wij diverse psycholinguistische experimenten men hoeft geen onderzoeker te zijn om zich uit al onze experimenten leidden tot de te realiseren dat werkwoordfouten zich zelfde conclusie omdat het niet de bedoe vooral en vrijwel exclusief voordoen bij ling van deze bijdrage is om de diversiteit deze homofone vormen iedere neder van onderzoeksdetails en methodes te landstalige weet dat een moedertaalspreker bespreken zullen we ons vooral richten op van het nederlands wel een fout als ik wordt de resultaten van een onderzoeksmethode kan schrijven maar veel minder kans heeft die het dichtste aansloot bij een taak die in om een fout als hij spreek te schrijven tenzij het taalonderwijs goed bekend is het dic ten gevolge van het snel intikken van een tee tekst met andere woorden hoorbare ver schillen in de morfologische bouw van een achttienjarigen in het aso kregen een blad woord leiden zelden tot spelfouten niet aangeboden waarin woorden ontbraken hoorbare verschillen daarentegen blijken hun taak bestond erin om de proefleider voor moeilijkheden te zorgen dit contrast voorlezer niet de leerkracht te volgen en kan theoretisch op twee verschillende wij ontbrekende woorden meteen op te schrij zen verklaard worden ven als ze die hoorden de ontbrekende woorden waren niet enkel werkwoordvor 1 omdat de correcte spelling van homo men maar ook moeilijke weetwoorden fone vormen morfologische en syntac zodat de leerlingen zich niet exclusief op de tische analyse vereist terwijl de spelling werkwoordspelling zouden richten het van niet homofone vormen dat niet leestempo lag voldoende hoog zodat er doet demonstreren de spelfouten te geen tijd was voor uitvoerige controle ach gen homofone vormen een zwakke teraf dat was ook de bedoeling deze leer beheersing van deze analytische capa lingen kenden de regels maar wij wilden de citeit hypothese toetsen dat zij in bepaalde vii 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001 omstandigheden toch volgens een bepaal uitgang bepaalt het onderwerp bij ver de systematiek spelfouten maakten de voegde werkwoorden het hulpwerk tijdsdruk in het experiment was dus woord bij voltooid deelwoorden hoe bedoeld om processen aan het licht te groter het foutriciso brengen waarvan de sporen in een normale dicteecontext met veel aandacht voor de 3 wanneer er tussen het onderwerp en taalvorm door bewuste verificatie controle een persoonsvorm ott een woord achteraf kunnen worden uitgewist wij wil staat waarvan de grammaticale eigen den op die manier het spontane schrijfge schappen niet overeenstemmen met drag zoveel mogelijk benaderen die van het onderwerp stijgt het foutrisi co er worden meer fouten gemaakt in bij dat schrijfproces is de aandacht van de zinnen als omdat ik niet graag in schrijver voornamelijk op de inhoud gericht onderhandeling treed dan tegen zinnen en dus ten gevolge van beperkingen op de als omdat ik niet graag in onderhan omvang van het werkgeheugen in mindere delingen treed dit suggereert dat de mate op de spelling wij wilden aantonen dat eigenschap van een tussenliggend in een dergelijke situatie bepaalde factoren enkelvoudig naamwoord onderhande aan het werk zijn die aanleiding geven tot ling het kenmerk derde persoon wetmatige patronen in spelfouten tegen de enkelvoud signaleert wat in tegen werkwoordvormen de experimentele taak spraak is met de grammaticale eigen bleef natuurlijk wel een variant van een dic schappen van het voornaamwoord ik teetaak zodat onze gegevens de aantallen spelfouten in een normale schrijfsituatie nog onze resultaten wijzen op de bijdrage van kunnen onderschatten de taak gaf echter twee soorten geheugensystemen bij de aanleiding tot voldoende hoge foutenaantal spelling van werkwoordvormen 1 het len tot 40 om tot inzichten te komen in woordgeheugen of mentale lexicon en 2 onderliggende spellingprocessen bovendien het werkgeheugen het effect van het werk kan de systematiek achter deze fouten in geheugen blijkt uit de vaststelling dat de een dicteecontext niet verklaard worden woorden die tussen de werkwoordvorm en door een onvoldoende beheersing van de het onderwerp hulpwerkwoord staan het regels door de proefpersonen zie verderop foutrisico beinvloeden het aantal tussenlig gende woorden en de aard van die woor de belangrijkste effecten van dit onderzoek den beinvloeden de kans dat de speller de laten zich gemakkelijk samenvatten en gel grammaticale informatie verliest die hij voor den voor beide types grammaticale con het bepalen van de correcte uitgang nodig trasten die we hierboven genoemd hebben heeft snel verdwijnen van de informatie is een typische eigenschap van het werkge 1 het foutrisico wordt bepaald door de heugen vergelijk dit met het niet lang kun frequentie waarmee elk van beide nen onthouden van een pas opgezocht homofone vormen voorkomt het fout telefoonnummer door informatieverlies in risico is groter voor de vorm die met de het werkgeheugen krijgen andere geheu laagste frequentie in geschreven tek genprocessen een grotere kans om het sten voorkomt bijvoorbeeld de eerste grammaticale spellen te verstoren en tot persoon als de dt vorm de frequentste spelfouten aanleiding te geven die andere is de derde persoon als de d vorm de processen situeren zich in het woordgeheu frequentste is gen of het mentale lexicon 2 hoe groter de afstand tussen de werk in het mentale lexicon worden alle woorden woordvorm en het woord dat de van een taal opgeslagen daar leggen taal jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang nit 10 gebruikers vast hoe een woord klinkt hoe hulp van regels worden afgeleid voor het geschreven wordt of het een naam beelden zijn bot botten boot boten ik woord of werkwoord is wat het betekent word hij wordt het gebeurt het is gebeurd voor velen is dit mentale lexicon de verza in de spellingdidactiek verwijst men vaak meling van alle niet voorspelbare woorden naar dit contrast met behulp van de termen in een taal niemand kan voorspellen dat weefwoorden en regelwoorden het lijkt bij het woord stoel in het nederlands zal voor na vanzelfsprekend dat vooral weetwoorden komen er zijn echter moeten worden gememoriseerde waarom woordvormen die per zouden we ons geheugen belasten met werkwoordfouten fect voorspelbaar zijn regelwoorden als er immers regels bestaan zijn niet te ver als men reeds een ver om telkens opnieuw de juiste vorm te bepa mijden omdat de zameling woordvormen len meer nog aangezien we de vorm meest geoefende geleerd heeft wie slechts correct kunnen spellen als we de spellers die de geleerd heeft dat wer regel toepassen het gebeurt versus het is regels wel ken aanleiding geeft tot gebeurd zou het absurd zijn om bij het beheersen nog hij werkt en slapen spellen op ons woordgeheugen te vertrou steeds ten prooi geven en slikken tot hij wen waar dan immers twee verschillende slaapt hij geeft en hij spellingpatronen voor de te spellen klank kunnen vallen aan slikt kan daaruit regels vorm aanwezig zouden zijn word wordt de sterkte van de afleiden die voorspellen gebeurt gebeurd geheugensporen dat werkwoorden als voor homofone boren en dragen aan toch lijkt het er sterk op dat onze onder vormen in hun leiding zullen geven tot zoeksresultaten enkel zinvol geinterpreteerd mentale lexicon hij boort en hij draagt kunnen worden als we aannemen dat het theoretisch gesproken mentale lexicon ook regelwoorden zoals is het dus niet nodig regelmatig vervoegde werkwoorden bij om woorden die vanuit regels voorspelbaar houdt anders kunnen we niet verklaren zijn ook nog eens op te slaan psycho waarom de meest frequente vorm vaker linguisten hebben daarom lange tijd correct gespeld wordt en dus meer aanlei gedacht dat we de verschillende verbui ding geeft tot spelfouten tegen de minst fre gings en vervoegingsvormen van regelma quente vorm dan omgekeerd merk op dat tige woorden niet in ons lexicon opslaan dit effect van frequentie van voorkomen niet maar dat we volstaan met het opslaan van de frequentie van de uitgang zelf weerspie de regels taaldidactici en onderwijsmensen gelt zo komt dt als werkwoorduitgang hebben daarom veel aandacht besteed aan vaker voor dan d dat blijkt uit de bevin het aanleren van verbuigings en vervoe ding dat het frequentie effect niet altijd tot gingsregels bijvoorbeeld voor de vorming hetzelfde type spelfouten leidt bij die werk van verkleinwoorden of van werkwoordvor woorden waar de vorm voor de derde per men soon vaker voorkomt dan die voor de eer ste persoon vinden we voornamelijk fouten dit contrast tussen voorspelbare en niet bij de spelling van de eerste persoon bij voorspelbare vormen is niet enkel in de werkwoorden waar de ik vorm het meest gesproken taal aanwezig maar bestaat ook voorkomt doen de meeste fouten zich voor op het vlak van de spelling de spelling van bij de spelling van de derde persoon sommige woorden volgt niet uit regels en moet derhalve gememoriseerd worden het feit dat het dominante type spelfout voorbeelden zijn onmiddellijk parallello varieert van werkwoord tot werkwoord en gram gynaecoloog de spelling van andere daarbij de frequentierelatie tussen de homo woorden daarentegen kan perfect met be fone vormen weerspiegelt leidt tot de conclu ltii 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001 sie dat de homofone vormen van een werk op te schrijven juist omdat de speller woord regelwoorden dus in het mentale geneigd is de meest frequente vorm op te lexicon opgeslagen worden het allerminste schrijven kan hij in veel gevallen ook de wat we moeten besluiten is dat de meest juiste vorm opschrijven bijvoorbeeld wordt voorkomende vorm opgeslagen ligt daar in hij wordt ook zonder enige regel te heb gaat immers de storing vanuit hoewel we dit ben toegepast wanneer die vorm echter vanuit taalkundig perspectief misschien niet niet in de grammaticale context past maakt meteen zouden verwachten klinkt het zeer de speller een werkwoordfout bijvoorbeeld acceptabel vanuit psychologisch perspectief wordt in ik wordt wellicht hebben taalgebruikers geen bewuste controle over wat hun geheugen bijhoudt en en dit is dan meteen de paradox werk wat niet het geheugen legt autonoom vast woordfouten zijn in het nederlands niet te wat het individu in de werkelijkheid waar vermijden omdat de meest geoefende spel neemt woorden in dit geval hoe vaker een lers die de regels wel bepaalde werkwoordvorm waargenomen beheersen nog steeds onze onderzoeks wordt hoe sterker het geheugenspoor ervoor ten prooi kunnen vallen resultaten laten wordt binnen dit perspectief is het ontstaan aan de sterkte van de van sterke geheugensporen voor vormen als geheugensporen voor zien dat een al te wordt en gebeurd een normaal verschijnsel homofone vormen in extreme houding dat volgt uit de werking van het menselijke hun mentale lexicon ten aanzien van geheugen de vormen wordt en gebeurd hoewel we zouden wil werkwoordfouten worden namelijk met een veel hogere fre len hopen dat geoefen onrealistisch is in quentie geschreven en gelezen dan word en de spellers na verloop elk geval kan men gebeurt van tijd helemaal geen uit een werk risico meer lopen op woordfout niet dit frequentiegevoelige proces dat aan de het maken van werk afleiden dat de vorming van geheugensporen ten grondslag woordfouten zullen zij speller de vereiste ligt verklaart nu echter ook de hardnekkig sterk gevoelig blijven grammaticale ken heid van werkwoordfouten in het neder voor de frequentie lands ervaren spellers zijn per definitie taal waarmee woordvor nis niet beheerst of gebruikers die al veel teksten hebben men in de geschreven dat hij minder geschreven en gelezen en die dus geheu taal voorkomen pre intelligent zou zijn gensporen hebben opgebouwd voor de cies omdat zij veel met homofone vormen van werkwoorden dat geschreven taal in aan geldt tenminste voor werkwoordvormen die raking zijn gekomen daarom zullen werk met voldoende hoge frequentie voorkomen woordfouten zich zelfs bij de beste schrij het is denkbaar dat de meeste spellers vers automatisch opdringen tijdens het geen geheugensporen hebben van vormen spontane opschrijven van homofone werk als verbeid en verbeidt of ontbied en ont woordvormen in het nederlands hoe meer biedt omdat die nauwelijks in teksten voor iemand immers geschreven en gelezen komen de aanwezigheid van sterke heeft des te meer hebben er zich frequen geheugensporen zal er echter toe leiden dat tiegevoelige geheugensporen gevormd ze spelfouten gaan maken de werkwoord regels houden immers geen rekening met in daems 2000 en in frisson sandra te de frequenties van de homofone vormen versch hebben we een vergelijking maar met de grammaticale context terwijl gemaakt van de foutenpatronen van 18 jari het woordgeheugen uitsluitend rekening ge ervaren spellers met die van leerlingen houdt met de frequentie en de speller ertoe van de laatste klas van de lagere school en zal aanzetten om de meest frequente vorm de eerste klas van het secundair onderwijs jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang nit of hetzelfde frequentie effect ook bij de 12 implicaties van ons onder 13 jarigen speelt valt minder gemakkelijk zoek voor het onderwijs uit te maken omdat er onvoldoende betrouwbare frequentiegegevens over de taal voor en door deze leeftijdsgroep uit onze onderzoeksresultaten kunnen we bestaan toch wijst het foutenpatroon van enkele conclusies voor het onderwijs trek deze jonge spellers reeds op de storende ken zowel op het vlak van attitudes als op invloed van het woordgeheugen frisson het vlak van didactiek sandra te versch wat daarnaast echter sterk in het oog sprong was dat de fouten van de 12 en 13 jarigen er voornamelijk in attitudes bestaan om overal d vormen te schrijven zowel bij de oppositie d dt als bij de de houding van sommige leerkrachten oppositie d t word wordt gebeurd tegenover werkwoordfouten gaat van niet gebeurt het lijkt alsof ze de gelijkvormig begrijpen tot onverdraagzaamheid werk heidsregel hoed wegens hoeden veralge woordfouten zijn absoluut uit den boze en meend toepassen in plaats van de signaleren volgens hen een gebrek aan werkwoordregels grammaticale kennis bij de speller een gebrek aan intelligentie een grote slordig anderzijds weten we dat de kinderen van heid of een combinatie van deze eigen de vijfde en zesde klas lager onderwijs schappen wie nadenkt over vormen waar slechts een heel klein aantal werkwoordvor van de spelling door heldere regels men met enige frequentie schrijven in vrije vastgelegd wordt kan immers geen fouten opstellen met een frequentie van ten min maken dat verklaart wellicht waarom niet ste 9 op een totaal van 84 000 werkwoord enkel leerkrachten nederlands maar ook vormen vinden we slechts 7 werkwoorden hun collega s van andere vakken een grote in de oppositie d dt ijver aan de dag leggen om werkwoordfou leerkrachten antwoorden houden rij ten te bestrijden leerlingen die ze maken den verbranden ver verliezen punten soms veel punten ook al mogen gerust heeft het testen van spellingkennis niets met moorden vinden wor doorgaan met de toets zelf te maken den in de oppositie d t werkwoordfouten vinden we slechts 14 te signaleren werkwoorden beleven onze onderzoeksresultaten laten zien dat moeten dat zelfs beloven betalen gebeu een al te extreme houding ten aanzien van doen maar ren ontvoeren verande werkwoordfouten onrealistisch is in elk dienen daarbij wel ren verbazen verdelen geval kan men uit een werkwoordfout niet de nodige soepel verdwalen verjagen ver afleiden dat de speller de vereiste gramma heid in acht te jaren vertellen verzor ticale kennis niet beheerst of dat hij minder nemen gen vervelen naarmate intelligent zou zijn ons onderzoek demon de kinderen ouder wor streert immers dat spelfouten tegen de den zullen ze met groei werkwoorden niet noodzakelijk het gevolg ende aantallen en meer verschillende werk zijn van gebrekkige kennis maar een onver woordvormen in aanraking komen en zullen mijdelijk gevolg zijn van de werking van het de frequenties daarvan toegroeien naar die woordgeheugen werkwoordfouten weer van de ervaren spellers omdat de geheu spiegelen een normaal effect van dat gensporen in samenhang met de groeiende woordgeheugen en het is daarom niet frequenties zullen evolueren veronderstellen realistisch om te eisen dat spellers nooit we bijgevolg dat ook het foutenpatroon met zulke fouten mogen maken als een sys de toenemende leeftijd zal evolueren teem fouten van een bepaald type kan nit 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001 produceren dan kan men met statistische wanneer het eerste alternatief op grond van zekerheid voorspellen dat er ooit wel een diagnose kan worden uitgesloten spreken foutje door de mazen van het net glipt wij de tweede mogelijk d w z de bewuste controle van de speller heid onzorgvuldige het zal dus aan de verschalkt een volstrekte intolerantie is dan speller niet tegen inte ook onrealistisch gendeel onze resul leerkracht zijn om taten leiden precies tot te differentieren zeggen wij nu dat werkwoordfouten zonder de conclusie dat tal tussen enerzijds meer moeten mogen concluderen wij op van werkwoordfouten spellers die occa basis van ons onderzoek dat leerkrachten ontstaan omdat het sioneel een foutje hun leerlingen niet meer mogen wijzen op woordgeheugen de maken omdat hun werkwoordfouten en hen ook niet meer kans heeft gekregen geheugen nu een mogen sanctioneren als ze er maken om zijn invloed uit te maal zo werkt en neen het spreekt voor zich dat de spelling oefenen en dus de tot fouten aanlei van een taal een stelsel afspraken is en dat bewuste aandacht bij ding geeft en men zich zoveel mogelijk aan die afspraken de speller voor de anderzijds spellers moet houden zoals automobilisten zich aan grammaticale regels te de verkeersregels moeten houden gering is geweest de die vaak fouten leerkrachten mogen gerust doorgaan met kwalificaties lui slor maken omdat ze werkwoordfouten te signaleren moeten dat dig worden door geen of onvol zelfs doen maar dienen daarbij wel de ons bewust niet in de doende aandacht nodige soepelheid in acht te nemen de mond genomen omdat opbrengen voor de beste speller kan al eens een fout maken dergelijke kwalificaties spellingregels blijkt uit ons onderzoek enkel door leerkrachten kunnen worden uitge anders is het echter gesteld wanneer een sproken op grond van een veel bredere ken speller geregeld werkwoordfouten maakt nis van de leerling dan enkel de informatie dat kan op twee alternatieve fenomenen over zijn spelfouten wij hanteren daarom de wijzen ten eerste de speller beheerst de meer neutrale formulering onvoldoende regels niet wat in principe vastgesteld moet bewuste aandacht voor de regel kunnen worden door een diagnostische toets al dan niet met dictee we zeggen in werkwoordfouten ontstaan omdat onbe principe omdat de toetsen die voorhanden wuste processen in het mentale lexicon een zijn bijvoorbeeld vanderlocht ghesquiere kans hebben gekregen ten gevolge van 1998 juist geen rekening houden met fre onvoldoende aandacht voor de spellingre quentie een toets die in de foutanalyse niet gel terwijl dit proces zich bij elke speller zal onderscheidt tussen hij vind d frequenter voordoen tijdens het spontane schrijven dan dt en hij word dt frequenter dan 0 12 en omdat de fouten als het ware een natuurlij dan toch zegt dat een leerling fouten maakt ke reflex zijn van het woordgeheugen zul tegen de persoonsvorm derde persoon len er grote verschillen optreden tussen tegenwoordige tijd kan dus niet uitmaken leerlingen op basis van de foutenaantallen in of het om gebrekkige regelbeheersing of de afgewerkte tekst terwijl werkwoordfou iets anders gaat het alternatief is dat de ten bij de ene speller relatief uitzonderlijke speller onvoldoende aandacht aan de missers zijn die af en toe aan het proces regels besteedt en dat hij te weinig moeite van bewuste aandacht ontglippen zullen ze doet om de storende invloed uit het woord bij de andere speller courante missers zijn geheugen te onderdrukken hij zij is omdat hij zij nauwelijks bewuste aandacht gewoon slordig lui onaandachtig zullen opbrengt voor de spellingregel hoewel leerkrachten zeggen hij zij die wellicht wel kent jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang nit 14 het zal dus aan de leerkracht zijn om te dif gericht is bij het schrijven van teksten moet ferentieren tussen enerzijds spellers die de aandacht immers verdeeld worden over occasioneel een foutje maken omdat hun verschillende aspecten van de geschreven geheugen nu eenmaal zo werkt en tot fou taal inhoud zinsbouw stijl spelling enz ten aanleiding geeft spellers maken spel dit in tegenstelling tot een dicteesituatie fouten zoals sprekers versprekingen waar de aandacht maximaal op de spelling maken en anderzijds spellers die vaak fou zelf is gericht ten maken omdat ze geen of onvoldoende aandacht opbrengen voor de spellingregels aangezien de aandachtscapaciteit beperkt daarom is het problematisch om te spreken is en die beperkte aandacht tijdens het over attitudes tegen schrijven nog eens over diverse aspecten wie weet hoe over werkwoordfouten verdeeld wordt kan worden voorspeld dat het is beter om te de aandacht voor spellingregels te gering werkwoordfouten spreken over attitudes zal zijn om storende automatische proces ontstaan weet dat tegenover types spel sen te onderdrukken zoals reeds herhaal ze onvermijdelijk lers immers elke ver delijk gezegd gaat die storende invloed bij zijn tijdens het algemening leidt tot het spellen van werkwoordvormen uit van spontane schrijf absurde uitspraken de het mentale lexicon omdat het wellicht niet proces maar weet attitude dat elke spel doenbaar is om de aard van het schrijfpro tegelijk hoe ze fout tegen de werk ces zelf te beinvloeden kan de oplossing zoveel mogelijk woorden volstrekt on niet zijn leerlingen te trainen om meer aan voorkomen of acceptabel is is in dacht op te brengen voor werkwoordvor hersteld kunnen derdaad absurd het men tijdens het spontane schrijfproces al worden andere extreem name sluiten wij niet uit dat sommige spellers in lijk de attitude dat alle staat zijn om tijdens het schrijven zelf reeds spelfouten tegen de meteen gevaarwoorden te herkennen en werkwoorden acceptabel zijn alles mag is de aandacht ervoor te verhogen even absurd wie weet hoe werkwoordfou ten ontstaan weet dat ze onvermijdelijk zijn het lijkt ons meer realistisch om leerlingen tijdens het spontane schrijfproces maar van de noodzaak te doordringen om hun weet tegelijk hoe ze zoveel mogelijk voorko teksten met de nodige aandacht na het men of hersteld kunnen worden dit laatste opschrijven te herlezen en de werkwoord heeft niet meer met attitude te maken maar spellingen te verifieren hier ligt precies een met didactiek van de essentiele verschillen tussen geschre ven en gesproken taal een lezer krijgt een tekst pas te zien wanneer de schrijver die didactiek 13 tekst aflevert een spreker daarentegen kan niet eerst zijn zinnen voor zichzelf uitspreken de hoofdconclusie van het psycholin en pas later doorsturen naar de luisteraar guistisch onderzoek is dat werkwoordfou schrijvers hebben dus de mogelijkheid om ten ontstaan omdat processen in het men fouten alsnog te corrigeren in die zin kunnen tale lexicon de bewuste aandacht van de we de analogie die we hierboven maakten speller te snel af zijn als deze conclusie tussen spelfouten en versprekingen niet over klopt dan kunnen werkwoordfouten enkel de hele lijn doortrekken spelfouten tegen de worden aangepakt door in te grijpen op dit werkwoorden ontstaan inderdaad tijdens het niveau van bewuste aandacht het pro proces van het spontane spellen zoals ver bleem is echter dat tijdens het spontane sprekingen ontstaan tijdens het spontane schrijfproces de bewuste aandacht vaak spreken schrijvers kunnen hun teksten ech niet in voldoende mate op de spelling zelf ter nog nalezen wit 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001 dit lijkt op het intrappen van een open deur blemen kunnen brengen in de naleesfase natuurlijk moeten schrijvers hun teksten als een fout gespelde vorm nu juist de nalezen het punt is echter niet zozeer dat meest frequente is en die kans is groot de schrijver zijn teksten moet nalezen maar dan zal de nalezer daar ook makkelijker dat hij ze moet nalezen met verschillende overheen lezen momenteel zijn wij hier objectieven voor ogen over nieuw onderzoek aan het verrichten de ene keer met de aan het lijkt ons meer dacht maximaal op de werken met gevaarwoorden houdt in dat realistisch om inhoud bijvoorbeeld ar kinderen oefenen op de vraag of ze bij een leerlingen van de gumentatie de andere werkwoordvorm inclusief adjectivische noodzaak te door keer met de aandacht deelwoorden en verwante substantieven dringen om hun maximaal op de zins niet met verwante homofonen en dus met teksten met de bouw nog een andere spellingconcurrenten te maken hebben bij nodige aandacht keer met de aandacht voorbeeld ik bloed hij bloedt maar ook zijn na het opschrijven maximaal op de spelling bloed het plan verandert naast het plan is in elk geval is het nodig veranderd en een veranderd plan op het te herlezen en de leerlingen erop te wijzen einde van de vorige sec werkwoordspel dat ze bij het nalezen van tie hebben we de 21 het spelling lingen te verifieren hun teksten heel goed paren gevaarvormen die onderwijs voor de moeten letten op werk het meest voorkomen bij werkwoorden woordvormen in het bij kinderen op het einde moet gezien zonder gevaarwoorden dat zijn gelijklui van het lager onderwijs dende woorden waar concurrentie tussen opgegeven zie figuur 1 worden als een twee verschillende spellingen bij bestaat de suggestie is natuurlijk longitudinale fouten tegen deze vormen zijn daarom niet niet dat kinderen zulke kwestie er moet zoveel erger dan fouten tegen andere woor lijsten van homofoonpa verder op den maar de val voor deze fouten staat wel ren domweg uit het geoefend worden permanent open en veel ervan kunnen tij hoofd moeten leren wel in het bijzonder op dens een aandachtig naleesproces uitgefil dat ze zoveel oefenen op het aspect terd worden het onderkennen van controle of gevaarvormen dat de verificatie tot op als een speller lezer dan toch nog een fout leden van elk paar met het einde van het niet opmerkt hoeft dat geen ramp te zijn tertijd in het geheugen een alarmmarkering krij secundair geen extremistische attitude het valt trou wens niet te ontkennen dat de meest voor gen zodanig dat het onderwijs komende homofone vorm er ook goed uit alarmsignaal zelfs al op ziet bijvoorbeeld wordt in het geval van het moment van de productie zou kunnen wordt word en dat fouten tegen de spelling afgaan en het frequentie effect neutralise van de laagfrequente vorm word als wordt ren en dat er in ieder geval een vroege slechter worden opgemerkt tijdens het nale vorm van verificatie plaatsvindt dat valt te zen dan fouten tegen de hoogfrequente vergelijken met de situatie waarbij iemand vorm wordt als word dezelfde frequentie het woord onmiddellijk of het paar ten min factor die de speller bij het schrijven doet ste tenminste als gevaarwoorden in zijn struikelen zou hem immers opnieuw in pro mentaal lexicon heeft gemarkeerd jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang i 16 figuur 1 gevaarvormen die het meest voorkomen op het einde van het lager onderwijs d dt d t antwoord antwoordt beleefd beleeft houd houdt beloofd belooft rijd rijdt betaald betaalt verbrand verbrandt gebeurd gebeurt vermoord vermoordt ontvoerd ontvoert vind vindt veranderd verandert word wordt verbaasd verbaast verdeeld verdeelt verdwaald verdwaalt verjaagd verjaagt verjaard verjaart verteld vertelt verzorgd verzorgt verveeld verveelt in dit artikel zijn we uitgegaan van onder bekeken is het dan ook onzin dat de eind zoek bij ervaren spellers laatstejaarsleerlin termen voor het vlaamse lager onderwijs de gen in het aso er is ook op gewezen dat de werkwoordspelling omvatten en daardoor problemen zich heel anders voordoen bij lijken te suggereren alsof de kinderen op het 12 en 13 jarigen daaruit concluderen we einde van de lagere school een eindpunt dat de speller nog een zouden kunnen hebben bereikt uit taalkundig hele evolutie doormaakt tussen het moment er is nog een tweede reden om de werk beschrijvend waarop die voor het eerst woordspelling longitudinaal aan te pakken oogpunt mogen de werkwoorden leert spel de regels van de werkwoordspelling verei werkwoordregels len meestal vanaf de sen heel wat vaardigheid in syntactische bijzonder helder vierde of vijfde klas van analyse er zijn trouwens vormen die bijzon zijn voor heel wat de lagere school en het der gesofistikeerd denkwerk vereisen ver taalgebruikers is einde van het secundair gelijk houd je vast houd jij je vast houd u de vereiste onderwijs de frequenties vast houdt u u vast meuffels 1982 heeft abstractie te hoog waarmee die leerling overtuigend laten zien dat syntactische ana en dan vallen ze werkwoordvormen in zijn lyse zinsontleding aanzienlijk abstracter is terug op gissen of geheugen opslaat veran en daardoor veel minder succesvol is bij laten ze zich leiden deren waarschijnlijk aan jongere kinderen dan het herkennen van zienlijk tussen die twee woordsoorten het vereiste abstractiever door de meest momenten bijgevolg mogen wordt door veel kinderen pas op de frequente vorm moet het spellingonder leeftijd van 13 14 jaar bereikt veel leer wijs voor de werkwoor krachten weten uit ervaring dat het syntacti den gezien worden als een longitudinale sche abstractievermogen door heel wat kin kwestie er moet verder op geoefend wor deren slechts in de loop van het secundair den in het bijzonder op het aspect controle onderwijs en in een aantal gevallen zelfs of verificatie tot op het einde van het nooit bereikt kan worden hier doet zich een secundair onderwijs vanuit dat oogpunt andere paradox voor uit taalkundig vit 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001 beschrijvend oogpunt mogen de werk omvangrijk om mogelijke probleemgevallen woordregels bijzonder helder zijn voor heel bij het nalezen snel vlot en efficient te con wat taalgebruikers is de vereiste abstractie troleren daar is een te hoog en dan vallen ze terug op gissen of heel ander type van wetenschappelijk laten ze zich leiden door de meest frequen algoritme voor nodig inzicht in het te vorm in feite drie aparte ontstaan van algoritmen die zich spelfouten stelt de meeste leergangen of methodes werken juist op de probleem leerkrachten in met een algoritme waarin de regels voor de gevallen zie figuur 2 staat om de volledige vervoeging en de spelling gegoten richten en voor elk achterliggende zijn alsof het algoritmen voor een computer daarvan een beperkt processen te zouden moeten zijn ze zijn veel te volledig aantal vaste beslis begrijpen en ook omdat ze ook aangeven hoe je ik speel singsstappen bieden begrip voor het kom je werkt werk je werkte gewerkt enz de leergangen zouden moet spellen waar geen problemen van een heel stuk effectie ontstaan van fouten werkwoordspelling aan vastzitten ze gaan ver kunnen worden als op te brengen daardoor voorbij aan de probleemgevallen ze hun algoritmen waar de speller voor komt te staan en aan resoluut zouden aanpassen in de richting de gevaarwoorden ze zijn ook veel te die hier aangegeven wordt t6 figuur 2 probleemgevallen bij de werkwoordspelling sch rijf ik 1 d of dt word of wordt 2 d of t verdiend of verdient speeld of speelt 3a te n of tte n gewenste of gewenstte lachte of lachtte 3b de n of dde n verbrede of verbreedde hoewel de onderzoeksresultaten duidelijk tegen de werkwoorden op een extremisti zijn en een venster bieden op de werking van sche manier te benaderen kan niet zwaar het menselijke taalgeheugen zijn de didacti bestraffen anderzijds laat het onderzoek sche conclusies niet zomaar vanzelfsprekend tegelijk zien dat deze spelfouten in hoge en dient er met voldoende nuancering over mate aangepakt kunnen worden wanneer de de consequenties worden gepraat schrijver zijn teksten goed naleest met wetenschappelijk inzicht in het ontstaan van gerichte aandacht voor de werkwoordvor spelfouten stelt leerkrachten in staat om de men leerkrachten moeten dus nog steeds achterliggende processen te begrijpen en optreden maar met de nodige soepelheid en ook begrip voor het ontstaan van fouten op met het juiste gevoel voor differentiatie zoals te brengen het onderzoek zou leerkrachten het geval is in elk domein waar volwassenen ervan moeten weerhouden om spelfouten jongeren begeleiden dominiek sandra frans daems steven frisson universiteit antwerpen vakgroep germaanse talen prinsstraat 13 2000 antwerpen dominiek sandra ua ac be jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang not 18 noten 1 in hildebrands camera obscura editie 1851 p 1 stond het al verkeerd 2 belangrijke categorieen van regelwoorden zijn de werkwoorden en de woorden met verdubbeling van medeklinker of eerenkeling van klinker bot botten boot boten 3 de regels voor de regelwoorden zijn in feite in eerste instantie niet bedoeld voor didactisch gebruik maar voor de makers van de woordenlijst en voor woorden boekmakers er zijn goede aanwijzingen dat we veel zogenaamde regelwoorden bijvoorbeeld gedachtesprong boten meestal ook als weefwoorden hanteren en dat we op die regels alleen maar een beroep doen als we volkomen nieuwe woor den moeten schrijven bijvoorbeeld hondebloem het is gewoonte om ook een derde soort hoorwoorden te onderscheiden bij voorbeeld stoel kast werkt in feite zijn dat ook regelwoorden waarbij de regels om spraakklanken met letters te verbinden uiterst simpel en rechtlijnig zijn schrijf wat je hoort in de praktijk functioneert het onderwijs van hoorwoorden en sommige regelwoor den boot boten gedachtesprong op dezelfde manier als voor de weefwoorden via memorisering bosman van hell 1999 en van biervliet 2000 vergelijken de effectiviteit van verschillende memoriseringstechnieken 4 tussen 1600 en 1800 zijn er inderdaad verschillende andere even logische regels voorgesteld die tot uitkomsten leidden als hij speeld hij vind de beantwoordde vraag die regels hebben het echter niet gehaald 5 in plaats van dit principe van morfologische constantie geldt bij woordstammen die eindigen op het foneem v en z systematisch het fonologisch principe spel wat je hoort zoals blijkt uit dieven dief leven leef bazen baas vrezen vrees in de afgeleide werkwoordvormen leefde geleefd vreesde gevreesd geldt vreemd genoeg dan toch weer de morfologische constantie op een afgeleid niveau 6 opmerkelijk bij deze zinnen is dat de schrijvers de zin beginnen met een correcte imperatiefvorm die bijna niet fout gespeld kan worden morfologische spelling valt samen met fonologische maar met de tweede imperatiefvorm wel in de fout gaan 7 dit was impliciet al onderkend door oudkerk pool 1974 en assink 1980 beiden spreken van verwarring assink hanteert de notie concurrenten 8 voor een meer gedetailleerde beschrijving van dit onderzoek verwijzen wij de gein teresseerde lezer naar daems 2000 sandra e a 1999 sandra e a 2000 sandra e a voorgelegd en naar vergelijkbaar onderzoek door assink 1982 9 zie ook noot 3 va 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001 19 10 we laten hier buiten beschouwing het effect dat op het spellen van ontbied ontbiedt mogelijk uitgaat van de frequentie van de elementen bied biedt in bied biedt aanbied aanbiedt gebied gebiedt verbied verbiedt 11 zie daems pepermans 2000 12 deze frequentierelaties gelden voor het schriftelijk taalgebruik van vijfde en zesde leerjaar cfr daems pepermans 2000 13 zie ook daems 2000 14 het begrip gevaarwoord voor concurrerende homofone werkwoordvormen is indertijd didactisch sterk uitgewerkt door pepermans van herck 1985 15 dat hebben we al in vroeger onderzoek daems 1983 vastgesteld 16 de algoritmen van pepermans van herck 1985 zaten al een flink eind in de goe de richting bibliografie assink e het probleem van het schrijven van werkwoordsvormen bekeken door een onderwijspsychologische bril tijdschrift voor taalbeheersing 1980 2 p 31 45 ook in assink 1983 assink e het beste paard struikelt wel eens maar waar experimenten met erva ren spellers tijdschrift voor taalbeheersing 1982 4 p 42 57 ook in assink 1983 assink e m h leerprocessen bij het spellen aanzet voor de verbetering van de werk woordsdidactiek doct dissertatie rijksuniversiteit utrecht 1983 bosman a j van hell visueel dictee een effectieve spellingtraining in l verhoeven red preventie en behandeling van leesproblemen leuven apeldoorn garant 1999 p 111 118 daems fr werkwoorden spellen is moeilijker dan je denkt hoe goed loopt het nale zen op spelfouten in fr daems l goossens reds een spyeghel voor g jo steenbergen huldealbum aangeboden bij zijn emeritaat leuven amersfoort acco 1983 p 83 94 daems fr walgelijk en ongerijmd over de leerbaarheid van de werkwoordspelling in s gillis e a reds 2000 p 95 113 jan feb 2001 nummer 3 30 jaargang in 20 daems fr j pepermans werkwoordvormen die kinderen willen schrijven frequentietelling 1984 universiteit antwerpen vakgroep germaanse talen departement didactiek en kritiek 2000 dikr uia ac be dikr nouvelle2 htm spellingdidactiek frisson s d sandra determinanten van werkwoordfouten in de nederlandse spel ling een experimenteel onderzoek bij ervaren spellers en adolescenten nederlandse taalkunde te versch gillis s j nuyts j taeldeman reds met taal om de tuin geleid een bundel opstel len voor georges de schutter ter gelegenheid van zijn pre emeritaat antwerpen uia 2000 meuffels b studies over taalvaardigheid dissertatie universiteit van amsterdam 1982 oudkerk pool th spelling van werkwoordsvormen een didactische aanpak opnieuw bekeken pedagogische studien 51 1974 p 385 397 pepermans j p van herck eigenwijzer nieuwe methode voor werkwoordspelling leuven amersfoort acco 1985 sandra d m brysbaert s frisson fr daems paradoxen van de nederlandse werkwoordspelling een confrontatie tussen taalkundige logica problemen voor spellers en bruikbaarheid voor lezers voorgelegd sandra d s frisson fr daems why simple verb forms can be so difficult to spell the influence of homophone frequency and distance in dutch brain and language 68 1999 p 277 283 sandra d s frisson g durieux s gillis w daelemans hij drinkt niet altijd t en ik drink er soms wel bronnen van hardnekkige werkwoordfouten in het nederlands in s gillis e a reds 2000 p 281 296 van biervliet p spellen via mondeling spellen vonk 30 2 sept okt 2000 p 18 28 vanderlocht m p ghesquiere spellingtoets over werkwoordvormen leuven acco 1998 mn 30e jaargang nummer 3 jan feb 2001