WODN presenteert: de inspiratieweek van het schrijfexamen. Op drie avonden in februari 2021 waren er gesprekken met docenten die meededen aan het project Verbeter je schrijfexamen. De deelnemers aan dit project experimenteerden met nieuwe schoolexamenvormen en deden daarvan verslag op de website.
Schrijfvaardigheid is een belangrijk domein binnen het vak Nederlands en daarbij hoort ook een weldoordacht examenprogramma dat het schrijfniveau van leerlingen aan het einde van het voortgezet onderwijs goed in kaart brengt. Zo’n 40 docenten Nederlands van 20 scholen verspreid door heel Nederland hebben in het afgelopen schooljaar hun schoolexamen schrijfvaardigheid verbeterd. Dit deden ze onder de vlag van WODN en in samenwerking met SLO. Ze hebben geëxperimenteerd met meer schrijftaken in het examen, meer beoordelaars per tekst, geïntegreerde lees- en schrijftaken, een beoordelingstraining, vergelijkend beoordelen en een praktijkexamen voor schrijven. De bevindingen van deze experimenten hebben ze beschreven in praktijkartikelen. Deze artikelen en bijbehorend lesmateriaal zijn te downloaden via de links op deze website. Met deze rijke praktijkvoorbeelden hopen we andere scholen te inspireren om ook hun PTA aan te pakken en zo een kwaliteitsslag te maken met de schoolexamens schrijfvaardigheid.
Hanneke Gerits
Renske Bouwer
Projectleiders
Contact: SchrijveninSE@gmail.com
Het belang van een goed examenprogramma
Het is essentieel dat leerlingen zich schriftelijk goed kunnen uitdrukken. Een goede schrijfvaardigheid bevordert succes op school, de arbeidsmarkt en in de maatschappij. Schrijven geeft leerlingen een stem waarmee ze zich kunnen mengen in maatschappelijke discussies en anderen kunnen informeren, overtuigen en vermaken. Ook is schrijven in vervolgstudies een noodzakelijk middel tot leren. Dit alles maakt schrijven een belangrijk onderdeel van het schoolvak Nederlands, wat vraagt om goed onderwijs en een goed examenprogramma.
Het ene schoolexamen schrijven is het andere niet
Het domein schrijfvaardigheid wordt getoetst in de schoolexamens. Dat geeft scholen de mogelijkheid om leerlingen vaker teksten te laten schrijven over een langere periode. Scholen bepalen hierbij zelf welke teksten er geschreven worden en hoe deze teksten beoordeeld worden. Dit leidt tot vaak grote verschillen in de manier van examinering. Nu zegt variatie tussen de examens niet noodzakelijkerwijs iets over de kwaliteit, maar volgens een recent adviesrapport van Levende Talen Nederlands in samenwerking met Nederlands Nu (2018) is een betere kwaliteitsborging van de schoolexamens voor schrijfvaardigheid wel degelijk hard nodig. Scholen hebben volgens hen vooral behoefte aan meer kennis over het toetsen en beoordelen van schrijfvaardigheid en het creëren van meer eenheid in (de kwaliteit van) de schoolexamens. Dit project speelt in op deze behoefte door het delen van praktijkvoorbeelden waarin een team van docenten en wetenschappers veranderingen hebben doorgebracht in de schoolexamens voor schrijfvaardigheid.
Wil je meer weten over de wetenschappelijke kennis voor het valide en betrouwbaar toetsen en beoordelen van schrijfvaardigheid? Lees dan hier verder.
Aan de slag met een nieuw schoolexamen: acht praktijkvoorbeelden
In het schooljaar 2019-2020 zijn 20 scholen in diverse werkgroepen aan de slag gegaan met het verbeteren van hun schoolexamen schrijfvaardigheid. De werkgroepen maakten vooraf gezamenlijk een plan over welke veranderingen in het schoolexamen ze (op hun eigen school) wilden gaan uitproberen en waarom. Voor het opdoen van kennis en inspiratie kregen ze toegang tot een database met wetenschappelijke literatuur en waren er workshops, bijvoorbeeld over vergelijkend beoordelen met de online tool Comproved en over het praktisch examen in de kunstvakken. Bij elke stap in het proces, van de ontwikkeling van nieuw materiaal of instrumenten tot aan de implementatie en analyse van de resultaten, kregen de groepen feedback van wetenschappers en collega-docenten. Het resultaat is een schat aan nieuwe praktijkvoorbeelden die op deze website door de werkgroepen zelf worden gepresenteerd. De bijdragen bevatten ook links naar nieuwe examenopdrachten en beoordelingsinstrumenten die door andere scholen ook gebruikt kunnen worden. Elke werkgroep bespreekt ook welke lessen ze hebben geleerd en wat ze mee nemen naar hun volgende schoolexamen schrijfvaardigheid.
Acht praktijkvoorbeelden
1. Een schrijfexamen dat deugt: Naar een vernieuwd schrijfexamen voor 5 havo
2. Samen vergelijken en beoordelen van schrijfopdrachten
3. Meer beoordelaars per tekst
4. Wie schrijft die blijft… afstemmen. Methode voor een betere beoordelaarsafstemming in één lesuur
6. Op zoek naar een praktijkexamen Nederlands
7. Op weg naar een praktisch schoolexamen schrijfvaardigheid
8. Geïntegreerd lezen en schrijven in het schoolexamen
Praktijkvoorbeeld 1:
Een schrijfexamen dat deugt: Naar een vernieuwd schrijfexamen voor 5 havo
Karen Boers, Willemijn Krabbenborg, Twan Robben, Klinte de Rijck, Sarah Smeets en Tom Willems –Kadinsky College in Nijmegen
De sectie Nederlands van het Kandinsky College in Nijmegen beschrijft in dit artikel hoe ze de kwaliteit van het schrijfexamen voor 5 havo gezamenlijk hebben verbeterd door in te zetten op: (1) het aanbieden van meer kennis over de onderwerpen waarover geschreven wordt, (2) leerlingen meerdere teksten laten schrijven in verschillende genres, (3) het beoordelen van tekstkwaliteit met een ankertekstschaal. Aan de hand van een kritische evaluatie van de praktijkervaringen van docenten en leerlingen met dit vernieuwde schrijfexamen laten ze zien hoe deze aanpassingen leiden tot een beter schoolexamen schrijfvaardigheid. De ontwikkelde schrijftaken en ankertekstschalen zijn als bijlagen bij het artikel opgenomen.
Praktijkvoorbeeld 2:
Samen vergelijken en beoordelen van schrijfopdrachten
Martijn Knook, Nellianne van Schaik, Adriënne van de Vreede – Calvijn College in Goes
Rinke Klouwen – Openbaar Lyceum in Zeist
Caren van der Meijs, Nannie Vink – Elde College in Schijndel
In dit artikel beschrijven docenten van drie verschillende scholen hun ervaringen met het beoordelen van teksten door middel van paarsgewijs vergelijken in het digitale programma Comproved. Ze laten zien hoe de kwaliteit van deze holistische en comparatieve aanpak niet onder doet voor een meer traditionele manier van beoordelen met rubrics. Ook demonstreren ze hoe je op basis van de beoordeelde schrijfproducten een ankerschaal kunt ontwikkelen met voorbeelden van goede en minder goede teksten. De door hen ontwikkelde ankerschaal voor betogende teksten is als bijlage bij het artikel opgenomen en zijn hier te vinden.
Praktijkvoorbeeld 3:
Meer beoordelaars per tekst
Anna Hermans – Gymnasium Bernrode in Heeswijk-Dinther
Margreeth Krommendijk, Greijdanus College in Zwolle
Sarah Mulders – NSG Nijmeegse Scholengemeenschap Groenewoud in Nijmegen
Annemieke de Roo – Aventus Lyceum in Apeldoorn en Deventer
Hoe kun je teksten zo met elkaar uitwisselen dat een oordeel niet meer afhankelijk is van een docent maar van meerdere docenten? Is dit praktisch haalbaar en wat levert dit op? Met deze vragen gingen vier docenten van diverse scholen aan de slag. Ze beoordeelden elkaars teksten op drie manieren, met analytisch beoordelen, holistisch beoordelen via ankerteksten en paarsgewijs vergelijken. In dit artikel laten ze zien dat de onderlinge verschillen in oordelen tussen docenten van andere scholen groot zijn en dat het uitwisselen van teksten de werkdruk aanzienlijk verhoogt. Ze adviseren daarom om andere manieren van uitwisselen te onderzoeken, zoals kalibreersessies of peer assessment. Het artikel en de bijlagen zijn hier te vinden.
Praktijkvoorbeeld 4:
Wie schrijft die blijft… afstemmen. Methode voor een betere beoordelaarsafstemming in één lesuur
Karin Echten – Sint Bonifatiuscollege in Utrecht
Ariane Linnert – Lyceum Kralingen in Rotterdam
Liselore van Ockenbrug – Stedelijk Gymnasium in ‘s Hertogenbosch
In dit artikel wordt een nieuw ontwikkelde beoordelaarstraining gepresenteerd voor het bereiken van overeenstemming binnen de sectie Nederlands over het beoordelen van schrijfopdrachten. Deze training bestaat uit een handzaam stappenplan voor vier gestructureerde gespreksrondes en bevat voorbeeldteksten en hulpkaartjes. De training is zo ontworpen dat al na 50 minuten duidelijk wordt wat men in de sectie nu écht verstaat onder schrijfvaardigheid en hoe dat in de tekst tot uiting komt. Besproken wordt hoe deze training met een relatief kleine tijdsinvestering de betrouwbaarheid van de beoordelingen vergroot. Het trainingsmateriaal is via een link bij het artikel vrij te downloaden.
Praktijkvoorbeeld 5:
Geïntegreerde lees- en schrijfvaardigheidsopdrachten met gebruikmaking van standaardgeschilpunten: een verkenning
Yke Schotanus – RSG Het Rhedens in Dieren
In deze bijdrage beschrijft Yke Schotanus zijn zoektocht naar een betere integratie van lees- en schrijfvaardigheidsopdrachten voor het schoolexamen Nederlands. Met geïntegreerde opdrachten kan op een betrouwbare manier zowel de leesvaardigheid als schrijfvaardigheid worden getoetst. Het artikel bevat drie opdrachten met voorbeelduitwerkingen, die zijn ontwikkeld rond standaardgeschilpunten. Hierbij moeten leerlingen zowel hun lees- als schrijfvaardigheid gebruiken om een voorgestelde oplossing voor een probleem zo goed mogelijk te verdedigen of aan te vallen.
Praktijkvoorbeeld 6:
Op zoek naar een praktijkexamen Nederlands
Margot van Houwelingen – Katholieke Scholengemeenschap in Etten-Leur
Wat als schrijven niet meer in een afgebakende zitting wordt getoetst, maar in een langere periode met meer aandacht voor het proces? Hoe zou het examen er dan uit zien? In deze bijdrage verkent Margot van Houwelingen, docente Nederlands, de mogelijkheden van een praktisch examen voor schrijfvaardigheid. Inspiratie hiervoor doet ze op bij het vak tekenen, waar het praktijkexamen al langer onderdeel is van het examenprogramma. Ook geeft ze een overzicht van inhoudelijke en organisatorische voorwaarden voor een praktijkexamen schrijven, die ze toepast op een concreet voorbeeld: het schrijven van een profielwerkstuk. Naast het artikel zijn er ook powerpointslides beschikbaar waarin alle voorwaarden nog eens uitgebreid op een rijtje staan.
Praktijkvoorbeeld 7:
Op weg naar een praktisch schoolexamen schrijfvaardigheid
Carolien Krahmer en Tom Borsten – Koning Willem II College in Tilburg
In dit artikel doen twee docenten Nederlands verslag van hun zoektocht naar een praktisch examen voor schrijfvaardigheid op hun eigen school. Ze beschrijven het ontwikkelproces van dit vernieuwde praktijkexamen voor schrijven waarbij meer aandacht is voor het onderliggende schrijfproces. Ook delen ze hun eerste resultaten van de implementatie in de bovenbouw havo. Op basis van een kritisch evaluatie hiervan geven ze hun ideeën voor de verdere ontwikkeling en implementatie van een praktijkexamen voor schrijven. Een uitwerking van een voorbeeldexamen voor havo/vwo is als bijlage opgenomen.
Praktijkvoorbeeld 8:
Geïntegreerd lezen en schrijven in het schoolexamen
Marlou Lutkemeijer, Annerieke Dijkstra-Peet, Hanneke Gerits
In dit interview vertellen twee docenten waarom ze een geïntegreerd lees- en schrijfschoolexamen wilden afnemen en hoe ze gezocht hebben naar een goede manier om dat voor elkaar te krijgen. In het interview beschrijven ze de opdracht die ze maakten en wat de leerlingen ervan vonden. Bij het interviewverslag is ook de opdracht in een bijlage te vinden.