De kleur van teksten

Wat is de kernactiviteit van leerlingen?

Kijken naar de ‘kleur’ van teksten is een aspect van kritisch lezen. Teksten zijn zelden 100% neutraal en onder meer het taalgebruik verraadt vaak veel over het doel of de intentie van de schrijver. Maar er zijn meer indicatoren. De leerlingen onderzoeken de kleur van een tekst met behulp van een tool. De tool bestaat uit een overzicht van tien concrete ‘seintjes en signalen’ en een ‘kleurthermometer’.

Hoe pak je het aan?

In de inleiding van de les introduceer je het begrip ‘kleur’ van een tekst, de kleurthermometer en het overzicht van ‘seintjes en signalen’ (stap 1-3). De kern van de les bestaat uit het analyseren van een tekst en het praten/discussiëren over de kleur ervan (stap 4 en 5). In de nabespreking vertellen leerlingen over hun bevindingen (stap 6).

Het effect van de les is dat leerlingen met andere ogen naar teksten kijken.

  • Stap 1: De leerlingen koppelen titels en koppen van teksten aan de ‘kleurthermometer’

Laat enkele titels en koppen van teksten zien. Wat verwachten leerlingen voor soort tekst? Laat ze daarna de kleur van de kop bepalen aan de hand van de kleurthermometer: neutraal, een beetje gekleurd, flink gekleurd of extreem gekleurd?

De kleurthermometer
Voorbeelden van koppen
  • Stap 2: De leerlingen lezen de tekst scannend.

Laat de leerlingen met een markeerstift woorden, cijfers of beelden markeren die de tekst kleur geven. Leg nog niet te veel uit. Je kunt voor deze stap de voor dit lesidee geselecteerde teksten gebruiken of zelf teksten zoeken.

  • Stap 3: Je bespreekt het overzicht ‘Seintjes en signalen’.

In stap 1 en 2 hebben leerlingen nagedacht over wat volgens hen kleur geeft aan een tekst. Verbreed en verdiep hun kennis aan de hand van het overzicht ‘Seintjes en signalen’ en licht er enkele toe.

De tien ‘Seintjes en signalen’
  • Stap 4: Leerlingen zoeken in groepjes voorbeelden van seintjes en signalen in de tekst.

De leerlingen gaan aan het werk. Elke leerling kan focussen op één of twee seintjes of signalen.

  • Stap 5: Leerlingen discussiëren in groepjes en bepalen samen de kleur.

De leerlingen bespreken wat ze hebben gevonden en discussiëren op basis hiervan wat de kleur van de tekst is. Het is aan te raden om te werken met een rolverdeling in de discussie en de discussie te faseren, om de discussie inhoudelijk te sturen (Okkinga & Van Gelderen 2022).

  • Stap 6: Leerlingen lichten de gekozen kleur toe.

Een woordvoerder van elk groepje vertelt welke kleur de tekst heeft en licht de keuze toe aan de hand van enkele concrete voorbeelden van seintjes en signalen. Als hier spontaan discussie over ontstaat, is de les méér dan geslaagd. Maak steeds duidelijk dat er geen ‘goede’ of ‘foute’ antwoorden zijn.

Voor leerlingen gaat er een wereld open. Het geeft ze echt nieuwe inzichten.

Met welk effect?

Het effect van de les is dat leerlingen met andere ogen naar teksten kijken en zich realiseren dat zelfs neutrale teksten een kleur kunnen hebben. Ze zijn meer gespitst op seintjes en signalen die kleur verraden in een tekst. Een docent van klas 3 vmbo: “Voor leerlingen gaat er een wereld open. Het geeft ze echt nieuwe inzichten.”

Waarom werkt het?

Je kunt werken met actuele, rijke teksten over kwesties die leerlingen raken. Dit werkt motiverend.

Daarnaast maken de recente wetenschappelijke inzichten duidelijk: praten over teksten is uitermate zinvol (Steensel & Houtveen, 2020). Een gesprek over een tekst leidt tot verbreding en verdieping van tekstbegrip en achtergrondkennis, tot een diepere beleving van de tekst, een kritischere en analytischere leeshouding én – indien goed gevoerd – tot meer leesmotivatie.

Ten slotte is de aanpak heel concreet en praktisch; met de tool kunnen leerlingen precies aangeven waar in de tekst (en beeld) kleur zit. Kleur is daarmee geen ‘gevoelskwestie’, maar iets wat aanwijsbaar is (Beers & Probst, 2016). Daarmee wordt de discussie over een tekst ook inhoudelijk en concreet.

Meer weten?

Bakker, C. & I. Bieze. ( 2017).Twijfelen mag! Leerlingen kritisch leren lezen via de Lesson Studymethode. In: Levende Talen Magazine, 4, 4-8.

Beers, K. & Probst, R.E. (2016). Reading nonfiction: notice & note stances, signposts, and strategies. Portsmouth, NH: Heinemann.

Beers, K & R. Probst (2017). Disrupting Thinking. Why How We Read Matters. Scolastic.

Okkinga, M. & Van Gelderen, A. (2022). Discussiëren bij studerend lezen. In: T. Houtsteen & R. van Steensel (Reds.), De zeven pijlers van onderwijs in begrijpend lezen. Stichting lezen.

Steensel R. van & T. Houtveen (2020). De vele kanten van leesbegrip. Verslag van een literatuurstudie naar kernelementen van effectief onderwijs in begrijpend lezen. Levende Talen Tijdschrift, 21(3), 3-12.

Steensel, R. van (2022). Zorg voor een motiverende leesomgeving. In: T. Houtsteen & R. van Steensel (Reds.), De zeven pijlers van onderwijs in begrijpend lezen. Stichting lezen.

Het begrip en idee ‘kleur van teksten’ is afkomstig van Theo Kuijpers.

Auteurs:

Erika Welgraven
+ posts

Erika Welgraven is neerlandica en houdt zich bezig met de conceptontwikkeling van educatief lesmateriaal voor Nederlands, literatuur en andere talen. Ze is op dit moment uitgever van Blink Nederlands havo/vwo bovenbouw. https://www.erikawelgraven.nl/

Karen Wentzel
+ posts

Karen Wentzel is neerlandica en geeft workshops over leesvaardigheid en schrijfvaardigheid aan docenten Nederlands. Daarnaast is ze freelance hoofdredacteur van de methode Blink Nederlands (PLOT26) en Blink Lezen.

Delen: